Voeding en gezondheid

Een hoger DHA-gehalte in het bloed verlaagt het metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het hebben van een hoog plasma/serum n-3 PUFA-gehalte de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 patiënt-controle studies en 20 cross-sectionele studies.  
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoger plasma/serum n-3 PUFA-gehalte, met name DPA en DHA de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 37% [gepoolde OR = 0.63, 95% BI = 0.49-0.81, I2 = 72.4%] verlaaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel n-3 PUFA of vis de kans op het krijgen van het metabole syndroom niet significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden een hoger plasma/serum n-3 PUFA-gehalte, met name DPA en DHA de kans op het krijgen van het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
n-3 Polyunsaturated Fatty Acids and Metabolic Syndrome Risk: A Meta-Analysis by Guo XF, Li X, […], Li D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5537818/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het metabole syndroom en n-3 PUFA. DPA en DHA zijn n-3 PUFA, die in vis zitten. Deze vissen bevatten veel DHA.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.

Heb ik overgewicht? Zo ja, hoeveel kg mag ik verantwoord afvallen?

Een hoog plasma/serum n-3 PUFA-gehalte wordt verkregen door veel vis te eten en/of visoliesupplementen te slikken.

Deze maaltijden bevatten veel DHA.

500 mg quercetine per dag verlaagt het CRP-gehalte

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van quercetine het CRP-gehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van quercetine het CRP-gehalte significant met 0.33 mg/L [WMD = -0.33 mg/L, 95% BI =  -0.50 tot -0.15, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het slikken van minimaal 500 mg quercetine per dag het CRP-gehalte significant met 0.34 mg/L [WMD = -0.34 mg/L, 95% BI =  -0.52 tot -0.16, p ≤ 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het slikken van quercetine het CRP-gehalte van mensen met een CRP-gehalte lager dan 3 mg/L significant met 0.34 mg/L [WMD = -0.34 mg/L, 95% BI =  -0.51 tot -0.18, p ≤ 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van minimaal 500 mg quercetine per dag het CRP-gehalte, met name bij mensen met een CRP-gehalte lager dan 3 mg/L verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of supplementation with quercetin on plasma C-reactive protein concentrations: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Mohammadi-Sartang M, Mazloom Z, […], Firoozi D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28537580

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chronische ziekten, significant/overzichtsartikel en flavonoïden. Quercetine is een flavonoïde.

Mensen met een chronische ziekte hebben vaak een hoger CRP-gehalte. Een hoger CRP-gehalte duidt op veel ontstekingen in het lichaam.

 

Astma verhoogt doodgaan aan hart- en vaatziekten onder vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt astma de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten (cardiovascular mortaliteit) en doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 cohort studies (6 cohort studies waren prospectief) met in totaal 406426 deelnemers. De follow-up duur varieerde tussen 4.5 en 27 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat astma de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 33% [RR = 1.33, 95% BI = 1.15-1.53, I2 = 88%, p 0.00001] verhoogde. Dit significant verhoogde risico bleef onveranderd in de sensitiviteitsanalyses. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden onder vrouwen dat astma de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 55% [RR = 1.55, 95% BI = 1.20-2.00, I2 = 84%] verhoogde. Dit significant verhoogde risico bleef onveranderd in de sensitiviteitsanalyses. Significant want RR van 1 zat niet in de 95% BI van 1.20 tot 2.00. RR van 1 betekent geen risico/verband.

De onderzoekers vonden onder mannen dat astma de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten niet significant met 20% [RR = 1.20, 95% BI = 0.92-1.56, I2 = 83%] verhoogde. Dit niet significant verhoogde risico bleef onveranderd in de sensitiviteitsanalyses. Niet significant want RR van 1 zat in de 95% BI van 0.92 tot 1.56.

De onderzoekers vonden dat astma de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 36% [RR = 1.36, 95% BI = 1.01-1.83, I2 = 62%, p = 0.05] verhoogde. Dit significant verhoogde risico bleef onveranderd in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat astma zowel de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten als doodgaan aan alle oorzaken onder vrouwen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Asthma and risk of cardiovascular disease or all-cause mortality: a meta-analysis by Xu M, Xu J and Yang X.

Link:
http://www.annsaudimed.net/index.php/vol37/vol37iss2/1109.html

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chronische ziekten.

Astma is een chronische ziekte.

 

IJzersupplementen verminderen vermoeidheid bij patiënten met een ijzer-tehort maar zonder bloedarmoede

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verminderen ijzersupplementen de vermoeidheid bij patiënten met een ijzer-tehort maar zonder bloedarmoede?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCT’s en 6 cross-sectionele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 6 RCT’s dat ijzer-supplementen een significant therapeutisch effect hadden op patiënten met een ijzer-tehort maar zonder bloedarmoede [gepoolde effectengrootte = 0.33, 95% BI = 0.17 tot 0.48, I2 = 0.0%, p 0.0001]. Dit significant therapeutische effect bleef robust in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in 6 cross-sectionele studies dat ijzer-supplementen geen significant therapeutisch effect hadden op patiënten met een ijzer-tehort maar zonder bloedarmoede [gepoolde effectengrootte = 0.10, 95% BI = -0.11 tot 0.31, I2 = 57.4%, p = 0.362].

