Voeding en gezondheid

Een non-lineair dosis-afhankelijk verband tussen het roken van sigaretten en alvleesklierkanker

 

Onderzoeksvraag:
De vraag blijft over de vorm van de dosis-afhankelijke relatie tussen het roken van sigaretten en alvleesklierkanker. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt het roken van sigaretten de kans op het krijgen van alvleesklierkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 42 observationele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden een non-lineair verband [p voor non-lineair = 0.000] tussen het roken van sigaretten en het krijgen van alvleesklierkanker.

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met het niet roken, dat het roken 10 sigaretten per dag, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 50% [RR = 1.5, 95% BI = 1.4-1.6] verhoogde.

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met het niet roken, dat het roken 20 sigaretten per dag, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 90% [RR = 1.9, 95% BI = 1.8-2.0] verhoogde.

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met het niet roken, dat het roken 30 sigaretten per dag, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 100% [RR = 2.0, 95% BI = 1.9-2.1] verhoogde.   

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met het niet roken, dat het roken 40 sigaretten per dag, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 110% [RR = 2.10, 95% BI = 1.9-2.3] verhoogde.  

De onderzoekers vonden ook vergelijkbare resultaten voor de duur van het roken en het cumulatieve aantal gerookte sigaretten.
Het relatieve risico van ex-rokers nam af naarmate de gestopte tijdspan toenam [p voor non-lineair = 0.008, I2 = 0%].

De onderzoekers vonden non-lineaire dosis-afhankelijke associaties voor alle parameters van het roken van sigaretten bij vrouwen, terwijl lineaire verbanden werden waargenomen voor de duur van het roken en het cumulatieve aantal gerookte sigaretten bij mannen, maar niet voor de rookintensiteit.

De onderzoekers concludeerden er was een non-lineair dosis-afhankelijk verband tussen het roken van sigaretten en het krijgen van alvleesklierkanker, maar dit verband kan tussen man en vrouw anders zijn.

Oorspronkelijke titel:
Non-linear dose–response relationship between cigarette smoking and pancreatic cancer risk: Evidence from a meta-analysis of 42 observational studies by Zoua L, Zhonga R, […], Miaoa X.

Link:
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S095980491300782X

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker. 

1-6 kopjes koffie per dag verlagen suikerziekte type 2

 

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van koffie de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 prospectieve cohort studies met 1109272 deelnemers, waarvan 45335 mensen met suikerziekte type 2. De follow-up duur (de duur van de studie) varieerde tussen 10 en 20 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van 1 kopje koffie per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.90-0.94] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 2 kopjes koffie per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.82-0.88] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 3 kopjes koffie per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.75-0.83] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 4 kopjes koffie per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 25% [RR = 0.75, 95% BI = 0.71-0.80] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 5 kopjes koffie per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 29% [RR = 0.71, 95% BI = 0.65-0.76] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 6 kopjes koffie per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 33% [RR = 0.67, 95% BI = 0.61-0.74] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 kopje cafeïne-bevattende koffie, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.89-0.94] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 kopje cafeïnevrije koffie, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.91-0.98] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van koffie (met of zonder cafeïne) de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde. Het verlaagde risico was dosis-afhankelijk.

Oorspronkelijke titel:
Caffeinated and Decaffeinated Coffee Consumption and Risk of Type 2 Diabetes: A Systematic Review and a Dose-Response Meta-analysis by Ding M, Bhupathiraju SN, […], Hu FB.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/24459154

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over suikerziekte, studieopzet en studies over koffie consumptie.

 

Zinksupplementen verlagen het nuchter bloedsuikergehalte


Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van zinksupplementen het nuchter bloedsuikergehalte en de HbA1c waarde?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 RCT’s met 3978 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter bloedsuikergehalte significant met 0.19 mmol/L [± 0.08 mmol/L, p = 0.013] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen de HbA1c waarde niet significant met 0.64% [± 0.36%, p = 0.072] verlaagde. Niet significant want de gevonden p-waarde van 0.072 was groter dan 0.05.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen geen significant effect had op het serum insulinegehalte.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het plasma zinkgehalte in het lichaam significant met 4.03 μmol/L [± 0.81 μmol/L, p = 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter bloedsuikergehalte in mensen met suikerziekte type 1 of 2, met metabool syndroom of met overgewicht significant met 0.49 mmol/L [± 0.11 mmol/L, p = 0.01] verlaagde. Significant want de gevonden p-waarde van 0.01 was kleiner dan 0.05.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter bloedsuikergehalte, met name in mensen met suikerziekte type 1 of 2, met metabool syndroom of met overgewicht verlaagde

Oorspronkelijke titel:
Zinc and glycemic control: A meta-analysis of randomised placebo controlled supplementation trials in humans by Capdora J, Fostera M, [...], Sammana S.

Link:
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0946672X12001204

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over zink.
Mensen met suikerziekte of overgewicht hebben vaak een hoog nuchter bloedsuikergehalte.

 

Groene thee verlaagt de bloeddruk en het LDL-cholesterolgehalte

 

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van groene thee de bloeddruk en het cholesterolgehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 RCT’s met 1536 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee de systolische bloeddruk significant met 1.94 mmHg [95% BI = -2.95 tot -0.93, p = 0.0002, I2 = 8%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee het totale cholesterolgehalte significant met 0.13 mmol/L [95% BI = -0.2 tot -0.07, p < 0.0001, I2 = 8%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee het LDL cholesterolgehalte significant met 0.19 mmol/L [95% BI = -0.3 tot -0.09, p < 0.0004, I2 = 70%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van groene thee de systolische bloeddruk (bovendruk) en het cholesterolgehalte (totale en LDL) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of green tea on blood pressure and lipid profile: a systematic review and meta-analysis of randomized clinical trials by Onakpoyaa I, Spencera E, […], Thompsona M.

Link:
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0939475314000477

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over groene thee, cholesterol en bloeddruk.

Studies 2014

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de relatie tussen voeding en hart- en vaatziekten.

De overzichtsartikelen (meta-analyses) van gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde dubbelblinde humane studies (RCT’s) geven antwoord op de volgende vraag:
“Is het slikken van voedingssupplementen zinvol?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

De overzichtsartikelen (meta-analyses) van cohort studies of van patiënt-controle studies geven antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen?”.

  1. 1-5 porties groenten en fruit per dag verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  2. Het eten van veel vis verlaagt mogelijk longkanker
  3. 5 mg foliumzuur per dag gedurende minimaal 4 weken verlaagt het homocysteïnegehalte van patiënten met een coronaire hartziekte
  4. 10 gram vezels per dag verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  5. 10 gram vezels per dag verlaagt totale mortaliteit
  6. Lycopeen verlaagt een beroerte onder mannen
  7. 100 gram roodvlees per dag verhoogt mogelijk de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten
  8. Een hoge suikerinname verhoogt de bloeddruk, het triglyceriden- en cholesterolgehalte
  9. Een hoge natriuminname verhoogt de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten
  10. Een verlaagd risico op mortaliteit tot 40 g alcohol per dag maar een verhoogd risico boven 40 g onder mannen
  11. Een voeding met veel kalium verlaagt een beroerte
  12. Olijfolie verlaagt een beroerte
  13. Een vegetarisch dieet verlaagt de bloeddruk
  14. Meer dan 2 gram EPA en DHA per dag verlaagt de bloeddruk
  15. Een hoog plasma homocysteïnegehalte verhoogt waarschijnlijk abdominale aorta aneurysma
  16. 300 mg cafeïne per dag verlaagt atriumfibrillatie
  17. 2000 mg vitamine B3 supplement verlaagt hart- en vaatziekten
  18. Het eten van flavonoïden verlaagt hart- en vaatziekten
  19. Groene thee verlaagt de bloeddruk en het cholesterolgehalte
  20. Groene thee verlaagt de bloeddruk en het LDL-cholesterolgehalte
  21. 130 gram peulvruchten per dag verlaagt het LDL-cholesterolgehalte

Het eten van flavonoïden verlaagt hart- en vaatziekten

 

Onderzoeksvraag:
Observationele studies suggereren dat de inname van flavonoïden geassocieerd is met een verminderd risico op hart- en vaatziekten. Echter, de resultaten van deze studies zijn controversieel. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt de inname van flavonoïden via voeding de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel anthocyanidinen vergeleken met  weinig, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel proanthocyanidinen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.82-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel flavonen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.82-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel flavanonen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.82-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van flavan-3-olen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 13% [RR = 0.87, 95% BI = 0.80-0.95] verlaagde.

