Voeding en gezondheid

n-3 PUFA supplementen verlaagt de buikomtrek van mensen met overgewicht of obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben volwassenen met overgewicht (BMI>25) of obesitas (BMI>30) baat bij het slikken van n-3 PUFA supplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s met in totaal 617 deelnemers.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden voor gewichtsverlies geen significant verschil tussen het slikken van n-3 PUFA supplementen en de placebo [WMD = 0.00, 95% BI = -0.42 tot 0.43, p = 0.99].

De onderzoekers vonden dat het slikken van n-3 PUFA supplementen het triglyceridengehalte significant deed dalen ten opzichte van de placebo [STDMD = -0.59, 95% BI = -0.93 tot -0.25, p = 0.0007].

De onderzoekers vonden dat het slikken van n-3 PUFA supplementen de buikomtrek significant deed dalen ten opzichte van de placebo [WMD = -0.53, 95% BI = -0.90 tot -0.16, p = 0.005].

De onderzoekers vonden voor zowel het BMI, plasma totale cholesterol-, LDL- en HDL-cholesterrolgehalte en het nuchter bloedsuikergehalte geen significant verschil tussen het slikken van n-3 PUFA supplementen en de placebo.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van n-3 PUFA supplementen het triglyceridengehalte (bloedvetgehalte) en de buikomtrek van volwassenen met overgewicht of obesitas deed dalen.

Oorspronkelijke titel:
Efficacy of Omega-3 Polyunsaturated Fatty Acids Supplementation in Managing Overweight and Obesity: A Meta-Analysis of Randomized Clinical Trials by Zhang YY, Liu W, […], Tian HM.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28112774

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht en n-3 PUFA.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.

Heb ik overgewicht? Zo ja, hoeveel kg mag ik verantwoord afvallen?
 

Groene thee verlaagt het LDL-cholesterolgehalte van mensen met overgewicht of obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het effect van groene thee op het vetmetabolisme (vetstofwisseling) is tegenstrijdig en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het drinken van thee de vetstofwisseling?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 RCT’s met in totaal 1704 mensen met overgewicht of obesitas.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee het plasma totale cholesterolgehalte van mensen met overgewicht of obesitas significant met 3.38 mg/dL [WMD = -3.38 mg/dL, 95% BI = -6.42 tot -0.33 mg/dL] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee het plasma LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van mensen met overgewicht of obesitas significant met 5.29 mg/dL [WMD = -5.29 mg/dL, 95% BI = -7.92 tot -2.66 mg/dL] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee geen effect had op zowel het plasma HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) als het triglyceridengehalte van mensen met overgewicht of obesitas.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van groene thee zowel het plasma totale cholesterolgehalte als het LDL-cholesterolgehalte van mensen met overgewicht of obesitas verlaagde.  

Oorspronkelijke titel:
Effects of green tea on lipid metabolism in overweight or obese people: A meta-analysis of randomized controlled trials by Fen Y, Hui D, [...], Fu Er L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28636182

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht, cholesterol en groene theeconsumptie.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.
 

Dagelijks 50 microgram vitamine K via voeding verlaagt fracturen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vitamine K (in de vorm van K1) de kans op het krijgen van fracturen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 cohort studies en 1 geneste patiënt-controle studie met in totaal 1114 mensen met fracturen onder 80982 deelnemers. Alle deelnemers waren ouder dan 30 jaar. De follow-up duur varieerde tussen 6.9 en 10 jaar. De meeste studie hadden gecorrigeerd voor leeftijd, BMI, BMD, lichamelijke activiteiten, vitamine D, calciuminname, roken en alcoholconsumptie.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel vitamine K vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van fracturen significant met 22% [R =  0.78, 95% BI = 0.56-0.99, I2  =  59.2%, p  = 0.04] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 50 microgram vitamine K per dag via voeding, de kans op het krijgen van fracturen significant met 3% [R =  0.97, 95% BI = 0.95-0.99, I2  =  25.9%, p  = 0.25] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel vitamine K gedurende 10 jaar of langer, de kans op het krijgen van fracturen significant met 24% [R =  0.76, 95% BI = 0.58-0.93] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel vitamine K, ten minste 50 microgram vitamine K per dag, de kans op het krijgen van fracturen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Vitamin K intake and the risk of fractures: A meta-analysis by Hao G, Zhang B, [...], Cao X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5413254/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine K en ouderdom.

Levensmiddelen

Vitamine K1 (microgram of mcg)

Boerenkool gekookt (100 gram)

817

Spinazie a la creme diepvries gekookt (100 gram)

535.1

Spinazie rauw (100 gram)

394

Andijvie rauw (100 gram)

231

Broccoli gekookt (100 gram)

156

Kropsla (100 gram)

129

Spruitjes gekookt (100 gram)

127

Rode kool gekookt (100 gram)

47.6

Vitamine K1 is de meest voorkomende vorm van vitamine K in voeding.

 

Een mangaantekort verhoogt mogelijk de ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het hebben van een laag mangaangehalte in het lichaam de kans op het krijgen van dementie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 studies met 836 mensen met de ziekte van Alzheimer en 1254 zonder de ziekte van Alzheimer. De gemiddelde leeftijd van mensen met de ziekte van Alzheimer varieerde tussen 66.2 en 87.0 jaar.

