Voeding en gezondheid

Middellangketenige verzadigde vetzuren verhogen sneller goed cholesterol

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Middellangketenige verzadigde vetzuren (MCFA's) kunnen de circulerende lipiden en de lipoproteïnen anders beïnvloeden dan langketenige verzadigde vetzuren (LCSFA's), maar de resultaten in menselijke interventiestudies zijn tegenstrijdig. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben middellangketenige verzadigde vetzuren (MCFA's) en langketenige verzadigde vetzuren (LCSFA's) verschillende invloeden op de circulerende lipiden en de lipoproteïnen in het menselijk lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 crossover en 1 parallel interventiestudies met in totaal 299 deelnemers (gemiddelde leeftijd was 38 jaar en gemiddelde BMI was 24).

Er was geen statistische heterogeniteit voor het HDL-cholesterol, apoA-I en triglyceridengehalte maar wel voor het totale cholesterol [I2 = 49%] en LDL-cholesterolgehalte [I2 = 58%].

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden ten opzichte van een dieet met veel langketenige verzadigde vetzuren, dat een dieet met veel middellangketenige verzadigde vetzuren het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) significant met 0.11 mmol/L [MD = 0.11 mmol/L, 95% BI = 0.07 tot 0.15 mmol/L] verhoogde, zonder effect te hebben op het triglyceriden-, LDL- (slecht cholesterol) en totaal cholesterolgehalte.

De onderzoekers vonden ten opzichte van een dieet met veel langketenige verzadigde vetzuren dat een dieet met veel middellangketenige verzadigde vetzuren het apolipoprotein A-I (apoA-I) gehalte significant met 0.08 g/L [MD = 0.08 g/L, 95% BI = 0.02 tot 0.14 g/L] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een dieet met veel middellangketenige verzadigde vetzuren (MCFA's) het HDL-cholesterolgehalte en het apolipoprotein A-I (apoA-I) gehalte sneller verhoogde dan een dieet met veel langketenige verzadigde vetzuren (LCSFA's).

Oorspronkelijke titel:
Differential effects of medium- and long-chain saturated fatty acids on blood lipid profile: a systematic review and meta-analysis by Panth N, Abbott KA, […], Garg ML.

Link:
https://academic.oup.com/ajcn/article-abstract/108/4/675/5100313?redirectedFrom=fulltext

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over cholesterol, vetconsumptie en hart- en vaatziekten.

Door het meten van het apolipoprotein A-I (apoA-I) en het cholesterolgehalte kan de arts het risico op het krijgen van hart- en vaatziekten bepalen. Het apolipoprotein A-I (apoA-I) en het cholesterolgehalte worden in het vakjargon de biomerkers van hart- en vaatziekten genoemd.

Aan de hand van het aantal koolstofatomen in de keten worden vetzuren (in de volksmond ook vet genoemd) in 3 groepen verdeeld:
korte-keten-vetzuren (6 of minder)
middellange-keten-vetzuren (6-12) en
lange-keten-vetzuren (12 of meer).

Kokosolie bevat in tegenstelling tot de meeste vetten veel middellangketenige verzadigde vetzuren (MCFA's).

Veel flavonolen, flavonen of anthocyaninen via voeding verlagen mogelijk dikke darmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden (zoals flavonolen, flavonen of anthocyaninen) de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies en 7 patiënt-controle studies met in totaal 17481 personen met dikke darmkanker en 740859 personen zonder dikke darmkanker.

Alle studies werden gecorrigeerd voor een breed scala aan mogelijke confounders van colorectale kanker, zoals leeftijd, geslacht, BMI, fysieke activiteit, familiegeschiedenis van colorectale kanker, onderwijs, energie-inname, alcohol, vezelinname, rode en verwerkte vleesinname, tabak, aspirine en niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen.

Er was heterogeniteit tussen de studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel flavonoïden en de verlaagde kans op het krijgen van dikke darmkanker [gepoolde OR = 0.73, 95% BI = 0.48-1.10]. Geen verband want OR van 1 zat in de 95% BI van 0.48 tot 1.10.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses ook geen verband tussen het eten van veel flavanonen en de verlaagde kans op het krijgen van dikke darmkanker.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses ook geen verband tussen het eten van veel flavan-3-olen en de verlaagde kans op het krijgen van dikke darmkanker.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses van zowel cohort studies als patiënt-controle studies, dat het eten van veel flavonolen de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 30% [OR = 0.70, 95% BI = 0.54-0.90] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico werd niet teruggevonden in de cohort studies [RR = 1.00, 95% BI = 0.92-1.08].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses van zowel cohort studies als patiënt-controle studies, dat het eten van veel flavonen de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 21% [OR = 0.79, 95% BI = 0.83-0.99] verlaagde. 
Echter, dit verlaagde risico werd niet teruggevonden in de cohort studies [RR = 1.02, 95% BI = 0.94-1.11].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses van zowel cohort studies als patiënt-controle studies, dat het eten van veel anthocyaninen de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 22% [OR = 0.78, 95% BI = 0.64-0.95] verlaagde. 
Echter, dit verlaagde risico werd niet teruggevonden in de cohort studies [RR = 1.00, 95% BI = 0.91-1.10].

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke 10 mg flavonolen via voeding per dag, de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 14% [gepoolde OR = 0.86, 95% BI = 0.76-0.97] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke 1 mg flavonen via voeding per dag, de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 9% [gepoolde OR = 0.91, 95% BI = 0.84-0.99] verlaagde.
Significant omdat OR van 1 niet in de 95% BI van 0.84 tot 0.99 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat veel flavonolen via voeding, de kans op het krijgen van colonkanker significant met 20% [OR = 0.80, 95% CI = 0.68-0.94] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat veel flavonen via voeding, de kans op het krijgen van rectaalkanker significant met 18% [OR = 0.82, 95% CI = 0.70-0.97] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel flavonolen, flavonen en anthocyaninen de kans op het krijgen van dikke darmkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat het verlaagde risico niet significant was in de cohort studies en er was heterogeniteit tussen de studies.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Flavonoids and the Risk of Colorectal Cancer: An Updated Meta-Analysis of Epidemiological Studies by Chang H, Lin Lei L, […], Guohua Zhao G.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6073812/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over overzichtsartikel/significant/publicatie bias, flavonoïden en dikke darmkanker.

