Voeding en gezondheid

Minimaal 2 mg lycopeen per dag via voeding verlaagt prostaatkanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt lycopeen de kans op het krijgen van prostaatkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 42 studies met 43851 mensen met prostaatkanker onder 692012 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van lycopeen via voeding de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.78-0.98, p = 0.017] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge lycopeenbloedwaarde de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.79-0.98, p = 0.019] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 2 mg lycopeen per dag via voeding, de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 1% [p = 0.026] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van de lycopeenbloedwaarde met 10 μg/dL de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 3.5% [p = 0.004] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen lycopeen en vergevorderde prostaatkanker. Echter, er was een trend tussen lycopeen en de agressiviteit van prostaatkanker [RR = 0.74, 95% BI = 0.55-1.00, p = 0.052].

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoge inname van lycopeen via voeding als een hoge lycopeenbloedwaarde de kans op het krijgen van prostaatkanker verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Increased dietary and circulating lycopene are associated with reduced prostate cancer risk: a systematic review and meta-analysis by Rowles JL, Ranard KM, […], Erdman JW Jr.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28440323

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over lycopeen en prostaatkanker.

Deze maaltijden leveren minimaal 2 mg lycopeen. Lycopeen is verantwoordelijk voor de rode kleur van tomaten.

Een hoge lycopeenbloedwaarde wordt verkregen door lycopeenrijke voeding te eten en/of lycopeensupplementen te slikken. Eet tomaten voor lycopeen.

Aardappel-groente salade met tonijn voor 4 personen

Voedingswaarden:
Dit recept levert per persoon 428 kcal, 20 gram vet, 23 gram eiwit en 39 gram koolhydraten oftewel 42 En% vet, 22 En% eiwit en 36 En% koolhydraten. Dit recept bevat 8 En% verzadigd vet en 2.5 gram vezels per 100 kcal.
42 En% vet wil zeggen, dat 20 gram vet 42% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van dit recept van 428 kcal.
36 En% (En% =spreekt uit als energieprocent) koolhydraten wil zeggen, dat 39 gram koolhydraten 36% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van dit recept van 428 kcal. 1 gram eiwit en 1 gram koolhydraten leveren 4 kcal. 1 gram vet levert 9 kcal.
2.5 gram vezels per 100 kcal wil zeggen dat in dit recept van 428 kcal 10.7 gram vezels zit.

Deze maaltijd is vetrijk (>35 En% vet). Dit wordt veroorzaakt door de olijfolie. Echter, het vet in olijfolie is goed en dat is terug te zien in het lage verzadigd vetgehalte van deze maaltijd. Het verzadigd vetgehalte van deze maaltijd is 8 En% en dat is lager dan 10 En% verzadigd vet; de richtlijn van een gezonde maaltijd. Verzadigd vet is slecht vet.   

Lees hier meer over:
Aardappel-groente salade met tonijn voor 4 personen

Aardappel-groente salade met tonijn voor 4 personen

Aardappel-groente salade met tonijn voor 4 personen

Voedingswaarden:
Dit recept levert per persoon 428 kcal, 20 gram vet, 23 gram eiwit en 39 gram koolhydraten oftewel 42 En% vet, 22 En% eiwit en 36 En% koolhydraten. Dit recept bevat 8 En% verzadigd vet en 2.5 gram vezels per 100 kcal.
42 En% vet wil zeggen, dat 20 gram vet 42% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van dit recept van 428 kcal.
36 En% (En% =spreekt uit als energieprocent) koolhydraten wil zeggen, dat 39 gram koolhydraten 36% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van dit recept van 428 kcal. 1 gram eiwit en 1 gram koolhydraten leveren 4 kcal. 1 gram vet levert 9 kcal.
2.5 gram vezels per 100 kcal wil zeggen dat in dit recept van 428 kcal 10.7 gram vezels zit.