Er was een grote heterogeniteit tussen de studies.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het serum mangaangehalte van mensen met de ziekte van Alzheimer significant lager was dan van mensen zonder de ziekte van Alzheimer [SMD = -0.39, 95% BI = -0.71 tot -0.08, p = 0.015].

De onderzoekers vonden dat het serum mangaangehalte van mensen met een lichte cognitieve achteruitgang niet significant lager was dan van mensen zonder een lichte cognitieve achteruitgang [SMD = -0.31, 95% BI = -0.70 tot 0.08, p = 0.117].

De onderzoekers vonden dat het serum mangaangehalte van mensen met cognitieve achteruitgang (zowel mensen met de ziekte van Alzheimer als lichte cognitieve achteruitgang) significant lager was dan van mensen zonder cognitieve achteruitgang [SMD = -0.37, 95% BI = -0.60 tot -0.13, p = 0.002].

De onderzoekers vonden geen significant veschil tussen het serum mangaangehalte van mensen met de ziekte van Alzheimer en mensen met een milde cognitieve achteruitgang [SMD = 0.24, 95% BI = -0.23 tot 0.72, p = 0.310].

De onderzoekers concludeerden dat een tekort aan mangaan in het lichaam de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer mogelijk verhoogde. Mogelijk omdat er een grote heterogeniteit tussen de studies was.

Oorspronkelijke titel:
Association of Serum Manganese Levels with Alzheimer’s Disease and Mild Cognitive Impairment: A Systematic Review and Meta-Analysis by Du K, Liu M, [...], Wei M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5372894/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over mangaan en de ziekte van Alzheimer.
Een grote heterogeniteit tussen de studies kan leiden tot een appel-peer vergelijking. Daarom moet bij een grote heterogeniteit tussen de studies de gevonden resultaten met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd.

100 gram vis per week verlaagt de ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Vertraagt het eten van vis de cognitieve achteruitgang?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 cohort studies met 28754 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel vis vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 20% [RR = 0.80,  95% BI = 0.65-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per week, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 12% [RR = 0.88,  95% BI = 0.79-0.99] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel vis, minimaal 100 gram per week, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
An exploration of the role of a fish-oriented diet in cognitive decline: a systematic review of the literature by Zeng LF, Cao Y, […], Wang NS.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28418899

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over visconsumptie en de ziekte van Alzheimer.

CLA-supplementen verlagen niet overgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het vetzuur CLA het nuchter glucosegehalte en de buikomtrek?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 32 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van CLA het nuchter glucosegehalte niet significant met 0.075 mg/dL verlaagde [SMD = 0.075 mg/dL, 95% BI = -0.099 tot 0.249, p = 0.399]. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het slikken van CLA de buikomtrek niet significant met 0.149 cm verlaagde [SMD = -0.149 cm, 95% BI = -0.522 tot 0.225, p = 0.435].

De onderzoekers vonden dat voedsel verrijkt met CLA het nuchter glucosegehalte niet significant met 0.126 mg/dL verlaagde [SMD = 0.126 mg/dL, 95% BI = -0.100 tot 0.352, p = 0.274].

De onderzoekers vonden dat voedsel verrijkt met CLA de buikomtrek niet significant met 0.233 cm verlaagde [SMD = -0.233 cm, 95% BI = -0.625 tot 0.159, p = 0.244].

De onderzoekers concludeerden dat zowel het slikken van CLA als het eten van voedsel verrijkt met CLA het nuchter glucosegehalte en de buikomtrek niet verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of conjugated linoleic acid as a supplement or enrichment in foods on blood glucose and waist circumference in humans: A meta-analysis by Rahbar AR, Ostvar A, […], Rahbar A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28176632

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht en vetconsumptie.
CLA staat voor geconjugeerd linolzuur (engels: Conjugated Linoleic Acid, 9-cis-1-trans-octadecadieenzuur). Het is een trans isomeer van het vetzuur linolzuur. Dat wil zeggen dat het net als linolzuur een meervoudig onverzadigd omega-6 vetzuur is, maar in plaats van een kromme vetzuurketen (cis) een rechte (trans) keten heeft.
Afbeeldingsresultaat voor CLA structure
Chemische structuren van CLA.

Mensen met overgwicht hebben vaak een hoger nuchter glucosegehalte en een groter buikomtrek.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.
 

Dagelijks veel kaas verhoogt niet doodgaan aan alle oorzaken

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van kaas en de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 prospectieve cohort studies met in totaal 21365 doden onder 177655 deelnemers. De follow-up duur (de duur van de studie) varieerde tussen 5 en 15 jaar. 

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel kaas en de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) [RR = 1.02, 95% BI = 0.97-1.06, I2 = 0%].
Er was ook geen dosisafhankelijk verband [RR per 43 gram kaas per dag = 1.03, 95% BI = 0.99-1.07, I2 = 0%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel kaas de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) niet verhoogde of verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Cheese Consumption and Risk of All-Cause Mortality: A Meta-Analysis of Prospective Studies by Xing T, Guo-Chong C, [...], Li-Qiang Q.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5295107/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van kaas.

