Voeding en gezondheid

Beta-caroteen via voeding verlaagt heupfracturen onder Aziatische mannen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van carotenoïden de kans op het krijgen van heupfractuur?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies en 2 patiënt-controle studies met in totaal 140265 deelnemers, waarvan 4324 mensen met fracturen. De leeftijd was 50 jaar en ouder (50-80 jaar). 80% van de studies was post-menopauzale vrouwen.

De follow-up duur van de cohort studies varieerde tussen 3.7 en 18 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel carotenoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur niet significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.51-1.01, I2 = 59.4%, p = 0.06] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.54-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het bloed carotenoïdengehalte en de kans op het krijgen van heupfractuur [OR = 0.83, 95% BI = 0.59-1.17].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mannen significant met 47% [OR = 0.57, 95% BI = 0.40-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mensen ouder dan 60 jaar significant met 43% [OR = 0.57, 95% BI = 0.40-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mensen met een normaal gewicht (BMI ≤ 25) significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.40-0.96, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder Aziaten significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.40-0.96, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel beta-caroteen de kans op het krijgen van heupfractuur onder Aziatische mannen ouder dan 60 jaar met een normaal gewicht verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Carotenoids and risk of fracture: a meta-analysis of observational studies by Xu J, Song C, [...], X L.

Link:
http://www.impactjournals.com/oncotarget/index.php?journal=oncotarget&page=article&op=view&path[]=13678&path[]=43468

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en carotenoïden.

Beta-caroteen geeft de karakteristieke kleur aan oranje en gele groenten en fruit.
Deze maaltijd bevat veel beta-caroteen.

1 keer per week vette vis of tonijn verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vis de kans op het krijgen van de oogziekte de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 prospectieve cohort studies met in totaal 4202 mensen met de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie onder 128988 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van vis de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.65-0.90, I2 = 49.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 5 studies langer dan 10 jaar dat het eten van vis de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.67-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 3 studies korter dan 10 jaar dat het eten van vis de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 30% [RR = 0.70, 95% BI = 0.51-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van tonijn de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 42% [RR = 0.58, 95% BI = 0.47-0.71] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis met donker gekleurde vlees de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 32% [RR = 0.68, 95% BI = 0.46-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 1 keer vis per week de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83-0.96] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten vis, met name 1 keer per week vis met donder gekleurde vlees of tonijn de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fish Consumption and Age-Related Macular Degeneration Incidence: A Meta-Analysis and Systematic Review of Prospective Cohort Studies by Zhu W, Wu Y, [...], Lu J.

Link:
http://www.mdpi.com/2072-6643/8/11/743/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en visconsumptie.

1 keer vis of 1 portie vis komt in de praktijk overeen met 100-150 gram.

Vissen met donder gekleurde vlees zijn ansjovis, blauwvintonijn, haring, zalm en makreel. Vissen met donder gekleurde vlees zijn vette vissen.

Er is geen verband tussen zinkinname en prostaatkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoge zink-inname de kans op het krijgen van prostaatkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 cohort studies, 2 geneste patiënt-controle studies, 11 patiënt-controle studies en 1 RCT met in totaal 111199 deelnemers, waarvan 11689 mensen met prostaatkanker.

Alle studies werden gecorrigeerd voor de leeftijd.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge zinkconsumptie vergeleken met een lage, de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 7% [gepoolde OR = 1.07, 95% BI = 0.98-1.16] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge zinkconsumptie via voeding vergeleken met een lage, de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 5% [RR = 1.05, 95% BI = 0.93-1.20] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses geen relatie tussen een hoge zinkconsumptie via voedingssupplementen en de kans op het krijgen van prostaatkanker [RR = 1.00, 95% BI = 0.79-1.27].

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg zink de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 7% [OR = 1.07, 95% BI = 0.90-1.28] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen zink-inname via voeding en/of voedingssupplementen en de kans op het krijgen van prostaatkanker.

Oorspronkelijke titel:
Zinc Intake and Risk of Prostate Cancer: Case-Control Study and Meta-Analysis by Mahmoud AM, Al-Alem U, […], Kittles RA.

Link:
http://journals.plos.org/plosone/article?id=10.1371/journal.pone.0165956

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over prostaatkanker en zink.