Deze maaltijd is vetrijk (>35 En% vet). Dit wordt veroorzaakt door de olijfolie. Echter, het vet in olijfolie is goed en dat is terug te zien in het lage verzadigd vetgehalte van deze maaltijd. Het verzadigd vetgehalte van deze maaltijd is 8 En% en dat is lager dan 10 En% verzadigd vet; de richtlijn van een gezonde maaltijd. Verzadigd vet is slecht vet.  
Maximaal 10 En% verzadigd vet wil zeggen, dat het aantal gram verzadigd vet maximaal 10% mag bijdragen aan het totale caloriegehalte van de desbetreffende maaltijd.
Welke producten uit de supermarkt maximaal 10 En% verzadigd vet bevatten, kunt u hier opzoeken.

Deze maaltijd levert 42 En% vet, hetgeen betekent dat wanneer u deze maaltijd eet, u voor het hoge vetgehalte moet corrigeren. U moet deze maaltijd combineren met een product met maximaal 28 En% vet want:
42 + 28 = 70. 70/2 (2 producten) = 35 En% verzadigd vet (richtlijn van een gezond(e) product/maaltijd).
Maximaal 28 En% vet wil zeggen, dat het aantal gram vet maximaal 28% mag bijdragen aan het totale caloriegehalte van de desbetreffende maaltijd.
Welke producten uit de supermarkt maximaal 28 En% vet bevatten, kunt u hier opzoeken.

Deze maaltijd dekt dankzij de tonijn de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine B3 van 0.5 dag. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH) is de (minimale) hoeveelheid die nodig is om het dagelijkse verlies van een bepaalde voedingsstof (bijvoorbeeld vitamine B3) in het menselijk lichaam te compenseren.
Eet tonijn voor vitamine B3.

Deze maaltijd dekt dankzij de tonijn en eieren per persoon de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine B12 van 0.5 dag.
Eet dierlijke producten, zoals tonijn en eieren voor vitamine B12. Vitamine B12 zit alleen in dierlijke producten.

Deze maaltijd levert dankzij de tomaten per persoon 2.5 mg lycopeen.
Eet tomaten voor lycopeen. Lycopeen is een carotenoïde. Lycopeen is verantwoordelijk voor de rode kleur van de tomaten.

Deze maaltijd levert  per persoon 100 microgram (mcg) foliumzuur.

Deze maaltijd levert  per persoon 100 mg magnesium.

In combinatie met:
Dit recept in combinatie met 7 sneetjes volkorenbrood met zonnebloempitten besmeerd met 50 gram pindakaas levert 25 gram vezels. Deze combinatie dekt de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine B3 van 1 dag en levert per pesoon 260 mcg (microgram) foliumzuur, 300 mg magnesium en 150 mcg (microgram) jodium.
Minimaal 200 microgram foliumzuur is per dag nodig om een hoog homocysteïnegehalte te voorkomen. Een hoog homocysteïnegehalte is een risicofactor voor hart- en vaatziekten.
25-30 gram vezels per dag verlaagt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, dikke darmkanker en overgewicht.
30 gram vezels komt overeen met producten die minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal leveren. Welke producten uit de supermarkt 1.5 gram vezels per 100 kcal leveren, kunt u hier opzoeken.
Eet volkorenbrood voor vezels, foliumzuur en jodium. Nederlands brood wordt gemaakt met jodiumzout.
Eet notenbrood/zadenbrood voor magnesium.

Bijzonderheden:
Deze maaltijd levert per persoon 290 gram groenten, waarvan 113 gram peulvruchten in de vorm van sperziebonen, 40 gram vis en 10 ml olijfolie.
Deze maaltijd bevat ook eieren, ui en tomaten.
Deze maaltijd is vezelrijk (≥1.5 gram vezels per 100 kcal).

