Voeding en gezondheid

Coënzym Q10 supplementen verlagen ontstekingen in patiënten met coronaire hartziekte

Onderzoeksvraag:
Hebben coënzym Q10 supplementen positieve effecten op de biomerkers van ontsteking en oxidatieve stress bij patiënten met coronaire hartziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat coënzym Q10 supplementen het superoxide dismutase (SOD)-gehalte van patiënten met coronaire hartziekte significant verhoogden [SMD = 2.63, 95% BI = 1.17 tot 4.09, p < 0.001, I2 = 94.5%].

De onderzoekers vonden dat coënzym Q10 supplementen het catalasegehalte van patiënten met coronaire hartziekte significant verhoogden [SMD = 1.00, 95% BI = 0.57 tot 1.43, p < 0.001, I2 = 24.5%]. 

De onderzoekers vonden dat coënzym Q10 supplementen het malondialdehydegehalte van patiënten met coronaire hartziekte significant verlaagden [SMD = -4.29, 95% BI = -6.72 tot -1.86, p = 0.001, I2 = 97.6%]. 

De onderzoekers vonden dat coënzym Q10 supplementen het dienegehalte van patiënten met coronaire hartziekte significant verlaagden [SMD = -2.40, 95% BI = -3.11 tot -1.68, p < 0.001, I2 = 72.6%]. 

De onderzoekers concludeerden dat coënzym Q10 supplementen het superoxide dismutase (SOD)-gehalte en het catalasegehalte verhoogden terwijl ze het malondialdehydegehalte en het dienegehalte van patiënten met coronaire hartziekte verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
The effects of coenzyme Q10 supplementation on biomarkers of inflammation and oxidative stress in among coronary artery disease: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Jorat MV, Tabrizi R, […], Asemi Z.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30758695

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over coënzym Q10 en hart- en vaatziekten.

Malondialdehyde is een biomerker voor oxidatieve stress. Een teveel aan vrije radicalen of een tekort aan antioxidanten zorgt voor oxidatieve stress. Oxidatieve stress kan leiden tot ontstekingen in het lichaam. Chronische ontstekingen kunnen leiden tot ziekten, zoals hart- en vaatziekten.

Superoxide dismutase beschermt het lichaam tegen de schadelijke werking van vrije zuurstofradicalen. Superoxide dismutase wordt ook wel antioxidatieve enzymen genoemd.

Catalase inactiveert waterstofperoxide tot water en zuurstof. Waterstofperoxide is een vrije radicaal. Vrije radicalen kunnen onschadelijk worden gemaakt door antioxidanten, zoals vitamin C en E en door antioxidatieve enzymen, zoals superoxide dismutase en catalase.
 

Dagelijks 400 μg chromiumsupplementen verlagen het vetgehalte

Onderzoeksvraag:
De rol van chromium als afslankmiddel blijft twijfelachtig. Hoewel eerdere bevindingen van meta-analyses kleine reducties in het lichaamsgewicht na een chromiumsuppletie (het slikken van chromiumsupplementen) bij personen met overgewicht/obesitas lieten zien, zijn er aanzienlijke beperkingen met deze bevindingen. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Hebben mensen met overgewicht/obesitas baat bij het slikken van chromiumsupplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 RCT’s met in totaal 1316 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het lichaamsgewicht van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.75 kg, 95% BI = -1.04 tot -0.45, p < 0.001].  
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het BMI van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.40 kg/m2, 95% BI = -0.66 tot -0.13, p < 0.003].  
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat het slikken van chromiumsupplementen het BMI van mensen met overgewicht/obesitas werkelijk verlaagde

De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het vetgehalte van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.68%, 95% BI = -1.32 tot -0.03, p = 0.04].  
Significant omdat de gevonden p-waarde van 0.04 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses (om meer informatie te krijgen) dat het slikken van maximaal 400 μg chromiumsupplementen per dag gedurende maximaal 12 weken, het vetgehalte van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat het slikken van maximaal 400 μg (400 mcg oftewel 400 microgram) chromiumsupplementen per dag gedurende maximaal 12 weken, het lichaamsgewicht van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van maximaal 400 μg chromiumsupplementen per dag gedurende maximaal 12 weken zowel het vetgehalte als het lichaamsgewicht van mensen met overgewicht/obesitas verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
A meta-analysis of the effect of chromium supplementation on anthropometric indices of subjects with overweight or obesity by Tsang C, Taghizadeh M, […], Jafarnejad S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31115179

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chromium, overzichtsartikel/significant en overgewicht.

Geen verband tussen gevogelte en hersenkanker

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van gevogelte en eieren en de kans op het krijgen van hersenkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 studies over de consumptie van gevogelte en 5 studies over de eiconsumptie.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van gevogelte en het krijgen van hersenkanker [gepoolde RR = 0.901, 95% BI = 0.703-1.154, I2 = 60.7%, p = 0.018].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van gevogelte en het krijgen van de hersenkanker glioom [RR = 0.873, 95% BI = 0.737-1.034, I2 = 0.0%, p = 0.838].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van eieren en het krijgen van hersenkanker [gepoolde RR = 0.998, 95% BI = 0.552-1.805, I2 = 82.6%, p = 0.001].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van eieren en het krijgen van de hersenkanker glioom [RR = 1.472, 95% BI = 0.935-2.316].

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen het eten van zowel gevogelte als eieren en het krijgen van de hersenkanker, met name glioom.

Oorspronkelijke titel:
A meta-analysis of the association between poultry and egg consumption and the risk of brain cancer by Luo H, Sun P, [...], Guo Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30782302

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vleesconsumptie, eieren en kanker.
 