Noten verlagen het leptinegehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van noten ontstekingen in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van noten het serum CRP-gehalte niet significant met 0.17 mg/L [WMD = 0.17 mg/L, 95% BI = -0.67 tot 0.33, I2 = 52.1%] verhoogde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het serum IL6-gehalte niet significant met 0.06 ng/dL [WMD = -0.06 ng/dL, 95% BI = -0.69 tot 0.56, I2 = 9.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het serum IL10-gehalte niet significant met 0.18 mg/dL [WMD = -0.18 mg/dL, 95% BI = -1.24 tot 0.88, I2 = 9.3%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het TNF-alfa-gehalte niet significant met 0.18 pg/mL [WMD = 0.37 pg/mL, 95% BI = -0.90 tot 0.16, I2 = 7.9%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het adiponectinegehalte niet significant met 0.60 mg/dL [WMD = -0.60 mg/dL, 95% BI = -1.88 tot 0.68, I2 = 5.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het leptinegehalte significant met 0.71 mg/dL [WMD = -0.71 mg/dL, 95% BI = -1.11 tot -0.30, I2 = 6.3%] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in de sensitiviteitsanalyses dat deze bevindingen robust waren.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van noten het leptinegehalte verlaagde maar het had echter geen effect op het CRP-, IL6-, adiponectine-, IL10- en TNF-α-gehalte.

Oorspronkelijke titel:
Impact of different types of tree nut, peanut, and soy nut consumption on serum C-reactive protein (CRP): A systematic review and meta-analysis of randomized controlled clinical trials by Mazidi M, Rezaie P, [...], Gao HK.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27858850

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over chronische ziekten en overgewicht.

CRP, IL-6  en IL-10 zijn 3 ontstekingsbiomerkers in het lichaam. Door het meten van ontstekingsbiomerkers kunnen ontstekingen in het lichaam worden opgespoord. Chronische ziekten zijn ontstekingsziekten.

Hoge leptinewaarden kunnen duiden op leptineresistentie, met als gevolg toename van het lichaamsgewicht en metabole stoornissen oftewel stofwisselingsstoornissen. Stofwisselingsstoornissen zijn erfelijke stoornissen. Er zijn ongeveer 600 verschillende stofwisselingsstoornissen.

Dagelijks 200 gram melk verlaagt mogelijk obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt de consumptie van zuivelproducten de kans op het krijgen van obesitas?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 studies (voornamelijk cross-sectionele studies).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van zuivelproducten vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij kinderen significant met 46% [odds ratio = 0.54, 95 BI = 0.38-0.77] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van zuivelproducten vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij volwassenen significant met 25% [odds ratio = 0.75, 95 BI = 0.69-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tusssen de consumptie van zuivelproducten en de kans op het krijgen van obesitas [p non-lineariteit = 0.009].

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van melk vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij kinderen significant met 13% [odds ratio = 0.87, 95 BI = 0.80-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van melk vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij volwassenen significant met 23% [odds ratio = 0.77, 95 BI = 0.68-0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 200 gram melk per dag, de kans op het krijgen van obesitas significant met 16% [odds ratio = 0.84, 95 BI = 0.77-0.92] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van zuivelproducten die uit minimaal 200 gram melk per dag bestaat, de kans op het krijgen van obesitas zowel bij kinderen als volwassenen waarschijnlijk verlaagde. Waarschijnlijk omdat dit overzichtsartikel voornamelijk uit cross-sectionele studies (kan geen conclusies over het oorzakelijke verband worden getrokken) bestond.

Oorspronkelijke titel:
Association of dairy products consumption with risk of obesity in children and adults: a meta-analysis of mainly cross-sectional studies by Wang W, Wu Y and Zhang D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27756684

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over overgewicht en zuivelconsumptie.

Een voeding met veel onverzadigd vet, antioxidanten en B-vitamines verlaagt dementie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Wat zijn de risicofactoren van dementie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 43 studies (cohort studies en RCT’s).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de inname van onverzadigde vetzuren de kans op het krijgen van dementie significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.74-0.95, p = 0.006] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van antioxidanten de kans op het krijgen van dementie significant met 13% [RR = 0.87, 95% BI = 0.74-0.98, p = 0.026] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van B-vitamines de kans op het krijgen van dementie significant met 28% [RR = 0.72, 95% BI = 0.54-0.96, p = 0.026] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het volgen van een Mediterraan dieet de kans op het krijgen van dementie significant met 31% [RR = 0.69, 95% BI = 0.57-0.84, p  0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van aluminium de kans op het krijgen van dementie significant met 124% [RR = 2.24, 95% BI = 1.49-3.37, p  0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het roken de kans op het krijgen van dementie significant met 43% [RR = 1.43, 95% BI = 1.15-1.77, p = 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een laag vitamine D-bloedwaarde de kans op het krijgen van dementie significant met 52% [RR = 1.52, 95% BI = 1.17-1.98, p = 0.002] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen visconsumptie [RR = 0.79, 95% BI = 0.59-1.06, p = 0.113], groente en fruitconsumptie [RR = 0.46, 95% BI = 0.16-1.32, p = 0.149] of alcoholconsumptie [RR = 0.74, 95% BI = 0.55-1.01, p  = 0.056] en de kans op het krijgen van dementie.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van onverzagdigde vetzuren, antioxidanten en B-vitamines en het volgen van een Mediterraan dieet de kans op het krijgen van dementie verlaagde, terwijl alunimium en roken de kans op dementie verhoogden.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Patterns and Risk of Dementia: a Systematic Review and Meta-Analysis of Cohort Studies by Cao L, Tan L, […], Yu JT.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26553347

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dementie, B-vitamines en antioxidanten.