De resultaten van een overzichtsartikel zijn pas betrouwbaar wanneer ze ook teruggevonden worden in cohort studies. Dus het significant verlaagde risico moet zowel in patiënt-controle studies (meer gevoelig voor fouten) als in cohort studies (minder gevoelig voor fouten) teruggevonden worden.
 

Walnoten verlagen slecht cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert een voeding met veel walnoten het lipidenprofiel?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 26 klinische studies met in totaal 1059 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een voeding met veel walnoten, het totale cholesterolgehalte significant met 6.99 mg/dL [WMD = -6.99 mg/dL 95% BI = -9.39 tot -4.58 mg/dL, p 0.001] verlaagde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat een voeding met veel walnoten, het totale cholesterolgehalte werkelijk met 6.99 mg/dL verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een voeding met veel walnoten, het LDL cholesterolgehalte significant met 5.51 mg/dL [WMD = -5.51 mg/dL, 95% BI = -7.72 tot -3.29 mg/dL, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een voeding met veel walnoten, het triglyceridengehalte significant met 4.69 mg/dL [WMD = -4.69 mg/dL, 95% BI = -8.93 tot -0.45 mg/dL, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een voeding met veel walnoten, het apolipoproteïne B-gehalte significant met 3.74 mg/dL [WMD = -3.74 mg/dL, 95% BI = -6.51 tot -0.97 mg/dL, p = 0.008] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen een voeding met veel walnoten en de verlaging van het apolipoproteïne A-gehalte [WMD = 2.91 mg/dL, 95% BI = -5.98 tot 0.08 mg/dL, p = 0.057].

De onderzoekers vonden geen verband tussen een voeding met veel walnoten en het verlagen van het lichaamsgewicht [WMD = -0.12 kg, 95% BI = -2.12 tot 1.88, p = 0.90].

De onderzoekers vonden geen verband tussen een voeding met veel walnoten en het verlagen van de systolische bloeddruk (de bovendruk)  [WMD = -0.72 mmHg, 95% BI = -2.75 tot 1.30, p = 0.48].

De onderzoekers vonden geen verband tussen een voeding met veel walnoten en het verlagen van de diastolische bloeddruk (de onderdruk) [WMD = -0.10 mmHg, 95% BI = -1.49 to 1.30, p = 0.88].

De onderzoekers concludeerden dat een voeding met veel walnoten, zowel het totale cholesterolgehalte, het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) als het apolipoprotein B-gehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of walnut consumption on blood lipids and other cardiovascular risk factors: an updated meta-analysis and systematic review of controlled trials by Guasch-Ferré M, Li J, […], Tobias DK.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29931130

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over noten, cholesterolgehalte, bloeddruk en hart- en vaatziekten.

Mensen met atherosclerose (aderverkalking) hebben vaak een verhoogd totaal cholesterolgehalte, een verhoogd LDL-cholesterol gehalte, een verhoogd triglyceridengehalte en een verhoogd apolipoproteïne B-gehalte.

Mensen met atherosclerose (aderverkalking) worden aangeraden te kiezen voor producten/maaltijden met maximaal 30 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet, maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Welke producten/maaltijden in de supermarkt geschikt zijn voor mensen met atherosclerose (aderverkalking) kunt u hier opzoeken.
 

Veel natrium via voeding verhoogt een beroerte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het verband tussen een hoge natriuminname en het risico op het krijgen van een beroerte is geaccepteerd. Echter, de dosisafhankelijke relatie tussen de natriuminname en het risico op mortaliteit door alle oorzaken is nog niet vastgesteld. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een dosisafhankelijke relatie tussen zowel de natriuminname als de natrium-kalium ratio en het krijgen een beroerte onder mensen ouder dan 18 jaar?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 prospectieve cohort studies en 1 patiënt-controle studie met in totaal 261732 mensen, waarvan 10150 mensen met een beroerte.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 gram natrium per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 6% [gepoolde RR = 1.06, 95% BI = 1.02-1.10, I2 = 60%, n = 14 studies] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 punt in de natrium-kalium ratio (mmol/mmol), de kans op het krijgen van een beroerte significant met 22% [gepoolde RR = 1.22, 95% BI = 1.04-1.41, I2 = 60%, n = 5 studies] verhoogde.

De onderzoekers vonden een lineair verband tussen het krijgen van een beroerte en het verhogen van de natriuminname via voeding.

De onderzoekers vonden een lineair verband tussen het krijgen van een beroerte en het verhogen van de natrium-kalium ratio.

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoge natriuminname via voeding als een hoge natrium-kalium ratio, de kans op het krijgen van een beroerte onder volwassenen verhoogden.

Oorspronkelijke titel:
Dietary sodium, sodium-to-potassium ratio, and risk of stroke: A systematic review and nonlinear dose-response meta-analysis by Jayedi A, Ghomashi F, […], Shab-Bidar S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29907351

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over natrium- en kaliuminname en het voorkomen van een beroerte.
Natrium is een onderdeel van zout. Dus een voeding met veel natrium is dus een voeding met veel zout.

Een voeding met veel zout is een voeding met minimaal 0.3 gram zout per 100 kcal.
Een zoutarme voeding is een voeding met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal. Een zoutarme voeding bestaat grotendeels uit producten met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal. Deze producten uit de supermarkt bevatten maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal.
 

Vegetarisch dieet tijdens zwangerschap verhoogt baby met een laag geboortegewicht onder Aziaten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Of een vegetarisch dieet geschikt is voor zwangerschap blijft onduidelijk. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Heeft een vegetarisch dieet negatieve effecten op de zwangerschap?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 observationele studies.

Resultaten en conclusies:  
De onderzoekers vonden in gepoolde analyse (alle 19 studies bij elkaar genomen) geen verband tussen het volgen van een vegetarisch dieet en het krijgen van een baby met een laag geboortegewicht [RR = 1.27, 95% BI = 0.98-1.65, p = 0.07, I2 = 0%].

Echter, de onderzoekers vonden in subgroepenanalyse (om extra informatie te krijgen) een significant verhoogde risico van 33% op het krijgen van een baby met een laag geboortegewicht bij Aziatische vrouwen (Indië/Nepal) die een vegetarisch dieet volgden tijdens de zwangerschap [RR = 1.33, 95% BI = 1.01-1.76, p = 0.04, I2 = 0%].

De onderzoekers concludeerden dat Aziatische vrouwen die tijdens de zwangerschap een vegetarisch dieet volgden, een verhoogde kans hadden op het krijgen van een baby met een laag geboortegewicht.