Hoge eiwitconsumptie verhoogt suikerziekte type 2

Onderzoeksvraag:
Eiwitten in voeding, inclusief die verkregen uit dierlijke en plantaardige bronnen, zijn inconsistent gecorreleerd met het risico op het krijgen van diabetes mellitus type 2 (suikerziekte type 2). Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een relatie tussen het eten van eiwit en het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 cohort studies met in totaal 487956 deelnemers, waarvan 38350 mensen met suikerziekte type 2.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge totale eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 10% [RR = 1.10, p = 0.006] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een hoge dierlijk eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 13% [RR = 1.13, p = 0.013] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een matige plantaardig eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 6% [RR = 0.94, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoge totale eiwit-inname als een hoge dierlijk eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verhoogden. Terwijl een matige plantaardig eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 juist verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary protein intake and subsequent risk of type 2 diabetes: a dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Ye J, Yu Q, [...], Wang Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30929078

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en eiwit.

Een dieet met een hoge eiwitconsumptie is een dieet met minimaal 35 En% eiwit. Deze producten uit de supermarkt bevatten minimaal 35 En% eiwit.
35 En% eiwit wil zeggen dat het aantal gram eiwit 35% bijdraagt aan het totale kcal van het dieet. Als het dieet 2000 kcal bevat, draagt 175 gram eiwit 35% bij aan deze 2000 kcal.
1 gram eiwit levert 4 kcal. Dus 175 gram eiwit levert 700 kcal en 700 kcal is 35% van 2000 kcal.

Een dieet met een matige eiwitconsumptie is een dieet met 20-25 En% eiwit. De makkelijkste manier om een dieet met een matige eiwitconsumptie te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden die ook 20-25 En% eiwit bevatten. Deze producten uit de supermarkt bevatten 20-25 En% eiwit.
 

1 mg heme-ijzer per dag verhoogt borstkanker

Onderzoeksvraag:
Het is in dierenstudies aangetoond dat ijzer borstcarcinogenese (borstkanker) bevordert door de generatie van oxidatieve stress en interactie met oestrogeen. Van heme-ijzer, dat uitsluitend wordt gevonden in dierlijk voedsel, wordt gesuggereerd dat het een schadelijk effect heeft. Epidemiologisch bewijs voor de associatie tussen ijzerconsumptie en het krijgen van borstkanker blijft onduidelijk en is niet volledig samengevat. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Verhoogt een hoge ijzerinname of een hoog ijzergehalte in het lichaam de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 patiënt-controle studies en 12 prospective cohort studies.

De gemiddelde NOS score was 7.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge heme-ijzerinname vergeleken met een lage, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 12% [gepoolde RR = 1.12, 95% BI = 1.04-1.22 I2 = 39%, p = 0.15] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 mg heme-ijzer per dag, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 8% [gepoolde RR = 1.08, 95% BI = 1.002-1.17 I2 = 39%, p = 0.15] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een hoog serum ijzergehalte vergeleken met een laag, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 22% [gepoolde RR = 1.22, 95% BI = 1.01-1.47 I2 = 39%, p = 0.15, I2 = 61%, p = 0.04] verhoogde.

De onderzoekers vonden een J-vormige dosisafhankelijke relatie tussen het serum ijzergehalte en borstkanker, met sterk bewijs voor een non-lineair effect [p non lineair <0.001].
Specifiek werd een gestage toename van het risico op borstkanker vastgesteld voor het serum ijzergehalte boven 100 μg/dL, waarbij de associatie statistisch significant werd tot iets meer dan 125 μg/dL.

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoge heme-ijzerinname als een hoog serum ijzergehalte de kans op het krijgen van borstkanker verhoogden.

Oorspronkelijke titel:
Iron intake, body iron status, and risk of breast cancer: a systematic review and meta-analysis by Chang VC, Cotterchio M and Khoo E.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6555759/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over borstkanker en (heme)ijzer inname.

Zinksupplementen verlagen suikerziekte

Onderzoeksvraag:
Hoewel veel studies aangetoond hebben dat een lage zinkstatus (zinkgehalte in het lichaam) in verband wordt gbracht met het krijgen van diabetes (suikerziekte), zijn de vermeende effecten van zinksuppletie (het slikken van zinksupplementen) op de glykemische controle niet doorslaggevend en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het slikken van zinksupplementen de risicofactoren (zoals nuchter glucosegehalte, het HbA1c-gehalte, enz.) van suikerziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 32 RCT’s met in totaal 1700 deelnemers, verdeeld over 14 landen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter glucosegehalte significant verlaagde [WMD = -14.15 mg/dL, 95% BI = -17.36 tot -10.93 mg/dL]. Het verlaagde effect was het grootst bij mensen met suikerziekte en bij anorganisch zinksupplement.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het glucosegehalte 2 uur post prandiaal (2 uur na de maaltijd) significant verlaagde [WMD = -36.85 mg/dL, 95% BI = -62.05 tot -11.65 mg/dL].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter insulinegehalte significant verlaagde [WMD = -1.82 mU/L, 95% BI = -3.10 tot -0.54 mU/L].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen de HOMA-IR waarde significant verlaagde [WMD = -0.73, 95% BI = -1.22 tot -0.24].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het HbA1c-gehalte significant verlaagde [WMD = -0.55%, 95% BI = -0.84 tot -0.27%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het hooggevoelige CRP-gehalte (hooggevoelige C-reactieve proteïne) significant verlaagde [WMD = -1.31 mg/L, 95% BI = -2.05 tot -0.56 mg/L].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van zinksupplementen de risicofactoren van suikerziekte verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Zinc supplementation improves glycemic control for diabetes prevention and management: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Wang X, Wu W, [...], Wang F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31161192

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en zink.