Dagelijks 100 gram groenten en fruit verlaagt dementie onder ouderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van groenten en fruit dementie onder ouderen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 cohort studies en 4 cross-sectionele studies met in totaal 4583 mensen met cognitieve achteruitgang en dementie onder 31104 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van groenten en fruit de kans op het krijgen van cognitieve achteruitgang en dementie significant met 20% [OR = 0.80, 95% BI = 0.71-0.89, I2 = 55.2%, p = 0.005] verlaagde.
Echter, dit significant verlaagde risico werd alleen teruggevonden in mensen (zowel onder mannen als vrouwen) boven 65 jaar [OR = 0.80, 95% BI = 0.71-0.91].

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram groenten en fruit per dag, de kans op het krijgen van cognitieve achteruitgang en dementie significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.77-0.99, I2 = 39.8%, p = 0.173] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van groenten en fruit, ten minste 100 gram per dag, de kans op het krijgen van cognitieve achteruitgang en dementie onder mensen ouder dan 65 jaar verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Increased Consumption of Fruit and Vegetables Is Related to a Reduced Risk of Cognitive Impairment and Dementia: Meta-Analysis by Jiang X, Huang J, [...], Zhang Z.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5293796/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over groente- en fruitconsumptie, het voorkomen van dementie en publicatie bias/overzichtsartikel.

Deze maaltijden leveren minimaal 100 gram groenten en fruit.

Lopen verlaagt dementie onder ouderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het lopen de kans op het krijgen van dementie onder ouderen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 prospectieve cohort studies waarvan 10 studies over cognitieve achteruitgang (9949 deelnemers, waarvan 2547 mensen met cognitieve achteruitgang) en 10 studies over dementie (14140 deelnemers, waavan 1903 mensen met dementie).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat weinig (stapvoets) lopen vergeleken met veel, de kans dat het geheugen van ouderen achteruit gaat significant met 89% [gepoolde RR = 1.89, 95% BI = 1.54-2.31] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat weinig (stapvoets) lopen vergeleken met veel, de kans op het krijgen van dementie bij ouderen significant met 66% [gepoolde RR = 1.66, 95% BI = 1.43-1.92] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat elke verlaging van de loopsnelheid met 360 m per uur, de kans op het krijgen van dementie significant met 13% [gepoolde RR = 1.13, 95% BI = 1.08-1.18] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het lopen de kans op het krijgen van dementie onder ouderen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Walking Pace and the Risk of Cognitive Decline and Dementia in Elderly Populations: A Meta-analysis of Prospective Cohort Studies by Quan M, Xun P, [...], He K.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27927757

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het sporten en het voorkomen van dementie.

Beta-caroteen via voeding verlaagt heupfracturen onder Aziatische mannen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van carotenoïden de kans op het krijgen van heupfractuur?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies en 2 patiënt-controle studies met in totaal 140265 deelnemers, waarvan 4324 mensen met fracturen. De leeftijd was 50 jaar en ouder (50-80 jaar). 80% van de studies was post-menopauzale vrouwen.

De follow-up duur van de cohort studies varieerde tussen 3.7 en 18 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel carotenoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur niet significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.51-1.01, I2 = 59.4%, p = 0.06] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.54-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het bloed carotenoïdengehalte en de kans op het krijgen van heupfractuur [OR = 0.83, 95% BI = 0.59-1.17].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mannen significant met 47% [OR = 0.57, 95% BI = 0.40-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mensen ouder dan 60 jaar significant met 43% [OR = 0.57, 95% BI = 0.40-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mensen met een normaal gewicht (BMI ≤ 25) significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.40-0.96, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder Aziaten significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.40-0.96, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel beta-caroteen de kans op het krijgen van heupfractuur onder Aziatische mannen ouder dan 60 jaar met een normaal gewicht verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Carotenoids and risk of fracture: a meta-analysis of observational studies by Xu J, Song C, [...], X L.

Link:
http://www.impactjournals.com/oncotarget/index.php?journal=oncotarget&page=article&op=view&path[]=13678&path[]=43468

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en carotenoïden.

Beta-caroteen geeft de karakteristieke kleur aan oranje en gele groenten en fruit.
Deze maaltijd bevat veel beta-caroteen.

1 keer per week vette vis of tonijn verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vis de kans op het krijgen van de oogziekte de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 prospectieve cohort studies met in totaal 4202 mensen met de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie onder 128988 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van vis de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.65-0.90, I2 = 49.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 5 studies langer dan 10 jaar dat het eten van vis de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.67-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 3 studies korter dan 10 jaar dat het eten van vis de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 30% [RR = 0.70, 95% BI = 0.51-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van tonijn de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 42% [RR = 0.58, 95% BI = 0.47-0.71] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis met donker gekleurde vlees de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 32% [RR = 0.68, 95% BI = 0.46-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 1 keer vis per week de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83-0.96] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten vis, met name 1 keer per week vis met donder gekleurde vlees of tonijn de kans op het krijgen van de leeftijdsgebonden maculaire degeneratie verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fish Consumption and Age-Related Macular Degeneration Incidence: A Meta-Analysis and Systematic Review of Prospective Cohort Studies by Zhu W, Wu Y, [...], Lu J.

