Voeding en gezondheid

Dagelijks 100 gram eiwit via voeding verlaagt mogelijk heupfracturen


 

Onderzoeksvraag:

Eerdere cohort studies toonden aan dat de consumptie van totale en dierlijke eiwitten gerelateerd is aan het risico op het krijgen van fracturen. Echter, de resultaten waren niet doorslaggevend en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

 

Verlaagt een hoge eiwittenconsumptie de kans op het krijgen van fracturen?

 

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 cohort studies met in totaal 780322 deelnemers.
De studies waren niet goed opgezet. 

 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram (totaal)eiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van fracturen significant met 43% [RR = 0.57, 95% BI = 0.36 tot 0.93] verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 15 gram viseiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van fracturen significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.91 tot 0.99] verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram (totaal)eiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van heupfracturen significant met 48% verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram dierlijk eiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van heupfracturen significant met 50% verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 15 gram viseiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van heupfracturen significant met 5% verlaagde. 

 

De onderzoekers concludeerden dat een dagelijkse consumpie van 100 gram (totaal)eiwit, 100 gram dierlijk eiwit of 15 gram viseiwit via voeding, de kans op het krijgen van fracturen, met name heupfracturen mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat de studies niet goed opgezet waren. 

 

Oorspronkelijke titel:
Association between total and animal proteins with risk of fracture: A systematic review and dose-response meta-analysis of cohort studies by Zeraattalab-Motlagh S, Mortazavi AS, […], Mohammadi H.

 

Link: 
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/37855886/

 

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over eiwit en het verlagen van fracturen. 
100 gram eiwittenconsumptie per dag komt overeen met een dieet met 20 En% eiwit. Een dieet met 20 En% eiwit bestaat voornamelijk uit producten met 20 En% eiwit. Vind hier welke producen in de supermarkt 20 En% eiwit bevatten. 
 

20 En% eiwit wil zeggen dat het aantal gram eiwit 20% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van het desbetreffende product. 
 

Bereken hier of uw dagelijkse voeding 20 En% eiwit bevat. (Dit tabblad is alleen zictbaar na gratis inloggen)

Tomaten verlagen causaal tumornecrosefactor-alfa gehalte bij volwassenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Ontsteking is een belangrijke oorzaak van chronische ziekten. Verschillende studies hebben de effecten van het eten van tomaten op de inflammatoire biomarkers (C-reactieve proteïne (CRP), interleukine 6 (IL-6) en tumornecrosefactor-α (TNF-α) onderzocht maar de resultaten zijn dubbelzinnig en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van tomaten causaal de kans op het krijgen van ontstekingen bij volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 RCT’s met in totaal 465 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het tumornecrosefactor-alfa gehalte (TNF-α gehalte) bij volwassenen significant verlaagde [Hedges' g = -0.45, 95% BI = -0.76 tot -0.13, p = 0.005, I2 = 0.0%].
Echter, het had geen effect op het CRP en IL-6 gehalte.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van tomaten het tumornecrosefactor-alfa gehalte (TNF-α gehalte) bij volwassenen causaal verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of tomato consumption on inflammatory markers in health and disease status: A systematic review and meta-analysis of clinical trials by Widjaja G, Doewes RI, […], Aravindhan S.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35871957/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over tomaten en chronische ziekten.

Tumornecrosefactor-alfa (TNF-α) is een inflammatoir cytokine dat verhoogd is bij hartfalen.

Vitamine E supplementen verlagen ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Dementie is een chronische progressieve neurodegeneratieve ziekte die kan leiden tot invaliditeit en het overlijden bij mensen, maar er is nog steeds geen effectieve preventie en behandeling voorhanden. Vanwege de neuroprotectieve effecten van vitamine E heeft een groot aantal onderzoekers onderzocht of vitamine E het risico op dementie kan verminderen. Sommige onderzoekers zijn van mening dat vitamine E het risico op dementie kan verminderen, terwijl anderen tegenovergestelde conclusie trekken en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt een hoge vitamine E inname (via voeding of voedingssupplementen) de kans op het krijgen van dementie en de ziekte van Alzheimer?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 cohort studies met 46968 deelnemers, waarvan 6046 mensen met dementie na een follow-up duur van 4 tot 23 jaar en 2 patiënt-controle studies met 3157 controles en 3459 mensen met dementie (=de patiënten).