Een voeding met veel onverzadigd vet, antioxidanten en B-vitamines komt in de praktijk overeen met een voeding met maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. De makkelijkste manier om een voeding met maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal te volgen, is door te kiezen voor producten met maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Welke producten uit de supermarkt maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal leveren, kunt u hier opzoeken.

Anthocyaninen en flavonolen via voeding verlagen het lichaamsgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden het lichaamsgewicht?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 prospectieve cohort studies met in totaal 124086 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 10 mg anthocyaninen per dag via voeding, het lichaamsgewicht significant met 0.1 kg [95% BI = -0.14 tot -0.07] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 138 mg flavonoïde polymeren per dag via voeding, het lichaamsgewicht significant met 0.08 kg [95% BI = -0.13 tot -0.04] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 7 mg flavonolen per dag via voeding, het lichaamsgewicht significant met 0.07 kg [95% BI = -0.12 tot -0.03] verlaagde. Echter, de significantie viel weg nadat ook voor de vezelinname werd gecorrigeerd.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van levensmiddelen rijk aan anthocyaninen, flavonoïde polymeren en flavonolen het lichaamsgewicht verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary flavonoid intake and weight maintenance: three prospective cohorts of 124 086 US men and women followed for up to 24 years by Bertoia ML, Rimm EB, […], Cassidy A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4730111/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het verlagen van het lichaamsgewicht en flavonoïden.

Flavonoïden bestaan onder andere uit anthocyaninen, flavonoïde polymeren en flavonolen.
Flavonoïde polymeren zitten vooral in thee en appels.
Flavonoïden zitten in felgekleurde groenten en fruit. De aanbeveling van groenten en fruit van de Gezondheidsraad (het hoogste voedingsadviesorgaan in Nederland) is minimaal 200 gram groenten en minimaal 200 gram fruit per dag.

Deze maaltijden zijn geschikt voor mensen met overgewicht (BMI>25).
 

Carnitinesupplementen leiden tot gewichtsverlies

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van carnitinine het lichaamsgewicht?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 911 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van carnitine het lichaamsgewicht significant met 1.33 kg [MD = -1.33 kg, 95% BI = -2.09 tot -0.57] verlaagde. Het lichaamsgewicht nam meer af naarmate het gebruik van carnitine langer werd [p = 0.002].

De onderzoekers vonden dat het slikken van carnitine het BMI significant met 0.47 kg/m2 [MD = -0.47 kg/m2, 95% BI = -0.88 tot -0.05] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van carnitine het lichaamsgewicht en het BMI verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of (L-)carnitine on weight loss in adults: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Pooyandjoo M, Nouhi M, […], Olyaeemanesh A.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27335245

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het verlagen van het lichaamsgewicht en carnitine.

Deze maaltijden zijn geschikt voor mensen met overgewicht (BMI>25).
 

Dagelijks veel volkoren graanproducten verlaagt doodgaan aan alle oorzaken

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van volkoren graanproducten de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 prospectieve cohort studies met in totaal 843749 deelnemers, waavan 101282 doden.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkoren graanproducten vergeleken met weinig, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 18% [gepoolde RR = 0.82, 95% BI = 0.78-0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 1 portie volkoren graanproducten per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 7% [gepoolde RR = 0.93, 95% BI = 0.89-0.97] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel volkoren graanproducten (minstens 1 portie per dag) de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association between whole grain intake and all-cause mortality: a meta-analysis of cohort studies by Ma X, Tang WG, […], Xiang YB.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27566558

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en volkoren graanproducten.

Maximaal 1 tot 2 kopjes koffie per dag verbetert het geheugen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van koffie de kans op het krijgen van cognitieve problemen (zoals de ziekte van Alzheimer, dementie, cognitieve achteruitgang en cognitieve stoornissen)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 prospectieve cohort studies met in totaal 34282 deelnemers.  De follow-up duur varieerde tussen 1.3 en 28 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van 1 tot 2 kopjes koffie per dag, de kans op het krijgen van cognitieve problemen (zoals de ziekte van Alzheimer, dementie, cognitieve achteruitgang en cognitieve stoornissen) significant met 18% [95% BI = 0.82, 95% BI = 0.71-0.94, I2 = 25%] verlaagde.
Echter, deze verlaagde risico was niet meer significant voor 3 kopjes koffie of meer.

De onderzoekers vonden een J-vormig verband tussen het drinken van koffie en de kans op het krijgen van cognitieve problemen.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks drinken van maximaal 1 tot 2 kopjes koffie, de kans op het krijgen van cognitieve problemen (zoals de ziekte van Alzheimer, dementie, cognitieve achteruitgang en cognitieve stoornissen) verlaagde.  