Vergelijkbare resultaten werden ook gevonden voor flavonolen.
De sensitiviteitsanalyses en de subgroepen analyses ondersteunden deze associaties.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 10 mg flavonol per dag de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 5% [95% BI = 0.91-0.99] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van flavonoïden (met name flavonolen, anthocyanidinen, proanthocyanidinen, flavonen, flavanonen en flavan-3-olen) de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Flavonoid intake and risk of CVD: a systematic review and meta-analysis of prospective cohort studies by Wang X, Ouyang YY, […], Zhao G.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/23953879

Extra informatie van El Mondo:
Een goede manier om dagelijks genoeg flavonoïden binnen te krijgen, is via 200-300 gram groenten, 2-5 stuks fruit en 1-2 glazen alcohol per dag.

Anthocyanen worden gevormd wanneer de anthocyanidinen gekoppeld worden aan suikers.

Flavanonen komen voor in citrusvruchten. De bekendste flavanonen zijn hesperitine en naringenine en de bekendste flavonen zijn apigenine, luteoline en tangeretine.

Flavonolen komen voor in appels, peren, uien, thee en rode wijn. De bekenste flavonolen zijn quercetine, myricetine en kaempferol.

Flavan-3-olen zijn te vinden in druiven en thee.

Product

Aantal anthocyanen in mg per 100 g product

Aardbei

15-35

Aronia bessen

200-1000

Aubergine

750

Blauwe druif

30-750

Bosbes

25-497

Braam

83-326

Framboos

10-60

Kers

350-400

Radijs

11-60

Rode bes

80-420

Rode ui

7-21

Rode wijn

24-35

Sinaasappel

~200

Veenbes  

60-200

Vlierbes

450

Zwarte bes

130-400

Product

Aantal proanthocyanidinen in mg per 100 gram

Aardbei

145

(wilde) Blauwe bes

329

Cranberry

418

Framboos

30

 

 

 


 

 

 

 

Product

Aantal quercetine in mg per 100 g product

 Rode uien

32

Waterkers

30

Kool

23

Veenbessen

15

Rode bosbessen

13

Zwarte pruimen

12

Zoete aardappelen

10

Appels

4

Broccoli

3

 Thee

 

Het overzichtsartikel van cohort studies geeft aan dat het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten verlaagt. Dat wil dus niet zeggen dat het slikken van flavonoïden-supplementen nu gerechtvaardigd is. Het slikken van flavonoïden-supplementen is pas gerechtvaardigd wanneer dit beschermende effect ook wordt gevonden in het overzichtsartikel van RCT-studies. Tot die tijd biedt het eten van flavonoïden en niet het slikken van flavonoïden-supplementen, bescherming tegen hart- en vaatziekten.

Vind hier meer studies over flavonoïden.

2000 mg vitamine B3 supplement verlaagt hart- en vaatziekten

 

Onderzoeksvraag:
Endotheeldysfunctie is een onafhankelijke voorspeller van atherosclerotische hart- en vaatziekten. Niacine (vitamine B3) beschikt over de HDL cholesterol verhogende, anti-oxidatieve en anti-inflammatoire eigenschappen, welke bijdragen aan de verbetering van de functie van het endotheel. Echter, er bestaat nog steeds heel wat controverse over de effecten van niacine op de endotheel afhankelijke flow-gemedieerde vaatverwijding als een betrouwbare surrogaat van de functie van het endotheel. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het slikken van niacine de endotheel afhankelijke flow-gemedieerde vaatverwijding (vaatwandfunctie)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 RCT’s met in totaal 441 deelnemers, waarvan 213 mensen in de controle groep.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een niacine therapie de endotheel afhankelijke flow-gemedieerde vaatverwijding significant verbeterde [WMD = 1.98%, 95% BI = 0.91%-3.05%, p = 0.0003]. Dit effect was robuust in de gevoeligheidsanalyse en groter wanneer de suppletie minimaal 2000 mg niacine per dag bedroeg.

De onderzoekers vonden in de meta-regressie geen veranderingen in het plasma HDL en LDL cholesterol- of triglyceridengehalte en er was geen significant effect van een niacine therapie op de nitroglycerine-gemedieerde dilatatie.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van niacine (vitamine B3) de vaatwandfunctie verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of niacin on endothelial function: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Sahebkar A.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/24391126

Extra informatie van El Mondo:
Een verbeterde vaatwandfunctie verlaagt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten. Lees hier meer over vitamine B3 en hart- en vaatziekten.

Voedingssupplementen

Voedingssupplementen vallen net als voedingsmiddelen onder de levensmiddelenwetgeving, de Warenwet (Warenwetbesluit Voedingssupplementen). Voor de Warenwet zijn voedingssupplementen geen geneesmiddelen en hoeven daarom niet aan strenge eisen te voldoen. Zo hoeft de fabrikant geen onderzoeken met zijn eigen producten uit te voeren waardoor de fabrikant ook niet weet wat zijn product werkelijk doet in het lichaam doet. Ook hoeft de fabrikant de nadelige kanten van het product en de werkzame dosering niet op de verpakking te zetten. Maar waarom zal u als consument voedingssupplementen slikken wanneer u de werkzame dosering niet weet?

Vanaf 2012 moeten alle gezondheidsclaims op de verpakking van voedingssupplementen goedgekeurd zijn door de EFSA. Echter, de EFSA heeft de gezondheidsclaims niet gekoppeld aan de werkzame dosering maar aan minimaal 15% ADH per portie (een portie kan één tablet zijn). In de praktijk betekent het dat de fabrikant  de gezondheidsclaim “vitamine C verhoogt de weerstand” op de verpakking mag zetten bij zowel 12 mg als bij 1 gram vitamine C per tablet! 12 mg komt overeen met 15% ADH want de ADH van vitamine C heeft de EFSA op 80 mg gezet.

Wanneer u vitamines of mineralen via voedingssupplementen binnenkrijgt, wordt na de opname in het geval van vitamines de vorm die voorkomt in het voedingssupplement eerst omgezet in de lichaamsvorm. De lichaamsvorm voert vervolgens de lichaamsfuncties uit of wordt verder ingebouwd in de lichaamsenzymen en deze voeren vervolgens de lichaamsfuncties uit. Bij mineralenvoedingssupplementen wordt het mineraal na de opname in het maagdarmkanaal eerst ingebouwd in de lichaamsenzymen en deze voeren vervolgens de lichaamsfuncties uit. Met andere woorden, de vitamine- of mineraalvorm die voorkomt in voedingssupplementen heeft in het lichaam geen functies!

Twee voorbeelden:
Wanneer u vitamine D-supplement in de vorm van cholecalciferol of ergocalciferol slikt, wordt cholecalciferol en ergocalciferol eerst omgezet in de lichaamsvorm 1,25-dihydroxyvitamine D3. De lichaamsvorm 1,25-dihydroxyvitamine D3 verhoogt vervolgens de opname van het calcium in het maagdarmkanaal of verhoogt de weerstand.

Wanneer u magnesium-supplement in de vorm van magnesiumtaurinaat of magnesiumoxide slikt, wordt na de opname het losse magnesiumdeeltje (losgekoppeld van taurinaat en oxide) ingebouwd in het lichaamsenzym ATP-ase. Het lichaamsenzym ATP-ase is vervolgens betrokken bij de energieproductie.

Het slikken van voedingssupplementen is zonde van het geld wanneer er geen positief effect wordt gevonden in een overzichtsartikel (een verzameling van afzonderlijke studies) van RCT’s. Het overzichtsartikel van RCT’s kan een causaal verband aantonen, wat nodig is bij het slikken van voedingssupplementen en kan bovendien het placebo-effect elimineren. Wanneer u voedingssupplementen slikt, bent u alleen geïnteresseerd in het echte effect en niet in het placebo-effect.