De onderzoekers concludeerden dat ijzersupplementen de vermoeidheid bij patiënten met een ijzer-tehort maar zonder bloedarmoede verminderden.

Oorspronkelijke titel:
Iron deficiency without anaemia is a potential cause of fatigue: meta-analyses of randomised controlled trials and cross-sectional studies by Yokoi K and Konomi A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28625177

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ijzer.
 

30 gram lijnzaad per dag gedurende minimaal 12 weken verlaagt lichaamsgewicht van mensen met overgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Heeft lijnzaad een positief effect op de lichaamssamenstelling, zoals lichaamsgewicht en BMI?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 45 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat lijnzaad het lichaamsgewicht met 0.99 kg [WMD = -0.99 kg, 95% BI = -1.67 tot-0.31, p = 0.004] deed dalen.

De onderzoekers vonden dat lijnzaad het BMI met 0.30 kg/m2 [WMD = -0.30 kg/m2, 95% BI = -0.53 tot -0.08, p = 0.008] deed dalen.

De onderzoekers vonden dat lijnzaad de buikomtrek met 0.80 cm [WMD = 0.80 cm, 95% BI = -1.40 tot -0.20, p = 0.008] deed dalen.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat minimaal 30 gram lijnzaad per dag, een positief effect had op de lichaamssamenstelling (zoals daling van het BMI of daling van de buikomtrek). Dit positief effect werd ook teruggevonden voor studies langer dan 12 weken en bij deelnemers met een BMI van minstens 27 kg/m2.

De onderzoekers concludeerden dat minimaal 30 gram lijnzaad per dag gedurende minimaal 12 weken, het lichaamsgewicht, het BMI en de buikomtrek van mensen met een BMI van minstens 27 kg/m2 deed dalen.

Oorspronkelijke titel:
The effect of flaxseed supplementation on body weight and body composition: a systematic review and meta-analysis of 45 randomized placebo-controlled trials by Mohammadi-Sartang M, Mazloom Z, […], Totosy de Zepetnek JO.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28635182

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.

Deze maaltijd bevat lijnzaad.

Heb ik overgewicht? Zo ja, hoeveel kg mag ik verantwoord afvallen?

Mensen met overgewicht zijn mensen met een BMI van 25 kg/m2 of hoger.

Probiotica-supplementen verlagen bloedglucosegehalte van suikerpatiënten type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben suikerpatiënten type 2 baat bij het slikken van probiotica-supplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCT’s met in totaal 684 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen het nuchter bloedglucosegehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.18 mg/dL [95% BI = -0.35 tot -0.01, p = 0.04, I2 = 64%, p = 0.004] verlaagden.

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen het HbA1c-gehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.38% [95% BI = -0.62 tot -0.14, p = 0.002, I2 = 0%, p = 0.72] verlaagden.

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen het nuchter insulinegehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.38 punt [95% BI = -0.59 tot -0.18, p = 0.003, I2 = 0%, p = 0.81] verlaagden.

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen de HOMA-IR waarde van suikerpatiënten type 2 significant met 0.99 punt [95% BI = -1.52 tot -0.04, p = 0.0002, I2 = 86%, p 0.00001] verlaagden.

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen het CRP-gehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 1.34 mg/L [95% BI = -1.76 tot -0.92, p 0.00001, I2 = 90%, p 0.00001] verlaagden.

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen zowel het triglyceridengehalte als het cholesterolgehalte van suikerpatiënten type 2 niet verlaagden.

De onderzoekers concludeerden dat probiotica-supplementen zowel het bloedglucosegehalte als het insulinegehalte van suikerpatiënten type 2 verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Probiotics on Glucose and Lipid Metabolism in Type 2 Diabetes Mellitus: A Meta-Analysis of 12 Randomized Controlled Trials by Yao K, Zeng L, [...], Zou X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5491138/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over suikerziekte en probiotica.
Probiotica zit van nature in zuivelproducten, zoals kaas en yoghurt.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor suikerpatiënten.

Tafelsuiker verhoogt mogelijk de ziekte van Crohn

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van koolhydraten, eiwitten of vetten en de ziekte van Crohn?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 patiënt-controle studies met in totaal 311 mensen met de ziekte van Crohn en 660 mensen zonder de ziekte van Crohn en 5 prospectieve cohort studies met in totaal 238887 deelnemers, waarvan 482 mensen met de ziekte van Crohn.

De gemiddelde score van de studies was 7.78.

Er was geen publicatie bias in de vezelsstudies. Echter, er was niet genoeg gegevens om vast te kunnen stellen of in de eiwit-, vet- en koolhydratenstudies ook publicatie bias aanwezig was of niet.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen bewijs voor een non-lineair verband tussen het eten van koolhydraten en de ziekte van Crohn.

De onderzoekers vonden voor elke verhoging met 10 gram koolhydraten per dag via voeding, een niet significant verlaagde risico van 0.9% voor de ziekte van Crohn [gepoolde RR = 0.991, 95% BI = 0.978-1.004, I2 = 0.0%, p = 0.439]. Niet significant want RR van 1 zat in de 95% BI van 0.978 tot 1.004. RR van 1 betekent geen risico/verband.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen het eten van tafelsuiker en de ziekte van Crohn.