Minimaal 12 weken L-carnitine supplementen verlaagt ontstekingen

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van L-carnitine supplementen het gehalte van de inflammatoire biomerkers, zoals het C-reactieve proteïne (CRP), tumornecrosefactor-alfa (TNF-α) en interleukine-6 (IL-6)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitine supplementen het CRP gehalte significant verlaagde [WMD = -1.23 mg/L, 95% BI = -1.73 tot -0.72 mg/dL, p < 0.0001]. Dit verlaagde effect was het grootst gedurende een interventie van minimaal 12 weken.

De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitine supplementen het interleukine-6 gehalte significant verlaagde [WMD = -0.85 pg/dL, 95% BI = -1.38 tot -0.32 pg/dL, p = 0.002]. Dit verlaagde effect was het grootst gedurende een interventie van minimaal 12 weken.

De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitine supplementen het tumornecrosefactor-alfa gehalte significant verlaagde [WMD = -0.37 pg/dL, 95% BI = -0.68 tot -0.06 pg/dL, p = 0.018].
Dit verlaagde effect was het grootst gedurende een interventie van minimaal 12 weken.

De onderzoekers concludeerden dat slikken van L-carnitine supplementen gedurende minimaal 12 weken de ontstekingen in het lichaam verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of L-carnitine on inflammatory mediators: a systematic review and meta-analysis of randomized clinical trials by Haghighatdoost F, Jabbari M and Hariri M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30915521

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over het verlagen van het CRP-gehalte, L-carnitine en chronische ziekten.

De ontstekingen in het lichaam kunnen gemeten worden aan de hand van de inflammatoire biomerkers, zoals het C-reactieve proteïne (CRP), tumornecrosefactor-alfa (TNF-α) en interleukine-6 (IL-6).

Chronische ontstekingen in het lichaam kunnen leiden tot ziekten, zoals hart- en vaatziekten. Ontstekingen kunnen worden geremd door antioxidanten via voeding.

CRP-gehalte

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken  (overzichtsartikelen) naar het verlagen van het CRP-gehalte:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Dagelijks 0.8-10 mg foliumzuursupplementen verlagen CRP gehalte
  2. Seleniumsupplementen verlagen hs-CRP gehalte onder patiënten met stofwisselingsziekte
  3. Sojaproducten verlagen causaal het CRP-gehalte
  4. Aardbeien verlagen slecht cholesterolgehalte
  5. Krachttraining verlaagt cholesterolgehalte
  6. Probiotica supplementen verlagen hart- en vaatziekten bij nierpatiënten
  7. Omega-3 vetzuren verlagen CRP-gehalte van nierpatiënten met hemodialyse
  8. Dagelijks 320-1500 mg magnesiumsupplementen verlaagt CRP-gehalte
  9. Veel groenten en fruit versterken het immuunsysteem
  10. Veel koffie verlaagt het C-reactieve proteïne
  11. 300 mg anthocyaninen per dag verlaagt ontstekingen
  12. 500 mg quercetine per dag verlaagt het CRP-gehalte
  13. Een verhoogde CRP- en IL-6-bloedconcentratie verhogen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2
  14. Eieren geven geen ontstekingen in het lichaam
  15. Granaatappel verlaagt ontstekingen bij volwassenen
  16. Granaatappelsap verlaagt niet ontstekingen in het lichaam
  17. Minimaal 12 weken L-carnitine supplementen verlaagt ontstekingen
  18. Dagelijks 1-2 gram L-carnitine verlaagt ontstekingen in het lichaam
  19. Coënzym Q10-supplementen verlagen mogelijk ontstekingen
  20. Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte
  21. Noten verlagen het leptinegehalte
  22. Lichamelijke activiteiten + gewichtsverlies leiden tot minder ontstekingen in het lichaam
  23. Vegetarisch dieet verlaagt ontstekingen in het lichaam
  24. Dagelijks 1-50 mg olijfolie verlaagt mogelijk hart- en vaatziekten
  25. 1-3 gram gember per dag verlaagt hart- en vaatziekten
  26. Astaxanthine verhoogt causaal goed cholesterolgehalte
  27. Carotenoïdensupplementen verlagen ontstekingen

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

  • Ontstekingen in het lichaam kan gemeten worden aan de hand van de volgende biomerker; de zogename ontstekingsbevorderende (pro-inflammatoire) cytokines. De ontstekingsbevorderende (pro-inflammatoire) cytokines zijn het C-reactieve proteïne (CRP), IL-1, interleukine-6 (IL-6), IL-8, MCP-1, het vasculair adhesiemolecuul-1 (VCAM-1), tumornecrosefactor-alfa (TNF-α).
  • Het C-reactief proteïne, afgekort tot CRP, is een zogenaamd acutefase-eiwit. CRP wordt geproduceerd door de lever en afgegeven in de bloedbaan. Na het ontstaan van een ontsteking neemt de hoeveelheid CRP in het lichaam binnen een paar uur toe.
  • Bij gezonde mensen zonder ontstekingen is de CRP-bloedconcentratie meestal lager dan 10 mg/L. Het merendeel van de ontstekingen leidt tot een CRP-bloedconcentratie boven 100 mg/L.
  • Het gehalte C-reactief proteïne (CRP-eiwit) in het bloed is een maat voor de ontstekingsbelasting in het lichaam.