Link:
http://www.mdpi.com/2072-6643/8/11/743/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en visconsumptie.

1 keer vis of 1 portie vis komt in de praktijk overeen met 100-150 gram.

Vissen met donder gekleurde vlees zijn ansjovis, blauwvintonijn, haring, zalm en makreel. Vissen met donder gekleurde vlees zijn vette vissen.

Er is geen verband tussen zinkinname en prostaatkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoge zink-inname de kans op het krijgen van prostaatkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 cohort studies, 2 geneste patiënt-controle studies, 11 patiënt-controle studies en 1 RCT met in totaal 111199 deelnemers, waarvan 11689 mensen met prostaatkanker.

Alle studies werden gecorrigeerd voor de leeftijd.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge zinkconsumptie vergeleken met een lage, de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 7% [gepoolde OR = 1.07, 95% BI = 0.98-1.16] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge zinkconsumptie via voeding vergeleken met een lage, de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 5% [RR = 1.05, 95% BI = 0.93-1.20] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses geen relatie tussen een hoge zinkconsumptie via voedingssupplementen en de kans op het krijgen van prostaatkanker [RR = 1.00, 95% BI = 0.79-1.27].

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg zink de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 7% [OR = 1.07, 95% BI = 0.90-1.28] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen zink-inname via voeding en/of voedingssupplementen en de kans op het krijgen van prostaatkanker.

Oorspronkelijke titel:
Zinc Intake and Risk of Prostate Cancer: Case-Control Study and Meta-Analysis by Mahmoud AM, Al-Alem U, […], Kittles RA.

Link:
http://journals.plos.org/plosone/article?id=10.1371/journal.pone.0165956

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over prostaatkanker en zink.

Noten verlagen het leptinegehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van noten ontstekingen in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van noten het serum CRP-gehalte niet significant met 0.17 mg/L [WMD = 0.17 mg/L, 95% BI = -0.67 tot 0.33, I2 = 52.1%] verhoogde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het serum IL6-gehalte niet significant met 0.06 ng/dL [WMD = -0.06 ng/dL, 95% BI = -0.69 tot 0.56, I2 = 9.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het serum IL10-gehalte niet significant met 0.18 mg/dL [WMD = -0.18 mg/dL, 95% BI = -1.24 tot 0.88, I2 = 9.3%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het TNF-alfa-gehalte niet significant met 0.18 pg/mL [WMD = 0.37 pg/mL, 95% BI = -0.90 tot 0.16, I2 = 7.9%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het adiponectinegehalte niet significant met 0.60 mg/dL [WMD = -0.60 mg/dL, 95% BI = -1.88 tot 0.68, I2 = 5.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten het leptinegehalte significant met 0.71 mg/dL [WMD = -0.71 mg/dL, 95% BI = -1.11 tot -0.30, I2 = 6.3%] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in de sensitiviteitsanalyses dat deze bevindingen robust waren.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van noten het leptinegehalte verlaagde maar het had echter geen effect op het CRP-, IL6-, adiponectine-, IL10- en TNF-α-gehalte.

Oorspronkelijke titel:
Impact of different types of tree nut, peanut, and soy nut consumption on serum C-reactive protein (CRP): A systematic review and meta-analysis of randomized controlled clinical trials by Mazidi M, Rezaie P, [...], Gao HK.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27858850

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over chronische ziekten en overgewicht.

CRP, IL-6  en IL-10 zijn 3 ontstekingsbiomerkers in het lichaam. Door het meten van ontstekingsbiomerkers kunnen ontstekingen in het lichaam worden opgespoord. Chronische ziekten zijn ontstekingsziekten.

Hoge leptinewaarden kunnen duiden op leptineresistentie, met als gevolg toename van het lichaamsgewicht en metabole stoornissen oftewel stofwisselingsstoornissen. Stofwisselingsstoornissen zijn erfelijke stoornissen. Er zijn ongeveer 600 verschillende stofwisselingsstoornissen.

Dagelijks 200 gram melk verlaagt mogelijk obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt de consumptie van zuivelproducten de kans op het krijgen van obesitas?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 studies (voornamelijk cross-sectionele studies).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van zuivelproducten vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij kinderen significant met 46% [odds ratio = 0.54, 95 BI = 0.38-0.77] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van zuivelproducten vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij volwassenen significant met 25% [odds ratio = 0.75, 95 BI = 0.69-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tusssen de consumptie van zuivelproducten en de kans op het krijgen van obesitas [p non-lineariteit = 0.009].

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van melk vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij kinderen significant met 13% [odds ratio = 0.87, 95 BI = 0.80-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van melk vergeleken met een lage consumptie, de kans op het krijgen van obesitas bij volwassenen significant met 23% [odds ratio = 0.77, 95 BI = 0.68-0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 200 gram melk per dag, de kans op het krijgen van obesitas significant met 16% [odds ratio = 0.84, 95 BI = 0.77-0.92] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van zuivelproducten die uit minimaal 200 gram melk per dag bestaat, de kans op het krijgen van obesitas zowel bij kinderen als volwassenen waarschijnlijk verlaagde. Waarschijnlijk omdat dit overzichtsartikel voornamelijk uit cross-sectionele studies (kan geen conclusies over het oorzakelijke verband worden getrokken) bestond.