Oorspronkelijke titel:
Is a vegetarian diet safe to follow during pregnancy? A systematic review and meta-analysis of observational studies by Tan C, Zhao Y and Wang S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29621406

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over veganisme en zwangerschap.

Een vegetarisch dieet is een dieet zonder dierlijke producten met maximaal 35 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
Een makkelijke manier om een vegetarisch dieet te volgen, is door te kiezen voor plantaardige producten die ook maximaal 35 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal bevatten of anders gezegd, het gemiddelde van alle dagelijkse gegeten producten moet maximaal 35 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal bevatten.
Welke plantaardige producten uit de supermarkt maximaal 35 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal bevatten, kunt u hier opzoeken.

EPA&DHA verlagen postoperatieve atriale fibrillatie na een bypass hartoperatie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Er zijn veronderstelllingen dat n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren (PUFA) een anti-aritmisch effect hebben op postoperatieve atriale fibrillatie. Echer, de resultaten zijn tegenstrijdig. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren positieve effecten op postoperatieve atriale fibrillatie bij patiënten die een hartoperatie ondergaan?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 studies met in totaal 3570 patiënten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren de kans op het krijgen van postoperatieve atriale fibrillatie significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.73-0.98, p = 0.03] verlaagde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren de kans op het krijgen van postoperatieve atriale fibrillatie werkelijk met 16% verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat EPA:DHA  verhouding  1 de kans op het krijgen van postoperatieve atriale fibrillatie significant met 49% [RR = 0.51, 95% BI = 0.36-0.73, p = 0.0003] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren, de kans op het krijgen van postoperatieve atriale fibrillatie na een coronaire-bypassoperatie (een bypass hartoperatie) significant met 32% [RR = 0.68, 95% BI = 0.47-0.97, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren in de verhouding EPA:DHA 1 de kans op het krijgen van postoperatieve atriale fibrillatie na een coronaire-bypassoperatie verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
N-3 polyunsaturated fatty acids for prevention of postoperative atrial fibrillation: updated meta-analysis and systematic review by Wang H, Chen J and Zhao L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29380237

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over EPA&DHA en hart- en vaatziekten.

Wanneer de slagaders onvoldoende bloed kunnen leveren aan het hart, kan de chirurg een coronaire-bypassoperatie (CABG) of omleidingsoperatie voorstellen. In Europa is de bypassoperatie een van de meest uitgevoerde hartoperaties om de bloedstroom naar het hart te herstellen.

Atriale fibrillatie is een type hartritmestoornis die een snelle en onregelmatige pols (hartslag) veroorzaakt. Atriale fibrillatie die optreedt na een operatie wordt postoperatieve atriale fibrillatie genoemd.
 

Olijfolie verhoogt sneller het HDL cholesterolgehalte dan andere plantaardige oliën

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van olijfolie en andere plantaardige oliën en het cholestterolgehalte en het triglyceridengehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 27 RCTs met in totaal 1089 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de stijging van het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) hoger was voor olijfolie dan voor andere plantaardige oliën. Deze verhoging was bovendien significant [WMD = 1.37 mg/dL, 95% BI = 0.4-2.36].

De onderzoekers vonden dat de daling van het totale cholesterolgehalte kleiner was voor olijfolie dan voor andere plantaardige oliën. Deze daling was bovendien significant [WMD = 16.27 mg/dL, 95% BI = 2.8-10.6].

De onderzoekers vonden dat de daling van het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) lager was voor olijfolie dan voor andere plantaardige oliën. Deze daling was bovendien significant [WMD = 4.2 mg/dL, 95% BI = 1.4-7.01].

De onderzoekers vonden dat de daling van het triglyceridengehalte lager was voor olijfolie dan voor andere plantaardige oliën. Deze daling was bovendien significant [WMD = 4.31 mg/dL, 95% BI = 0.5-8.12].

De onderzoekers concludeerden dat olijfolie het HDL cholesterolgehalte sneller deed stijgen dan andere plantaardige oliën. Echter, andere plantaardige oliën verlaagden het totale en LDL-cholesterolgehalte en triglyceridengehalte sneller dan olijfolie.

Oorspronkelijke titel:
Comparison of blood lipid-lowering effects of olive oil and other plant oils: A systematic review and meta-analysis of 27 randomized placebo-controlled clinical trials by Ghobadi S, Hassanzadeh-Rostami Z, […], Faghih S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29420053

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van het cholesterolgehalte.

1 portie gevogelte per week verlaagt een beroerte onder vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van gevogelte de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 prospectieve cohort studies met in totaal 354718 deelnemers. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyse dat het eten van veel gevogelte vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte niet significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.82-1.03, I2 = 19.8%, p = 0.28] verlaagde.
Niet significant wil zeggen, er kan niet met 95% betrouwbaarheid gezegd worden dat het eten van veel gevogelte de kans op het krijgen van een beroerte werkelijk met 8% verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat het eten van veel gevogelte vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte onder Amerikanen significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.77-0.95, I2 = 0.0%, p = 0.38] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat het eten van veel gevogelte vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte onder vrouwen significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.72-0.93, I2 = 0.0%, p = 0.63] verlaagde.
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 0.72 tot 0.93 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse geen verband tussen het eten van veel gevogelte en het krijgen van een herseninfarct of ischemische beroerte [RR = 0.91, 95% BI = 0.79-1.02, I2 = 0.0%, p = 0.93].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse geen verband tussen het eten van veel gevogelte en het krijgen een hersenbloeding of hemorragische beroerte [RR = 0.82, 95% BI = 0.59-1.04, I2 = 20.5%, p = 0.28].

De onderzoekers vonden geen verband tussen elke verhoging met 1 portie gevogelte per week en de kans op het krijgen van een beroerte [RR = 1.00, 95% BI = 0.96-1.03, I2 = 69.0%, p = 0.004].

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyse dat het verlaagde risico op het krijgen van een beroerte bij maximaal 1 portie gevogelte per week lag.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 1 portie gevogelte per week, de kans op het krijgen van een beroerte, met name onder Amerikanen en vrouwen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary poultry intake and the risk of stroke: A dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Mohammadi H, Jayedi A, […], Shab-Bidar S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29460808

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van een beroerte en vleesconsumptie.