 

Vegetarisch dieet verlaagt botontkalking bij postmenopauzale vrouwen

Onderzoeksvraag:
Verscheidene epidemiologische onderzoeken hebben het verband tussen de inname van plantaardige voeding en het risico op het krijgen van osteoporose (botontkalking) bij postmenopauzale vrouwen (vrouwen na de menopauze) onderzocht, maar de uitkomsten waren inconsistent. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt een hoge inname van plantaardige voeding (een vegetarisch dieet) de kans op het krijgen van osteoporose bij postmenopauzale vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 studies met in totaal 14247 vrouwen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van plantaardige voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van osteoporose bij postmenopauzale vrouwen significant met 27% [gepoolde OR = 0.73, 95% BI = 0.57-0.95] verlaagde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat een hoge inname van plantaardige voeding de kans op het krijgen van osteoporose bij postmenopauzale vrouwen werkelijk met 27% verlaagde.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat een hoge inname van plantaardige voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van osteoporose bij postmenopauzale vrouwen significant met 39% [OR = 0.61, 95% BI = 0.48-0.78] verlaagde.
Echter dit verlaagde risico was niet significant in cross-sectionele studies [OR = 0.82, 95% BI = 0.57-1.16].
Niet significant omdat OR van 1 in de 95% BI van 0.57 tot 1.16 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.


De onderzoekers vonden dat een hoge inname van plantaardige voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van osteoporose in de femorale regio bij postmenopauzale vrouwen significant met 47% [gepoolde OR = 0.57, 95% BI = 0.41-0.80] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van plantaardige voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van osteoporose in de lumbale wervelkolom bij postmenopauzale vrouwen significant met 45% [gepoolde OR = 0.55, 95% BI = 0.38-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van plantaardige voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van osteoporose bij postmenopauzale vrouwen, vastgesteld met behulp van de DEXA methode significant met 28% [gepoolde OR = 0.72, 95% BI = 0.54-0.95] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge inname van plantaardige voeding, de kans op het krijgen van osteoporose bij postmenopauzale vrouwen, met name in de femorale regio en de lumbale wervelkolom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Can increasing the prevalence of vegetable-based diets lower the risk of osteoporosis in postmenopausal subjects? A systematic review with meta-analysis of the literature by Zeng LF, Yang WY, […], Liu J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30670259

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ouderdom en vegetarisch dieet.

De overgang begint meestal tussen 45 en 55 jaar. De overgang is de periode in het leven van een vrouw waarin het menstruatiepatroon verandert inclusief de eerste menstruatievrije jaren waarin er nog overgangsklachten optreden. De overgang kan wel 7 tot 10 jaar duren.

De menopauze is alleen de laatste menstruatie. Deze laatste menstruatie valt meestal in het begin van de tweede helft van de overgang.

Het einde van de overgang is het moment waarop de vrouw geen overgangsklachten meer heeft.

Studies 2019

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de relatie tussen het vegetarische dieet en de gezondheid: 
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Vegetarisch dieet verlaagt botontkalking bij postmenopauzale vrouwen

0.6-2 gram calciumsupplementen per dag verlaagt zwangerschapsvergiftiging

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van calciumsupplementen de kans op het krijgen van zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) en zwangerschapshypertensie (een hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 27 RTC’s met in totaal 28492 zwangere vrouwen.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen de kans op het krijgen van zwangerschapsvergiftiging significant met 49% [RR = 0.51, 95% BI = 0.40 tot 0.64] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen de kans op het krijgen van zwangerschapshypertensie significant met 30% [RR = 0.70, 95% BI = 0.60 tot 0.82] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zowel dagelijks 1.2 tot 2 gram calciumsupplementen, 0.6 tot 1.2 gram calciumsupplementen als minder dan 0.6 gram calciumsupplementen, de kans op het krijgen van zwangerschapsvergiftiging significant verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zowel dagelijks 1.2 tot 2 gram calciumsupplementen als 0.6 tot 1.2 gram calciumsupplementen, de kans op het krijgen van zwangerschapshypertensie significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 0.6 tot 2 gram calciumsupplementen per dag, zowel de kans op het krijgen van zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) als zwangerschapshypertensie (een hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The association between calcium supplement and preeclampsia and gestational hypertension: a systematic review and meta-analysis of randomized trials by Sun X, Li H, [...], Zhang X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30935246

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap en calcium.
 

Maaltijdsalade met tonijn, limabonen en paprika voor 4 personen


Voedingswaarden:

Dit recept levert per persoon 348 kcal, 16 gram vet, 30 gram eiwit en 21 gram koolhydraten oftewel 41 En% vet, 35 En% eiwit en 24 En% koolhydraten. Dit recept bevat 6 En% verzadigd vet en 3.6 gram vezels per 100 kcal.
41 En% vet wil zeggen, dat 16 gram vet 41% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van dit recept van 348 kcal.
35 En% (En% = spreekt uit als energieprocent) eiwit wil zeggen, dat 30 gram eiwit 35% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van dit recept van 348 kcal.
24 En% koolhydraten wil zeggen, dat 21 gram koolhydraten 24% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van dit recept van 348 kcal.
1 gram eiwit en 1 gram koolhydraten leveren 4 kcal. 1 gram vet levert 9 kcal.
3.6 gram vezels per 100 kcal wil zeggen dat in dit recept van 348 kcal 12.5 gram vezels zit.

Het hoge vetgehalte (>35 En%) van deze maaltijd wordt veroorzaakt door de olijfolie. Echter, het vet in de olijfolie is goed vet en dat is terug te zien in het lage verzadigd vetgehalte (6 En%) van deze maaltijd. Verzadigd vet is slecht vet en onverzadigd vet is goed vet.

Deze maaltijd levert 41 En% vet (6 En% boven de norm van een gezonde maaltijd van 35 En% vet). Wanneer u deze maaltijd eet, moet u corrigeren voor het hoge vetgehalte. Het volgende product moet maximaal 29 En% vet bevatten, want:
41 + 29 = 70. 70/2 (2 producten) = 35 En% vet (richtlijn van een gezond(e) product/maaltijd).
Welke producten uit de supermarkt maximaal 29 En% vet bevatten, kunt u hier opzoeken.

Deze maaltijd levert dankzij tonijn 140 mg EPA en DHA.