Oorspronkelijke titel:
Association of dairy products consumption with risk of obesity in children and adults: a meta-analysis of mainly cross-sectional studies by Wang W, Wu Y and Zhang D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27756684

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over overgewicht en zuivelconsumptie.

Een voeding met veel onverzadigd vet, antioxidanten en B-vitamines verlaagt dementie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Wat zijn de risicofactoren van dementie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 43 studies (cohort studies en RCT’s).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de inname van onverzadigde vetzuren de kans op het krijgen van dementie significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.74-0.95, p = 0.006] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van antioxidanten de kans op het krijgen van dementie significant met 13% [RR = 0.87, 95% BI = 0.74-0.98, p = 0.026] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van B-vitamines de kans op het krijgen van dementie significant met 28% [RR = 0.72, 95% BI = 0.54-0.96, p = 0.026] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het volgen van een Mediterraan dieet de kans op het krijgen van dementie significant met 31% [RR = 0.69, 95% BI = 0.57-0.84, p  0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van aluminium de kans op het krijgen van dementie significant met 124% [RR = 2.24, 95% BI = 1.49-3.37, p  0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het roken de kans op het krijgen van dementie significant met 43% [RR = 1.43, 95% BI = 1.15-1.77, p = 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een laag vitamine D-bloedwaarde de kans op het krijgen van dementie significant met 52% [RR = 1.52, 95% BI = 1.17-1.98, p = 0.002] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen visconsumptie [RR = 0.79, 95% BI = 0.59-1.06, p = 0.113], groente en fruitconsumptie [RR = 0.46, 95% BI = 0.16-1.32, p = 0.149] of alcoholconsumptie [RR = 0.74, 95% BI = 0.55-1.01, p  = 0.056] en de kans op het krijgen van dementie.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van onverzagdigde vetzuren, antioxidanten en B-vitamines en het volgen van een Mediterraan dieet de kans op het krijgen van dementie verlaagde, terwijl alunimium en roken de kans op dementie verhoogden.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Patterns and Risk of Dementia: a Systematic Review and Meta-Analysis of Cohort Studies by Cao L, Tan L, […], Yu JT.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26553347

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dementie, B-vitamines en antioxidanten.

Een voeding met veel onverzadigd vet, antioxidanten en B-vitamines komt in de praktijk overeen met een voeding met maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. De makkelijkste manier om een voeding met maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal te volgen, is door te kiezen voor producten met maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Welke producten uit de supermarkt maximaal 30 En% vet, maximaal 7% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal leveren, kunt u hier opzoeken.

Anthocyaninen en flavonolen via voeding verlagen het lichaamsgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden het lichaamsgewicht?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 prospectieve cohort studies met in totaal 124086 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 10 mg anthocyaninen per dag via voeding, het lichaamsgewicht significant met 0.1 kg [95% BI = -0.14 tot -0.07] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 138 mg flavonoïde polymeren per dag via voeding, het lichaamsgewicht significant met 0.08 kg [95% BI = -0.13 tot -0.04] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 7 mg flavonolen per dag via voeding, het lichaamsgewicht significant met 0.07 kg [95% BI = -0.12 tot -0.03] verlaagde. Echter, de significantie viel weg nadat ook voor de vezelinname werd gecorrigeerd.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van levensmiddelen rijk aan anthocyaninen, flavonoïde polymeren en flavonolen het lichaamsgewicht verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary flavonoid intake and weight maintenance: three prospective cohorts of 124 086 US men and women followed for up to 24 years by Bertoia ML, Rimm EB, […], Cassidy A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4730111/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het verlagen van het lichaamsgewicht en flavonoïden.

Flavonoïden bestaan onder andere uit anthocyaninen, flavonoïde polymeren en flavonolen.
Flavonoïde polymeren zitten vooral in thee en appels.
Flavonoïden zitten in felgekleurde groenten en fruit. De aanbeveling van groenten en fruit van de Gezondheidsraad (het hoogste voedingsadviesorgaan in Nederland) is minimaal 200 gram groenten en minimaal 200 gram fruit per dag.

Deze maaltijden zijn geschikt voor mensen met overgewicht (BMI>25).
 

Carnitinesupplementen leiden tot gewichtsverlies

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van carnitinine het lichaamsgewicht?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 911 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van carnitine het lichaamsgewicht significant met 1.33 kg [MD = -1.33 kg, 95% BI = -2.09 tot -0.57] verlaagde. Het lichaamsgewicht nam meer af naarmate het gebruik van carnitine langer werd [p = 0.002].

De onderzoekers vonden dat het slikken van carnitine het BMI significant met 0.47 kg/m2 [MD = -0.47 kg/m2, 95% BI = -0.88 tot -0.05] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van carnitine het lichaamsgewicht en het BMI verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of (L-)carnitine on weight loss in adults: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Pooyandjoo M, Nouhi M, […], Olyaeemanesh A.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27335245

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het verlagen van het lichaamsgewicht en carnitine.