1 portie gevogelte komt overeen met 100 gram. Gevogelte zijn:  

  •  kalkoen
  • eend
  • duif
  • gans
  • struisvogel
  • emoe
  • parelhoen
  • fazant
  • patrijs
  • kwartel

Dagelijks 20 gram vis verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vis de mortaliteit (doodgaan aan) en is deze relatie continent gebonden?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 prospectieve cohort studies met in totaal 911348 deelnemers waarvan 75451 mensen die dood zijn gegaan.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse, dat elke verhoging met 20 gram vis per dag, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.94-0.98, I2 = 0%, n = 8] verlaagde. Dit verlaagde risico was in de subgroepenanalyses alleen significant in de Aziatische studies.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse, dat elke verhoging met 20 gram vis per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.97-1.00, I2 = 81.9%, n = 14] verlaagde. Dit verlaagde risico was in de subgroepenanalyses alleen significant in de Aziatische studies.

De onderzoekers vonden in Westerse studies, een U-vormige relatie tussen het eten van vis en de kans op doodgaan aan zowel alle oorzaken als hart- en vaatziekten.

De onderzoekers vonden in Aziatische studies, een rechtlijnige relatie (een lineair relatie) tussen het eten van vis en de kans op doodgaan aan zowel alle oorzaken als hart- en vaatziekten.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van vis, minimaal 20 gram per dag de kans op doodgaan aan zowel alle oorzaken als hart- en vaatziekten verlaagde. Echter, dit verlaagde risico was niet hetzelfde voor Europa en Azië.

Oorspronkelijke titel:
Fish consumption and risk of all-cause and cardiovascular mortality: a dose-response meta-analysis of prospective observational studies by Jayedi A, Shab-Bidar S, […], Djafarian K.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29317009

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en visconsumptie.

Deze maaltijden leveren minimaal 20 gram vis.
 

Een dieet met weinig verzadigd vet verlaagt hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een dieet met weinig verzadigd vet de kans op hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte cohort studies en interventiestudies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het vervangen van verzadigd vet door koolhydraten, meervoudig onverzadigd vet of enkelvoudig onverzadigd vet, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant deed afnemen.

De onderzoekers vonden dat het vervangen van verzadigd vet door meervoudig onverzadigd vet, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 19% deed afnemen.

De onderzoekers vonden dat het vervangen van verzadigd vet door enkelvoudig onverzadigd vet, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 11% deed afnemen.

De onderzoekers vonden dat het vervangen van elke 5 En% verzadigd vet door 5 En% meervoudig onverzadigd vet, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 28% deed afnemen.

De onderzoekers vonden dat het vervangen van elke 5 En% verzadigd vet door 5 En% visolie, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 28% deed afnemen.

De onderzoekers vonden dat het vervangen van verzadigd vet door meervoudig onverzadigd vet of enkelvoudig onverzadigd vet, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant deed afnemen.

De onderzoekers vonden dat het vervangen van verzadigd vet door volle granen, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant deed afnemen.

De onderzoekers vonden dat het vervangen van verzadigd vet door eenvoudige suikers of zetmeel, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant deed toenemen.

De onderzoekers concludeerden dat het vervangen van verzadigd vet door koolhydraten, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) deed afnemen, terwijl het vervangen van verzadigd vet door meervoudig onverzadigd vet, enkelvoudig onverzadigd vet of volle granen ook de kans op doodgaan aan coronaire hartziekte en de kans op het krijgen van coronaire hartziekte deed afnemen.

Oorspronkelijke titel:
A systematic review of the effect of dietary saturated and polyunsaturated fat on heart disease by Clifton PM and Keogh JB.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29174025

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en vet.

Een dieet met weinig verzadigd vet is een dieet met maximaal 7 En% verzadigd vet. De makkelijkste manier om een dieet met maximaal 7 En% verzadigd vet te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden met maximaal 7 En% verzadigd vet. Welke producten uit de supermarkt maximaal 7 En% verzadigd vet bevatten, kunt u hier opzoeken.

Deze maaltijden bevatten maximaal 7 En% verzadigd vet.

Welke producten veel meervoudig onverzadigd vet of enkelvoudig onverzadigd vet bevatten, kunt u opzoeken in de NEVO-tabel. De NEVO-tabel wordt door diëtisten gebruikt om diëten voor te schrijven.  
 

Dagelijks 500 mL rode bietensap verlaagt de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt de suppletie met rode bietensap de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 22 RCT’s met 650 mensen in de rode bietensappengroep (interventiegroep) en 598 in de controle groep (niet rode bietensappengroep).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de systolische bloeddruk van de rode bietensappengroep significant lager was dan de controle groep [-3.55 mmHg, 95% BI = -4.55 tot -2.54 mmHg].

De onderzoekers vonden dat suppletie met rode bietensap de diastolische bloeddruk significant met 1.32 mmHg [-1.32 mmHg, 95% BI = -1.97 tot -0.68 mmHg] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat suppletie met rode bietensap gedurende minimaal 14 dagen de systolische bloeddruk significant met 5.11 mmHg verlaagde.

De onderzoekers vonden dat suppletie met rode bietensap gedurende 14 dagen de systolische bloeddruk significant met 2.67 mmHg verlaagde.

De onderzoekers vonden dat suppletie met 500 mL rode bietensap per dag, de systolische bloeddruk significant met 4.78 mmHg verlaagde.

De onderzoekers vonden dat suppletie met 70 mL rode bietensap per dag, de systolische bloeddruk significant met 2.37 mmHg verlaagde. Deze verlaging was hetzelfde voor 140 mL rode bietensap per dag.

De onderzoekers concludeerden dat suppletie met rode bietensap, bij voorkeur 500 mL per dag gedurende minimaal 14 dagen, de bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The Nitrate-Independent Blood Pressure-Lowering Effect of Beetroot Juice: A Systematic Review and Meta-Analysis by Bahadoran Z, Mirmiran P, […], Ghasemi A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29141968

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van de bloeddruk.
 

Dagelijks 100 gram roodvlees, 50 gram bewerkt vlees en 250 mL suikergezoete frisdrank verhogen de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een realtie tussen het eten van verschillende voedingsgroepen, zoals zuivel, groente en fruit en het krijgen van een hoge bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse van 4 studies met 28069 mensen met een hoge bloeddruk, dat elke 30 gram volle granen per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.87-0.98, I2 = 88%, p 0.0001] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.
Het verlaagde risico was het hoogste (15%) bij 90 gram volkoren granen per dag. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse van 6 studies, dat elke 100 gram fruit per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 3% [RR = 0.97, 95% BI = 0.96-0.99, I2 = 64%, p = 0.02] verlaagde.
Het verlaagde risico was het hoogste (7%) bij 300 gram fruit per dag. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse van 9 studies met 31509 mensen met een hoge bloeddruk, dat elke 200 gram zuivelproducten per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.94-0.97, I2 = 0%, p = 0.50] verlaagde.