De onderzoekers vonden voor elke verhoging met 10 gram tafelsuiker (saccharose of sucrose) per dag via voeding, een significant verhoogde risico van 8.8% voor de ziekte van Crohn [gepoolde RR = 1.088, 95% BI = 1.020-1.160, I2 = 0.0%, p = 0.395]. Significant want RR van 1 zat niet in de 95% BI van 1.020 tot 1.160.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen het eten van vezels en de ziekte van Crohn.

De onderzoekers vonden voor elke verhoging met 10 gram vezels per dag via voeding, een significant verlaagde risico van 14.7% voor de ziekte van Crohn [gepoolde RR = 0.853, 95% BI = 0.762-0.955, I2 = 0.0%, p = 0.730]. Echter, dit verlaagde risico was niet meer significant na het corrigeren voor de confounder sigarettenrook [RR voor elke verhoging met 10 gram vezels per dag via voeding = 0.890, 95% BI = 0.776-1.020].

De onderzoekers vonden geen bewijs voor een non-lineair verband tussen het eten van vet en de ziekte van Crohn.

De onderzoekers vonden voor elke verhoging met 10 gram vet per dag via voeding, een niet significant verhoogde risico van 1.8% voor de ziekte van Crohn [gepoolde RR = 1.018, 95% BI = 0.969-1.069, I2 = 44.6%, p = 0.125]. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden geen bewijs voor een non-lineair verband tussen het eten van eiwit en de ziekte van Crohn.

De onderzoekers vonden voor elke verhoging met 10 gram eiwit per dag via voeding, een niet significant verhoogde risico van 2.9% voor de ziekte van Crohn [gepoolde RR = 1.029, 95% BI = 0.955-1.109, I2 = 54.7%, p = 0.085].

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen het eten van koolhydraten, eiwitten of vetten en de ziekte van Crohn. Echter, het eten van tafelsuiker verhoogt mogelijk de kans op het krijgen van de ziekte van Crohn. Mogelijk omdat er niet genoeg gegevens aanwezig waren om uit te sluiten dat er geen publicatie bias aanwezig was.

Oorspronkelijke titel:
Macronutrient Intake and Risk of Crohn’s Disease: Systematic Review and Dose–Response Meta-Analysis of Epidemiological Studies by Zeng L, Hu S, [...], Tan Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5452230/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koolhydraten, vetten en eiwitten.
De conclusie in een overzichtsartikel is pas betrouwbaar wanneer er geen sprake is van publicatie bias (treedt op wanneer wetenschappelijke studies wegens ongewenste resultaat (bijvoorbeeld verhoogde risico) niet gepubliceerd worden).
 

n-3 PUFA supplementen verlaagt de buikomtrek van mensen met overgewicht of obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben volwassenen met overgewicht (BMI>25) of obesitas (BMI>30) baat bij het slikken van n-3 PUFA supplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s met in totaal 617 deelnemers.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden voor gewichtsverlies geen significant verschil tussen het slikken van n-3 PUFA supplementen en de placebo [WMD = 0.00, 95% BI = -0.42 tot 0.43, p = 0.99].

De onderzoekers vonden dat het slikken van n-3 PUFA supplementen het triglyceridengehalte significant deed dalen ten opzichte van de placebo [STDMD = -0.59, 95% BI = -0.93 tot -0.25, p = 0.0007].

De onderzoekers vonden dat het slikken van n-3 PUFA supplementen de buikomtrek significant deed dalen ten opzichte van de placebo [WMD = -0.53, 95% BI = -0.90 tot -0.16, p = 0.005].

De onderzoekers vonden voor zowel het BMI, plasma totale cholesterol-, LDL- en HDL-cholesterrolgehalte en het nuchter bloedsuikergehalte geen significant verschil tussen het slikken van n-3 PUFA supplementen en de placebo.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van n-3 PUFA supplementen het triglyceridengehalte (bloedvetgehalte) en de buikomtrek van volwassenen met overgewicht of obesitas deed dalen.

Oorspronkelijke titel:
Efficacy of Omega-3 Polyunsaturated Fatty Acids Supplementation in Managing Overweight and Obesity: A Meta-Analysis of Randomized Clinical Trials by Zhang YY, Liu W, […], Tian HM.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28112774

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht en n-3 PUFA.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.

Heb ik overgewicht? Zo ja, hoeveel kg mag ik verantwoord afvallen?
 

Groene thee verlaagt het LDL-cholesterolgehalte van mensen met overgewicht of obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het effect van groene thee op het vetmetabolisme (vetstofwisseling) is tegenstrijdig en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het drinken van thee de vetstofwisseling?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 RCT’s met in totaal 1704 mensen met overgewicht of obesitas.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee het plasma totale cholesterolgehalte van mensen met overgewicht of obesitas significant met 3.38 mg/dL [WMD = -3.38 mg/dL, 95% BI = -6.42 tot -0.33 mg/dL] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee het plasma LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van mensen met overgewicht of obesitas significant met 5.29 mg/dL [WMD = -5.29 mg/dL, 95% BI = -7.92 tot -2.66 mg/dL] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee geen effect had op zowel het plasma HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) als het triglyceridengehalte van mensen met overgewicht of obesitas.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van groene thee zowel het plasma totale cholesterolgehalte als het LDL-cholesterolgehalte van mensen met overgewicht of obesitas verlaagde.  