Oorspronkelijke titel:
Coffee intake and the incident risk of cognitive disorders: A dose-response meta-analysis of nine prospective cohort studies by Wu L, Sun D and He Y.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27288328

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dementie en koffieconsumptie.

Regelmatige lichamelijke activiteiten verlaagt ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlagen lichamelijke activiteiten de ziekte van Alzheimer?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 hoog kwalitatief prospectieve cohort studies met 23345 deelnemers in de meta-analyse I en 5 hoog kwalitatief prospectieve cohort studies met 10615 deelnemers in de meta-analyse II.
De follow-duur varieerde tussen 3.9 en 31 jaar en de leeftijd van de deelnemers varieerde tussen 70 en 80 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de meta-analyse I dat mensen die veel lichamelijke activiteiten deden vergeleken met diegenen met weing lichamelijke activiteiten, een significant verlaagde risico van 35% [gepoolde OR = 0.65, 95% BI = 0.56-0.74, p 0.001, I2 = 31.32%] op het ontwikkelen van de ziekte van Alzheimer hadden.

De onderzoekers vonden in de meta-analyse II dat mensen die zich voldeden aan de internationale richtlijnen voor lichamelijke activiteiten, een significant verlaagde risico van 40% [gepoolde OR = 0.60, 95% BI = 0.51-0.71, p 0.001, I2 = 5.63%] op het ontwikkelen van de ziekte van Alzheimer hadden.

De onderzoekers concludeerden dat het doen van regelmatige lichamelijke activiteiten de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer bij ouderen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Physical Activity and Alzheimer Disease: A Protective Association by Santos-Lozano A, Pareja-Galeano H, […], Lucia A.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27492909

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over ouderdom en de ziekte van Alzheimer.

De internationale richtlijnen van het WHO voor volwassenen betrekken 60 minuten of meer aan gemodereerde of intensieve lichamelijke activiteit per dag. Meer dan 60 minuten lichamelijke activiteit zorgt verder voor aanvullende gezondheidsvoordelen. De meeste van deze activiteiten dienen van aerobe (met zuurstof) aard te zijn. Pubers dienen minstens drie keer per week aan een activiteit te doen op intensief niveau waarbij spier- en botversterkende oefeningen (zoals hardlopen, teamsport of krachttraining) inbegrepen dienen te zijn.

Er is sprake van lichamelijke inactiviteit wanneer:

  • jongeren (14-17 jaar): niet voldoende actief (minstens 60 minuten matig intensief lichamelijk actief) op 0-2 dagen per week.
  • volwassenen (18 jaar en ouder): niet voldoende actief (minstens 30 minuten matig intensief lichamelijk actief) op geen enkele dag per week.

Om een goede conditie van het hartvaatstelsel te bewerkstelligen is drie maal per week tenminste 20 minuten intensieve lichaamsbeweging nodig (door bijvoorbeeld te sporten). Sporten als hardlopen, hockey, voetbal, aerobics, squash en tennis zijn voorbeelden van intensieve beweging.

Mensen met leeftijdsgebonden maculaire degeneratie hebben baat bij 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag

Onderzoeksvraag:
Vergroot het slikken van luteïne of zeaxanthine in combinatie met meso-zeaxanthine de dichtheid van het macula pigment?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 RCT’s met 938 mensen met de oogziekte leeftijdsgebonden maculaire degeneratie en 826 mensen zonder een leeftijdsgebonden maculaire degeneratie.

De dosering van luteïne, zeaxanthine en/of meso-zeaxanthine in de interventiegroep varieerde tussen 0 en 20 mg per dag. De interventieduur varieerde tussen 8 weken tot 2 jaar.

Het waren goed opgezette studies. De meeste studies hadden een follow-up duur van minder dan 12 maanden.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van luteïne of zeaxanthine de dichtheid van het macula pigment van zowel mensen met [WMD = 0.07, 95% BI = 0.03 tot 0.11, I2 = 99.2%] als mensen zonder leeftijdsgebonden maculaire degeneratie [WMD = 0.09, 95% BI = 0.05 tot 0.14] vergrootte.

De onderzoekers vonden dat de dichtheid van het macula pigment groter was in studies met meer dan 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag [WMD = 0.12, 95% BI = 0.09 tot 0.15] dan in studies met minder dan 10 mg van luteïne of zeaxanthine per dag [WMD = 0.05, 95% BI = 0.03 tot 0.07].

De onderzoekers vonden dat de dichtheid van het macula pigment ook groter was in studies waarbij luteïne of zeaxanthine werd gecombineerd met meso-zeaxanthine [WMD = 0.13] dan in studies met alleen luteïne of zeaxanthine [WMD = 0.07].