In combinatie met:
Dit recept in combinatie met 5 sneetjes volkorenbrood en 200 gram kiwi levert 27 gram vezels op. Deze combinatie levert ook 240 mg vitamine C.
25-30 gram vezels per dag verlaagt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, dikke darmkanker en overgewicht.
Een makkelijke manier om 30 gram vezels per dag binnen te krijgen, is door te kiezen voor producten met minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Welke producten uit de supermarkt minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal bevatten, kunt u hier opzoeken.
Eet kiwi voor vitamine C en volkorenbrood voor vezels.

Bijzonderheden:
Deze maaltijd levert 56 gram tonijn, 310 gram groenten, waarvan 125 gram peulvruchten (limabonen zijn peulvruchten) en 10 ml olijfolie per persoon.
Deze maaltijd is vezelrijk (≥1.5 gram vezels per 100 kcal).

Bereiding & Ingrediënten van maaltijdsalade met tonijn, limabonen en paprika voor 4 personen

Cashewnoten verlagen de bloeddruk

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van cashewnoten het gehalte van de bloedvetten (zoals triglyceriden, cholesterol) en de bloeddruk (zoals de systolische en diastolische bloeddruk)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 RCT’s met 246 deelnemers in de interventie groep (groep die cashewnoten kreeg) en  235 deelnemers in de placebo groep (groep die geen cashewnoten kreeg).

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van cashewnoten het triglyceridengehalte significant verlaagde [WMD = -14.39, 95% BI = -27.30 tot -1.49, I2 = 82%]. 
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van cashewnoten de systolische bloeddruk (bovendruk) significant verlaagde [WMD = -1 mm/Hg, 95% BI = -5.12 tot -3.01, I2 = 0%]. 

De onderzoekers vonden dat het eten van cashewnoten de diastolische bloeddruk (onderdruk) significant verlaagde [WMD = -4.06 mm/Hg, 95% BI = -1.65 tot -0.35, I2 = 0%]. 

De onderzoekers concludeerden dat het eten van cashewnoten zowel het triglyceridengehalte als de bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The Effect of Cashew Nut on Cardiovascular Risk Factors and Blood Pressure: A Systematic Review and Meta-analysis (P06-117-19) by Mahboobi S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6573847/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over notenconsumptie, het verlagen van de bloeddruk en hart- en vaatziekten.

Hartpatiënten hebben een hoog gehalte aan de bloedvetten en een hoge bloeddruk.

 

200 gram fruit per dag verlaagt galstenen

Onderzoeksvraag:
De rol van groente- en fruitconsumptie bij het verlagen van galsteenaandoeningen blijft tegenstrijdig en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van groente of fruit de kans op het krijgen van galstenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 1 cross-sectionele studie, 1 patiënt-controle studie en 9 cohort studies met 33983 patiënten met galstenen onder 1533752 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in een gepoolde analyse dat het eten van groente, de kans op het krijgen van galstenen significant met 17% [RR  =  0.83, 95% BI = 0.74-0.94, I 2 =  91.1%] verlaagde.
Dit verlaagde risico bleef gehandhaafd in de subgroepenanalyses.

De onderzoekers vonden in een gepoolde analyse dat het eten van fruit, de kans op het krijgen van galstenen significant met 12% [RR  =  0.88, 95% BI = 0.83-0.92, I 2 =  0.01%] verlaagde.
Dit verlaagde risico bleef gehandhaafd in de subgroepenanalyses

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 200 gram groente per dag, de kans op het krijgen van galstenen significant met 4% [RR  =  0.96, 95% BI = 0.93-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 200 gram fruit per dag, de kans op het krijgen van galstenen significant met 3% [RR  =  0.97, 95% BI = 0.96-0.98, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van zowel 200 gram groente als 200 gram fruit per dag, de de kans op het krijgen van galstenen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fruits and vegetables consumption and the risk of gallstone diasease: A systematic review and meta-analysis by Zhang JW, Xiong JP, [...], Zhao HT.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31305451

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over groente- en fruitconsumptie en chronische ziekten.

 

Lichamelijke oefeningen verbeteren kwaliteit van leven van nierpatiënten

Onderzoeksvraag:
Of lichamelijke oefeningen de cardiovasculaire gezondheid kunnen verbeteren van de nierpatiënten die een nieuwe nier hebben ontvangen, is onduidelijk. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Verbeteren lichamelijke oefeningen de risicofactoren van hart- en vaatziekten van nierpatiënten die een nieuwe nier hebben ontvangen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCT’s van 10 weken tot 6 maanden met 2-4 keer per week een oefensessie van 30-60 minuten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 5 RCT’s met in totaal 199 deelnemers, dat lichamelijke oefeningen geen significant positief effect hadden op zowel de systolische [MD = 1.67, 95% BI = -2.17 tot 5.51, p = 0.39] als de diastolische bloeddruk [MD = 0.65, 95% BI = -4.02 tot 5.32, p = 0.78].

De onderzoekers vonden in 3 RCT’s met in totaal 261 deelnemers, dat lichamelijke oefeningen geen significant positief effect hadden op het totale bloedvetgehalte [MD = 0.03, 95% BI = -0.09 tot 0.15, p = 0.62].
De subgroepenanalyses lieten ook geen significant positief effect zien op het totale cholesterolgehalte [p = 0.15], het LDL-choleterolgehalte [p = 0.83] en het triglyceridengehalte [p = 0.82].
 

De onderzoekers vonden in 2 RCT’s met in totaal 22 deelnemers in de interventie groep en 28 in de controle groep, dat krachttraining gedurende 12 maanden de nierfunctie niet verbeterde [MD = 2.60, 95% BI = -12.88 tot 13.09, p = 0.74].