Oorspronkelijke titel:
Effects of green tea on lipid metabolism in overweight or obese people: A meta-analysis of randomized controlled trials by Fen Y, Hui D, [...], Fu Er L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28636182

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht, cholesterol en groene theeconsumptie.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.
 

Dagelijks 1-2 gram L-carnitine verlaagt ontstekingen in het lichaam

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van L-carnitine het CRP-gehalte in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCTs met 541 mensen in de interventiegroep (groep met L-carnitine) en 546 mensen in de controlegroep (groep zonder L-carnitine). De duur van de studies varieerde tussen 8 en 48 weken. De dosering van L-carnitine varieerde tussen 1 en 2 gram per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitine het CRP-gehalte significant met 0.39 mg/L [95% BI = -0.62 tot -0.16, p = 0.001, I2 = 44% p = 0.11] verlaagde. Dit significant verlaagde risico bleef gehandhaafd in de sensitiviteitsanalyse.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 1-2 gram L-carnitine per dag het CRP-gehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of L-carnitine Supplementation on Circulating C-reactive Protein Levels: A Systematic Review and Meta-Analysis by Sahebkar A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4922328/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over L-carnitine.

Een hoog CRP-gehalte duidt op veel ontstekingen in het lichaam. Teveel ontstekingen in het lichaam kunnen tot chronische ziekten leiden.

 

Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het slikken van vitamine K de insulinegevoeligheid?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s met in totaal 1077 deelnemers. De duur van de interventie varieerde tussen 4 weken tot 3 jaar.
De deelnemers waren oude mannen, postmenopauzale vrouwen zonder diabetes aan het begin van de studie.

De studies hadden een hoge kwaliteit.
Er was heterogeniteit tussen de studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en de HOMA-IR waarde [gepoolde MD = -0.14, 95% BI = -0.35 tot 0.07, p = 0.19].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het nuchter bloedglucosegehalte [gepoolde MD = 0.02 mmol/L, 95% BI = -3.11 tot 3.70, p = 0.86].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het nuchter insulinegehalte [gepoolde MD = -0.34 µIU/mL, 95% BI = -1.13 tot 0.45, p = 0.40].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het leptinegehalte [gepoolde MD = 0.77 ng/mL, 95% BI = -1.32 tot 2.86].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het IL-6 gehalte [gepoolde MD = 0.14 pg/mL, 95% BI = -0.69 tot 0.97].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het CRP gehalte [gepoolde MD = -0.49 mg/L, 95% BI = -1.18 tot 0.20].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het adiponectine gehalte [gepoolde MD = 0.82 µg/mL, 95% BI = -0.89 tot 2.53].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine K en de insulinegevoeligheid niet verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of vitamin K supplementation on insulin sensitivity: a meta-analysis and Suksomboon N, Poolsup N and Darli Ko Ko H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5422317/  

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier over suikerziekte en vitamine K.

Wanneer de insulinegevoeligheid toeneemt, daalt de kans op het krijgen van suikerziekte en andersom. De insulinegevoeligheid kan gemeten worden aan de hand van onder andere de HOMA-IR waarde, het nuchter bloedglucose- en insulinegehalte.
 

Olijfolie verlaagt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van olijfolie de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 cohort studies met 15784 mensen met suikerziekte type 2 en  29 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel olijfolie vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.77-0.92] verlaagde. Het significant verlaagde risico was non-lineair (niet rechtlijnig).

De onderzoekers vonden in RCT’s dat het HbA1c-gehalte van mensen met suikerziekte type 2 in de olijfoliegroep significant lager was dan in de controle groep [MD = -0.27%, 95% BI = -0.37 tot -0.17].

De onderzoekers vonden in RCT’s dat het nuchter glucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2 in de olijfoliegroep significant lager was dan in de controle groep [MD = -0.44 mmol/L, 95% BI = -0.66 tot -0.22]. 

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel olijfolie de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde. Dit verlaagde risico was causaal.

Oorspronkelijke titel:
Olive oil in the prevention and management of type 2 diabetes mellitus: a systematic review and meta-analysis of cohort studies and intervention trials by Schwingshackl L, Lampousi AM, […], Boeing H1.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28394365

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier over suikerziekte en olijfolieconsumptie.
 

Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij een dieet met minder 45 En% koolhydraten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met suikerziekte type 2 baat bij het volgen van een koolhydratenarm dieet?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 RCTs met in totaal 1376 mensen met suikerziekte type 2. 49% was man en de gemiddelde leeftijd was 58 jaar. De meerderheid had overgewicht. De studieduur varieerde tussen 3 en 24 maanden. Het koolhydratenenergiepercentage in de interventiegroep varieerde tussen 14 en 40 En%.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het volgen van een koolhydratendieet met gemiddeld 30 En% (14-45 En%) gedurende 3 tot 6 maanden het HbA1c-gehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant met 0.34% [95% BI = 0.06 to 0.63] verlaagde. Echter, deze significante verlaging verdween na 1 jaar.

