Leeftijdsgebonden maculadegeneratie

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de realatie tussen voeding en het ontstaan van de oogziekte maculadegeneratie:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:

  1. Hoog bloedgehalte aan carotenoïden en vitamine E verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  2. Dagelijks 500 mg vitamine C via voeding verlaagt oogziekte leeftijdsgebonden cataract
  3. Dagelijks 1 gram DHA of EPA via voeding verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  4. 1 keer per week vette vis of tonijn verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  5. Eieren verlagen leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  6. Veel vlees en alcohol verhogen leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  7. Vitamine D-bloedwaarde lager dan 50 nmol/L verhoogt mogelijk late leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  8. Regelmatig visconsumptie verlaagt leeftijdsgebonden oogziekte
  9. 1 keer per week vette vis of tonijn verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  10. Een laag vitamine B12-gehalte verhoogt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  11. Mensen met leeftijdsgebonden maculaire degeneratie hebben baat bij 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

  • Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (leeftijdsgebonden maculaire degeneratie) of maculadegeneratie (AMD/LMD) is een aandoening van het centrale gedeelte van het netvlies, de macula (lutea/pigment) of de gele vlek. 
  • De macula is een gebiedje van een paar millimeter doorsnede in het midden van het netvlies. In het netvlies liggen lichtgevoelige cellen (staafjes en kegeltjes) die een belangrijke rol spelen bij het omzetten van licht in beelden. In de macula liggen heel veel kegeltjes bij elkaar. Kegeltjes nemen kleuren en contrast waar en zijn nodig om details goed te kunnen zien.
    Omdat er in de macula zo veel kegeltjes bij elkaar liggen, zien we met dit deel van het netvlies het scherpst.
  • Bij de oogziekte leeftijdsgebonden maculadegeneratie sterven de kegeltjes in de macula af. De macula werkt daardoor minder goed en het scherp zien wordt steeds lastiger.
  • Mensen met leeftijdsgebonden maculadegeneratie  worden doorgaans niet blind. Het centrale zien (het zicht in het midden van het blikveld) wordt wazig, maar het beeld daaromheen blijft in de meeste gevallen goed.
  • Maculadegeneratie komt vrijwel alleen voor bij mensen ouder dan 50 jaar. Daarom wordt ook wel gesproken van leeftijdsgebonden maculadegeneratie.
  • De leeftijdsgebonden maculadegeneratie is de hoofdoorzaak van gezichtsverlies bij westerse mensen, vooral vrouwen, boven de 60 jaar.
  • Mensen met een blanke huid en blauwe ogen hebben een verhoogde kans op leeftijdsgebonden maculadegeneratie.
  • Rokers krijgen 5 keer vaker maculadegeneratie dan niet-rokers. Rokers met aanleg voor AMD krijgen deze aandoening 40-100 maal vaker.
  • Het is bewezen dat leeftijdsgebonden maculadegeneratie erfelijk is.
  • Juveniele macula degeneratie (JMD) is een ziekte van het netvlies, die over het algemeen jonge mensen treft tussen de leeftijd van 10 en 30 jaar. Deze vorm van macula degeneratie is erfelijk.
  • Juveniele macula degeneratie is een verzamelbegrip; het betreft een verzameling van ziektebeelden die gemeenschappelijk hebben dat ze voornamelijk de gele vlek van het netvlies aantast.
  • Onder juveniele macula degeneratie vallen onder meer: de ziekte van Stargardt, kegeldystrofie, juveniele retinoschisis, dominant cystoid maculaoedeem, de ziekte van Best en centrale areolaire chorioidea dystrofie (CACD).
  • Er zijn 2 vormen van leeftijdsgebonden maculadegeneratie:
    1. de droge vorm (85-90%) en
    2. de natte vorm (10-15%).
  • De droge leeftijdsgebonden maculadegeneratie begint als kleine bleekgele afzettingen, “drusen” genoemd, die zich beginnen op te hopen in de macula. Het optreden van deze drusen gaat samen met de vermindering van het aantal kegeltjes in de macula, waardoor het zicht zal verslechteren.
    Dit is een sluipend en zéér langzaam verlopend proces, waarbij het vele jaren kan duren, voordat het zicht achteruit gaat. Gewoonlijk zijn beide ogen min of meer gelijk aangedaan.
    Het is bij de droge leeftijdsgebonden maculadegeneratie belangrijk dat u in de gaten houdt of er vertekening optreedt in het beeld dat u ziet zoals een bocht in een raamkozijn of in een regel tekst. Dit kan wijzen op het ontstaan van de ernstiger “natte” vorm.
    Een handig hulpmiddel hiervoor is de zogenaamde Amsler test kaart.
  • De natte leeftijdsgebonden maculadegeneratie wordt ook wel exsudatieve leeftijdsgebonden maculadegeneratie of ziekte van Junius-Kuhnt genoemd. Bij natte leeftijdsgebonden maculadegeneratie verloopt het verlies van het gezichtsvermogen veel sneller.
    De natte leeftijdsgebonden maculadegeneratie ontstaat als bloedvaatjes achter de macula gaan groeien, waarbij vocht en bloed in- of onder het netvlies terechtkomt (daarom wordt dit “natte” leeftijdsgebonden maculadegeneratie genoemd). Deze lekkage beschadigt de lichtgevoelige cellen in het netvlies, wat een snelle en ernstige achteruitgang van het gezichtsvermogen veroorzaakt. Uiteindelijk ontstaat een litteken in de macula met verlies van het centrale zien als gevolg.
    Natte leeftijdsgebonden maculadegeneratie komt vaak in één oog voor; het andere oog kan nog lange tijd goed blijven.
  • Om te kijken of het macula pigment goed functioneert, kan een onderzoek gedaan worden met de M-POD (macula pigment optische densiteit meter). Dit apparaat bepaalt de dichtheid van het macula pigment.