Wanneer moet u geen voedingssupplementen slikken:

Geen verband tussen alcohol en multipel myeloom


Onderzoeksvraag:
De rol van alcohol in multipel myeloom (de Ziekte van Kahler) is onduidelijk, hoewel sommige recente bevindingen een verlaagde risico suggereren. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het drinken van alcohol de kans op het krijgen van multipel myeloom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 patiënt-controle en 10 cohort studies met in totaal 5694 patiënten met multipel myeloom.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van alcohol de kans op het krijgen van multipel myeloom niet-significant met 3% [95% BI = 0.85-1.10] verlaagde. Niet-significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het drinken van alcohol de kans op het krijgen van multipel myeloom niet-significant met 4% [95% BI = 0.74-1.24] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies geen verband tussen het drinken van alcohol en het krijgen van multipel myeloom [RR = 1.00, 95% BI = 0.89-1.13].

De onderzoekers vonden dat het drinken van 1 glas alcohol of minder per dag, de kans op het krijgen van multipel myeloom niet-significant met 4% [95% BI = 0.81-1.13] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van meer dan 1 glas alcohol per dag, de kans op het krijgen van multipel myeloom niet-significant met 11% [95% BI = 0.74-1.07] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen het drinken van alcohol en het krijgen van multipel myeloom.

Oorspronkelijke titel:
Alcohol drinking and multiple myeloma risk - a systematic review and meta-analysis of the dose-risk relationship by Rota M, Porta L, [...], La Vecchia C.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/24469244

Extra informatie van El Mondo:
De ziekte van Kahler (multipel myeloom) is zeldzaam en in Nederland wordt de diagnose multipel myeloom ongeveer 770 keer per jaar gesteld. Het gaat om slechts één procent van alle nieuwe patiënten met kanker. De ziekte komt niet bij kinderen voor maar het is typisch een aandoening van oudere volwassenen. De helft van de patiënten is ouder dan 65 jaar en de ziekte komt even vaak bij vrouwen als bij mannen voor.

Vind hier meer studies over alcohol consumptie.

300 mg cafeïne per dag verlaagt atriumfibrillatie

 

Onderzoeksvraag:
De associatie tussen de gebruikelijke cafeïne-inname en atriumfibrillatie (boezemfibrillatie) was onbekend. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt cafeïne-inname de kans op het krijgen van atriumfibrillatie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 prospectieve cohort studies met 228465 deelnemers.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat cafeïne-inname de kans op het krijgen van atriumfibrillatie niet- significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.81-1.01, p = 0.07, I2 = 73%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepen-analyses waarbij gecorrigeerd werd voor potentiële confounders, een significante, verlaagde risico van 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.80-0.99, p = 0.032, I2 = 30.9%, p = 0.227] bij een lage en 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.75-0.94, p = 0.002, I2 = 24.1%, p = 0.267] bij een hoge cafeïne-inname. 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 300 mg cafeïne per dag, de kans op het krijgen van atriumfibrillatie significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.90-0.99] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat elke 300 mg cafeïne per dag de kans op het krijgen van atriumfibrillatie verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Caffeine intake and atrial fibrillation incidence: Dose response Meta-analysis of prospective cohort studies by Cheng M, Hu Z, […], Gu D.

Link:
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0828282X13017613

Extra informatie van El Mondo:
Boezemfibrilleren of atriumfibrilleren, is een hartritmestoornis waarbij de boezems (atria) van het hart niet meer zoals normaal rustig en regelmatig samentrekken maar veel te snel en onregelmatig samentrekken. Atriumfibrillatie is een vervelende, maar niet direct levensbedreigende hartritmestoornis. Atriumfibrillatie is de meest voorkomende hartritmestoornis. Deze hartritmestoornis komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Met toenemende leeftijd neemt de kans op atriumfibrillatie toe, met name na het zeventigste levensjaar.

Vind hier meer studies over cafeïne-consumptie.

Het eten van foliumzuur verlaagt zowel slokdarmkanker als alvleesklierkanker


Onderzoeksvraag:
Er is tegenstrijdig bewijs over de associatie tussen de inname van foliumzuur en het risico op het krijgen van de bovenste maagdarmkanaal-kanker. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt foliumzuurinname via voeding de kans op het  krijgen van kanker aan het maagdarmkanaal?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte patiënt-controle en cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 9 retrospectieve studies, dat het eten van foliumzuur de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 41% [OR = 0.59, 95% BI = 0.51-0.69] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in 16 studies dat het eten van foliumzuur de kans op het krijgen van maagkanker niet-significant met 6% [OR = 0.94, 95% BI = 0.78-1.14] verlaagde. Niet-significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in 8 studies dat het eten van foliumzuur de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 34% [OR = 0.66, 95% BI = 0.49-0.89] verlaagde. Significant wil zegen, er kan met 95% betrouwbaarheid gezegd worden dat het eten van foliumzuur de kans op het krijgen van alvleesklierkanker met 34% verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van foliumzuur de kans op het krijgen van zowel slokdarmkanker als alvleesklierkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Folate intake and the risk of upper gastrointestinal cancers: A systematic review and meta-analysis by Tio M, Andrici J, […], Eslick GD.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/?term=Folate+intake+and+the+risk+of+upper+gastrointestinal+cancers%3A+A+systematic+review+and+meta-analysis

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over foliumzuur.
Deze maaltijd levert 185 microgram foliumzuur.

Het slikken van vitamines en mineralen verlaagt niet de mortaliteit


Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van vitamines en mineralen de mortaliteit?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 RCT’s met 91074 deelnemers, waarvan 8794 deelnemers die dood zijn gegaan tijdens de studie.
De gemiddelde leeftijd was 62 jaar en de duur van de suppletie was gemiddeld 43 maanden.
Er was geen heterogeniteit en publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 21 studies dat het slikken van vitamines en mineralen de all-cause mortaliteit (doodgaan aan alle oorzaken) niet significant met 2% [RR = 0.98, 95% CI = 0.94-1.02] verlaagde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden een trend voor een verlaagde risico op all-cause mortaliteit in de primaire preventie studies [RR = 0.94, 95% CI = 0.89-1.00].

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamines en mineralen de mortaliteit veroorzaakt door vasculaire oorzaken, niet significant met 1% [RR = 1.01, 95% CI = 0.93-1.09] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamines en mineralen de mortaliteit veroorzaakt door kanker, niet significant met 4% [RR = 0.96, 95% CI = 0.88-1.04] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat slikken van vitamines en mineralen geen effect had op de mortaliteit.

Oorspronkelijke titel:
Multivitamin-multimineral supplementation and mortality: a meta-analysis of randomized controlled trials by Macpherson H, Pipingas A and Pase MP.

Link:
http://ajcn.nutrition.org/content/97/2/437.full

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over de nadelige effecten van het slikken van voedingssupplementen.

Een hoog plasma homocysteïnegehalte verhoogt waarschijnlijk abdominale aorta aneurysma


Onderzoeksvraag:
Eerdere studies lieten inconsistente bevindingen met betrekking tot het verband tussen een  hoog plasma homocysteïnegehalte en abdominale aorta aneurysma (AAA). Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een hoog plasma homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van abdominale aorta aneurysma?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 patiënt-controle studies met 6445 deelnemers, waarvan 1410 patiënten met abdominale aorta aneurysma.

Er was geen sprake van publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een verhoogd plasma homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van een abdominaal aorta aneurysma significant met 229% [95% BI = 1.66-6.51, I2 = 92.9%, p = 0.000] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een verhoogd plasma homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van een abdominaal aorta aneurysma in mannen niet-significant met 136% [95% BI = 0.63-8.82] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog plasma homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van een abdominaal aorta aneurysma waarschijnlijk verhoogde. Waarschijnlijk omdat dit overzichtsartikel alleen maar patiënt-controle studies bevatte en daarbij ook heterogeniteit kende.