Bereiding & Ingrediënten van aardappel-groente salade met tonijn voor 4 personen

Zuivelproducten

Wetenschappelijke studies over zuivelproducten/melk:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Dagelijks 200 gram zuivelproducten verhogen ziekte van Parkinson
  2. Regelmatig visconsumptie verlaagt leeftijdsgebonden oogziekte
  3. Veel zuiveleiwitten via voeding verlaagt mogelijk nierstenen
  4. Calcium via voeding verlaagt colorectale adenomen
  5. Roodvlees, zeevruchten, fructose en alcohol verhogen jicht
  6. Melk verhoogt acné
  7. Dagelijks veel yoghurt en kaas verlaagt heupfracturen
  8. Dagelijks veel kaas verhoogt niet doodgaan aan alle oorzaken
  9. Dagelijks 30 gram volle granen, 100 gram fruit, 100 gram groente of 200 gram zuivelproducten verlaagt dikke darmkanker
  10. Zuivelproducten en melk bieden bescherming tegen dikke darmkanker
  11. Dagelijks 250 ml volle melk verhoogt doodgaan aan prostaatkanker
  12. Veel soja en magere melk verlagen borstkanker
  13. Zuivelproducten verhogen botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen
  14. Zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D verhogen botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen
  15. Dagelijks 330 ml melk verlaagt botverlies
  16. Dagelijks 200 gram melk verlaagt mogelijk obesitas
  17. Probiotica verlagen hart- en vaatziekte
  18. Dagelijks 125 gram melk verlaagt een beroerte
  19. Dagelijks 100 gram roodvlees, 50 gram bewerkt vlees en 250 mL suikergezoete frisdrank verhogen de bloeddruk
  20. Minimaal 200 gram yoghurt per dag verlaagt hart- en vaatziekten
  21. Probiotica verlagen hart- en vaatziekte
  22. Zuivelproducten verlaagt hart- en vaatziekten
  23. Vetarme zuivelproducten verlagen buikomtrek en lichaamsgewicht
  24. Zuivelproducten verlagen causaal vetmassa en BMI onder volwassenen met overgewicht
  25. Dagelijks 1 portie zuivelproducten verlaagt overgewicht

Eieren

Wetenschappelijke studies (review artikelen) naar de relatie tussen het eten van eieren en het ontstaan van ziektes:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Eieren verlagen leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  2. 1 tot 3 eieren per dag verhogen niet de bloeddruk
  3. Eieren geven geen ontstekingen in het lichaam
  4. Geen verband tussen gevogelte en hersenkanker
  5. 3-6 maanden na de geboorte is beste moment om eieren te introduceren
  6. Suikergezoete frisdrank, eieren en rood- en bewerkt vlees verhogen hart- en vaatzieken
  7. Eieren en gevogelte verhogen niet non-Hodgkin lymfoom
  8. Minimaal 3 eieren per week verhoogt suikerziekte type 2 onder Amerikanen
  9. 2-5 eieren per week verhoogt borstkanker
  10. Dagelijks 1 ei verhoogt hartfalen