De onderzoekers vonden dat het glucoseverlagende effect toe nam naarmate het dieet minder koolhydraten bevat.

De onderzoekers concludeerden dat het volgen van een dieet met minder 45 En% koolhydraten gedurende 3 tot 6 maanden het HbA1c-gehalte verlaagde. Echter, deze significante verlaging verdween na 1 jaar.

Oorspronkelijke titel:
Systematic review and meta-analysis of dietary carbohydrate restriction in patients with type 2 diabetes by Snorgaard O, Poulsen GM, [...], Astrup A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5337734/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier over suikerziekte en koolhydraten.

Een dieet met minder dan 45 En% koolhydraten is een dieet met veel producten die ook minder dan 45 En% koolhydraten bevatten oftewel het gemiddelde van alle dagelijks gegeten producten moet minder dan 45 En% koolhydraten bevatten. Welke producten uit de supermarkt minder dan 45 En% koolhydraten bevatten, kunt u hier opzoeken.

Een dieet met minder dan 45 En% koolhydraten heeft alleen effect wanneer het destreffende dieet ook maximaal 30 En% vet bevat. Dus een dieet met minder dan 45 En% koolhydraten ziet in de praktijk als volgt uit: een dieet met maximaal 45 En% koolhydraten, maximaal 30 En% vet (waarvan maximiaal 7 En% verzadigd vet) en minimaal 20 En% eiwit. Welke producten u hiervoor moet eten kunt u hier opzoeken.

45 En% koolhydraten wil zeggen dat het aantal gram koolhydraten 45% mag bijdragen aan het desbetreffende dieet. Dus als een dieet 2000 kcal bevat, dan mag het dieet niet meer dan 225 gram koolhydraten bevatten. 225 gram koolhydraten leveren 900 kcal want 1 gram koolhydraat levert 4 kcal. 900 kcal is dan 45% van 2000 kcal.

Een laag zinkgehalte verhoogt de ziekte van Parkinson

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een laag zinkgehalte de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson? 

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 observationele studies met 822 mensen met de ziekte van Parkinson en 777 mensen zonder de ziekte van Parkinson.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het serum zinkgehalte van mensen met de ziekte van Parkinson significant lager was dan van mensen zonder de ziekte van Parkinson [SMD = -0.779, 95% BI = -1.323 tot -0.234, p 0.001]. Dit significant verlaagde zinkgehalte werd met name teruggevonden in Oosterse studies [SMD = -1.601, 95% BI = -2.398 to -0.805, p 0.001].

De onderzoekers concludeerden dat het serum zinkgehalte van mensen met de ziekte van Parkinson lager was dan van mensen zonder de ziekte van Parkinson.

Oorspronkelijke titel:
Association Between Serum Zinc Levels and the Risk of Parkinson's Disease: a Meta-Analysis by Sun H, Liu X, […], Li W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28160244

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zink.

CLA-supplementen verlagen niet overgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het vetzuur CLA het nuchter glucosegehalte en de buikomtrek?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 32 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van CLA het nuchter glucosegehalte niet significant met 0.075 mg/dL verlaagde [SMD = 0.075 mg/dL, 95% BI = -0.099 tot 0.249, p = 0.399]. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het slikken van CLA de buikomtrek niet significant met 0.149 cm verlaagde [SMD = -0.149 cm, 95% BI = -0.522 tot 0.225, p = 0.435].

De onderzoekers vonden dat voedsel verrijkt met CLA het nuchter glucosegehalte niet significant met 0.126 mg/dL verlaagde [SMD = 0.126 mg/dL, 95% BI = -0.100 tot 0.352, p = 0.274].

De onderzoekers vonden dat voedsel verrijkt met CLA de buikomtrek niet significant met 0.233 cm verlaagde [SMD = -0.233 cm, 95% BI = -0.625 tot 0.159, p = 0.244].

De onderzoekers concludeerden dat zowel het slikken van CLA als het eten van voedsel verrijkt met CLA het nuchter glucosegehalte en de buikomtrek niet verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of conjugated linoleic acid as a supplement or enrichment in foods on blood glucose and waist circumference in humans: A meta-analysis by Rahbar AR, Ostvar A, […], Rahbar A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28176632

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht en vetconsumptie.
CLA staat voor geconjugeerd linolzuur (engels: Conjugated Linoleic Acid, 9-cis-1-trans-octadecadieenzuur). Het is een trans isomeer van het vetzuur linolzuur. Dat wil zeggen dat het net als linolzuur een meervoudig onverzadigd omega-6 vetzuur is, maar in plaats van een kromme vetzuurketen (cis) een rechte (trans) keten heeft.
Afbeeldingsresultaat voor CLA structure
Chemische structuren van CLA.

Mensen met overgwicht hebben vaak een hoger nuchter glucosegehalte en een groter buikomtrek.

Deze maaltijden en producten uit de supermarkt zijn geschikt voor mensen met overgewicht.
 