De NOS waarde varieerde tussen 6 en 8 (het betekent dat de studies goed opgezet waren).
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses dat een hoge vitamine E inname (via voeding en/of voedingssupplementen) de kans op het krijgen van dementie significant met 21% [OR = 0.79, 95% BI = 0.70 tot 0.88, I2 = 35.0%] verlaagde.
Dit significante verlaagde risico werd ook teruggevonden in cohort studies [OR = 0.79, 95% BI = 0.69 tot 0.89] en in studies met een NOS waarde boven 7 [OR = 0.85, 95% BI = 0.75 tot 0.97].

De onderzoekers vonden in de subgroepanalyses dat een hoge vitamine E inname via voeding de kans op het krijgen van dementie significant met 22% [OR = 0.78, 95% BI = 0.65 tot 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepanalyses dat een hoge vitamine E inname via voedingssupplementen de kans op het krijgen van dementie significant met 17% [OR = 0.83, 95% BI = 0.73 tot 0.94] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine E inname (via voeding en/of voedingssupplementen) de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 22% [OR = 0.78, 95% BI = 0.64 tot 0.94, I2 = 36.9%] verlaagde.

Dit significante verlaagde risico werd ook teruggevonden in cohort studies [OR = 0.77, 95% BI = 0.63 tot 0.94].

De onderzoekers vonden in de subgroepanalyses dat een hoge vitamine E inname via voeding de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer niet significant met 17% [OR = 0.83, 95% BI = 0.64 tot 1.09] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepanalyses dat een hoge vitamine E inname via voedingssupplementen de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 33% [OR = 0.67, 95% BI = 0.47 tot 0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de resultaten die gevonden waren in gepoolde analyses gelijk bleven in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge vitamine E inname zowel via voeding als voedingssupplementen de kans op het krijgen van dementie verlaagde. Verder, verlaagde alleen een hoge vitamine E inname via voedingssupplementen de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer.

Oorspronkelijke titel:
Association of vitamin E intake in diet and supplements with risk of dementia: A meta-analysis by Zhao R, Han X, [...], You H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9376618/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine E en dementie
 

Regelmatig visconsumptie verlaagt leeftijdsgebonden oogziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van de verschillende voedingsgroepen (vis, magere melk, gevogelte en vlees) en de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden oogziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 observationele studies met in totaal 51695 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 15 studies met 51695 deelnemers, dat het regelmatig eten van vis de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden oogziekte significant met 30% [OR = 0.70, 95% BI = 0.62 tot 0.79] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in 3 studies met 7723 deelnemers dat het regelmatig eten van magere melk, gevogelte of dierlijke producten behalve vlees, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden oogziekte significant met 30% [OR = 0.70, 95% BI = 0.61 tot 0.79] verlaagde.
Significant omdat OR van 1 niet in de 95% BI van 0.61 tot 0.79 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in 8 studies met 28753 deelnemers dat het regelmatig eten van roodvlees, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden oogziekte significant met 41% [OR = 1.41, 95% BI = 1.07 tot 1.86] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het regelmatig eten van vis, magere melk, gevogelte of dierlijke producten behalve vlees, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden oogziekte verlaagde. Echter, het regelmatig eten van roodvlees verhoogde juist de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden oogziekte.

Oorspronkelijke titel:
Linkage between a plant-based diet and age-related eye diseases: a systematic review and meta-analysis by Cirone C, Cirone KD and Malvankar-Mehta MS.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/36102832/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vis, melk, gevogelte, vlees en oogziekte

Regelmatig visconsumptie komt in de praktijk neer op minimaal 2 keer vis (100-150 gram per keer) per week.