Het verlaagde risico was het hoogste (15%) bij 800 gram zuivelproducten per dag. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse van 7 studies met 97745 mensen met een hoge bloeddruk, dat elke 100 gram roodvlees per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 14% [RR = 1.14, 95% BI = 1.02-1.28, I2 = 88%, p 0.001] verhoogde.
Het verhoogde risico was het hoogste (40%) bij 200 gram roodvlees per dag. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse van 4 studies, dat elke 50 gram bewerkt vlees per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 12% [RR = 1.12, 95% BI = 1.00-1.26, I2 = 82%, p 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse van 4 studies, dat elke 250 mL suikergezoete frisdrank per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 7% [RR = 1.07, 95% BI = 1.04-1.10, I2 = 64%, p = 0.04] verhoogde.
Het verhoogde risico was het hoogste (13%) bij 450 mL suikergezoete frisdrank per dag. 

De onderzoekers vonden dat het dagelijks eten van 170 gram roodvlees samen met 35 gram bewerkt vlees, 100 gram vis en 500 mL suikergezoete frisdrank, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 78% verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks eten van 100 gram roodvlees, 50 gram bewerkt vlees en 250 mL suikergezoete frisdrank, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk verhoogde, terwijl 30 gram volle granen, 100 gram fruit en 200 gram zuivelproducten de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk juist verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Food Groups and Risk of Hypertension: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis of Prospective Studies by Schwingshackl L, Schwedhelm C, […], Boeing H.

Link:
http://advances.nutrition.org/content/8/6/793.long

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over de verschillende voedingsgroepen en het verlagen van de bloeddruk.
 

Witvlees verlaagt een beroerte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een realtie tussen het eten van vlees en het krijgen van een beroerte of doodgaan aan een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 prospectieve cohort studies met in totaal 487150 deelnemers, waarvan 9522 mensen met een beroerte en 12999 mensen die dood zijn gegaan aan een beroerte.

De follow-up duur varieerde tussen 5.5 en 26 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyse dat het eten van veel rood en bewerkt vlees, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 18% [RR = 1.18, 95% BI = 1.09-1.28, I2 = 0%] verhoogde.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyse dat het eten van veel roodvlees, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 1.11, 95% BI = 1.03-1.20, I2 = 0%] verhoogde.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyse dat het eten van veel bewerkt vlees, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 17% [RR = 1.17, 95% BI = 1.08-1.25, I2 = 0%] verhoogde.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyse dat het eten van veel witvlees, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 13% [RR = 0.87, 95% BI = 0.78-0.97, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyse geen verband tussen het eten van veel roodvlees en doodgaan aan een beroerte [RR = 0.87, 95% BI = 0.64-1.18, I2 = 70.9%]. Geen verband want RR van 1 zat in de 95% BI van 0.64 tot 1.18. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyse geen verband tussen het eten van veel rood en bewerkt vlees en doodgaan aan een beroerte [RR = 0.97, 95% BI = 0.85-1.11, I2 = 0%].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat het eten van veel rood en bewerkt vlees, de kans op het krijgen van een hemorragische beroerte (een hersenbloeding) significant met 41% [RR = 1.41, 95% BI = 1.08-1.84, I2 = 0%] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat het eten van veel roodvlees, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte (een herseninfarct) significant met 24% [RR = 1.24, 95% BI = 1.05-1.46, I2 = 17.7%] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel roodvlees of bewerkt vlees de kans op het krijgen van een beroerte verhoogde, terwijl veel witvlees een beroerte juist verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Role of Total, Red, Processed, and White Meat Consumption in Stroke Incidence and Mortality: A Systematic Review and Meta-Analysis of Prospective Cohort Studies by Kim K, Hyeon J, […], Park SM.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5634267/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vleesconsumptie en het voorkomen van een beroerte.
 

8.7 gram oplosbare vezelsupplementen gedurende 7 dagen verlaagt de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het is bewezen dat de vezelconsumptie, vooral viskeuze oplosbare vezels, de risicofactoren van hart- en vaatziekten verbetert. Of dit ook geldt voor het verlagen van de bloeddruk, blijft controversieel. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Verlaagt het nemen van viskeuze oplosbare vezelsupplementen de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 22 (n = 1430) and 21 RCT’s (n = 1343) voor respectievelijk systolische en diastolische bloeddruk.

De 5 typen viskeuze oplosbare vezelsupplementen zijn β-glucan van haver en gerst, guargom, konjac, pectine en psyllium.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het nemen van 8.7 gram viskeuze oplosbare vezelsupplementen gedurende 7 dagen, de systolische bloeddruk significant met 1.59 mmHg [95% BI = -2.72 tot -0.46, I2 = 72%, p 0.01] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het nemen van 8.7 gram viskeuze oplosbare vezelsupplementen gedurende 7 dagen, de diastolische bloeddruk significant met 0.39 mmHg [95% BI = -0.76 tot -0.01, I2 = 67%, p 0.01] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat alleen de viskeuze oplosbare psylliumvezelsupplementen de systolische bloeddruk [MD = -2.39 mmHg, 95% BI = -4.62 tot -0.17] significant verlaagde. 

De onderzoekers concludeerden dat het nemen van 8.7 gram viskeuze oplosbare vezelsupplementen, met name psylliumvezelsupplementen gedurende 7 dagen,  de bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of viscous soluble fiber on blood pressure: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Khan K, Jovanovski E, […], Vuksan V.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29153856

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over RCT’s/significant, vezelconsumptie en het verlagen van de bloeddruk.
 

Een dieet met <10 En% verzadigd vet verlaagt cholesterolgehalte en bloeddruk bij kinderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het volgen van een dieet met weinig verzadigd vet het cholesterolgehalte en de bloeddruk bij kinderen van 2 tot 19 jaar?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s (5 studies met een studieduur van minder dan 1 jaar en 3 studies met minstens 1 jaar met in totaal 2430 kinderen tussen 2 en 19 jaar) en 3 cohort studies.

De cohort studies duurden minimaal 1 jaar en de RCT’s duurden minimaal 13 dagen.