Deze maaltijden zijn geschikt voor mensen met overgewicht (BMI>25).
 

Dagelijks veel volkoren graanproducten verlaagt doodgaan aan alle oorzaken

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van volkoren graanproducten de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 prospectieve cohort studies met in totaal 843749 deelnemers, waavan 101282 doden.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkoren graanproducten vergeleken met weinig, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 18% [gepoolde RR = 0.82, 95% BI = 0.78-0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 1 portie volkoren graanproducten per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 7% [gepoolde RR = 0.93, 95% BI = 0.89-0.97] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel volkoren graanproducten (minstens 1 portie per dag) de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association between whole grain intake and all-cause mortality: a meta-analysis of cohort studies by Ma X, Tang WG, […], Xiang YB.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27566558

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en volkoren graanproducten.

Maximaal 1 tot 2 kopjes koffie per dag verbetert het geheugen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van koffie de kans op het krijgen van cognitieve problemen (zoals de ziekte van Alzheimer, dementie, cognitieve achteruitgang en cognitieve stoornissen)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 prospectieve cohort studies met in totaal 34282 deelnemers.  De follow-up duur varieerde tussen 1.3 en 28 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van 1 tot 2 kopjes koffie per dag, de kans op het krijgen van cognitieve problemen (zoals de ziekte van Alzheimer, dementie, cognitieve achteruitgang en cognitieve stoornissen) significant met 18% [95% BI = 0.82, 95% BI = 0.71-0.94, I2 = 25%] verlaagde.
Echter, deze verlaagde risico was niet meer significant voor 3 kopjes koffie of meer.

De onderzoekers vonden een J-vormig verband tussen het drinken van koffie en de kans op het krijgen van cognitieve problemen.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks drinken van maximaal 1 tot 2 kopjes koffie, de kans op het krijgen van cognitieve problemen (zoals de ziekte van Alzheimer, dementie, cognitieve achteruitgang en cognitieve stoornissen) verlaagde.  

Oorspronkelijke titel:
Coffee intake and the incident risk of cognitive disorders: A dose-response meta-analysis of nine prospective cohort studies by Wu L, Sun D and He Y.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27288328

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dementie en koffieconsumptie.

Regelmatige lichamelijke activiteiten verlaagt ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlagen lichamelijke activiteiten de ziekte van Alzheimer?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 hoog kwalitatief prospectieve cohort studies met 23345 deelnemers in de meta-analyse I en 5 hoog kwalitatief prospectieve cohort studies met 10615 deelnemers in de meta-analyse II.
De follow-duur varieerde tussen 3.9 en 31 jaar en de leeftijd van de deelnemers varieerde tussen 70 en 80 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de meta-analyse I dat mensen die veel lichamelijke activiteiten deden vergeleken met diegenen met weing lichamelijke activiteiten, een significant verlaagde risico van 35% [gepoolde OR = 0.65, 95% BI = 0.56-0.74, p 0.001, I2 = 31.32%] op het ontwikkelen van de ziekte van Alzheimer hadden.

De onderzoekers vonden in de meta-analyse II dat mensen die zich voldeden aan de internationale richtlijnen voor lichamelijke activiteiten, een significant verlaagde risico van 40% [gepoolde OR = 0.60, 95% BI = 0.51-0.71, p 0.001, I2 = 5.63%] op het ontwikkelen van de ziekte van Alzheimer hadden.

De onderzoekers concludeerden dat het doen van regelmatige lichamelijke activiteiten de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer bij ouderen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Physical Activity and Alzheimer Disease: A Protective Association by Santos-Lozano A, Pareja-Galeano H, […], Lucia A.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27492909

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over ouderdom en de ziekte van Alzheimer.

De internationale richtlijnen van het WHO voor volwassenen betrekken 60 minuten of meer aan gemodereerde of intensieve lichamelijke activiteit per dag. Meer dan 60 minuten lichamelijke activiteit zorgt verder voor aanvullende gezondheidsvoordelen. De meeste van deze activiteiten dienen van aerobe (met zuurstof) aard te zijn. Pubers dienen minstens drie keer per week aan een activiteit te doen op intensief niveau waarbij spier- en botversterkende oefeningen (zoals hardlopen, teamsport of krachttraining) inbegrepen dienen te zijn.

Er is sprake van lichamelijke inactiviteit wanneer:

  • jongeren (14-17 jaar): niet voldoende actief (minstens 60 minuten matig intensief lichamelijk actief) op 0-2 dagen per week.
  • volwassenen (18 jaar en ouder): niet voldoende actief (minstens 30 minuten matig intensief lichamelijk actief) op geen enkele dag per week.

Om een goede conditie van het hartvaatstelsel te bewerkstelligen is drie maal per week tenminste 20 minuten intensieve lichaamsbeweging nodig (door bijvoorbeeld te sporten). Sporten als hardlopen, hockey, voetbal, aerobics, squash en tennis zijn voorbeelden van intensieve beweging.

Mensen met leeftijdsgebonden maculaire degeneratie hebben baat bij 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag

Onderzoeksvraag:
Vergroot het slikken van luteïne of zeaxanthine in combinatie met meso-zeaxanthine de dichtheid van het macula pigment?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 RCT’s met 938 mensen met de oogziekte leeftijdsgebonden maculaire degeneratie en 826 mensen zonder een leeftijdsgebonden maculaire degeneratie.