Dagelijks 400 mg vitamine C supplementen verbetert longfunctie van COPD patiënten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben COPD patiënten baat bij het slikken van vitamine C supplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 RCT’s met in totaal 487 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van 400 mg vitamine C supplementen per dag of hoger, het percentage geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1%) bij COPD patiënten verbeterde [SMD = 1.08, 95% BI = 0.03 tot 2.12, p = 0.04].

De onderzoekers vonden dat het slikken van 400 mg vitamine C supplementen per dag of hoger, de FEV1/FVC verhouding bij COPD patiënten verbeterde [WMD = 0.66, 95% BI = 0.26 tot 1.06, p = 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van 400 mg vitamine C supplementen per dag of hoger, het serum vitamine C gehalte bij COPD patiënten verhoogde [SMD = 0.63, 95% BI = 0.02 tot 1.24, p = 0.04].

De onderzoekers vonden dat het slikken van 400 mg vitamine C supplementen per dag of hoger, het serum GSH gehalte bij COPD patiënten verhoogde [SMD = 2.47, 95% BI = 1.06 tot 3.89, p = 0.0006].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 400 mg vitamine C supplementen per dag of hoger, het serum gehalte aan antioxidanten, met name vitamine C en GSH verhoogde en de longfunctie, met name FEV1% en FEV1/FVC verbeterde van COPD patiënten.

Oorspronkelijke titel:
Efficacy of Vitamin C Supplementation on Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD): A Systematic Review and Meta-Analysis by Lei T, Lu T, […], Liu J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9473551/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over COPD en vitamine C.

Geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) of de éénsecondewaarde (ESW) is de maximale hoeveelheid lucht die u na een volledige inademing snel en geforceerd kunt uitademen in één seconde. Het is belangrijk om die FEV1 waarde te vergelijken met de “normale” waarde van een vergelijkbaar persoon (leeftijd, geslacht, grootte). Aan de hand daarvan kan de ernst van de luchtwegvernauwing geëvalueerd worden.

FVC of de geforceerde vitale capaciteit is de totale hoeveelheid lucht die na een volledige inademing maximaal kan worden uitgeademd.

Tiffeneau index of FEV1/FVC verhouding zegt iets over hoe open de luchtwegen staan. Normaal gesproken moet deze waarde groter dan 0.7 zijn. Bij een waarde onder 0.7 is er sprake van vernauwde luchtwegen.

 

Dagelijks 20-25 mcg vitamine D3 supplementen verlagen kans op osteoporotische breuk en vallen bij ouderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hoewel recente studies gepubliceerd zijn waarin de verschillende doseringen en intervallen van vitamine D suppletie vergeleken worden, moet er nog worden opgehelderd of er een geschikte dosering of interval bestaat voor het verminderde risico op het krijgen van fracturen en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd. 

Verlaagt het slikken van vitamine D3 supplementen de kans op het krijgen van breuk of de kans op vallen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 32 RCT’s met in totaal 104363 patiënten.

De gemiddelde studiegrootte was 3162 patiënten per studie.
De gemiddelde vitamine D3 dosering was 800 IE per dag.
De gemiddelde vitamine D interventie was 24 maanden.
De gemiddelde leeftijd was 72 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het dagelijks slikken van 800-1000 IE vitamine D3 supplementen de kans op het krijgen van osteoporotische breuk bij ouderen significant met 13% [gepoold relatieve risico = 0.87, 95% BI = 0.78 tot 0.97, I2 = 23.5%] verlaagde.
Dit significant verlaagde risico werd niet teruggevonden beneden 800 IE en boven 1000 IE vitamine D3 supplementen.