Wegens te weinig studies was het niet mogelijk om een funnel plot analyse uit te voeren.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in RCT’s dat een dieet met weinig verzadigd vet, het totale cholesterolgehalte significant met 0.16 mmol/L [95% BI = -0.25 tot -0.07, I2 = 64%] verlaagde.
Het grootste effect werd gevonden bij een dieet met minder dan 10 En% verzadigd vet en bij een dieet waarbij verzadigd vet vervangen werd door meervoudig onverzadigd vet of een mengsel van meervoudig onverzadigd vet en enkelvoudig onverzadigd vet.

De onderzoekers vonden in RCT’s dat een dieet met weinig verzadigd vet, het LDL cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant met 0.13 mmol/L [95% BI = -0.22 tot -0.03, I2 = 77%] verlaagde.
Het grootste effect werd gevonden bij een dieet met minder dan 10 En% verzadigd vet en bij een dieet waarbij verzadigd vet vervangen werd door meervoudig onverzadigd vet of een mengsel van meervoudig onverzadigd vet en enkelvoudig onverzadigd vet.

De onderzoekers vonden in RCT’s dat een dieet met weinig verzadigd vet, de diastolische bloeddruk significant met 1.45 mmol/L [95% BI = -2.34 tot -0.56] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen bewijs voor bijwerkingen tijdens het volgen van een dieet met weinig verzadigd vet.

De onderzoekers concludeerden dat een dieet met weinig verzadigd vet, het totale en het LDL cholesterolgehalte en diastolische bloeddruk bij kinderen tussen 2 en 19 jaar verlaagde. Het cholesterolverlagende effect was het grootst bij een dieet met minder dan 10 En% verzadigd vet en bij een dieet waarbij verzadigd vet vervangen werd door meervoudig onverzadigd vet of een mengsel van meervoudig onverzadigd vet en enkelvoudig onverzadigd vet.

Oorspronkelijke titel:
Health effects of saturated and trans-fatty acid intake in children and adolescents: Systematic review and meta-analysis by Morenga L and Montez JM.

Link:
http://journals.plos.org/plosone/article?id=10.1371/journal.pone.0186672

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over cohort/RCT’s/funnel plot, vetconsumptie en het verlagen van het cholesterolgehalte en de bloeddruk.

Een dieet met minder dan 10 En% verzadigd vet is een dieet dat grotendeels bestaat uit producten met minder dan 10 En% verzadigd vet of anders gezegd, het gemiddelde van alle dagelijks gegeten producten moet minder dan 10 En% verzadigd vet zijn. Welke producten uit de supermarkt minder dan 10 En% verzadigd vet bevatten, kunt u hier opzoeken.

 

Suikergezoete frisdrank, eieren en rood- en bewerkt vlees verhogen hart- en vaatzieken

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Wat is de relatie tussen de verschillende voedingsgroepen en de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, zoals coronaire hartziekte, hartfalen en een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 123 prospectieve cohort studies.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van volkorenproducten de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.92-0.98] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van volkorenproducten de kans op het krijgen van hartfalen significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.92-0.98] verlaagde. Significant omdat RR = 1 niet in de 95% BI van 0.92 tot 0.98 zat. RR = 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat het eten van groenten de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 3% [RR = 0.97, 95% BI = 0.96-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van groenten de kans op het krijgen van een beroerte significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.86-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van fruit de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.90-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van fruit de kans op het krijgen van een beroerte significant met 10% [RR = 0.92, 95% BI = 0.84-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten de kans op het krijgen van coronaire hartziekte niet significant met 33% [RR = 0.67, 95% BI = 0.43-1.05] verlaagde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van noten de kans op het krijgen van een beroerte significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.84-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.79-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis de kans op het krijgen van een beroerte significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.75-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis de kans op het krijgen van hartfalen significant met 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.67-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van eieren de kans op het krijgen van hartfalen significant met 16% [RR = 1.16, 95% BI = 1.03-1.31] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van roodvlees de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 15% [RR = 1.15, 95% BI = 1.08-1.23] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van roodvlees de kans op het krijgen van een beroerte significant met 12% [RR = 1.12, 95% BI = 1.06-1.17] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van roodvlees de kans op het krijgen van hartfalen significant met 8% [RR = 1.08, 95% BI = 1.02-1.14] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van bewerkt vlees de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 27% [RR = 1.27, 95% BI = 1.09-1.49] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van bewerkt vlees de kans op het krijgen van een beroerte significant met 17% [RR = 1.17, 95% BI = 1.02-1.34] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van bewerkt vlees de kans op het krijgen van hartfalen significant met 12% [RR = 1.12, 95% BI = 1.05-1.19] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van suikergezoete frisdrank de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 17% [RR = 1.17, 95% BI = 1.11-1.23] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van suikergezoete frisdrank de kans op het krijgen van een beroerte significant met 7% [RR = 1.07, 95% BI = 1.02-1.12] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van suikergezoete frisdrank de kans op het krijgen van hartfalen significant met 8% [RR = 1.08, 95% BI = 1.05-1.12] verhoogde.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen volkorenproducten, fruit, noten, zuivelproducten en roodvlees en het krijgen van coronaire hartziekte. 

De onderzoekers concludeerden dat er een verband bestond tussen de verschilllende voedingsgroepen en het krijgen van hart- en vaatziekten, met een verhoogde risico voor het eten van eieren, rood- en bewerkt vlees en het drinken van suikergezoete frisdrank.

Oorspronkelijke titel:
Food groups and risk of coronary heart disease, stroke and heart failure: A systematic review and dose-response meta-analysis of prospective studies by Bechthold A, Boeing H, […], Schwingshackl L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29039970

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en verschillende voedingsgroepen.
 

EPA en DHA supplementen verlagen hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken EPA en DHA supplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 171 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken EPA en DHA supplementen het triglyceridengehalte bloedvetgehalte) significant met 0.368 mmol/L [95% BI = -0.427 tot -0.309] verlaagde. Dit significant verlaagde effect was tevens ook dosis-afhankelijk.

De onderzoekers vonden dat het slikken EPA en DHA supplementen de systolische bloeddruk significant met 2.195 mmHg [95% BI = -3.172 tot -1.217] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken EPA en DHA supplementen de diastolische bloeddruk significant met 1.08 mmHg [95% BI = -1.716 tot -0.444] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken EPA en DHA supplementen de hartslag significant met 1.37 slagen [95% BI = -2.41 tot -0.325] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken EPA en DHA supplementen het C-reactieve proteïne significant met 1.343 mg/L [95% BI = -0.454 tot -0.232] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken EPA en DHA supplementen het LDL cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant met 0.150 mmol/L [95% BI = 0.058 tot 0.243] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het slikken EPA en DHA supplementen het HDL cholesterolgehalte (goed cholesterol) significant met 0.039 mmol/L [95% BI = 0.024 tot 0.054] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken EPA en DHA supplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Eicosapentaenoic acid and docosahexaenoic acid containing supplements modulate risk factors for cardiovascular disease: a meta-analysis of randomised placebo-control human clinical trials by AbuMweis S, Jew S, […], Agraib L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28675488

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en EPA en DHA.
Welke vissen veel EPA en DHA bevatten, kunt u hier opzoeken.
Deze maaltijden leveren veel EPA en DHA.
 