De onderzoekers vonden dat zowel het slikken van luteïne als zeaxanthine de dichtheid van het macula pigment evenveel vergrootte.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 mg luteïne of zeaxanthine per dag, de dichtheid van het macula pigment met 0.005 punt verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van luteïne of zeaxanthine in combinatie met meso-zeaxanthine (het liefst boven 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag) de dichtheid van het macula pigment van zowel mensen met als mensen zonder leeftijdsgebonden maculaire degeneratie vergrootte.

Oorspronkelijke titel:
Lutein, Zeaxanthin and Meso-zeaxanthin Supplementation Associated with Macular Pigment Optical Density by Ma L, Liu R, […],Liu XH.

Link:
http://www.mdpi.com/2072-6643/8/7/426/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over luteïne en ouderdom.

Bij de oogziekte leeftijdsgebonden maculaire degeneratie speelt met name het macula pigment een belangrijke rol. Het geeft bescherming aan het netvlies tegen UV straling en het neutraliseert vrije radicalen. In de macula komen 2 carotenoïden voor: luteïne en zeaxanthine. De macula komt aan zijn naam vanwege zijn gele kleur (macula lutea = gele vlek), die veroorzaakt blijkt te worden door de 2 carotenoïden luteïne en zeaxanthine. Luteïne komt vooral voor aan de randen van de macula, zeaxanthine in het centrum, waar de foto-oxidatieve stress het hoogst is.

Om te kijken of het macula pigment goed functioneert, kan een onderzoek gedaan worden met de M-POD (macula pigment optische densiteit meter). Dit apparaat meet de dichtheid van het macula pigment.

In welke producten veel luteïne of zeaxanthine zitten, kunt u hier opzoeken.

Een laag koolhydratendieet verbetert nierfunctie van mensen met overgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het volgen van een laag koolhydratendieet de nierfunctie van mensen met overgewicht zonder chronische nierziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 861 mensen in de laag koolhydratendieet-groep en 826 mensen in de controlegroep.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de gemiddelde verandering in de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) van de nieren van de mensen in de laag koolhydratendieet-groep varieerde tussen 4.7 en 24.0 ml/min per 1.73 m2, terwijl in de controlegroeps was dat tussen -4.1 en 10.8 ml/min per 1.73 m2.

De onderzoekers vonden dat de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) van de nieren van de mensen in de laag koolhydratendieet-groep was 0.13 ml/min per 1.73 m2 [95 % BI = 0.00-0.26] hoger dan in de controlegroep.

De onderzoekers concludeerden dat het volgen van een laag koolhyratendieet de nierfunctie van mensen met overgewicht of obesitas zonder chronische nierziekte verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Impact of low-carbohydrate diet on renal function: a meta-analysis of over 1000 individuals from nine randomised controlled trials by Oyabu C, Hashimoto Y, […], Fukui M.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27346534

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koolhydraten en overgewicht.

Heb ik overgewicht?

Bij chronisch nierfalen zijn de nieren niet meer voldoende in staat om de afvalstoffen uit het lichaam te verwijderen. De uitscheiding van afvalstoffen kan op twee manieren geschat worden, namelijk door de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) of door de creatinineklaring in bloed- en urineonderzoek te meten. De normaalwaarde voor GFR op middelbare leeftijd is ongeveer 100 ml/minuut.

Klachten van nierfalen treden meestal pas op bij een GFR onder 25 ml/minuut. De nierfunctie is dan al ernstig gestoord. De meest voorkomende klachten zijn vermoeidheid, een slechte eetlust, misselijkheid, slecht slapen, hoofdpijn door een verhoogde bloeddruk en vocht vasthouden in de benen. Veel mensen met nierfalen en een GFR onder 25 ml/minuut klagen over jeuk.

Een laag koolhydratendieet is een dieet met 20 tot 40 En% koolhydraten. Een dieet met 20 tot 40 En% koolhydraten is een dieet dat voornamelijk uit producten met 20 tot 40 En% koolhydraten bestaat of het gemiddelde van alle dagelijks gegeten producten bevat 20 tot 40 En% koolhydraten. Welke producten uit de supermarkt 20 tot 40 En% koolhyraten bevatten, kunt u hier opzoeken.
20 En% koolhydraten wil zeggen dat het aantal gram koolhydraten 20% bijdraagt aan het total caloriegehalte van de desbetreffende maaltijd of het desbetreffende product.
 

Veel EPA en DHA via voeding verlaagt doodgaan aan alle oorzaken

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van PUFA, zoals EPA en DHA de kans op doodgaan aan alle oorzaken?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 prospectieve cohort studies met 31185 doden onder 371965 deelnemers.