Oorspronkelijke titel:
Homocysteine Level and Risk of Abdominal Aortic Aneurysm: A Meta-Analysis by Cao H, Hu X, […], Xin S.

Link:
http://www.plosone.org/article/info%3Adoi%2F10.1371%2Fjournal.pone.0085831

Extra informatie van El Mondo:
Conclusie gevonden in patiënt-controle studies is niet echt betrouwbaar omdat patiënt-controle studies erg gevoelig zijn voor fouten, die de conclusie kunnen beïnvloeden. Daarom moet de conclusie gevonden in patiënt-controle studies bevestigd worden in cohort studies of in RCTs. Lees hier meer studieopzet.

Een abdominaal aorta aneurysma is een lokale verwijding van de buikaorta. Een abdominaal aorta aneurysma wordt gedefinieerd als een aortadiameter van tenminste anderhalf maal de diameter gemeten op het niveau van de renale arteriën. Een verwijde buikaorta kan scheuren waarna de patiënt binnen enkele minuten kan doodbloeden.

  • Risicofactoren van abdominaal aorta aneurysma:
  • Diabetes mellitus (suikerziekte)
  • Erfelijkheid
  • Hypercholesterolemie (hoog cholesterolgehalte)
  • Hypertensie (hoge bloeddruk)
  • Leeftijd (>50)
  • Mannen hebben meer kans dan vrouwen
  • Roken

 

Couscous met kipburger en groenten voor 4 personen

Couscous met kipburger en groenten voor 4 personen

Voedingswaarden:
Dit recept bevat per persoon 650 kcal, 29 gram eiwit, 23 gram vet en 82 gram koolhydraten oftewel 18 En% eiwit, 32 En% vet en 50 En% koolhydraten. Dit recept bevat 9 En% verzadigd vet en 1.1 gram vezels per 100 kcal.
9 En% verzadigd vet wil zeggen, dat verzadigd vet 9% bijdraagt aan het totale calorie van deze maaltijd van 650 kcal.

Deze maaltijd is een gezonde maaltijd want een gezonde maaltijd bevat maximaal 35 En% vet en maximaal 10 En% verzadigd vet.
Deze maaltijd past uitstekend in een dagelijkse gezonde voeding. Een dagelijkse gezonde voeding bestaat voornamelijk uit gezonde maaltijden en/of producten.

In combinatie met:
Dit recept in combinatie met 6 sneetjes boerentarwebrood, 100 gram gedroogde tuttifrutti levert 27 gram vezels.
25-30 gram vezels per dag verlaagt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, dikke darmkanker en overgewicht.
Vezelrijke producten (>1.5 gram vezels per 100 kcal) geven een langer verzadigingsgevoel en dus minder eetmomenten gedurende de dag.

Vervangen door:
Door 4 kipburgers te vervangen door 4 zalmburgers dekt de maaltijd per persoon de aanbevolen dagelijkse hoeveeheid EPA en DHA van 2 dagen.
450 mg EPA en DHA per dag verlaagt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekte. Welke vissen veel EPA en DHA leveren, kunt u hier opzoeken.

Door 4 kipburgers te vervangen door 400 gram oesters dekt de maaltijd per persoon de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid zink van 5 dagen, de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid koper van 3 dagen en de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine B12 van 5 dagen.
Deze vervanging in combinatie met 6 sneetjes boerentarwebrood besmeerd met appelstroop en 100 gram gedroogde tuttifrutti dekt de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid ijzer van 15 mg. 
Een ijzer-tekort is een veel voorkomend probleem bij vrouwen omdat zij via de menstruatie veel ijzer verliezen. IJzer is namelijk verantwoordelijk voor de rode kleur van het bloed. Dus hoe roder het vlees, des te meer het ijzer bevat. Appelstroop bevat ook veel ijzer.

Bijzonderheden:
Deze maaltijd bevat olijfolie, knoflook en gevogelte (in de vorm van kipburger).

Bereiding & Ingrediënten van couscous met kipburger en groenten voor 4 personen

Bereiding:

  • Breng 500 ml water aan de kook, haal de pan van het vuur en voeg al roerend de couscous toe. Laat deze 3 minuten wellen [Couscous zijn griesmeelkorrels bedekt met een laagje bloem. Het is een traditionele Marokaanse basisvoedsel].
  • Doe de olie in de pan en bak de kipburgers volgens de aanwijzingen op de verpakking gaar.
  • Kneus de knoflook en snijd het fijn. Fruit het even in heet olie [Door het fruiten komt de smaak tot haar recht].
  • Voeg aan de knoflook de wokgroente toe en roerbak volgens de aanwijzingen op de verpakking gaar [Eet per dag 200-300 gram groenten].
  • Schep de couscous op 4 borden, leg de kipburger erop en schep de groentemengsel erbij.
  • Garneer het gerecht met fijngesneden peterselie.

Ingrediënten:

  • Couscous (300 gram, ongekookt)
  • 4 kipburgers
  • 4 eetlepels olijfolie (40 gram)
  • Italiaanse wokgroente (750 gram)
  • 4 teentjes knoflook
  • Fijngesneden peterselie (30 gram)

Bereiding & Ingrediënten van couscous met kipburger en groenten voor 4 personen

Bereiding:

  • Breng 500 ml water aan de kook, haal de pan van het vuur en voeg al roerend de couscous toe. Laat deze 3 minuten wellen [Couscous zijn griesmeelkorrels bedekt met een laagje bloem. Het is een traditionele Marokaanse basisvoedsel].
  • Doe de olie in de pan en bak de kipburgers volgens de aanwijzingen op de verpakking gaar.
  • Kneus de knoflook en snijd het fijn. Fruit het even in heet olie [Door het fruiten komt de smaak tot haar recht].
  • Voeg aan de knoflook de wokgroente toe en roerbak volgens de aanwijzingen op de verpakking gaar [Eet per dag 200-300 gram groenten].
  • Schep de couscous op 4 borden, leg de kipburger erop en schep de groentemengsel erbij.
  • Garneer het gerecht met fijngesneden peterselie.=

Ingrediënten:

  • Couscous (300 gram, ongekookt)
  • 4 kipburgers
  • 4 eetlepels olijfolie (40 gram)
  • Italiaanse wokgroente (750 gram)
  • 4 teentjes knoflook
  • Fijngesneden peterselie (30 gram)

Een beroerte

Hieronder vindt u wetenschappelijke studies (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en het voorkomen van en beroerte:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. 100 mg choline via voeding verhoogt doodgaan aan hart- en vaatziekten 