Vetegarisch dieet verlaagt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het volgen van een vetegarisch dieet de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 2 cohort studies en 12 cross-sectionele studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat vegetariërs een significant verlaagde risico van 27.4% [OR = 0.726, 95% BI = 0.608-0.867] hadden op het krijgen van suikerziekte type 2 dan vleeseters. Dit significant verlaagde risico bleef onveranderd in de subgroepenanalyses en de sensitiveitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat een vetegarisch dieet de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Adherence to a Vegetarian Diet and Diabetes Risk: A Systematic Review and Meta-Analysis of Observational Studies by Lee Y and Park K.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5490582/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over suikerziekte en vegetarisch dieet.
 

Wekelijks 30-180 gram chocolade verlaagt hart- en vaatziekten en suikerziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van chocolade de kans op het krijgen van coronaire hartziekte, een beroerte en suikerziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 prospectieve cohort studies met in totaal 508705 deelnemers, waarvan 7267 mensen met een coronaire hartziekte, 8197 mensen met een beroerte en 13271 mensen met suikerziekte. 
De follow-up duur van de studies varieerde tussen 5 en 16 jaar. 
1 portie chocolade komt overeen met 30 gram chocolade.
De chocoladeconsumptie bestond grotendeels uit melk- of pure chocolade.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 6 cohort studies dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 10% [gepoolde RR = 0.90, 95% BI = 0.82-0.97, I2 = 24.3%, p = 0.25] verlaagde. Dit significant verlaagde risico bleef gehandhaafd in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een hartaanval significant met 14% [gepoolde RR = 0.86, 95% BI = 0.77-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met een follow-up duur van minder dan 10 jaar, dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 28% [gepoolde RR = 0.72, 95% BI = 0.57-0.92] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met een follow-up duur van minstens 10 jaar, dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 8% [gepoolde RR = 0.92, 95% BI = 0.86-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.90-0.99] voor het krijgen van coronaire hartziekte voor het eten van 1 portie (30 gram) chocolade per week. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.85-0.97] voor het krijgen van coronaire hartziekte voor het eten van 3 porties (90 gram) chocolade per week. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83-0.95] voor het krijgen van coronaire hartziekte voor het eten van 7 porties (210 gram) chocolade per week. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81-0.95] voor het krijgen van coronaire hartziekte voor het eten van 10 porties (300 gram) chocolade per week. 

De onderzoekers vonden in 7 cohort studies dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 14% [gepoolde RR = 0.86, 95% BI = 0.79-0.92] verlaagde. Dit significant verlaagde risico bleef gehandhaafd in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte significant met 13% [gepoolde RR = 0.87, 95% BI = 0.78-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een hemorragische beroerte significant met 17% [gepoolde RR = 0.83, 95% BI = 0.71-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte onder mannen significant met 13% [gepoolde RR = 0.87, 95% BI = 0.79-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte onder vrouwen significant met 16% [gepoolde RR = 0.84, 95% BI = 0.74-0.94] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met een follow-up duur van minder dan 10 jaar, dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 44% [gepoolde RR = 0.56, 95% BI = 0.37-0.85] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met een follow-up duur van minstens 10 jaar, dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 15% [gepoolde RR = 0.85, 95% BI = 0.79-0.91] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.86-0.97] voor het krijgen van een beroerte voor het eten van 1 portie chocolade per week.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 13% [RR = 0.87, 95% BI = 0.81-0.94] voor het krijgen van een beroerte voor het eten van 3 porties chocolade per week.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.76-0.93] voor het krijgen van een beroerte voor het eten van 7 porties chocolade per week.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.72-0.94] voor het krijgen van een beroerte voor het eten van 10 porties chocolade per week.

De onderzoekers vonden in 5 cohort studies dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte niet significant met 8% [gepoolde RR = 0.92, 95% BI = 0.78-1.08] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte onder mannen significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.65-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel chocolade vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte onder vrouwen niet significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.72-1.17] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.71-0.91] voor het krijgen van suikerziekte voor het eten van 1 portie chocolade per week. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een significant verlaagde risico van 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.63-0.91] voor het krijgen van suikerziekte voor het eten van 3 porties chocolade per week. Significant want RR van 1 zat niet in de 95% BI van 0.63 tot 0.91. RR van 1 betekent geen risico/verband.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een non-significant verlaagde risico van 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.67-1.03] voor het krijgen van suikerziekte voor het eten van 7 porties chocolade per week. Non-significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses een non-significant verlaagde risico van 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.69-1.16] voor het krijgen van suikerziekte voor het eten van 10 porties chocolade per week. Non-significant want RR van 1 zat in de 95% BI van 0.69 tot 1.16. RR van 1 betekent geen risico/verband.

De onderzoekers vonden een J-vormige relatie tussen het eten van chocolade en het krijgen van suikerziekte; met de hoogste bescherming bij 2 porties (60 gram) per week [RR = 0.75, 95% BI = 0.63-0.89] en geen bescherming meer boven 6 porties per week.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 1-6 porties (30-180 gram) chocolade per week, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte, een beroerte en suikerziekte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Chocolate Consumption and Risk of Coronary Heart Disease, Stroke, and Diabetes: A Meta-Analysis of Prospective Studies by Yuan S, Li X, […], Lu J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5537803/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en suikerziekte.
Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor hartpatiënten en suikerpatiënten.
 

Krachttraining verlaagt de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt krachttraining de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 RCT’s met 201 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat krachttraining de systolische bloeddruk (bovendruk) van prehypertensieve en hypertensieve mensen significant met 8.2 mmHg [95% BI = -10.9 tot -5.5, I2 = 22.5%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat krachttraining de diastolische bloeddruk (onderdruk) van prehypertensieve en hypertensieve mensen significant met 4.1 mmHg [95% BI = -6.3 tot -1.9, I2 = 46.5%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat krachttraining de bloeddruk van prehypertensieve en hypertensieve mensen (mensen met een hoge bloeddruk) verlaagde. 