Er was sprake van een matige tot hoge heterogeniteit tussen de studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge PUFA-inname via voeding vergeleken met een lage, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84-0.98, I2 = 62.9%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge EPA-inname via voeding vergeleken met een lage, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.75-0.92, I2 = 51.5%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge DHA-inname via voeding vergeleken met een lage, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.74-0.95, I2 = 38.5%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 0.3 gram PUFA per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.89-0.99, I2 = 70.2%] verlaagde. Echter, het verlaagde risico was niet meer zichtbaar boven 0.6 gram per dag.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging van het EPA-bloedgehalte met 1%, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.65-0.98, I2 = 74.5%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging van het DHA-bloedgehalte met 1%, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.63-0.99, I2 = 79.3%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoge inname van PUFA via voeding als het hebben van een hoge EPA- en DHA-bloedwaarden de kans op doodgaan aan alle oorzaken verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
N-3 long-chain polyunsaturated fatty acids and risk of all-cause mortality among general populations: a meta-analysis by Chen GC, Yang J, [...], Qin LQ.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4910132/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over EPA en DHA.

Een hoge EPA- en DHA-bloedwaarde kan verkregen worden door veel EPA en DHA via voeding binnen te krijgen en/of via voedingssupplementen. EPA en DHA zijn visvetzuren en zitten dus in vis.

Deze maaltijden leveren veel EPA en DHA.

Probiotica gedurende minimaal 8 weken verlaagt het BMI

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van probiotica het lichaamsgewicht en het BMI?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 25 RCT’s met 1931 deelnemers die 18 jaar en ouder waren.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het lichaamsgewicht significant met 0.59 kg [95% BI = 0.30-0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het BMI significant met 0.49 kg/m2 [95% BI = 0.24-0.74] verlaagde. Het grootste effect werd bereikt met probiotica van de verschillende stammen en bij het slikken van probiotica langer dan 8 weken.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van probiotica het BMI significant met 0.49 kg/m2 [95% BI = 0.24-0.74] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van probiotica van verschillende stammen gedurende minimaal 8 weken het BMI verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of probiotics on body weight and body-mass index: a systematic review and meta-analysis of randomized, controlled trials by Zhang Q, Wu Y and Fei X.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27149163

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het hebben van overgewicht en het slikken van probiotica.

Heb ik overgewicht?

 

Een lage botdichheid verhoogt aderverkalking bij ouderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het hebben van een lage botdichtheid de kans op het krijgen van aderverkalking (atherosclerose) bij ouderen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 23 patiënt-controle studies en 2 cohort studies met in totaal 10299 patiënten.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat patiënten met een lage botdichtheid hadden een significant verhoogde kans van 81% [OR = 1.81, 95% BI = 1.01-2.19, p 0.00001] op het krijgen van atherosclerotische afwijkingen dan mensen met een normale botdichtheid.

De onderzoekers vonden dat postmenopauzale vrouwen met een lage botdichtheid hadden een significant verhoogde kans van 1.23% [OR = 2.23, 95% BI = 1.72-2.89, p 0.00001] op het krijgen van atherosclerotische afwijkingen dan postmenopauzale vrouwen met een normale botdichtheid.

De onderzoekers vonden nadat gecorrigeerd te hebben voor leeftijd, geslacht, BMI en andere risicofactoren voor hart- en vaatziekten, dat het hebben van een lage botdichtheid de kans op het krijgen van atherosclerotische afwijkingen significant met 1.96% [OR = 2.96, 95% BI = 2.25-3.88, p 0.00001] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een lage botdichtheid een onafhankelijke voorspeller was voor de ontwikkeling van atherosclerose (aderverkalking) bij ouderen.

Oorspronkelijke titel:
Decreased Bone Mineral Density Is an Independent Predictor for the Development of Atherosclerosis: A Systematic Review and Meta-Analysis by Ye C, Xu M, […], He R.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4858264/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten.

Atherosclerose oftewel aderverkalking is een vorm van hart- en vaatziekten en is voortschrijdende ziekte waarbij uw slagaderwanden verharden.
Aderverkalking wordt veroorzaakt door het opstapelen van vetten in de wand van de slagaders. Met het ouder worden, gebeurt dit bij iedereen in meer of mindere mate.

Krachttraining kan de botdichtheid verhogen.

 

 

Het metabole syndroom verlaagt non-vertebrale fracturen onder mannen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het hebben van het metabole syndroom de kans op het krijgen van fracturen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het hebben van het metabole syndroom de kans op het krijgen van fracturen significant met 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.59-0.97, p = 0.026, I2 = 63.80%, p = 0.064] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het hebben van het metabole syndroom de kans op het krijgen van fracturen onder mannen significant met 34% [RR = 0.66, 95% BI = 0.51-0.86, p = 0.002, I2 = 27.90%, p = 0.235, n = 5] verlaagde. Echter, dit verlaagde risico was niet significant onder vrouwen [RR = 0.96, 95% BI = 0.60-1.54, p = 0.866, I2 = 83.40%, p = 0.002, n = 3].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het hebben van het metabole syndroom de kans op het krijgen van non-vertebrale fracturen onder mannen significant met 28% [RR = 0.72, 95% BI = 0.52-0.99, p = 0.048] verlaagde. Echter, dit verlaagde risico was niet significant onder vrouwen [RR = 0.99, 95% BI = 0.60-1.64, p = 0.969].