XXXXXXXXXXXXXXXX

  • In Nederland worden bijna alleen eieren uit eigen land verkocht. 
  • Het is wettelijk vastgelegd dat een vers ei 28 dagen na de legdatum houdbaar is.
    Een gekookt ei kan 4 dagen tot een week bewaard worden (in een bakje in de koelkast).
  • Met de punt naar beneden blijven eieren langer goed.
  • Eieren nemen geurtjes snel over. U kunt ze daarom beter niet in de buurt van vis, ui, knoflook of ander sterk geurend eten bewaren. 
  • Bewaar eieren niet in de koelkastdeur. Door de beweging wordt het eiwit sneller dun.
  • Een ei bestaat uit ei-eiwit en ei-dooier (eigeel). Ei-eiwit en ei-dooier zijn beiden in een goed afgesloten bakje zo’n 3 dagen in de koelkast houdbaar. En bij ei-eiwit zelfs nog langer want deze kunt u prima invriezen!
  • Op grond van Europese regelgeving moet in de handel op elk ei een stempel staan met de eicode, bestaande uit 7 of meer cijfers en letters:
    • Het eerste cijfer staat voor het leefsysteem van de kip (0 = biologisch, 1 = vrije uitloop, 2 = scharrel en 3 = kooi)
    • Twee letters voor het herkomstland (bijvoorbeeld NL, BE of DE)
    • Vijf cijfers met het registratienummer van het legpluimveebedrijf
    • Eventuele extra cijfers die het stalnummer aanduiden
  • Bij de verkoop worden eieren als volgt geclassificeerd:
    • S - ei van minder dan 53 gram
    • M - ei van 53 - 63 gram
    • L - ei van 63 - 73 gram
    • XL - ei van 73 gram of meer
    • DD - ei met twee dooiers (dubbeldooier)
  • Legbatterijen voor de productie van kippeneieren zijn sinds 2012 in de Europese Unie verboden.
  • Voor 60% bestaat het ei uit het eiwit met als hoofdbestanddeel ovalbumine, 30% is dooier en 10% eischaal. De dooier bestaat uit één cel. Met een doorsnede van 3 tot 4 cm is het de grootst bekende cel. De kleur van de dooier kan variëren tussen lichtgeel en donkeroranje.
    De kleur van de dooier wordt veroorzaakt door xantofyl en hangt af van de voeding van de kip. In maïs en gras zit bijvoorbeeld veel xantofyl. Als een kip voornamelijk graan eet, blijft de dooier licht.
  • Het eiwit in rauwe eieren heeft een biologische beschikbaarheid van 51%, koken verhoogt dit percentage tot circa 91%, wat betekent dat het eiwit van gekookte eieren bijna tweemaal zo goed wordt opgenomen als dat van rauwe eieren.
  • De schaal van een kippenei is ongeveer 0.3 mm dik. De schaal is poreus voor zuurstof en kooldioxide.
    De schaal van het ei is poreus en op den duur kunnen bacteriën deze doordringen waardoor het ei bederft.
  • De eidooier bevat cholesterol. Een hoog cholesterolgehalte met name het LDL-cholesterol (slecht choleserol) leidt tot aderverkalking en aderverkalking leidt tot hart- en vaatziekten. 
  • Het eiwit van eieren bevatten alle essentiële aminozuren. Aminozuren zijn bouwstenen van eiwitten. Essentiële aminozuren zijn aminozuren die het menselijke lichaam niet kunnen produceren en daarom moeten deze aminozuren in voedingsmiddelen zitten.
  • In rauwe eieren komen avidine (een glycoproteïne) en antitrypsine voor. Avidine bindt zich aan biotine en maakt dit vitamine niet meer opneembaar voor het lichaam, waardoor bij langdurig gebruik van rauwe eieren een biotine-tekort kan ontstaan. Antitrypsine werkt het verteringsenzym trypsine tegen. Het koken of bakken van eieren maakt deze eiwitten (avidine en antitrypsine) onwerkzaam.