De dosering van luteïne, zeaxanthine en/of meso-zeaxanthine in de interventiegroep varieerde tussen 0 en 20 mg per dag. De interventieduur varieerde tussen 8 weken tot 2 jaar.

Het waren goed opgezette studies. De meeste studies hadden een follow-up duur van minder dan 12 maanden.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van luteïne of zeaxanthine de dichtheid van het macula pigment van zowel mensen met [WMD = 0.07, 95% BI = 0.03 tot 0.11, I2 = 99.2%] als mensen zonder leeftijdsgebonden maculaire degeneratie [WMD = 0.09, 95% BI = 0.05 tot 0.14] vergrootte.

De onderzoekers vonden dat de dichtheid van het macula pigment groter was in studies met meer dan 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag [WMD = 0.12, 95% BI = 0.09 tot 0.15] dan in studies met minder dan 10 mg van luteïne of zeaxanthine per dag [WMD = 0.05, 95% BI = 0.03 tot 0.07].

De onderzoekers vonden dat de dichtheid van het macula pigment ook groter was in studies waarbij luteïne of zeaxanthine werd gecombineerd met meso-zeaxanthine [WMD = 0.13] dan in studies met alleen luteïne of zeaxanthine [WMD = 0.07].

De onderzoekers vonden dat zowel het slikken van luteïne als zeaxanthine de dichtheid van het macula pigment evenveel vergrootte.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 mg luteïne of zeaxanthine per dag, de dichtheid van het macula pigment met 0.005 punt verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van luteïne of zeaxanthine in combinatie met meso-zeaxanthine (het liefst boven 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag) de dichtheid van het macula pigment van zowel mensen met als mensen zonder leeftijdsgebonden maculaire degeneratie vergrootte.

Oorspronkelijke titel:
Lutein, Zeaxanthin and Meso-zeaxanthin Supplementation Associated with Macular Pigment Optical Density by Ma L, Liu R, […],Liu XH.

Link:
http://www.mdpi.com/2072-6643/8/7/426/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over luteïne en ouderdom.

Bij de oogziekte leeftijdsgebonden maculaire degeneratie speelt met name het macula pigment een belangrijke rol. Het geeft bescherming aan het netvlies tegen UV straling en het neutraliseert vrije radicalen. In de macula komen 2 carotenoïden voor: luteïne en zeaxanthine. De macula komt aan zijn naam vanwege zijn gele kleur (macula lutea = gele vlek), die veroorzaakt blijkt te worden door de 2 carotenoïden luteïne en zeaxanthine. Luteïne komt vooral voor aan de randen van de macula, zeaxanthine in het centrum, waar de foto-oxidatieve stress het hoogst is.

Om te kijken of het macula pigment goed functioneert, kan een onderzoek gedaan worden met de M-POD (macula pigment optische densiteit meter). Dit apparaat meet de dichtheid van het macula pigment.

In welke producten veel luteïne of zeaxanthine zitten, kunt u hier opzoeken.

Een laag koolhydratendieet verbetert nierfunctie van mensen met overgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het volgen van een laag koolhydratendieet de nierfunctie van mensen met overgewicht zonder chronische nierziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 861 mensen in de laag koolhydratendieet-groep en 826 mensen in de controlegroep.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de gemiddelde verandering in de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) van de nieren van de mensen in de laag koolhydratendieet-groep varieerde tussen 4.7 en 24.0 ml/min per 1.73 m2, terwijl in de controlegroeps was dat tussen -4.1 en 10.8 ml/min per 1.73 m2.

De onderzoekers vonden dat de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) van de nieren van de mensen in de laag koolhydratendieet-groep was 0.13 ml/min per 1.73 m2 [95 % BI = 0.00-0.26] hoger dan in de controlegroep.

De onderzoekers concludeerden dat het volgen van een laag koolhyratendieet de nierfunctie van mensen met overgewicht of obesitas zonder chronische nierziekte verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Impact of low-carbohydrate diet on renal function: a meta-analysis of over 1000 individuals from nine randomised controlled trials by Oyabu C, Hashimoto Y, […], Fukui M.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27346534

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koolhydraten en overgewicht.

Heb ik overgewicht?

Bij chronisch nierfalen zijn de nieren niet meer voldoende in staat om de afvalstoffen uit het lichaam te verwijderen. De uitscheiding van afvalstoffen kan op twee manieren geschat worden, namelijk door de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) of door de creatinineklaring in bloed- en urineonderzoek te meten. De normaalwaarde voor GFR op middelbare leeftijd is ongeveer 100 ml/minuut.

Klachten van nierfalen treden meestal pas op bij een GFR onder 25 ml/minuut. De nierfunctie is dan al ernstig gestoord. De meest voorkomende klachten zijn vermoeidheid, een slechte eetlust, misselijkheid, slecht slapen, hoofdpijn door een verhoogde bloeddruk en vocht vasthouden in de benen. Veel mensen met nierfalen en een GFR onder 25 ml/minuut klagen over jeuk.

