Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van quercetine, kaempferol en luteoline de kans op het krijgen van kanker?
Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 18 patiënt-controle studies met 8585 patiënten met kanker en 9975 controls (personen zonder kanker) en 14 cohort studies met 385033 deelnemers waarvan 10809 kankergevallen.
Er was geen sprake van publicatie bias.
Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat de combinatie quercetine, kaempferol en luteoline de kans op het krijgen van kanker significant met 27% [95% BI = 0.63-0.84] deed afnemen. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van quercetine de kans op het krijgen van kanker significant met 27% [95% BI = 0.62-0.86] deed afnemen. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van kaempferol de kans op het krijgen van kanker niet-significant met 14% [95% BI = 0.73-1.11, p > 0.05] deed afnemen. Niet-significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van luteoline de kans op het krijgen van kanker niet-significant met 10% [95% BI = 0.69-1.18, p > 0.05] deed afnemen.
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat de combinatie quercetine, kaempferol en luteoline de kans op het krijgen van longkanker significant met 33% [95% BI = 0.49-0.91] verlaagde.
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat de combinatie quercetine, kaempferol en luteoline de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 25% [95% BI = 0.57-0.98] verlaagde.
De onderzoekers vonden in cohort studies dat de combinatie quercetine, kaempferol en luteoline de kans op het krijgen van kanker significant met 11% [95% BI = 0.80-1.00] verlaagde.
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van quercetine de kans op het krijgen van kanker significant met 18% [95% BI = 0.71-0.96] deed afnemen.
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van kaempferol de kans op het krijgen van kanker significant met 12% [95% BI = 0.78-0.99] deed afnemen.
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van luteoline de kans op het krijgen van kanker niet-significant met 5% [95% BI = 0.67-1.34, p > 0.05] deed afnemen.
De onderzoekers concludeerden dat de combinatie quercetine, kaempferol en luteoline de kans op het krijgen van kanker, met name long- en dikke darmkanker verlaagde.
Oorspronkelijke titel:
Consumption of the Dietary Flavonoids Quercetin, Luteolin and Kaempferol and Overall Risk of Cancer - A Review and Meta-Analysis of the Epidemiological Data by Tena JD, Burgos-Morón E, […], Lopez-Lazaro M.
Link:
https://www.webmedcentral.com/article_view/4264
Extra informatie van El Mondo:
Flavonen en flavonolen zijn flavonoïden.
Flavonen in voedsel bestaan bijna altijd uit de glycosiden van luteoline en apigenine. Flavonen komen voor in wolfspoot, artisjok, olijven, peterselie en selderij.
Flavonolen komen voor in uien, boerenkool, prei, broccoli en bosbessen. De belangrijkste vertegenwoordigers uit deze groep zijn quercetine en kaempferol.
De beste manier om voldoende flavonoïden binnen te krijgen is via 200-300 gram groenten, 2-5 stuks fruit en 2-3 glazen wijn per dag.
Conclusie van een overzichtsartikel van cohort studies weegt zwaarder dan van patiënt-controle studies omdat cohort studies minder gevoelig zijn voor fouten dan patiënt-controle studies. Hoe meer fouten in een studie zitten, des onbetrouwbaarder de conclusie is.