De onderzoekers vonden dat het dagelijks slikken van 800-1000 IE vitamine D3 supplementen de kans op vallen bij ouderen significant met 9% [gepoold relatieve risico = 0.91, 95% BI = 0.85 tot 0.98, I2 = 70.9%] verlaagde.
Dit significant verlaagde risico werd niet teruggevonden beneden 800 IE en boven 1000 IE vitamine D3 supplementen.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks slikken van 800-1000 IE (20-25 mcg) vitamine D3 supplementen gedurende 24 maanden zowel de kans op het krijgen van osteoporotische breuk als de kans op vallen bij ouderen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Vitamin D Supplementation on Risk of Fractures and Falls According to Dosage and Interval: A Meta-Analysis by Kong SH, Jang HN, […], Shin CS.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9081312/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine D en botontkalking
 

Vitamine E-supplementen verbeteren kwaliteit van leven van mensen met reumatoïde artritis

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met reumatoïde artritis (chronische gewrichtsreuma) baat bij het slikken van vitamine E supplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 39845 patiënten. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat mensen met reumatoïde artritis met gevoelige gewrichten baat hadden bij het slikken van vitamine E supplementen [MD = -1.66, 95% BI = -6.32 tot -2.99, I2 = 93%, p 0.00001].

De onderzoekers vonden dat mensen met reumatoïde artritis met gezwollen gewrichten baat hadden bij het slikken van vitamine E supplementen [MD = -0.46, 95% BI = -1.98 tot -1.07, I2 = 56%,p = 0.08].

De onderzoekers concludeerden dat het vermogen van vitamine E om de darmbarrière te herstellen en het maagdarmkanaal te verbeteren, kan verband houden met de preventie en behandeling van reumatoïde artritis. Vitamine E-supplementen die regelmatig worden gebruikt, kunnen mensen met reumatoïde artritis helpen gewrichtspijn, oedeem en stijfheid te verminderen en hun algehele kwaliteit van leven te verbeteren.

Oorspronkelijke titel:
Effect of vitamin E supplementation in rheumatoid arthritis: a systematic review and meta-analysis by Kou H, Qing Z, […], Ma J.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35468933/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over reuma, significant/RCT’s en vitamine E.

 

10 tot 7500 microgram vitamine D supplementen verhogen handgreepsterkte van postmenopauzale vrouwen

Onderzoeksvraag:
Bij postmenopauzale vrouwen komt vitamine D-tekort (gedefinieerd bij een circulerende gehalte van 25(OH)D lager dan 20 ng/mL (50 nmol/L)) regelmatig voor. Maar het effect van vitamine D supplementen op de spierfunctie van postmenopauzale vrouwen is controversieel en daarom werd dit overzichstartikel uitgevoerd.

Verhoogt het slikken van vitamine D supplementen de spierkracht van postmenopauzale vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 RCT’s met in totaal 5398 deelnemers.

De studiegrootte varieerde tussen 20 en 2347 deelnemers.
De duur van het slikken vitamine D supplementen varieerde tussen 3 en 60 maanden.
De dosering van vitamine D3 supplementen in 12 van 19 RCT’s varieerde tussen 400 en 300000 IE (10 en 7500 microgram) per dag.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van 9 RCT’s (1997 deelnemers in de vitamine D groep en 2232 deelnemers in de controle groep) dat het slikken van viamine D supplementen de handgreepsterkte van postmenopauzale vrouwen significant verhoogde 

[WMD = 0.876 kg, 95% BI = 0.180 tot 1.571, p = 0.014, I2 = 68.5%, p = 0.001].
Dan met name bij een baseline vitamine D bloedgehalte >75 nmol/L (30 ng/mL) [WMD = 0.478 kg, 95% BI = 0.963 to 1.918, p = 0.003], zonder calcium [WMD = 1.931 kg, 95% BI = 0.166 tot 3.697, p = 0.032] en bij deelnemers boven 60 jaar [WMD = 1.116 kg, 95% BI = 0.433 tot 1.799, p = 0.001].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken 10 tot 7500 microgram vitamine D supplementen gedurende 3 tot 60 maanden, de handgreepsterkte van postmenopauzale vrouwen, met name boven 60 jaar verhoogde.  

Oorspronkelijke titel:
Vitamin D Supplementation Improves Handgrip Strength in Postmenopausal Women: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Zhang JL, Poon CCW, […], Zhang Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9199366/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine D en ouderdom.