De onderzoekers concludeerden dat het hebben van het metabole syndroom de kans op het krijgen van fracturen, met name non-vertebrale fracturen onder mannen en niet onder vrouwen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Metabolic syndrome and the risk of bone fractures: A Meta-analysis of prospective cohort studies by Yang L, Lv X, [...], Zhang T.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26708924

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het hebben van overgewicht en het metabole syndroom.

Mensen met overgewicht wordt aangeraden te kiezen voor producten met 20-35 En% eiwit, 20-30 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal, maximaal 25 En% eenvoudige suikers en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Welke producten uit de supermarkt geschikt zijn voor mensen met overgewicht kunt u hier vinden.

Hoeveel kg u moet afvallen om op het gezonde gewicht te komen, kunt u hier uitzoeken.

 

Veel beta-caroteen via voeding verlaagt de mortaliteit

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt beta-caroteen de kans op doodgaan aan alle oorzaken (=all cause mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 prospectieve cohort studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van beta-caroteen via voeding de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.78-0.88, I2 = 1.0%, p  = 0.416] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoog serum of plasma beta-caroteengehalte de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 31% [RR = 0.69, 95% BI = 0.59-0.80, I2 = 37.1%, p = 0.145] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel het eten van veel beta-caroteen als het hebben een hoog serum of plasma beta-caroteengehalte de kans op doodgaan aan alle oorzaken verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary, circulating beta-carotene and risk of all-cause mortality: a meta-analysis from prospective studies by Zhao LG, Zhang QL, […], Xiang YB.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27188895

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over beta-caroteen en ouderdom.
Een hoog serum of plasma beta-caroteengehalte in het lichaam kan verkregen worden door veel beta-caroteen te eten en/of te slikken.

Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt de ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het hebben van een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 34 studies met 9397 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 237% [OR  =  3.37, 95% BI  =  1.90-5.95, p  =  2.9x10-5] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Homocysteine and Alzheimer's Disease: Evidence for a Causal Link from Mendelian Randomization by Hu Q, Teng W, [...], Wang N.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27031476

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van het homocysteïnegehalte en de ziekte van Alzheimer.

Een dieet met 10 En% koolhydraten verlaagt vetpercentage van mensen met obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met obesitas baat bij het volgen van een koolhydratenarm dieet?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s met een dieet van 10 En% koolhydraten en 7 RCT’s met een dieet van 40 En% koolhydraten met in totaal 1416 mensen met obesitas.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het volgen van een laag koolhydratendieet het lichaamsgewicht significant met 0.70 kg [95% BI = -1.07 tot -0.33] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het volgen van een laag koolhydratendieet het vetpercentage significant met 0.77 kg [95% BI = -1.55 tot -0.32] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het volgen van een laag koolhydratendieet gedurende minimaal 12 maanden het vetpercentage significant met 0.57 kg [95% BI = -1.05 tot -0.09] verlaagde. Echter, het verlaagde niet significant het lichaamsgewicht [-0.44 kg, 95% BI = -0.94 tot 0.07].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het volgen van een laag koolhydratendieet met 10 En% koolhydraten, het vetpercentage significant met 0.97 kg [95% BI = -1.50 tot -0.44] verlaagde. Echter, het verlaagde vetpercentage was niet significant bij  het volgen van een laag koolhydratendieet met 40 En% koolhydraten [-0.43 kg, 95% BI = -1.15 tot 0.33].

De onderzoekers concludeerden dat het volgen van een laag koolhydratendieet, met name met 10 En% koolhydraten het vetpercentage van mensen met obesitas verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Impact of low-carbohydrate diet on body composition: meta-analysis of randomized controlled studies by Hashimoto Y, Fukuda T, […], Fukui M.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27059106

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het hebben van overgewicht en koolhydraten.

Een dieet met 10-40 En% koolhydraten is een dieet dat voornamelijk uit producten met 10 tot 40 En% koolhydraten bestaat of het gemiddelde van alle dagelijks gegeten producten bevat 10 tot 40 En% koolhydraten. Welke producten uit de supermarkt 10 tot 40 En% koolhyraten bevatten, kunt u hier opzoeken. 10 En% koolhydraten wil zeggen dat het aantal gram koolhydraten 10% bijdraagt aan het total caloriegehalte van de desbetreffende maaltijd of het desbetreffende product.
 

Krachttraining verlaagt systolische bloeddruk van mensen met het metabole syndroom

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met het metabole syndroom (het voorstadium van suikerziekte type II) baat bij krachttraining?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat krachttraining de systolische bloeddruk van mensen met het metabole syndroom significant met 4.08 mmHg [95% BI = -1.33 tot -6.82, p 0.01, I2 = 0%] verlaagde.