Een laag koolhydratendieet is een dieet met 20 tot 40 En% koolhydraten. Een dieet met 20 tot 40 En% koolhydraten is een dieet dat voornamelijk uit producten met 20 tot 40 En% koolhydraten bestaat of het gemiddelde van alle dagelijks gegeten producten bevat 20 tot 40 En% koolhydraten. Welke producten uit de supermarkt 20 tot 40 En% koolhyraten bevatten, kunt u hier opzoeken.
20 En% koolhydraten wil zeggen dat het aantal gram koolhydraten 20% bijdraagt aan het total caloriegehalte van de desbetreffende maaltijd of het desbetreffende product.
 

Veel EPA en DHA via voeding verlaagt doodgaan aan alle oorzaken

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van PUFA, zoals EPA en DHA de kans op doodgaan aan alle oorzaken?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 prospectieve cohort studies met 31185 doden onder 371965 deelnemers.

Er was sprake van een matige tot hoge heterogeniteit tussen de studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge PUFA-inname via voeding vergeleken met een lage, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84-0.98, I2 = 62.9%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge EPA-inname via voeding vergeleken met een lage, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.75-0.92, I2 = 51.5%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge DHA-inname via voeding vergeleken met een lage, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.74-0.95, I2 = 38.5%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 0.3 gram PUFA per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.89-0.99, I2 = 70.2%] verlaagde. Echter, het verlaagde risico was niet meer zichtbaar boven 0.6 gram per dag.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging van het EPA-bloedgehalte met 1%, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.65-0.98, I2 = 74.5%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging van het DHA-bloedgehalte met 1%, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.63-0.99, I2 = 79.3%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoge inname van PUFA via voeding als het hebben van een hoge EPA- en DHA-bloedwaarden de kans op doodgaan aan alle oorzaken verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
N-3 long-chain polyunsaturated fatty acids and risk of all-cause mortality among general populations: a meta-analysis by Chen GC, Yang J, [...], Qin LQ.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4910132/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over EPA en DHA.

Een hoge EPA- en DHA-bloedwaarde kan verkregen worden door veel EPA en DHA via voeding binnen te krijgen en/of via voedingssupplementen. EPA en DHA zijn visvetzuren en zitten dus in vis.

Deze maaltijden leveren veel EPA en DHA.

Probiotica gedurende minimaal 8 weken verlaagt het BMI

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van probiotica het lichaamsgewicht en het BMI?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 25 RCT’s met 1931 deelnemers die 18 jaar en ouder waren.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het lichaamsgewicht significant met 0.59 kg [95% BI = 0.30-0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het BMI significant met 0.49 kg/m2 [95% BI = 0.24-0.74] verlaagde. Het grootste effect werd bereikt met probiotica van de verschillende stammen en bij het slikken van probiotica langer dan 8 weken.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van probiotica het BMI significant met 0.49 kg/m2 [95% BI = 0.24-0.74] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van probiotica van verschillende stammen gedurende minimaal 8 weken het BMI verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of probiotics on body weight and body-mass index: a systematic review and meta-analysis of randomized, controlled trials by Zhang Q, Wu Y and Fei X.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27149163

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer studies over het hebben van overgewicht en het slikken van probiotica.

Heb ik overgewicht?

 

Een lage botdichheid verhoogt aderverkalking bij ouderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het hebben van een lage botdichtheid de kans op het krijgen van aderverkalking (atherosclerose) bij ouderen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 23 patiënt-controle studies en 2 cohort studies met in totaal 10299 patiënten.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat patiënten met een lage botdichtheid hadden een significant verhoogde kans van 81% [OR = 1.81, 95% BI = 1.01-2.19, p 0.00001] op het krijgen van atherosclerotische afwijkingen dan mensen met een normale botdichtheid.

De onderzoekers vonden dat postmenopauzale vrouwen met een lage botdichtheid hadden een significant verhoogde kans van 1.23% [OR = 2.23, 95% BI = 1.72-2.89, p 0.00001] op het krijgen van atherosclerotische afwijkingen dan postmenopauzale vrouwen met een normale botdichtheid.

De onderzoekers vonden nadat gecorrigeerd te hebben voor leeftijd, geslacht, BMI en andere risicofactoren voor hart- en vaatziekten, dat het hebben van een lage botdichtheid de kans op het krijgen van atherosclerotische afwijkingen significant met 1.96% [OR = 2.96, 95% BI = 2.25-3.88, p 0.00001] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een lage botdichtheid een onafhankelijke voorspeller was voor de ontwikkeling van atherosclerose (aderverkalking) bij ouderen.

Oorspronkelijke titel:
Decreased Bone Mineral Density Is an Independent Predictor for the Development of Atherosclerosis: A Systematic Review and Meta-Analysis by Ye C, Xu M, […], He R.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4858264/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten.

Atherosclerose oftewel aderverkalking is een vorm van hart- en vaatziekten en is voortschrijdende ziekte waarbij uw slagaderwanden verharden.
Aderverkalking wordt veroorzaakt door het opstapelen van vetten in de wand van de slagaders. Met het ouder worden, gebeurt dit bij iedereen in meer of mindere mate.

Krachttraining kan de botdichtheid verhogen.