  • Eiwitsplitsende enzymen (proteasen of peptidasen) zijn enzymen die de vertering en afbraak van eiwitten en andere aminozuurketens regelen. Dit wordt proteolyse genoemd. Bekende eiwitsplitsende enzymen werkzaam in de humane spijsvertering zijn trypsine en chymotrypsine. Trypsinogeen is een inactief voorstadium van trypsine en wordt in de pancreas (alvleesklier) gemaakt. In de dunne darm vindt activering plaats van trypsinogeen tot trypsine, ingezet door trypsine zelf of door het enzym enteropeptidase (enterokinase). Trypsine activeert de productie van chymotrypsinogeen.
  • Eieren worden gelegd door leghennen. Ze worden speciaal gefokt voor de eierindustrie. Het zijn dus andere rassen dan vleeskippen. Voor leghennen is het belangrijk dat ze veel eieren leggen.
  • De pasgeboren leghennen gaan als ze 1 dag oud zijn naar een opfokbedrijf. Daar blijven ze tot ze 17 weken oud zijn. Ze groeien in die periode uit van een kuiken van 40 gram tot een leghen van 1500 gram.
    De jonge haantjes worden vergast met kooldioxide. Ze produceren geen eieren en hun vlees levert niet voldoende geld op.
  • Pas na 17 weken gaan de leghennen naar verschillende bedrijven en worden ze dus op een andere manier gehouden. De kippen gaan naar een biologisch-, vrije-uitloop-, scharrel- of koloniehuisvestingsysteem. De manier waarop een kip wordt gehouden heet een houderijsysteem. 
  • Een gemiddelde hen legt 6 eieren per week. Dat komt neer op 300 eieren per jaar. Na ongeveer 14 maanden gaat de leghen steeds minder eieren leggen.
    Als de hen anderhalf tot 2 jaar oud is, gaat ze naar de slacht. Het vlees komt terecht in soepen en bouillons of is bestemd voor de export.
  • Eieren kunnen zacht of hardgekookt worden.
    • 3 á 4 minuten voor een zachtgekookt ei 
    • 5 á 6 minuten voor een halfzachtgekookt ei 
    • 8 minuten voor een hardgekookt ei 
  • Na het koken kunt u de eieren laten “schrikken” door ze met koud water af te spoelen. Dan pellen ze makkelijker. Verder wordt het stollen ook gestopt, anders gaat het kookproces nog een paar minuten door.
  • Een methode om na te gaan of een ei nog eetbaar is, is door het in een pan water te leggen. Een vers ei zakt naar de bodem, een ouder ei blijft drijven.
  • Kippenei-eiwit kan allergische reacties veroorzaken en daarom moet kippenei van de Europese wetgeving in de ingrediëntenlijst van de verpakking van levensmiddelen vetgedrukt, met HOOFDLETTER of onderstreept worden vermeld.
  • Wanneer eieren in de koelkast bewaart worden, verkleint het risico op salmonellabesmetting en de groei van andere bacteriën.
  • Ongeveer 3 op de 10.000 eieren zijn besmet met salmonella. Van een besmetting kunt u flinke maag-darmklachten krijgen. Salmonella gaat dood bij minimaal 2 minuten bij 70 °C.
  • De verschijnselen van salmonella ontstaan meestal binnen 12 tot 36 uur en houden vaak 2 tot 3 dagen aan. Een besmetting kan klachten geven zoals diarree, buikpijn en koorts.
  • Salmonellabesmetting is te voorkomen door geen rauwe eieren in gerechten te verwerken die niet meer worden verhit. Denk daarbij aan bavaroise, mousse of zelfgemaakte mayonaise. 
  • Eiwit heeft een stoltraject van 63-69°C, eigeel heeft een stoltraject van 65-70°C. Hierdoor is het mogelijk om in een sous-vide een “omgekeerd”ei te maken, met zacht eiwit en stijf eigeel.
  • Paastip:
    • Als u wel een versierd ei wilt maar geen zin hebt in geklieder met verf:
      Kook de eieren met uienschillen. De eieren kleuren hierdoor roodbruin.
    • Met kurkuma of kerrie krijgt u een geel ei.
    • Liever rood? Koken met wat bietensap en
    • Voor groen voegt u spinazie aan het kookwater toe.
    • U kunt patronen of figuren aanbrengen door voor het koken (letter)stickers of plakband op het ei te plakken.