1 IE vitamine D3 = 0.025 microgram vitamine D3.

 

Hoog bloedgehalte aan carotenoïden en vitamine E verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De gegevens uit onderzoeken ondersteunen een gunstig effect van carotenoïden en vitamines op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie. Echter, de studies naar de relaties tussen de bloedgehaltes van deze voedingsstoffen en het risico op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie zijn beperkt en leveren tegenstrijdige resultaten op. Daarom werd dit overzichtartikel uitgevoerd.

Verlaagt het hebben van een hoog gehalte aan luteïne/zeaxanthine, beta-caroteen, beta-cryptoxanthine, lycopeen of alfa-tocoferol in het bloed, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 studies (1 cohort, 4 patiënt-controle en 4 cross-sectionele studies) met in totaal 15674 deelnemers, waarvan 2077 mensen met leeftijdsgebonden maculaire degeneratie.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de meta-analyse dat een hoog gehalte aan luteïne/zeaxanthine in het bloed, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 47% [OR = 0.53, 95% BI = 0.40 tot 0.72, p 0.001, I2 = 43.3%, p = 0.079] verlaagde. 
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in de meta-analyse dat een hoog gehalte aan beta-caroteen in het bloed, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 52% [OR = 0.48, 95% BI = 0.28 tot 0.84, p 0.01, I2 = 71.7%, p = 0.003] verlaagde. 
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in de meta-analyse dat een hoog gehalte aan beta-cryptoxanthine in het bloed, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 52% [OR = 0.48, 95% BI = 0.23 tot 1.00, p = 0.04, I2 = 83.5%, p 0.001] verlaagde. 
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in de meta-analyse dat een hoog gehalte aan lycopeen in het bloed, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 30% [OR = 0.70, 95% BI = 0.54 tot 0.90, p = 0.006, I2 = 0%, p = 0.67] verlaagde. 
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in de meta-analyse dat een hoog gehalte aan alfa-tocoferol (vitamine E) in het bloed, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 50% [OR = 0.50, 95% BI = 0.31 tot 0.81, p = 0.005, I2 = 34.4%, p = 0.19] verlaagde. 
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog gehalte aan zowel luteïne/zeaxanthine, beta-caroteen, beta-cryptoxanthine, lycopeen als alfa-tocoferol (vitamine E) in het bloed, de kans op het krijgen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
The Associations of Plasma Carotenoids and Vitamins With Risk of Age-Related Macular Degeneration: Results From a Matched Case-Control Study in China and Meta-Analysis by Jiang H, Fan  Y, […], Ma L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8873933/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over cohort/significant, carotenoïden en leeftijdsgebonden maculaire degeneratie. 

Een hoog gehalte aan beta-caroteen in het bloed kan verkregen worden door beta-caroteenrijke levensmiddelen te eten en/of het slikken van beta-caroteensupplementen.
 

Veel zuiveleiwitten via voeding verlaagt mogelijk nierstenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoge inname (consumptie) van eiwitten via voeding de kans op het krijgen van niestenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 prospectieve cohort studies.
Volgens het NutriGrade puntensysteem was de bewijslast van de studies laag.
Er was pubicatie bias voor dierlijke eiwitten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van dierlijke eiwitten (niet afkomstig van zuivelproducten) via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 11% [RR = 1.11, 95% BI = 1.03 tot 1.20, I2 = 0%, n = 4] verhoogde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vlees en vleesproducten via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 22% [RR = 1.22, 95% BI = 1.09 tot 1.38, I2 = 13%, n = 3] verhoogde.
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 1.09 tot 1.38 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van verwerkt vlees via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 29% [RR = 1.29, 95% BI = 1.10 tot 1.51, I2 = 0%, n = 2] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van zuiveleiwitten via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84 tot 0.99, I2 = 0%, n = 4] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram roodvlees, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 39% [RR = 1.39, 95% BI = 1.13 tot 1.71] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat hoge inname van vlees en vleesproducten de kans op het krijgen van nierstenen mogelijk verhoogde, terwijl een hoge inname van zuiveleiwitten via voeding de kans op het krijgen van nierstenen mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat de bewijslast van de studies laag was en er was sprake van publicatie bias.