De onderzoekers vonden dat aërobe training, krachttraining of de combinatie daarvan gedurende 12 weken tot 12 maanden het lichaamsgewicht [MD = -2.02, 95% BI = -8.24 tot 4.20, p = 0.52, n = 3] of het BMI [MD = 0.12, 95% BI = -1.52 tot 1.77, p = 0.88, n = 4] niet verbeterde.

De onderzoekers vonden in 2 RCT’s met in totaal 64 deelnemers dat lichamelijke oefening gedurende 12 weken een consistente verbetering van de stijfheid in de kleine arteriën liet zien [MD = -1.14, 95% BI = -2.19 tot -0.08, p = 0.03].

De onderzoekers vonden in 5 RCT’s met in totaal 202 deelnemers dat aërobe training, krachttraining of een combinatie daarvan gedurende 12 weken tot 12 maanden een significante verbetering van de inspanningscapaciteit (VO2-piek) liet zien [MD = 2.25, 95% BI = 0.54 tot 3.69, p = 0.01].

De onderzoekers vonden dat lichamelijke oefening de kwaliteit van het leven in verschillende aspecten verbeterde, met een significante verbetering in het sociaal functioneren [MD = 16.76, 95% BI = 2.16 tot 31.37, p = 0.02] en de algemene quality-of-life scores [MD = 12.87, 95% BI = 6.80 tot 18,94, p < 0.01].

De onderzoekers concludeerden dat lichamelijke oefeningen de arteriële stijfheid maar ook de inspanningscapaciteit (VO2-piek) en de kwaliteit van het leven verbeterden van nierpatiënten die een nieuwe nier hebben ontvangen.

Oorspronkelijke titel:
Effects of exercise training on cardiovascular risk factors in kidney transplant recipients: a systematic review and meta-analysis by Chen G, Liu Gao L and Li X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6534232/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over nierziekte, lichamelijke oefeningen, krachttraining en chronische ziekten.

Vaatwandstijfheid oftewel arteriële stijfheid, is een van de vroegst waarneembare manifestaties van de verslechterende structuur en functie van de slagaderlijke vaatwand. Een verhoogde vaatwandstijfheid is een onafhankelijke voorspeller van hart- en vaatziekten.

 

Visconsumptie verbetert longfunctie van rokers

Onderzoeksvraag:
Verbetert het eten van n-3 PUFA’s (zoals DHA, EPA, DPA en ALA) of vis de longfunctie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 cohort studies met in totaal 37077 zwarte en witte deelnemers.
De longfunctie werd gemeten aan de hand van het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) en de geforceerde vitale capaciteit (FVC).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van n-3 PUFA DPA, DHA of EPA het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) verbeterde.
Echter, het eten van alfa-linoleenzuur (ALA) had geen invloed op deze longfunctieparameter.                                                                                                     

De onderzoekers vonden dat het eten van n-3 PUFA DPA, DHA of EPA de geforceerde vitale capaciteit (FVC) verbeterde.
Echter, het eten van alfa-linoleenzuur (ALA) had geen invloed op deze longfunctieparameter.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) verbeterde.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis de geforceerde vitale capaciteit (FVC) verbeterde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 30 mg DPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) met 12-16 mL verhoogde.                                                                                                    

De onderzoekers vonden dat het eten van 30 mg DPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 10-15 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) met 12-16 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 10-15 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) met 12-16 mL verhoogde.                                                                                                  

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 10-15 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder rokers met 28-32 mL verhoogde.                                                                                                 

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) onder rokers met 24-25 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder rokers met 28-32 mL verhoogde.                                                                                             

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 24-25 mL verhoogde onder rokers.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder ex-rokers met 17-21 mL verhoogde.                                                                                                     

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) onder ex-rokers met 7-12 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder ex-rokers met 17-21 mL verhoogde.                                                                                                     

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) onder ex-okers met 7-12 mL verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van zowel 30 mg DPA per dag, 200 mg DHA per dag of 150 mg EPA per dag als het eten van vis de longfunctie van rokers en ex-rokers verbeterden.

Oorspronkelijke titel:
Positive Associations of Dietary Marine Omega-3 Polyunsaturated Fatty Acids with Lung Function: A Meta-analysis (P18-087-19) by Patchen B, Xu J, […], Cassano P.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6579416/ 

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over visconsumptie.
Deze vissen leveren minimaal 200 mg DHA.
DPA, DHA en EPA zijn n-3 PUFA’s (n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren) die in vissen zitten.

Het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1, van het Engelse Forced Expiratory Volume in one second) is het maximale volume lucht (in liter) dat bij een snelle en geforceerde uitademing vanuit een volledige inademing in één seconde kan worden uitgeblazen.

De geforceerde vitale capaciteit (FVC, van het Engelse Forced Vital Capacity) is het volume lucht (in liter) dat na een volledige inademing maximaal kan worden uitgeademd. Het wordt gemeten tijdens een geforceerde uitademing.            

Een gezonde volwassene kan tussen 70 en 80% van zijn vitale capaciteit uitademen tijdens de eerste seconde bij een geforceerde uitademing. Ligt de waarde (uitgedrukt als FVC) lager dan 70%, dan is de kans groot dat de luchtwegen vernauwd zijn door COPD of astma.