Vitamine C-supplementen gedurende minimaal 30 dagen verlaagt het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van vitamine C het glucosegehalte, het HbA1c-gehalte en het insulinegehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 22 RCTs met 937 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses (alle studies bij elkaar) geen verband tussen zowel het slikken van vitamine C en het glucosegehalte, het HbA1c-gehalte als het insulinegehalte.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses (om extra informatie te krijgen) dat het slikken van vitamine C het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.44 mmol/L [95% BI = -0.81 tot -0.07, p = 0.01] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses (om extra informatie te krijgen) dat het slikken van vitamine C langer dan 30 dagen het HbA1-gehalte significant met 0.53% [95% BI = -0.79 tot -0.10, p = 0.02] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het effect van het slikken van vitamine C afhankelijk was van het baseline BMI (BMI aan het begin van studie), het baseline plasma glucosegehalte en de duur van de studie. 
Verder had het slikken van vitamine C meer effect op het nuchter insulinegehalte [-13.63 pmol/L, 95% BI = -22.73 tot -4.54, p 0.01] dan op het postprandiale insulinegehalte.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine C gedurende minimaal 30 dagen het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of vitamin C supplementation on glycaemic control: a systematic review and meta-analysis of randomised controlled trials by Ashor AW, Werner AD, […], Siervo M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28294172

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier over suikerziekte en vitamine C.

Deze maaltijden leveren minimaal 100 mg vitamine C.
 

Magnesiumsupplementen verlagen hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van magnesiumsupplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het nuchter plasma glucosegehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 4.641 mg/dL [95% BI = -7.602 tot -1.680, p = 0.002] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie (te laag magnesiumgehalte in het lichaam).

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) van suikerpatiënten type 2 significant met 3.197 mg/dL [95% BI = 1.455 tot 4.938, p 0.001] verhoogde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van suikerpatiënten type 2 significant met 10.668 mg/dL, 95% BI = -19.108 tot -2.228, p = 0.013] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het plasma triglyceridengehalte (bloedvetgehalte) van suikerpatiënten type 2 significant met 15.323 mg/dL [95% BI = -28.821 tot -1.826, p = 0.026] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen de systolische bloeddruk van suikerpatiënten type 2 significant met 3.056 mmHg [95% BI = -5.509 tot -0.603, p = 0.015] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van magnesiumsupplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of magnesium supplementation on type 2 diabetes associated cardiovascular risk factors: a systematic review and meta-analysis by Verma H and Garg R.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28150351

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over, magnesium, hart- en vaatziekten en suikerziekte.
Overgewicht is de belangrijkste oorzaak van suikerziekte type 2. Suikerziekte type 2 verhoogt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten.
Hartpatiënten hebben een hoog LDL-cholesterol, een hoog triglyceridengehalte, een hoge bloeddruk en een laag HDL-cholesterolgehalte. Lees hier hoe u het LDL-cholesterolgehalte en een hoge bloeddruk kunt verlagen.

Deze producten uit de supermarkt zijn geschikt voor hartpatiënten.
 

Appels en peren verlagen suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van appels en peren de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 onafhankelijke prospectieve cohort studies met 14120 mensen met suikerziekte type 2 onder 228315 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel appels en peren vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 18% [multivariate-adjusted RR = 82, 95% BI = 0.75-0.88, I2 = 0.00%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse dat elke verhoging met 1 portie appels en peren per week, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 3% [multivariate-adjusted RR = 97, 95% BI = 0.96-0.98, p voor trend 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel appels en peren, minstens 1 portie per week de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Apple and pear consumption and type 2 diabetes mellitus risk: a meta-analysis of prospective cohort studies by Guo XF, Yang B, […], Li D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28186516

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier over suikerziekte en de positieve kant van fruitconsumptie.
1 portie appel in dit overzichtsartikel is een kleine appel.
1 portie peer in dit overzichtsartikel is een halve peer.

Mensen met schizofrenie hebben een laag foliumzuurgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met schizofrenie een laag folaatgehalte (foliumzuurgehalte)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 16 hoogwaardige studies met in totaal 1183 (52.1%) mensen met schizofrenie en 1089 (47.9%) mensen zonder schizofrenie, de zogenaamde controles.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het folaatgehalte van mensen met schizofrenie significant lager was dan van mensen zonder schizofrenie [SMD = -0.65, 95% BI = -0.86 tot -0.45, p 0.00001].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses (om meer informatie te krijgen) dat het folaatgehalte van Aziaten met schizofrenie significant lager was dan van Aziaten zonder schizofrenie [SMD = -0.86, p 0.00001].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses (om meer informatie te krijgen) dat het folaatgehalte van Europeanen met schizofrenie significant lager was dan van Europeanen zonder schizofrenie [SMD = -0.44, p 0.00001].

De onderzoekers concludeerden dat het bloed folaatgehalte van mensen met schizofrenie, met name onder Aziaten en Europeanen lager was dan van mensen zonder schizofrenie.

Oorspronkelijke titel:
Folate Deficiency Increased the Risk of Schizophrenia: a Meta-Analysis by Ding Y, Ju M, […], He L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28124599

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over folaat/foliumzuur.
Het folaatgehalte in het lichaam kan verhoogd worden door folaatrijke (foliumzuurrijke) voeding te eten en/of foliumzuursupplementen te slikken.