 

 

Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt bloeddruk (100 mg/day dietary magnesium intake is associated with lower risk of hypertension)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 10 cohort studies met 20119 mensen met een hoge bloeddruk onder 180566 deelnemers, dat het eten van veel magnesium, minimaal 100 mg per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk verlaagde.

Lees hier meer over:
Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt bloeddruk

Een enkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

English:
The investigators found in a review article of 10 cohort studies, including 20,119 cases of hypertension and 180,566 participants, that increased dietary magnesium intake is associated with lower risk of hypertension in a linear dose-response pattern. However, there is no association between serum magnesium concentration and risk of hypertension.

Read more right here:
100 mg/day dietary magnesium intake is associated with lower risk of hypertension

A review article of cohort studies or case-control studies will answer the following question:
"Should I change my diet?".

 

 

Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt bloeddruk

Onderzoeksvraag:
Verlaagt magnesium de  bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 cohort studies met 20119 mensen met een hoge bloeddruk onder 180566 deelnemers.

De hoeveelheid magnesium via voeding varieerde tussen 96 en 425 mg per dag en het serum magnesiumgehalte varieerde tussen 0.66 en 0.95 mmol/L.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel magnesium vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.86-0.98, I2  = 0%, p = 0.48] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.90-1.00, I2 = 39.3%, p = 0.13] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het serum magnesiumgehalte en het verlagen van de bloeddruk [RR = 0.91, 95% BI = 0.80-1.02 p = 0.10, I2 = 0%, p = 0.48].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel magnesium, minimaal 100 mg per dag, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dose-response relationship between dietary magnesium intake, serum magnesium concentration and risk of hypertension: a systematic review and meta-analysis of prospective cohort studies by Han H, Fang X, […], Cao Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5420140/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en magnesium.

Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte (Vitamin K supplementation does not reduce diabetes)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 8 RCT’s met in totaal 1077 deelnemers, dat het slikken van vitamine K en de insulinegevoeligheid niet verbeterde.

Lees hier meer over:
Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte

Een enkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”.

English:
The investigators found in a review article of 8 RCTs involving 1,077 participants that vitamin K supplementation does not improve insulin sensitivity.

Read more right here:
Vitamin K supplementation does not reduce diabetes

A review article of randomized, placebo-controlled double blind clinical trials (RCTs) will answer the following question:
"Do taking dietary supplements make sense?" Yes for a positive conclusion and no for a negative conclusion.

 

Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte

Onderzoeksvraag:
Verbetert het slikken van vitamine K de insulinegevoeligheid?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s met in totaal 1077 deelnemers. De duur van de interventie varieerde tussen 4 weken tot 3 jaar.
De deelnemers waren oude mannen, postmenopauzale vrouwen zonder diabetes aan het begin van de studie.

De studies hadden een hoge kwaliteit.
Er was heterogeniteit tussen de studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en de HOMA-IR waarde [gepoolde MD = -0.14, 95% BI = -0.35 tot 0.07, p = 0.19].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het nuchter bloedglucosegehalte [gepoolde MD = 0.02 mmol/L, 95% BI = -3.11 tot 3.70, p = 0.86].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het nuchter insulinegehalte [gepoolde MD = -0.34 µIU/mL, 95% BI = -1.13 tot 0.45, p = 0.40].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het leptinegehalte [gepoolde MD = 0.77 ng/mL, 95% BI = -1.32 tot 2.86].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het IL-6 gehalte [gepoolde MD = 0.14 pg/mL, 95% BI = -0.69 tot 0.97].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het CRP gehalte [gepoolde MD = -0.49 mg/L, 95% BI = -1.18 tot 0.20].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van vitamine K en het adiponectine gehalte [gepoolde MD = 0.82 µg/mL, 95% BI = -0.89 tot 2.53].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine K en de insulinegevoeligheid niet verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of vitamin K supplementation on insulin sensitivity: a meta-analysis and Suksomboon N, Poolsup N and Darli Ko Ko H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5422317/  

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier over suikerziekte en vitamine K.

Wanneer de insulinegevoeligheid toeneemt, daalt de kans op het krijgen van suikerziekte en andersom. De insulinegevoeligheid kan gemeten worden aan de hand van onder andere de HOMA-IR waarde, het nuchter bloedglucose- en insulinegehalte.
 

Vitamin K supplementation does not reduce diabetes

Objectives:
Clinical trials of vitamin K supplementation have reported conflicting results on its effect on insulin sensitivity. Therefore, this meta-analysis (systematic review) has been conducted.