 

Studies 2019

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar chronische ziekten:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Vitamine B12, D en E verlagen eczeem
  2. Een hoog zinkgehalte in de hersenvocht verlaagt ziekte van Parkinson
  3. Omega-3 vetzuren verlagen CRP-gehalte van nierpatiënten met hemodialyse
  4. Een laag selenium- en zinkgehalte verhogen reumatoïde artritis
  5. 60-500 mg coënzym Q10 supplementen per dag verlagen ontstekingen
  6. Eieren geven geen ontstekingen in het lichaam
  7. Magnesiumtekort verhoogt doodgaan aan hart- en vaatziekten onder patiënten met chronische nierziekte
  8. Vitamine D verlaagt cholesterolgehalte van mensen met chronische nierziekte
  9. Visconsumptie verbetert longfunctie van rokers
  10. Lichamelijke oefeningen verbeteren kwaliteit van leven van nierpatiënten
  11. 200 gram fruit per dag verlaagt galstenen
  12. Minimaal 12 weken L-carnitine supplementen verlaagt ontstekingen
  13. Plasma creatininegehalte voorspelt mogelijk ALS
  14. Probiotica en prebiotica verlagen onstekingen bij suikerpatiënten
  15. 10-40 gram vezels per dag verlagen divertikelziekte
  16. Magnesiumtekort verhoogt ADHD
  17. Een hoog vitamine D-gehalte voor de geboorte verlaagt ADHD
  18. Dagelijks 3 kopjes koffie verlaagt doodgaan aan alle oorzaken
  19. Vis verlaagt ziekte van Crohn
  20. Vitamine D-tekort verhoogt de ziekte van Parkinson

Suikerpatiënten type 2 hebben baat bij 13.1 gram viskeuze voedingsvezelssupplementen

Onderzoeksvraag:
Bewijs uit gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (RCT's) suggereert dat viskeuze voedingsvezels gunstige effecten kunnen hebben op de glykemische controle en dus op een verbeterd risicoprofiel voor hart- en vaatziekten. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben suikerpatiënten type 2 baat bij viskeuze voedingsvezelssupplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 RCT’s (van minstens 3 weken) met in totaal 1394 deelnemers.

De gemiddelde dosering van de viskeuze voedingsvezels was 13.1 gram per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat viskeuze voedingsvezelssupplementen het HbA1c-gehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.58% [MD = -0.58%, 95% BI = -0.88 tot -0.28, p = 0.0002] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat viskeuze voedingsvezelssupplementen het nuchter bloedsuikergehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.82 mmol/L [MD = -0.82 mmol/L, 95% BI = -1.32 tot -0.31, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat viskeuze voedingsvezelssupplementen de HOMA-IR waarde van suikerpatiënten type 2 significant met 1.89 punten [MD = -1.89, 95% BI = -3.45 tot -0.33, p = 0.02] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat suikerpatiënten type 2 baat hadden bij 13.1 gram viskeuze voedingsvezelssupplementen per dag gedurende minstens 3 weken.

Oorspronkelijke titel:
Should Viscous Fiber Supplements Be Considered in Diabetes Control? Results From a Systematic Review and Meta-analysis of Randomized Controlled Trials by Jovanovski E, Khayyat R, […], Vuksan V.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30617143

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en voedingsvezels.
 

Studies 2019

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar suikerziekte:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

2019:

  1. Vetarme zuivelproducten verlagen buikomtrek en lichaamsgewicht
  2. Graanvezels via voeding verlagen suikerziekte type 2
  3. Patiënten met suikerziekte hebben baat bij voeding met een lage n-6/n-3 ratio
  4. Zinksupplementen verlagen suikerziekte
  5. Hoge eiwitconsumptie verhoogt suikerziekte type 2
  6. Foliumzuursupplementen verlagen nucher insulinegehalte
  7. Suikerpatiënten type 2 hebben baat bij 13.1 gram viskeuze voedingsvezelssupplementen

Dagelijks 100 microgram foliumzuur via voeding verlaagt borstkanker

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies gericht op de associatie tussen foliumzuur en borstkanker lieten  tegenstrijdige bevindingen zien en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt de inname van foliumzuur via voeding de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 23 prospectieve cohort studies met in totaal 41516 mensen met borstkanker onder 1171048 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat foliumzuurinname via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker, veroorzaakt door oestrogeen-negatieve tumoren, significant met 12% [gepoolde risk ratio = 0.88, 95% BI = 0.78-1.00] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat foliumzuurinname via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker, veroorzaakt door zowel oestrogeen-negatieve als progesteron-negatieve tumoren, significant met 18% [gepoolde risk ratio = 0.82, 95% BI = 0.68-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat 100 microgram foliumzuur per dag via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker, veroorzaakt door oestrogeen-negatieve tumoren, significant met 6% [risk ratio = 0.94, 95% BI = 0.88-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat 100 microgram foliumzuur per dag via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker, veroorzaakt door zowel oestrogeen-negatieve als progesteron-negatieve tumoren significant met 10% [risk ratio = 0.90, 95% BI = 0.85-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van foliumzuur via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker onder premenopauzale vrouwen significant met 6% [risk ratio = 0.94, 95% BI = 0.88-1.00] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van foliumzuur via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker onder vrouwen met een matige of hoge alcoholconsumptie  significant met 18% [risk ratio = 0.82, 95% BI = 0.72-0.94] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat minimaal 100 microgram (mcg of μg) foliumzuur per dag via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker, veroorzaakt door zowel oestrogeen-negatieve tumoren als oestrogeen-negatieve en progesteron-negatieve tumoren, verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Folate intake and the risk of breast cancer: an up-to-date meta-analysis of prospective studies by Zeng J, Wang K, [...], Chang H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30647438

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over foliumzuur, meta-analyse/significant en borstkanker.

 

2 keer 2 gram inositolsupplementen per dag verlaagt zwangerschapsdiabetes

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van inositolsupplementen de kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 RCTs met in totaal 965 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van inositol de kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes significant met 51% [OR = 0.49, p = 0.01] verlaagde. Echter, dit verlaagde kans was alleen significant bij 2 keer 2 gram inositolsupplementen per dag.