  2. Peulvruchten verlagen mogelijk een beroerte
  3. Vitamine B6 en foliumzuur via voeding verlagen een beroerte
  4. Ziekte van Alzheimer verhoogt een hersenbloeding
  5. 100 gram vis per dag verlaagt hart- en vaatziekten
  6. Vitamine E via voeding verlaagt een beroerte
  7. Witvlees verlaagt een beroerte
  8. 1 portie gevogelte per week verlaagt een beroerte onder vrouwen
  9. Het metabole syndroom verhoogt een ischemische beroerte
  10. Suikergezoete en zoetstofgezoete frisdrank verhogen hart- en haatziekten
  11. Dagelijks 1 kopje thee verlaagt hart- en vaatziekten onder ouderen
  12. Dagelijks 2 tot 6 kopjes koffie verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten onder mannen
  13. Dagelijks 50 mg flavanonen via voeding verlaagt een beroerte
  14. Veel flavonoïden via voeding verlaagt een beroerte
  15. 12 gram noten per dag verlaagt een beroerte
  16. Overgewicht verhoogt een beroerte
  17. Veel luteïne via voeding verlaagt mogelijk hart- en vaatziekten
  18. Veel soja via voeding verlaagt mogelijk een beroerte
  19. Maximaal 25 gram verzadigd vet per dag verlaagt een beroerte onder mannen
  20. Dagelijks 40 gram kaas verlaagt hart- en vaatziekten en beroerte
  21. Dagelijks 125 gram melk verlaagt een beroerte
  22. Zuivelproducten verlaagt hart- en vaatziekten
  23. Veel volkorenproducen verlaagt een beroerte onder vrouwen
  24. Veel lycopeen via voeding verlaagt hart- en vaatziekten
  25. Lycopeen verlaagt een beroerte onder mannen
  26. Olijfolie verlaagt een beroerte
  27. Veel natrium via voeding verhoogt een beroerte
  28. 3500 mg kalium per dag via voeding verlaagt een beroerte
  29. Een voeding met veel kalium verlaagt een beroerte
  30. 1 gram kalium per dag verlaagt beroerte met 11%
  31. 1.6 gram kalium per dag verlaagt een beroerte
  32. 2.3-3.1 gram kalium per dag verlaagt de bloeddruk
  33. 1 ei per dag verhoogt niet hart- en vaatziekten of beroerte
  34. Calciumsupplementen verhogen hartinfarct
  35. Dagelijks 200 tot 700 mg calcium via voeding verlaagt een beroerte onder Aziaten
  36. Calcium via voeding verlaagt beroerte onder Aziaten
  37. Magnesium verlaagt de kans op een ischemische beroerte
  38. Vezelinname via voeding verlaagt mogelijk een beroerte
  39. 400-800 mcg foliumzuur per dag verlaagt een beroerte
  40. Foliumzuursupplementen verlagen een beroerte
  41. Foliumzuursupplementen verlagen mogelijk een beroerte
  42. Hoog HDL-cholesterolgehalte verhoogt een intracerebrale bloeding
  43. Antioxidantensupplementen verlagen niet hart- en vaatziekten
  44. 5 gram zout of minder per dag verlaagt de bloeddruk
  45. 1 glas alcohol per dag verlaagt hart- en vaatziekten met 14-25%

XXXXXXXXXXXXXXXXX

Wanneer de bloedvoorziening naar de hersenen plotseling onderbroken wordt, is er sprake van een beroerte. Een beroerte wordt ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd, wat “een ongeluk in de bloedvaten van de hersenen” betekent.

In de meeste gevallen (80%) gebeurt dat door de afsluiting van een bloedvat (ook wel een herseninfarct of ischemische beroerte genoemd), maar het kan ook door een bloeding komen (20%), ook wel een hersenbloeding of hemorragische beroerte genoemd.

Een hersenbloeding wordt onderverdeeld in:

  • intracerebrale bloeding.
  • subarachnoïdale bloeding.

Een TIA is een voorbijgaande beroerte.

De symptomen van een beroerte zijn:

  • gevoelloosheid of spierzwakte aan één kant van het lichaam (in het gezicht, een arm of een been).
  • moeite met lopen, duizeligheid, evenwichtsstoornissen of coördinatieproblemen.
  • zware hoofdpijn zonder bekende oorzaak.
  • verwardheid, moeite met spreken of begrijpen.
  • moeite met zien, bij één oog of beide ogen.

Om de symptomen van een beroerte snel te kunnen herkennen kan gebruik gemaakt worden van de FAST-test.

  • Face (gezicht). Vraag het slachtoffer zijn tanden te laten zien. Let op of de mond scheef staat en een mondhoek naar beneden hangt.
  • Arm. Vraag het slachtoffer om beide armen tegelijkertijd horizontaal naar voren te strekken en de binnenzijde van de handen naar boven te draaien. Let op of een arm wegzakt of rondzwalkt.
  • Spraak. Vraag het slachtoffer om te spreken. Let op of dat onduidelijk gaat en of het slachtoffer uit zijn woorden kan komen.
  • Tijd. Vraag het slachtoffer hoe laat de klachten zijn begonnen of probeer er op een andere manier achter te komen.

De behandeling van een beroerte kent grofweg drie fasen:

  1. de acute fase (duurt ongeveer tien dagen).
  2. de revalidatiefase (duurt gemiddeld tot een half jaar na een beroerte).
  3. de chronische fase (de periode na de revalidatiefase).

De belangrijkste risicofactor voor het optreden van een beroerte is leeftijd: hoe ouder des te hoger de kans op het krijgen van een beroerte is.

Voedingsvezels

  • Voedingsvezels, ook wel “ballaststoffen” genoemd, is een verzameling van stoffen die niet in de dunne darm worden verteerd. Ze komen dus onveranderd in de dikke darm terecht waar ze positieve effecten op het lichaam uitoefenen.  
  • Voedingsvezels oftewel vezels zijn chemisch gezien koolhydraten die stevigheid aan planten geven.
  • Voedingsvezels komen niet in dierlijke producten voor. Ze komen alleen in plantaardige producten, zoals groenten, fruit en noten voor.
  • Voedingsvezels leveren geen voedingsstoffen aan het lichaam maar ze zijn wel belangrijk voor een goede darmwerking.
  • Er zijn 2 soorten voedingsvezels:
    1. Niet-fermenteerbare voedingsvezels, ook wel onoplosbare vezels genoemd. Onoplosbare vezels werken als een soort spons in de dikke darm: ze nemen vocht op. Hierdoor wordt harde, droge ontlasting zacht en soepel. Dunne ontlasting wordt door de sponswerking juist ingedikt. Niet-fermenteerbare voedingsvezels geven een langer verzadigingsgevoel.
      Onoplosbare vezels zitten met name in volkoren- en graanproducten, zoals volkorenbrood, bruinbrood, muesli, cruesli, havermout en zemelen.
      Voorbeelden van niet-fermenteerbare vezels zijn: resistent zetmeel,  hemi-cellulose, cellulose en lignine.
    2. Fermenteerbare voedingsvezels, ook wel oplosbare vezels genoemd. Fermenteerbare voedingsvezels nemen ook water op, zij het minder dan de niet-fermenteerbare vezels. Ze zijn veelal goed in water oplosbaar en binden ook galzuren, glucose, cholesterol en vetzuren aan zich. Ze worden in de dikke darm door darmbacteriën afgebroken. De stoffen die daarbij vrijkomen, zoals kortketenige vetzuren, bevorderen de darmfunctie.
      Fermenteerbare vezels komen vooral voor in groenten, fruit en peulvruchten.Niet-fermenteerbare voedingsvezels geven een langer verzadigingsgevoel, terwijl fermenteerbare voedingsvezels de darmwerking bevorderen.
  • In levensmiddelen komen deze 2 soorten vezels naast elkaar voor. In het ene product zitten meer oplosbare vezels dan onoplosbare en andersom.
  • Voedingsvezels die als voedsel dienen voor de goede darmbacteriën in de dikke darm, worden prebiotica genoemd. Prebiotica zijn fermenteerbare vezels.
  • De EFSA heeft anno 2013 geen enkele gezondheidsclaims van prebiotica goedgekeurd.
    Anno 2013 is het bij de wet strafbaar niet goedgekeurde gezondheidsclaims van prebiotica op de verpakking van levensmiddelen en voedingssupplementen te zetten.
  • De meest bekende prebiotica zijn:
    • Inuline (wordt o.a. aan vezelrijk witbrood toegevoegd).
    • Fructo-oligosachariden (worden als GOS en FOS aan babyvoeding toegevoegd).
    • Pectines (worden als verdikkingsmiddelen aan frisdrank toegevoegd).
    • Glucanen uit graanproducten.
  • Voedingsvezels leveren per gram 2 kcal.
  • Voedingsvezels worden in de levensmiddelenindustrie vaak als verdikkingsmiddelen, zoals pectine en gommen gebruikt. Verdikkingsmiddelen zijn voor de levensmiddelenwetgeving E-nummers.
    Verdikkingsmiddelen verbeteren het mondgevoel van light-frisdranken en suikervrije frisdranken.
  • Een vezelrijk dieet is een dieet met minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
  • Aanbevelingen van voedingsvezels:
    • 25-30 gram voedingsvezels per dag.
      25 gram voedingsvezels per dag komt overeen met een dagelijkse voeding met minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal en 30 gram vezels komt overeen met minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
    • De minimumgrens voor de vezelinname voor kinderen vanaf 2 jaar is "de leeftijd + 5" g en de maximale inname is "de leeftijd + 10" g.
    • Nog geen specifieke aanbeveling voor oplosbare en onoplosbare voedingsvezels.