Does vitamin K supplementation improve insulin sensitivity?

Study design:
This review article included 8 RCTs involving 1,077 participants. A wide variety of participants were enrolled, including older men, postmenopausal women, prediabetic premenopausal women and participants with a history of diabetes, hypertension, or vascular disease.
The number of participants ranged from 42 to 452. The study duration varied from 4 weeks to 3 years.
5 RCTs evaluated vitamin K1 ranging from 500 to 1,000 µg/d. 2 RCTs used vitamin K2 (MK-4) 1.5 and 45 mg/d and 1 RCT assessed vitamin K2 (MK-7) 100 µg/d.

All the studies were regarded as high quality.

Heterogeneity was detected in the meta-analysis.

Results and conclusions:
The investigators found that vitamin K supplementation had no effect on homeostasis model assessment of insulin resistance (HOMA-IR), fasting plasma glucose (FPG) and fasting plasma insulin (FPI). The pooled mean difference = -0.14, [95% CI = -0.35 to 0.07, p = 0.19], 0.02 mmol/L [95% CI = -3.11 to 3.70, p = 0.86] and -0.34 µIU/mL [95% CI = -1.13 to 0.45, p =0.40] for HOMA-IR, FPG and FPI, respectively.

The investigators found that vitamin K supplementation had no effect on leptin [mean difference = 0.77 ng/mL, 95% CI = -1.32 to 2.86].

The investigators found that vitamin K supplementation failed to show a significant effect on IL-6 or CRP levels. The pooled mean differences were 0.14 pg/mL [95% CI = -0.69 to 0.97] and -0.49 mg/L [95% CI = -1.18 to 0.20] for IL-6 and CRP, respectively

The investigators found that vitamin K supplementation had no effect on adiponectin [pooled mean difference = 0.82 µg/mL [95% CI: -0.89 to 2.53].

The investigators concluded that vitamin K supplementation does not improve insulin sensitivity. Given the limited evidence available and the heterogeneity in the study results, further well-designed, large sample size randomized controlled trials are warranted. Different forms and doses of vitamin K should be explored in various populations and other surrogate markers for insulin sensitivity should be measured to better establish any beneficial effects and their clinical relevance.

Original title:
Effect of vitamin K supplementation on insulin sensitivity: a meta-analysis and Suksomboon N, Poolsup N and Darli Ko Ko H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5422317/

Additional information of El Mondo:
Find more information/studies on vitamin K and diabetes right here.
An improved insulin sensitivity decreases diabetes risk.

300 microgram jodium per dag verlaagt mogelijk schildklierkanker (Daily 300 mcg dietary iodine may decrease risk of thyroid cancer)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 8 patiënt-controle studies met 2213 mensen met schildklierkanker en 2761 mensen zonder schildklierkanker, dat het eten van meer dan 300 microgram jodium per dag, de kans op het krijgen van schildklierkanker mogelijk verlaagde.

Lees hier meer over:
300 microgram jodium per dag verlaagt mogelijk schildklierkanker

Englsih:
The investigators found in a review article of 8 case-control studies with in total 2213 subjects with thyroid cancer and 2761 subjects without thyroid cancer that a higher intake of dietary iodine (>300 μg/d) may decrease the risk of thyroid cancer.

Read more right here:
Daily 300 mcg dietary iodine may decrease risk of thyroid cancer

 

 

300 microgram jodium per dag verlaagt mogelijk schildklierkanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van jodium de kans op het krijgen van schildklierkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 patiënt-controle studies met 2213 mensen met schildklierkanker en 2761 mensen zonder schildklierkanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een inname van meer dan 300 microgram jodium per dag via voeding, de kans op het krijgen van schildklierkanker significant met 26% [OR = 0.74, 95% BI = 0.60-0.92] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van zoutwater vis (minimaal 3 keer per week), de kans op het krijgen van schildklierkanker significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.55-0.95, p = 0.02] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge consumptie van schelpdieren (minimaal 3 keer per week), de kans op het krijgen van schildklierkanker significant met 30% [OR = 0.70, 95% BI = 0.52-0.96, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van meer dan 300 microgram (mcg) jodium per dag, de kans op het krijgen van schildklierkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit overzichtsartikel alleen maar patiënt-controle studies kende.