De onderzoekers vonden dat het slikken van inositol de kans op het krijgen van een vroeggeboorte significant met 65% [OR = 0.35, 95% BI = 0.17-0.74, p = 0.0061] verlaagde. Echter, dit verlaagde kans was alleen significant bij 2 keer 2 gram inositolsupplementen per dag.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 2 keer 2 gram inositolsupplementen per dag, zowel de kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes als een vroeggeboorte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Inositol for the prevention of gestational diabetes: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Vitagliano A, Saccone G, […], Berghella V.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30564926

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap en inositol.
 

Dagelijks 500 mg vitamine C via voeding verlaagt oogziekte leeftijdsgebonden cataract

Onderzoeksvraag:
Bestaande studies suggereren dat vitamines en carotenoïden kunnen worden geassocieerd met een verminderd risico op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract (grijze staar). Echter, een kwantitatieve samenvatting van deze associatie ontbreekt. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van vitamines en carotenoïden (beta-caroteen, luteïne en zeaxanthine) de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s en 12 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van vitamine A, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.71 tot 0.92, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van vitamine C, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.72 tot 0.88, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van vitamine E, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.80 tot 1.00, p = 0.049] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van beta-caroteen, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.83 tot 0.99, p = 0.023] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van luteïne of zeaxanthine, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.75 tot 0.89, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in RCT’s geen verband tussen het slikken van vitamine E supplementen en de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract [RR = 0.97, 95% BI = 0.91 tot 1.03, p = 0.262].
Geen verband omdat RR van 1 in de 95% BI van 0.91 tot 1.03 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in RCT’s geen verband tussen het slikken van beta-caroteen supplementen en de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract [RR = 0.99, 95% BI = 0.92 tot 1.07, p = 0.820].

De onderzoekers vonden in cohort studies dat elke verhoging met 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag via voeding, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 26% [RR = 0.74, 95% BI = 0.67 tot 0.80, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat elke verhoging met 500 mg vitamine C per dag via voeding, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 18% [RR = 0.82, 95% BI = 0.74 tot 0.91, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat elke verhoging met 5 mg beta-caroteen per dag via voeding, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.88 tot 0.96, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat elke verhoging met 5 mg vitamine A per dag via voeding, de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.90 tot 0.98, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van vitamine A (minimaal 5 mg per dag), vitamine C (minimaal 500 mg per dag), vitamine E, beta-caroteen (minimaal 5 mg per dag) en luteïne of zeaxanthine (minimaal 10 mg per dag), de kans op het krijgen van de oogziekte leeftijdsgebonden cataract verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary vitamin and carotenoid intake and risk of age-related cataract by Jiang H, Yin Y, […], Ma L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30624584

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamines, carotenoïden en ouderdom
 

Studies 2019

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de realatie tussen voeding en ouderdom:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:

2019:

  1. Een hoog urinezuurgehalte verhoogt de botdichtheid
  2. Hoog homocysteïnegehalte verhoogt ziekte van Alzheimer
  3. Dagelijks 1 portie groentes en fruit verlaagt heupfracturen
  4. Verzadigd vet verhoogt cognitieve stoornissen
  5. Geen verband tussen aardappelen en doodgaan aan kanker
  6. Dagelijks 500 mg vitamine C via voeding verlaagt oogziekte leeftijdsgebonden cataract

Probiotica-supplementen zowel voor als na de zwangerschap verlagen atopische dermatitis

Onderzoeksvraag:
Probiotica-supplementen tijdens het vroege leven kunnen effectief zijn bij het voorkomen van atopische dermatitis (AD). Echter, de resultaten met betrekking tot de effectiviteit zijn controversieel. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlagen probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van atopische dermatitis?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica-supplementen door de moeder, de kans op het krijgen van atopische dermatitis tijdens het jonge leven van de baby significant met 31% [OR = 0.69, 95% BI = 0.58-0.82, p < 0.000] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica-supplementen (door de moeder) zowel gedurende vóór als ná de zwangerschap, de kans op het krijgen van atopische dermatitis tijdens het jonge leven van de baby significant met 33% [OR = 0.67, 95% BI = 0.54-0.82] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica-supplementen (door de moeder) vóór de zwangerschap, de kans op het krijgen van atopische dermatitis tijdens het jonge leven van de baby niet significant verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica-supplementen ná de zwangerschap (door de moeder), de kans op het krijgen van atopische dermatitis tijdens het jonge leven van de baby niet significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van probiotica-supplementen (door de moeder) zowel gedurende vóór als ná de zwangerschap, de kans op het krijgen van atopische dermatitis tijdens het jonge leven van de baby verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Probiotic Supplementation for Prevention of Atopic Dermatitis in Infants and Children: A Systematic Review and Meta-analysis by Li L, Han Z, […], He C.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30465329

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap en probiotica.
 

Boomnoten verlagen metabole syndroom

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van noten de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 cross-sectionele studies en 5 prospectieve cohort studies met in totaal 89224 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van noten, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 16% [multivariable adjusted RR = 0.84, 95% BI = 0.76-0.92, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van boomnoten, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 3% [multivariable adjusted RR = 0.97, 95% BI = 0.94-1.00, p = 0.04] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van pinda’s, de kans op het krijgen van het metabole syndroom niet verlaagde [multivariable adjusted RR = 1.01, 95% BI = 0.96-1.06, p = 0.68].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van noten, met name boomnoten de kans op het krijgen van het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Relationship Between Nut Consumption and Metabolic Syndrome: A Meta-Analysis of Observational Studies by Zhang Y and Zhang DZ.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30716015

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van noten, significant/RR en het metabole syndroom.

Voorbeelden van boomnoten zijn amandelen, cashewnoten, hazelnoten, macadamia’s, paranoten, pistachenoten en walnoten. Pinda’s zijn geen noten, maar peulvruchten, die onder de grond groeien en worden daarom aardnoten genoemd.