Oorspronkelijke titel:
Associations of Total Protein or Animal Protein Intake and Animal Protein Sources with Risk of Kidney Stones: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis by Asoudeh F, Talebi S, […], Mohammadi H.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35179185/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over significant/RCT’s en eiwitten.

Wanneer in het overzichtsartikel de bewijslast van de studies laag is en er is sprake van publicatie bias, dan zijn de gevonden resultaten niet erg betrouwbaar.

 

Veel zuiveleiwitten via voeding verlaagt mogelijk nierstenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoge inname (consumptie) van eiwitten via voeding de kans op het krijgen van niestenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 prospectieve cohort studies.
Volgens het NutriGrade puntensysteem was de bewijslast van de studies laag.
Er was pubicatie bias voor dierlijke eiwitten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van dierlijke eiwitten (niet afkomstig van zuivelproducten) via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 11% [RR = 1.11, 95% BI = 1.03 tot 1.20, I2 = 0%, n = 4] verhoogde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vlees en vleesproducten via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 22% [RR = 1.22, 95% BI = 1.09 tot 1.38, I2 = 13%, n = 3] verhoogde.
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 1.09 tot 1.38 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van verwerkt vlees via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 29% [RR = 1.29, 95% BI = 1.10 tot 1.51, I2 = 0%, n = 2] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van zuiveleiwitten via voeding, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84 tot 0.99, I2 = 0%, n = 4] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram roodvlees, de kans op het krijgen van nierstenen significant met 39% [RR = 1.39, 95% BI = 1.13 tot 1.71] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat hoge inname van vlees en vleesproducten de kans op het krijgen van nierstenen mogelijk verhoogde, terwijl een hoge inname van zuiveleiwitten via voeding de kans op het krijgen van nierstenen mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat de bewijslast van de studies laag was en er was sprake van publicatie bias.

Oorspronkelijke titel:
Associations of Total Protein or Animal Protein Intake and Animal Protein Sources with Risk of Kidney Stones: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis by Asoudeh F, Talebi S, […], Mohammadi H.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35179185/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over significant/RCT’s en eiwitten.

Wanneer in het overzichtsartikel de bewijslast van de studies laag is en er is sprake van publicatie bias, dan zijn de gevonden resultaten niet erg betrouwbaar.

 

Eiwittensuppletie + lichaamsbeweging verhogen spierkracht van Aziatische ouderen met sarcopenie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhogen eiwittensupplementen in combinatie met lichaamsbeweging de spierkracht bij gezonde ouderen met sarcopenie (sarcopenie is leeftijdsgebonden verlies van spiermassa en spierfunctie)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 RCT’s met in totaal 888 ouderen.
De kracht van de onderste extremiteit werd beoordeeld met behulp van knie-extensie (n = 3) of beenextensie (n = 1) in de 4 Aziatische studies met in totaal 138 mensen in de groep met zowel lichamelijke oefeningen en eiwittensuppletie en 142 mensen in de groep met alleen lichamelijke oefeningen.

De interventieduur was 12 weken.
De dagelijkse hoeveelheid eiwit varieerde tussen 3 gram en 40 gram.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de Aziatische studies, vergeleken met de groep met alleen lichamelijke oefeningen, een significante toename in de spierkracht van de onderste extremiteiten in de groep met zowel lichamelijke oefeningen en eiwittensupplementen [SMD = 0,24, 95% BI = 0.00 tot 0.47, p = 0.048, I2 = 0.0%, p = 0.513].

De onderzoekers concludeerden dat eiwittensupplementen (3-40 gram per dag gedurende 12 weken) in combinatie met lichaamsbeweging (knie- en beenextensie) de spierkracht van de onderste extremiteiten bij gezonde Aziatische ouderen met sarcopenie verhoogden.

Oorspronkelijke titel:
Effects of protein supplementation and exercise on delaying sarcopenia in healthy older individuals in Asian and non-Asian countries: A systematic review and meta-analysis by Li L, He Y, […], Liu X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8808080/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over eiwit, krachttraining en ouderdom.