Echter, de onderzoekers vonden geen significante verlaging voor krachttraining en
het nuchter glucosegehalte [-0.04 mmol/L, 95% BI = -0.12 tot 0.21, p > 0.05, I2 = 0%];
het HDL-cholesterolgehalte [0.00, 95% BI = -0.05 tot 0.04, p > 0.05, I2 = 0%];
het triglyceridengehalte [-0.03, 95% BI = -0.14 tot 0.20, p > 0.05, I2 = 0%];
de diastolische bloeddruk [-1.39 mmHg, 95% BI = -0.19 tot 2.98, p = 0.08, I2 = 0%] en
de buikomtrek [-1.09 cm, 95% BI = -0.12 tot 2.30, p = 0.08, I2 = 0%].

De onderzoekers vonden dat krachttraining de kans op doodgaan aan een beroerte en hartziekte bij mensen met het metabole syndroom significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat krachttraining de systolische bloeddruk, doodgaan aan een beroerte en hartziekte bij mensen met het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Resistance training reduces systolic blood pressure in metabolic syndrome: a systematic review and meta-analysis of randomised controlled trials by Lemes ÍR, Ferreira PH, […], Júnior NJ.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26964146

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het metabole syndroom, suikerziekte type II en krachttraining.  

 

Veel groenten verlaagt mogelijk heupfractuur

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van groenten en fruit de kans op het krijgen van een heupfractuur?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 1 patiënt-controle studie en 4 cohort studies met in totaal 330417 deelnemers waarvan 6779 mensen met heupfracturen. De gemiddelde follow-up duur varieerde tussen 4 en 14.2 jaar.

Wegens te weinig studies was het niet mogelijk om publicatie bias op te sporen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van zowel veel groenten als fruit de kans op het krijgen van een heupfractuur niet significant met 21% [OR = 0.79, 95% BI = 0.61-1.03, p = 0.028, I2 = 84.7%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel fruit de kans op het krijgen van een heupfractuur niet significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.74-1.04, p = 0.119, I2 = 73.0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel groenten de kans op het krijgen van een heupfractuur significant met 25% [OR = 0.75, 95% BI = 0.61-0.92, p = 0.005, I2 = 79.6%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel groenten maar niet fruit de kans op het krijgen van een heupfractuur mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat het niet mogelijk was om publicatie bias uit te sluiten.

Oorspronkelijke titel:
Increased intake of vegetables, but not fruits, may be associated with reduced risk of hip fracture: A meta-analysis by Luo SY, Yan Li Y, […], Songa JK.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4726403/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van groenten en fruit en ouderdom.
 
Wanneer in een overzichtsartikel publicatie bias niet uitgesloten kan worden, moet de conclusie voorzichtig geïnterpreteerd worden.

1 portie zuivel per dag verlaagt overgewicht bij kinderen en adolescenten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Velaagt het eten van zuivelproducten de kans op het krijgen van overgewicht/obesitas bij kinderen en adolescenten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 prospectieve cohort studies met 46011 kinderen en adolescenten met een gemiddelde follow-up duur van 3 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel zuivelproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van overgewicht/obesitas significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.49-0.80] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 portie zuivel per dag, de kans op het krijgen van overgewicht/obesitas significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.74-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 portie zuivel per dag, het vetpercentage niet significant met 35% [β = 0.65, 95% BI = -1.35 tot 0.06, p = 0.07] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks eten van veel zuivelproducten de kans op het krijgen van overgewicht/obesitas bij kinderen en adolescenten verlaagde.                      

Oorspronkelijke titel:
Long-term association between dairy consumption and risk of childhood obesity: a systematic review and meta-analysis of prospective cohort studies by Lu L, Xun P, […], Cai W.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26862005

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over overgewicht.

1 portie zuivel komt overeen met 250 ml melk, 50 gram kaas, 175 gram yoghurt of 200 ml zuiveldrank.

 

IJzersupplementen gedurende 4 tot 6 weken verhoogt het hemoglobinegehalte met 0.35 g/dL

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van ijzersupplementen het ijzertekort onder ouderen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 RCT’s met in totaal 440 deelnemers. De leeftijd varieerde tussen 70 en 83 jaar.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van ijzersupplementen gedurende 4 tot 6 weken het hemoglobinegehalte van ouderen met bloedarmoede signifiant met 0.35 g/dL [95% BI = 0.12-0.59, p = 0.003] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen significant verschil voor de bijwerkingen, voor de duur van een ziekenhuisopname en de mortaliteit.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van ijzersupplementen gedurende 4 tot 6 weken het hemoglobinegehalte van ouderen met bloedarmoede met 0.35 g/dL verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Systematic review and meta-analysis: what is the evidence for oral iron supplementation in treating anaemia in elderly people? by Tay HS and Soiza RL.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/25644019

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ijzer en ouderdom.