Deze maaltijden bevatten veel foliumzuur.
 

Vitamine C en D verlagen de bloeddruk van suikerpatiënten type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van vitamines en mineralen de bloeddruk van suikerpatiënten type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT's met in totaal 723 mensen met suikerziekte type 2 waarvan 54% mannen waren. De leeftijd varieerde tussen 50.7 en 66.8 jaar. De duur van de suikerziekte varieerde tussen 4.6 en 8.6 jaar. De interventieduur (de duur van de studie) varieerde tusssen 3 en 52 weken.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van 500-1500 mg vitamine C per dag, de diastolische bloeddruk van suikerpatiënten type 2 significant met 2.88 mmHg [95% BI = -5.31 tot -0.46, p = 0.020, I2 = 34.9%] verlaagde. Echter, het verlaagde niet de systolische bloeddruk [WMD = -3.93 mmHg, 95% BI = -14.78 tot 6.92, p = 0.478, I2 = 80.4%, p  = 0.024].

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine D de diastolische bloeddruk van suikerpatiënten type 2 significant met 2.44 mmHg [95% BI = -3.49 tot -1.39, p  0.001, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine D de systolische bloeddruk van suikerpatiënten type 2 significant met 4.56 mmHg [95% BI = -7.65 tot -1.47, p = 0.004] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine C of vitamine D de bloeddruk van suikerpatiënten type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of individual micronutrients on blood pressure in patients with type 2 diabetes: a systematic review and meta-analysis of randomized clinical trials by de Paula TP, Kramer CK, [...], Azevedo MJ.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5233957/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte, vitamine C en D.

Welke producten uit de supermarkt geschikt zijn voor mensen met een hoge bloeddruk, kunt u hier vinden.

Coënzym Q10-supplementen verlagen mogelijk ontstekingen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van coënzym Q10-supplementen ontstekingen (uitgedrukt in het CRP, IL-6 en TNF-α gehalte) in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 RCT’s.
Er was heterogeniteit tussen de studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van coënzym Q10-supplementen het CRP-gehalte significant met 0.35 mg/L [95% BI = -0.64 tot -0.05, p = 0.022] verlaagde. Dit significant verlaagde effect was onafhankelijk van het baseline (aan het begin van de studie) CRP-gehalte, de coënzym Q10 dosering, de studieduur en de kenmerken van de patiënten.

De onderzoekers vonden dat het slikken van coënzym Q10-supplementen het IL-6 gehalte significant met 1.61 pg/mL [95% BI = -2.64 tot -0.58, p = 0.002] verlaagde. Dit significant verlaagde effect was hoger bij een hoger baseline IL-6 gehalte.

De onderzoekers vonden dat het slikken van coënzym Q10-supplementen het TNF-α gehalte significant met 0.49 pg/mL [95% BI = -0.93 tot -0.06, p = 0.027] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks slikken van coënzym Q10-supplementen, de kans op het krijgen van ontstekingen mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat er sprake was heterogeniteit tussen de studies. 

Oorspronkelijke titel:
Effects of coenzyme Q10 supplementation on inflammatory markers: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Fan L, Feng Y, […], Chen LH.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28179205

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chronische ziekten en coënzym Q10.

Ontstekingen in het lichaam kan gemeten worden aan de hand van de ontstekingsbevorderende (pro-inflammatoire) cytokines. De ontstekingsbevorderende (pro-inflammatoire) cytokines zijn CRP, IL-1, IL-6, IL-8, MCP-1 en TNF-α.
 

EPA en DHA-supplementen verlichten pijn bij reumatoïde artritis

Onderzoeksvraag:
Verlicht het slikken van visolie de pijn bij patiënten met artritis?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 42 RCT’s met in totaal 2751 patiënten met een gemiddelde leeftijd van 53.8 jaar en de gemiddelde duur van de ziekte was 9.7 jaar. De studieduur varieerde tussen 2 weken en 18 maanden. De dosering van EPA varieerde tussen 0.013 en 4.050 gram per dag en de dosering van DHA tussen 0.010 en 2.700 gram per dag.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 30 RCT’s dat het slikken van visolie de pijn significant verlichtte [SMD = -0.24, 95% BI = -0.42 tot -0.07, p = 0.007, I2 = 63%].

De onderzoekers vonden in 22 RCT’s met 956 patiënten dat het slikken van visolie de pijn bij patiënten met reumatoïde artritis significant verlichtte [SMD = -0.21, 95% BI = -0.42 tot -0.004]. Echter, het verlichtte in 5 RCT’s met 150 patiënten niet de pijn bij patiënten met artrose [SMD = -0.17, 95% BI = -0.57 tot 0.24].

De onderzoekers vonden dat het slikken van visolie met een EPA:DHA ratio groter dan 1.5 de pijn significant verlichtte.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van visolie, bij voorkeur met een EPA:DHA ratio groter dan 1.5, de pijn bij patiënten met reumatoïde artritis verlichtte.

Oorspronkelijke titel:
Marine Oil Supplements for Arthritis Pain: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Trials by Senftleber NK, Nielsen SM, […], Christensen R.