Oorspronkelijke titel:
Resistance training alone reduces systolic and diastolic blood pressure in prehypertensive and hypertensive individuals: meta-analysis by de Sousa EC, Abrahin O, […], Vieira RP.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28769100

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over het verlagen van de bloeddruk en krachttraining.

Geen verband tussen choline of betaïne via voeding en hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen de inname van choline of betaïne via voeding en de kans op het krijgen cardiovasculaire incidenten en doodgaan aan hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 prospectieve cohort studies met in totaal 18076 cardiovasculaire incidenten, 5343 cardiovasculaire doden (dood aan hart- en vaatziekten) onder 184010 deelnemers.

Er was geen heterogeniteit tussen de studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen de inname van choline via voeding en de kans op het krijgen cardiovasculaire incidenten [RR = 1.00, 95% CI = 0.98-1.02].

De onderzoekers vonden geen verband tussen de inname van betaïne via voeding en de kans op het krijgen cardiovasculaire incidenten [RR = 0.99, 95% CI = 0.98-1.01].

De onderzoekers vonden geen verband tussen de inname van choline via voeding en de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten [RR = 1.09, 95% CI = 0.89-1.35].

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen de inname van choline of betaïne via voeding en de kans op het krijgen cardiovasculaire incidenten en doodgaan aan hart- en vaatziekten.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Choline and Betaine and Risk of CVD: A Systematic Review and Meta-Analysis of Prospective Studies by Meyer KA and Shea JW.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28686188

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten, choline en betaïne.
Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor hartpatiënten. 

 

Wekelijks 0.1-7 glazen alcoholische drank verlaagt hartfalen

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het drinken van alcohol en het krijgen van hartfalen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 prospectieve cohort studies met 13738 mensen met hartfalen onder 355804 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat 0.1-7 glazen alcoholische drank per week, het risico op het krijgen van hartfalen significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.81-0.90] verlaagde. Dit significant verlaagde risico werd echter niet teruggevonden voor zowel 7.1-14 glazen alcoholische drank per week, voor 14.1-28 glazen alcoholische drank per week en als meer dan 28 glazen alcoholische drank per week.

De onderzoekers vonden dat ex-drinkers een significant verhoogde risico van 22% op het krijgen van hartfalen hadden vergeleken met niet drinkers of gelegenheidsdrinkers.

De onderzoekers concludeerden dat 0.1-7 glazen alcoholische drank per week, het risico op het krijgen van hartfalen verlaagde en ex-drinkers hadden een verhoogde risico op het krijgen van hartfalen.

Oorspronkelijke titel:
Alcohol consumption and risk of heart failure: Meta-analysis of 13 prospective studies by Susanna C. Larsson, […], Alicja Wolk

Link:
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0261561417301681

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en alcoholconsumptie.
Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor hartpatiënten. 

Dagelijks 100 mg flavonoïden via voeding verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden de kans op doodgaan (=mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 22 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van flavonoïden vergeleken met een lage, de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 26% [risk ratio = 0.74, 95% BI =  0.55-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg flavonoïden per dag via voeding, de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 6% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg flavonoïden per dag via voeding, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 4% verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het significant verlaagde risico gevonden werd in de volgende flavonoïdensubgroepen: de flavonolen, flavonen, flavanonen, anthocyanidinen en proanthocyanidinen.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van flavonoïden, ten minste 100 mg flavonolen, flavonen, flavanonen, anthocyanidinen of proanthocyanidinen per dag, de kans op doodgaan aan zowel alle oorzaken als hart- en vaatziekten verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Flavonoid and Lignan Intake and Mortality in Prospective Cohort Studies: Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis by Grosso G, Micek A, […], Giovannucci EL.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28472215

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en flavonoïden.  
Welke producten 100 mg flavonoïden leveren, kunt u hier opzoeken.

 

Kaliumsupplementen gedurende minimaal 4 weken verlagen de bloeddruk van mensen met een hoge bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van kalium de  bloeddruk van mensen met een hoge bloeddruk (140/90 mmHg)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 23 RCT’s met in totaal 1213 mensen met een hoge bloeddruk. De studieduur was minimaal 4 weken.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van kalium de systolische bloeddruk (bovendruk) van mensen met een hoge bloeddruk significant met 4.25 mmHg [95% BI = -5.96 tot -2.53, I2 = 41%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van kalium de diastolische druk (onderdruk) van mensen met een hoge bloeddruk significant met 2.54 mmHg [95% BI = -4.05 tot -1.02, I2 = 65%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van kalium de systolische bloeddruk van Amerikanen met een hoge bloeddruk significant met 2.64 mmHg [95% BI = -5.25 tot -0.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van kalium de systolische bloeddruk van Europeanen met een hoge bloeddruk significant met 4.56 mmHg [95% BI = -6.51 tot -2.62] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van kalium de systolische bloeddruk van Aziaten met een hoge bloeddruk significant met 5.21 mmHg [95% BI = -9.63 tot -0.79] verlaagde.

De onderzoekers vonden een dosisafhankelijk verband tussen het slikken van kalium en het verlagen van de bloeddruk.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van kalium gedurende minimaal 4 weken de bloeddruk van mensen met een hoge bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Oral potassium supplementation for management of essential hypertension: A meta-analysis of randomized controlled trials by Poorolajal J, Zeraati F, […], Maleki A.

Link:
http://journals.plos.org/plosone/article?id=10.1371/journal.pone.0174967

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van de bloeddruk en kalium.

Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt bloeddruk

Onderzoeksvraag:
Verlaagt magnesium de  bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 cohort studies met 20119 mensen met een hoge bloeddruk onder 180566 deelnemers.

De hoeveelheid magnesium via voeding varieerde tussen 96 en 425 mg per dag en het serum magnesiumgehalte varieerde tussen 0.66 en 0.95 mmol/L.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel magnesium vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.86-0.98, I2  = 0%, p = 0.48] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.90-1.00, I2 = 39.3%, p = 0.13] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het serum magnesiumgehalte en het verlagen van de bloeddruk [RR = 0.91, 95% BI = 0.80-1.02 p = 0.10, I2 = 0%, p = 0.48].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel magnesium, minimaal 100 mg per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dose-response relationship between dietary magnesium intake, serum magnesium concentration and risk of hypertension: a systematic review and meta-analysis of prospective cohort studies by Han H, Fang X, […], Cao Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5420140/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en magnesium.