Oplosbare vezels

Niet oplosbare vezels

Aardbeien

Bruine rijst

Appels

Bulgur

Bonen

Couscous

Bosbessen

Courgette

Gedroogde erwten

Gerst

Groenten

Komkommers

Havermeel

Muesli

Haverzemelen

Selderij

Linzen

Tarwezemelen

Noten en zaden

Tomaten

Peren

Volkorenbrood

 

Wortels

 

Zaden

Wetenschappelijke studies over voedingsvezels:
De overzichtsartikelen (meta-analyses) van gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde dubbelblinde humane studies (RCT’s) geven antwoord op de volgende vraag:
“Is het slikken van voedingssupplementen zinvol?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

De overzichtsartikelen (meta-analyses) van cohort studies of van patiënt-controle studies geven antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen?”.

Studies 2002

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de relatie tussen voeding en hart- en vaatziekten.

De overzichtsartikelen (meta-analyses) van gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde dubbelblinde humane studies (RCT’s) geven antwoord op de volgende vraag:
“Is het slikken van voedingssupplementen zinvol?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

De overzichtsartikelen (meta-analyses) van cohort studies of van patiënt-controle studies geven antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen?”.

  1. 240 mg magnesiumsupplementen per dag verlaagt de bovendruk

240 mg magnesiumsupplementen per dag verlaagt de bovendruk


Onderzoeksvraag:
Bestaat er een dosis-afhankelijk verband tussen het slikken van magnesiumsupplementen en het verlagen van de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 RCT’s (16 met hypertensieve en 6 met normotensieve deelnemers) met in totaal 1220 deelnemers.

De dosering van magnesiumsupplementen in de studies varieerde van 10 tot 40 mmol/dag met gemiddeld 15.4 mmol per dag oftewel 370 mg magnesium per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen de systolische bloeddruk niet significant met 0.6 mmHg [95% BI = -2.2 tot 1.0] en de diastolische bloeddruk niet significant met 0.8 mmHg [95% BI = -1.9 to 0.4] verlaagde.

Echter, de onderzoekers vonden een dosis-afhankelijk verband tussen het slikken van magnesiumssuplementen en het verlagen van de bloeddruk. Ze vonden dat elke 10 mmol (240 mg) magnesiumsupplementen per dag, de systolische bloeddruk significant met 4.3 mmHg [95% BI = 6.3 to 2.2, p < 0.001] en de diastolische bloeddruk niet significant met 2.3 mmHg [95% BI = 4.9 tot 0.0, p = 0.09] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers concludeerden dat een dosis-afhankelijk verband bestond tussen het slikken van magnesiumsupplementen en het verlagen van de bloeddruk, met name de systolische bloeddruk (bovendruk).

Oorspronkelijke titel:
The effect of magnesium supplementation on blood pressure: a meta-analysis of randomized clinical trials by Jeea SH, Miller ER, [...], Klagb MJ.

Link:
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0895706102029643

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over hoge bloeddruk.

 

Waarom is Nuggets met lupine van Vivera gezond?

Vivera nuggets met lupine

Product:
Vivera nuggets met lupine, we love nature!

Bijzonderheden:
Het product is 100% plantaardig met toegevoegde ijzer en vitamine B12.

IJzer:
In dit product zit toegevoegde ijzer. Dat is te zien want het woord “ijzer” komt in de ingrediëntenijst voor. Wat in de ingriëntenlijst staan, wordt tijdens de productie kunstmatig (=uit een zak) toegevoegd!
Wat veel consumenten niet weten, is dat ijzer nooit als losse deeltjes aan levensmiddelen wordt toegevoegd. Het wordt altijd als een verbinding toegevoegd. Een ijzerverbinding bestaat uit het positieve deeltje ijzer en het negatieve deeltje. Het negatieve deeltje kan lactaat, citraat, EDTA of oxide zijn.
De enige ijzerverbinding die bij de opname in het lichaam niet verlaagd wordt door het aanwezige vezelgehalte van het product, is ijzerEDTA. Maar ijzerEDTA is erg duur en het is onwaarschijnlijk dat de fabrikant ijzerEDTA gebruikt heeft. Welke ijzerverbinding de fabrikant gebruikt heeft, is niet bekend. De fabrikant heeft namelijk de ijzerverbinding niet op de verpakking gezet. De reden hierachter kan zijn dat de fabrikant de consument toch het gevoel wil geven dat hier om goed opneembare ijzerverbinding gaat, terwijl het in werkelijk misschien niet het geval is!
Zolang de wet de fabrikant niet verplicht de ijzerverbinding op de verpakking te zetten, zal de consument nooit achterkomen of hij waarde voor zijn geld heeft betaald of niet. Over het algemeen wordt goed opneembare ijzerverbinding altijd op de verpakking vermeld (wordt dan gebruikt als verkoopargument) en slecht opneembare ijzerverbinding weggelaten!

Producten, met name vegetarische producten met toegevoegde ijzer moet u als consument  met een korreltje zout nemen want de kans is groot dat hier toch om slecht opneembare ijzerverbinding (ijzeroxide, is zeer goedkoop) gaat en niet om ijzerEDTA (is erg duur). Slecht opneembare ijzerverbinding heeft als nadeel dat de opname in het lichaam gering is om het effect te hebben. Maar slecht opneembare ijzerverbinding heeft als voordelen dat het geen verkleuring of vetoxidatie in het product geeft. Als consument willen wij namelijk geen verkleuring of vetoxidatie in het product hebben. Vetoxidatie wordt namelijk geassocieerd met bederf van het product.

Als consument is goed om te weten dat het vaak technologisch onmogelijk is om goed opneembare ijzerverbindingen aan levensmiddelen toe te voegen. Goed opneembare ijzerverbinding geeft in levensmiddelen namelijk vaak verkleuring en vetoxidatie en dat is onwenselijk.
Wilt u dus extra ijzer binnenkrijgen, kies dan liever voor een ijzer-supplement (als ijzerlactaat of ijzercitraat, ijzerEDTA is niet verkrijgbaar omdat het erg duur is)?

Vitamine B12:
De opname van vitamine B12 uit dit product is goed. Vitamine B12 wordt vaak aan vegetarische producten toegevoegd omdat vegetariërs vaak een vitamine B12-tekort hebben. Vitamine B12 komt namelijk alleen in dierlijke producten voor.

Om te kunnen claimen (=zeggen) dat in dit product vitamine B12 zit, moet de fabrikant van de wet minimaal 15% ADH per 100 gram product toevoegen. Vandaar 15% ADH vitamine B12 per 100 gram op de verpakking!
Aangezien in dit product per 100 gram 15% ADH vitamine B12 zit, mag de fabrikant van de wet ook de volgende voedingsclaim “bron van vitamine B12” op de verpakking zetten. Hij heeft het niet gedaan maar het mag van de wet. De woorden “bron van...” op de verpakking is altijd gekoppeld aan 15% ADH per 100 gram (100 ml) product!

Verder mag de fabrikant de volgende gezondheidsclaim “draagt aan een normale energie-voorziening door vitamine B12 en ijzer” op de verpakking zetten. Dit is een goedgekeurde gezondheidsclaim van de EFSA voor vitamine B12 en ijzer. Anno 2013 mag de fabrikant alleen nog maar goedgekeurde gezondheidsclaims van de EFSA op de verpakking zetten. Goedgekeurde gezondheidsclaims van de EFSA mogen pas op de verpakking staan wanneer het product 15% ADH per 100 gram bevat. Dit product bevat 15% ADH vitamine B12 en 15% ADH ijzer per 100 gram product.

29% lupinemeel:
In de ingrediëntenlijst is alleen het percentage lupinemeel bekend. Waarom eigenlijk? Dit heeft te maken met de naam van het product.
Dit product heet nuggets met lupine. Aangezien de fabrikant in de naam van het product claimt dat in dit product lupine zit, moet hij van de wet het percentage lupine in de vorm van lupinemeel in de ingrediëtenlijst vermelden!
Hij claimt echter niet dat in dit product ook maltodextrine zit en daarom hoeft hij van de wet het percentage maltodextrine ook niet vrij te geven.
 