De onderste extremiteit wordt anatomisch verdeeld in bekkengordel, boven- en onderbeen en voet.
 

Een hoge vitamine A en B inname via voeding verlagen glaucoom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Er is momenteel een gebrek aan kwalitatief hoogstaand onderzoek naar de beste voedingsaanbevelingen voor patiënten met vroeg glaucoom of met een verhoog risico op glaucoom. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt een hoge vitamine inname via voeding de kans op het krijgen van glaucoom (groene staar)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 cohort studies met in totaal 262189 patiënten.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine A inname via voeding, de kans op het krijgen van glaucoom significant met 37% [OR = 0.63, 95% BI = 0.53 tot 0.76, p 001, I2 = 49%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine B inname (een combinatie van B1, B2, B3, B6 en B12) via voeding, de kans op het krijgen van glaucoom significant met 29% [OR = 0.71, 95% BI = 0.64 tot 0.80, p 0.001, I2 = 29%] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verlaagd effect tussen een hoge vitamine C inname via voeding en de kans op het krijgen van glaucoom [OR = 0.69, 95% BI = 0.48 tot 1.01].

De onderzoekers vonden geen verlaagd effect tussen een hoge vitamine D inname via voeding en de kans op het krijgen van glaucoom [OR = 0.90, 95% BI = 0.45 tot 1.83].
Geen verlaagd effect omdat OR van 1 in de 95% BI van 0.45 tot 1.83 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico/effect.

De onderzoekers vonden geen verlaagd effect tussen een hoge vitamine E inname via voeding en de kans op het krijgen van glaucoom [OR = 0.91, 95% BI = 0.71 tot 1.16].

De onderzoekers concludeerden dat een hoge vitamine A inname en een hoge vitamine B (een combinatie van B1, B2, B3, B6 en B12) inname via voeding, de kans op het krijgen van glaucoom verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Vitamin intake and glaucoma risk: A systematic review and meta-analysis by Han FF and Fu XX.         

Link:
https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0181551222000419?via%3Dihub

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over significant/RCT’s, glaucoom en vitamine A en B.

Veel antioxidanten via voeding verlaagt ziekte van Parkinson

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoge antioxianten (zoals vitamine C en E, luteïne, beta-caroteen, anthocyaninen en zink) inname via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 prospectieve cohort studies, 2 geneste patiënt-controle studies (448737 deelnemers waarvan 4654 mensen met de ziekte van Parkinson) en 6 patiënt-controle studies (1948 mensen zonder de ziekte van Parkinson en 1273 mensen met de ziekte van Parkinson).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 7 cohort studies dat een hoge vitamine E inname via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson significant met 16% [gepoode RR = 0.84, 95% BI = 0.71 tot 0.99] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in 2 cohort studies dat een hoge anthocyaninen inname via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson significant met 24% [gepoode RR = 0.76, 95% BI = 0.61 tot 0.96] verlaagde.
Significant omdat gepoolde RR van 1 niet in de 95% BI van 0.61 tot 0.96 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in 3 patiënt-controle studies dat een hoge luteïne inname via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson significant met 86% [gepoode RR = 1.86, 95% BI = 1.20 tot 2.88] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 50 mg vitamine C per dag via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.88 tot 0.99, n = 6] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 5 mg vitamine E per dag via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.70 tot 0.99, n = 7] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 2 mg beta-caroteen per dag via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.89 tot 0.99, n = 6] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 1 mg zink per dag via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson significant met 35% [OR = 0.65, 95% BI = 0.49 tot 0.86, n = 1] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge antioxianten (zoals vitamine C en E, luteïne, beta-caroteen, anthocyaninen en zink) inname via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Antioxidants and Risk of Parkinson's Disease: A Systematic Review and Dose-response Meta-analysis of Observational Studies by Talebi S, Ghoreishy SM, […], Mohammadi H.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35030236/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over significant/RCT’s en antioxidaten.