Link:
http://www.mdpi.com/2072-6643/9/1/42/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chronische ziekten en  EPA en DHA.

In visoliesupplementen zitten altijd de visvetzuren EPA en DHA.
Deze maaltijden bevatten veel EPA en DHA.
Het EPA&DHA-gehalte in het lichaam kan verhoogd worden door het eten van (vette) vissen en/of slikken van visoliesupplementen.
 

Vitamine D-gehalte ≥75 nmol/L verlaagt allergische rhinitis onder mannen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoog serum vitamine D-gehalte de kans op het krijgen van allergische rhinitis? 

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 observationele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat kinderen met een serum vitamine D-gehalte ≥75 nmol/L hadden een significant verlaagde kans op allergische sensibilisatie.
Echter, de onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine D tijdens de zwangerschap of kindertijd en de kans op het krijgen van allergische rhinitis bij kinderen.

De onderzoekers vonden dat mensen met een serum vitamine D-gehalte ≥75 nmol/L vergeleken met 50 nmol/L, hadden een significant verlaagde kans van 29% [OR = 0.71, 95% BI = 0.56-0.89, p = 0.04] op het krijgen van allergische rhinitis. Echter, deze significant verlaagde kans werd alleen teruggevonden in mannen, maar niet in vrouwen. 

De onderzoekers concludeerden dat een serum vitamine D-gehalte ≥75 nmol/L de kans op het krijgen van allergische rhinitis onder mannen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Vitamin D status, aeroallergen sensitization, and allergic rhinitis: A systematic review and meta-analysis by Aryan Z, Rezaei N and Camargo CA Jr.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28102718

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine D.

De gewenste vitamine D-bloedwaarden zijn 75-80 nmol/L (30–32 ng/mL). Deze bloedwaarden worden bereikt met 800-1200 IE oftewel 20-30 microgram (mcg oftewel μg) vitamine D-supplementen per dag.

Allergische sensibilisatie is het herkennen van een specifiek allergeen en de steeds heftigere reactie erop.
Voor het uitlokken van een immunologisch allergische reactie moet het immuunsysteem in concreto al eerder in contact zijn geweest met dat specifieke allergeen. In feite herkent het immuunsysteem dat specifieke allergeen als een “vijand” zoals een virus of een bacterie en reageert dus onnodig met ontsteking.

Beta-caroteen via voeding verlaagt heupfracturen onder Aziatische mannen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van carotenoïden de kans op het krijgen van heupfractuur?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies en 2 patiënt-controle studies met in totaal 140265 deelnemers, waarvan 4324 mensen met fracturen. De leeftijd was 50 jaar en ouder (50-80 jaar). 80% van de studies was post-menopauzale vrouwen.

De follow-up duur van de cohort studies varieerde tussen 3.7 en 18 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel carotenoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur niet significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.51-1.01, I2 = 59.4%, p = 0.06] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.54-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het bloed carotenoïdengehalte en de kans op het krijgen van heupfractuur [OR = 0.83, 95% BI = 0.59-1.17].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mannen significant met 47% [OR = 0.57, 95% BI = 0.40-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mensen ouder dan 60 jaar significant met 43% [OR = 0.57, 95% BI = 0.40-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder mensen met een normaal gewicht (BMI ≤ 25) significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.40-0.96, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel beta-caroteen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van heupfractuur onder Aziaten significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.40-0.96, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel beta-caroteen de kans op het krijgen van heupfractuur onder Aziatische mannen ouder dan 60 jaar met een normaal gewicht verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Carotenoids and risk of fracture: a meta-analysis of observational studies by Xu J, Song C, [...], X L.

Link:
http://www.impactjournals.com/oncotarget/index.php?journal=oncotarget&page=article&op=view&path[]=13678&path[]=43468

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en carotenoïden.

Beta-caroteen geeft de karakteristieke kleur aan oranje en gele groenten en fruit.
Deze maaltijd bevat veel beta-caroteen.

Dagelijks 10 gram alcohol verlaagt galstenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van alcohol de kans op het krijgen van galstenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 cohort studies en 10 patiënt-controle studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken veel alcohol vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van galstenen significant met 38% [gepoolde RR = 0.62, 95% BI = 0.49-0.78] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het drinken veel alcohol vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van galstenen significant met 34% [gepoolde RR = 0.66, 95% BI = 0.48-0.91] verlaagde.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het drinken veel alcohol vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van galstenen significant met 42% [gepoolde RR = 0.58, 95% BI = 0.45-0.73] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken veel alcohol vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van galstenen onder mannen significant met 43% [gepoolde RR = 0.57, 95% BI = 0.40-0.80] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken veel alcohol vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van galstenen onder vrouwen significant met 36% [gepoolde RR = 0.64, 95% BI = 0.53-0.77] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van 10 gram alcohol per dag, de kans op het krijgen van galstenen significant met 12% [gepoolde RR = 0.88, 95% BI = 0.84-0.92] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van alcohol (minimaal 10 gram alcohol per dag) de kans op het krijgen van galstenen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Alcohol consumption and risk of gallstone disease: a meta-analysis by Wang J, Duan X, [...], Jiang X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27926662

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over alcohol.