Dit product bevat 29% lupinemeel en aangezien lupinemeel in de ingrediëntenlijst na water staat, wil zeggen dat dit product uit minimaal 30% water bestaat. De volgorde in de ingrediëntenlijst is namelijk wettelijk vastgelegd en het begint altijd met het ingrediënt met het hoogste aandeel in het product en eindigt met het ingrediënt met het laagste aandeel. Het ingrediënt met het laagste aandeel in dit product is vitamine B12 want de ingrediëntenlijst eindigt met vitamine B12.

Lupine in lupinemeel is vetgedrukt. Waarom eigenlijk?
Vanaf 2014 is het wettelijk verplicht alle allergenen in de ingrediëntenlijst vet te drukken. Voor de levensmiddelenwetgeving zijn lupine en tarwe allergenen.

Als consument is goed om te weten dat de fabrikant tegen het vrijgeven van de percentages in de ingrediëntenlijst is, want door het vrijgeven van de percentages wordt de concurrent makkelijker gemaakt om het product na te maken (huismerken zijn in de regel nagemaakte A-merken!).
Het is daarom een illusie om te bedenken dat de fabrikant de consument graag wil voorlichten wat in zijn product zit. De ingrediëntenlijst is namelijk wettelijk verplicht want zonder deze wettelijke verplichting heeft de fabrikant de ingrediëntenlijst al gisteren afgeschaft!
Aangezien de fabrikant niet wil dat zijn product nagemaakt wordt, beschrijft hij de ingrediëntenlijst op zo’n manier dat het voor zijn concurrent moeilijk te lezen valt. Maar als zijn directe concurrent al moeite heeft om de ingrediëntenlijst te lezen, tast de consument helemaal in het donker!

Luchtige en veerkrachtige structuur:
Dit product heeft een luchtige en veerkrachtige structuur. Deze luchtige en veerkrachtige strucctuur wordt veroorzaakt door het glutennetwerk. Aangezien lupine geen gluten bevat, wordt gluten in de vorm van tarwebloem aan dit product toegevoegd. Het glutennetwerk wordt nog verder verbeterd door zout en eiwit en daarom wordt aan dit product ook zout en erwteneiwit toegevoegd. De fabrikant heeft voor erwteneiwit gekozen omdat het goekoop, plantaardig en voor de wet geen allergeen (in tegenstelling tot sojaeiwit) is.

Cornflakes en maltodextrine:
Cornflakes (suiker en zout zijn mede verantwoordelijk voor de kleur van cornflakes) wordt toegevoegd om het product te kleuren en maltodextrine (een suiker) om het product tot een bepaalde grootte op te vullen. Door het product tot een bepaalde grootte op te vullen is het voor de fabrikant makkelijker om het product machinaal te produceren. Verder kan maltodextrine water vastbinden.

Allergenen:
Geprodcueerd in een fabriek waar ook melkeiwit, lactose, ei, soja, pinda’s, selderij en mosterd vewerkt worden. Waarom staat deze zin op de verpakking?
De fabrikant is wettelijk verplicht alle allergenen (melkeiwit, lactose, ei, soja, pinda’s, selderij en mosterd) in het product op de verpakking te zetten. Maar aangezien hij na elke productie dit product niet op allergenen test, weet hij ook niet welke allergenen werkelijk in dit product zit. Om zichzelf in te dekken wordt daarom deze zin op de verpakking gezet.

Het meten van allergenen en voedingswaarden, zoals het aantal gram vet, vezels en eiwit na elke productie is te duur en vaak praktisch niet haalbaar (de metingen duren te lang) en daarom moet u als consument niet teveel waarde hechten aan de tabel voedingswaarde per 100 gram. De tabel voedingswaarde per 100 gram (berekend achter de computer aan de hand van de gronstofspecificaties) geeft de ideale situatie weer; dus wanneer de gebruikte ingrediënten in dit product voldoen aan hun productspecificaties (meestal is dat niet het geval) en wanneer geen fouten (een onmogelijke opgave) worden gemaakt in de productie. Dit verklaart waarom de Consumentenbond vaak andere voedingswaarden vindt dan wat op de verpakking staan!

De waarden in de tabel voedingswaarde per 100 gram moet u als consument vergelijken met de berekende reistijd (dus niet de werkelijke reistijd!) door uw navigatiesysteem.

Zit er E-nummers in?
Ja, er zitten namelijk 2 E-nummers. Tarwe- en maïszetmeel zijn E1400-1500. Tarwe- en maïszetmeel en lupinemeel kunnen het water in dit product vasthouden.

Voedingswaarden:
Dit product levert 49.36 En% eiwit, 29.45 En% koolhydraten (waarvan 8.68 En% eenvoudige suikers) en 11.87 En% vet, waarvan 2.30 En% verzadigd vet. Het product bevat 0.36 gram natrium per 100 gram en 4.7 gram vezels per 100 kcal.

Voedingskundig gezien mag een gezond product maximaal 35 En% vet, maximaal 10 En% verzadigd vet, maximaal 0.5 gram natrium per 100 gram en minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal bevatten. Dus, dit product is gezond.

 

Macaroni-bonensoep met tonijn voor 4 personen

Macaroni-bonensoep met tonijn voor 4 personen

Voedingswaarde:
Dit recept levert per persoon 625 kcal, 38 gram eiwit, 20 gram vet en 73 gram koolhydraten oftewel 24 En% eiwit, 29 En% vet en 47 En% koolhydraten. Dit recept bevat 5 En% verzadigd vet en 1.9 gram vezels per 100 kcal. Dit recept heeft een GI-getal van 46.
1.9 gram vezels per 100 kcal wil zeggen dat in dit recept van 625 kcal dus 11.9 gram vezel zit.

Het hoge vezelgehalte (>1.3 gram vezels per 100 kcal) van deze maaltijd wordt veroorzaakt door de witte bonen in tomatensaus. Witte bonen-gerechten bevatten vaak veel vezels (>1.3 vezels per 100 kcal).

Deze maaltijd is gezond want een gezonde maaltijd bevat maximaal 35 En% vet, maximaal 10 En% verzadigd vet en minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal. Deze maaltijd past daarom uitstekend in een dagelijkse gezonde voeding. Een dagelijkse gezonde voeding bestaat voornamelijk uit gezonde maaltijden en producten.

Deze maaltijd is geschikt voor mensen die willen afvallen want ze worden aangeraden te kiezen voor maaltijden met maximaal 30 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet, minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal en een GI-getal beneden 55.

Deze maaltijd levert dankzij 15 ml lijnzaadolie per persoon 2 mg alfa-linoleenzuur. Lees hier studies over alfa-linoleenzuur.

Deze maaltijd levert per persoon 1.1 gram kalium. Kalium verlaagt de bloeddruk terwijl natrium de bloeddruk verhoogt. Zie hier voor kaliumrijke producten.

Deze maaltijd levert dankzij de tomaten per persoon 5 mg lycopeen. Lycopeen is verantwoordelijk voor de rode kleur van de tomaten.

Deze maaltijd dekt dankzij de tonijn per persoon de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine B3 van 1 dag en de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine B12 van 1 dag.
De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid is de minimale hoeveelheid die het lichaam nodig heeft om het dagelijkse verlies van een voedingstof, zoals vitamine B3 en B12 in het lichaam te compenseren.
Eet tonijn voor vitamine B3 en B12.  

In combinatie met:
Dit recept in combinatie met 5 sneetjes roggebrood en 100 gram gedrooge tutti frutti levert 35 gram vezels en 2.4 gram kalium. Suikerpatiënten worden aangeraden 30-40 gram vezels per dag te eten.

Eet volkorenbrood en gedroogde fruit voor de vezels.

25-30 gram vezels per dag verlaagt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, dikke darmkanker en overgewicht.
35 gram vezels komt overeen met producten die minimaal 1.8 gram vezels per 100 kcal leveren. Welke producten uit de supermarkt 1.8 gram vezels per 100 kcal leveren, kunt u hier opzoeken.

Dit recept in combinatie met 225 ml tomatensap levert per persoon 25 mg lycopeen. Het drinken van tomatensap is een goede manier om lycopeen binnen te krijgen. 100 ml tomatensap levert gemiddeld 9 mg lycopeen.

Bereiding & Ingrediënten van macaroni-bonensoep met tonijn voor 4 personen  

Bereiding:

  • Laat de tonijn op een zeef uitlekken [Tonijn op water bevat minder verzadigd vet dan op olie].
  • Verhit in een grote pan de lijnzaadolie en fruit hierin kort de fijngesneden knoflook [Er is gekozen voor lijnzaadolie omdat het veel alfa-linoleenzuur bevat]. 
  • Doe het potje sugo al pomodoro en de pot witte bonen in tomatensaus in de pan [Sugo al pomodoro is Italiaans voor tomatensap].
  • Voeg vervolgens 500 ml water en de tonijn aan de pan toe.
  • Laat het geheel op laag vuur al roerend koken tot de macaroni beetgaar is.
  • Was en snijd ondertussen de prei in halve ringetjes, de lenteui in stukjes en de champignons in vieren [Champignons kunnen schoongemaakt worden met keukenpapier].
  • Voeg de prei en de lenteui en de champignons aan de pan toe.
  • Breng het gerecht na 3 minuten met peper en zout op smaak.
  • Verdeel het gerecht over 4 borden.

Ingrediënten:

  • Macaroni (200 gram, ongekookt)
  • 1 potje sugo al pomodoro (500 ml)
  • 1 pot witte bonen in tomatensaus (700 gram)
  • 1 prei (250 gram, gesneden)
  • 1 bakje champignon (250 gram)
  • 2 blikjes tonijn op water (300 gram, uitgelekt)
  • Lijnzaadolie (15 ml)
  • 4 teentjes knoflook (8 gram)
  • 3 stengels lenteui
  • Peper en zout

 


 

 

Bereiding & Ingrediënten van macaroni-bonensoep met tonijn voor 4 personen

Bereiding:

  • Laat de tonijn op een zeef uitlekken [Tonijn op water bevat minder verzadigd vet dan op olie].
  • Verhit in een grote pan de lijnzaadolie en fruit hierin kort de fijngesneden knoflook [Er is gekozen voor lijnzaadolie omdat het veel alfa-linoleenzuur bevat]. 
  • Doe het potje sugo al pomodoro en de pot witte bonen in tomatensaus in de pan [Sugo al pomodoro is Italiaans voor tomatensap].
  • Voeg vervolgens 500 ml water en de tonijn aan de pan toe.
  • Laat het geheel op laag vuur al roerend koken tot de macaroni beetgaar is.
  • Was en snijd ondertussen de prei in halve ringetjes, de lenteui in stukjes en de champignons in vieren [Champignons kunnen schoongemaakt worden met keukenpapier].
  • Voeg de prei en de lenteui en de champignons aan de pan toe.
  • Breng het gerecht na 3 minuten met peper en zout op smaak.
  • Verdeel het gerecht over 4 borden.

Ingrediënten:

  • Macaroni (200 gram, ongekookt)
  • 1 potje sugo al pomodoro (500 ml)
  • 1 pot witte bonen in tomatensaus (700 gram)
  • 1 prei (250 gram, gesneden)
  • 1 bakje champignon (250 gram)
  • 2 blikjes tonijn op water (300 gram, uitgelekt)
  • Lijnzaadolie (15 ml)
  • 4 teentjes knoflook (8 gram)
  • 3 stengels lenteui
  • Peper en zout

 

Calciumsupplementen verhogen een hartinfarct


Onderzoeksvraag:
Verhoogt het slikken van calciumsupplementen (niet in combinatie met vitamine D) de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s met 11920 deelnemers, waarvan 296 mensen met een hartinfarct. De gemiddelde studieduur was 4 jaar.

De dagelijkse dosering van calciumsupplementen was 500 mg of hoger.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken calciumsupplementen de kans op het krijgen een hartinfarct significant met 27% [95% BI = 1.01-1.59, p = 0.038] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van calciumsupplementen en het krijgen van een beroerte.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van calciumsupplementen (500 mg per dag of hoger) de kans op het krijgen van een hartinfarct verhoogde. Een herziening van de rol van calciumsupplementen in het beheer van osteoporose is hiermee gerechtvaardigd.

Oorspronkelijke titel:
Effect of calcium supplements on risk of myocardial infarction and cardiovascular events: meta-analysis by Bolland MJ, Avenell A, […], Reid IR.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC2912459/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over hart- en vaatziekten.
Lees hier meer over calcium.

400-800 mcg foliumzuur per dag verlaagt een beroerte


Onderzoeksvraag:
Er is een voortdurende tegenstrijdigheid over het voorkomen van een beroerte door foliumsupplementen. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd. 

Verlaagt het slikken van foliumzuursupplementen de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 RCT’s met 55764 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De ondezoekers vonden dat het slikken van foliumzuursupplementen (n = 55764) de kans op het krijgen van een beroerte significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.86-1.00, p = 0.038] verlaagde.

De ondezoekers vonden in 10 RCT’s met gedeeltelijk of geen foliumzuurverrijking, dat het slikken van foliumzuursupplementen (n = 43426) de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.82-0.97, p = 0.010] verlaagde. In deze 10 studies steeg het verlaagde risico naar 23% onder de bevolkingsgroep met een lage percentage aan statinegebruik (<89%).

De ondezoekers vonden in 5 RCT’s met foliumzuurverrijking, dat het slikken van foliumzuursupplementen (n = 12338) de kans op het krijgen van een beroerte niet significant met 3% [RR = 1.03, 95% BI = 0.88-1.21, p = 0.69] verhoogde.

De ondezoekers concludeerden dat het slikken foliumzuursupplementen (400-800 microgram per dag) de kans op het krijgen van een beroerte in de populatie zonder of met gedeeltelijke foliumzuurverrijking verlaagde. Het verlaagde risico nam toe naarmate minder statine werd gebruikt.

Oorspronkelijke titel:
Efficacy of folic acid supplementation in stroke prevention: new insight from a meta-analysis by Huo Y, Qin X, [...], Wang X.

Link:  
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/22607506

Extra informatie van El Mondo:
Het is in Nederland niet wetttelijk verplicht foliumzuur aan levensmiddelen toe te voegen, ook wel foliumzuurverrijking genoemd. De enige “verplichting” is het toevoegen van vitamine A en D aan margarine en halvarine en jodium aan brood en banketproducten.

Het is niet mogelijk via voeding dagelijks 400 microgram (mcg) foliumzuur binnen te krijgen.
Vind hier meer studies over foliuzuur en beroerte.

3 tot 5 kopjes koffie per dag verlaagt non-linear hart- en vaatziekten


Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van koffie de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 36 prospectieve cohort studies met 1279804 deelnemers, waarvan 36352 mensen met hart- en vaatziekten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen het drinken van koffie en het krijgen van hart- en vaatziekten [p voor heterogeniteit = 0.09, p voor trend < 0.001, p voor non-lineair < 0.001].

De onderzoekers vonden dat het drinken van 5 kopjes koffie per dag vergeleken met geen consumptie, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten niet significant met 5% [95% BI = 0.87-1.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 3.5 kopjes koffie per dag vergelekenk met geen consumptie, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 15% [95% BI = 0.80-0.90] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 1.5 kopjes koffie per dag vergelekenk met geen consumptie, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 11% [95% BI = 0.84-0.94] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van 3 tot 5 kopjes koffie per dag de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten non-linear verlaagde. Bij meer dan 5 kopjes koffie per dag nam de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten niet toe.

Oorspronkelijke titel:
Long-Term Coffee Consumption and Risk of Cardiovascular Disease: A Systematic Review and a Dose-Response Meta-Analysis of Prospective Cohort Studies by Ding M, Bhupathiraju SN, […], Hu FB.

Link:
http://circ.ahajournals.org/content/early/2013/11/07/CIRCULATIONAHA.113.005925.abstract

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koffie.