Oorspronkelijke titel:
The relationship between iodine intake and the risk of thyroid cancer: A meta-analysis by Cao LZ, Peng XD, [...], Li S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5440127/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over jodium, visconsumptie en kanker.
De conclusie van een overzichtsartikel is pas betrouwbaar wanneer het ook teruggevonden wordt in het overzichtsartikel van cohort studies.

Visconsumptie tijdens de zwangerschap verlaagt niet allergie bij nakomelingen in de leeftijd tussen 0 en 8 jaar (Fish consumption during pregnancy is not associated with risk of asthma and other allergy-related diseases from infancy to mid childhood)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 18 Europese en Amerikaanse cohort studies met in totaal 60774 deelnemers (moeder-kind combinatie), dat er geen verband bestond tussen het eten van vis tijdens de zwangerschap en het krijgen van zowel piepende ademhaling bij nakomelingen in alle 3 leeftijdsgroepen (0-2, 3-4 en 5-8 jaar), het krijgen van astma bij kinderen als het krijgen van allergische rhinitis bij schoolgaande kinderen (5-8 jaar).

Lees hier moer over:
Visconsumptie tijdens de zwangerschap verlaagt niet allergie bij nakomelingen in de leeftijd tussen 0 en 8 jaar

Een enkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

English:
The investigators found in a review article included data from 60,774 mother-child pairs participating in 18 European and US birth cohort studies that maternal fish intake during pregnancy is not associated with offspring wheeze symptoms in any age group (0-2 years, 3-4 years and 5-8 years) or with the risk of child asthma and allergic rhinitis at school age (5-8 years).

Read more right here:
Fish consumption during pregnancy is not associated with risk of asthma and other allergy-related diseases from infancy to mid childhood

 

Visconsumptie tijdens de zwangerschap verlaagt niet allergie bij nakomelingen in de leeftijd tussen 0 en 8 jaar

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vis tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van allergie bij nakomelingen in de kinderjaren?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 18 Europese en Amerikaanse cohort studies met in totaal 60774 deelnemers (moeder-kind combinatie).
Er waren 3 leeftijdsgroepen: 0-2, 3-4 en 5-8 jaar.

De visconsumptie varieerde tussen 0.44 tot 4.46 keer per week.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van vis tijdens de zwangerschap en  de kans op het krijgen van piepende ademhaling bij nakomelingen in alle 3 leeftijdsgroepen (0-2, 3-4 en 5-8 jaar).

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van vis tijdens de zwangerschap en het krijgen van astma bij kinderen [geadjusted relatieve risico voor 1 keer visconsumptie per week = 1.01, 95% BI = 0.97-1.05] en allergische rhinitis bij schoolleeftijd [RR = 1.01, 95% BI = 0.99-1.03]. Geen verband want RR van 1 zat in de 95% BI van 0.97 tot 1.05. RR van 1 betekent geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van vis tijdens de zwangerschap en het krijgen van allergische rhinitis bij schoolgaande kinderen [RR = 1.01, 95% BI = 0.99-1.03].

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen het eten van vis tijdens de zwangerschap en het krijgen van zowel piepende ademhaling bij nakomelingen in alle 3 leeftijdsgroepen (0-2, 3-4 en 5-8 jaar), het krijgen van astma bij kinderen als het krijgen van allergische rhinitis bij schoolgaande kinderen (5-8 jaar).

Oorspronkelijke titel:
Fish and seafood consumption during pregnancy and the risk of asthma and allergic rhinitis in childhood: a pooled analysis of 18 European and US birth cohorts by Stratakis N, Roumeliotaki T, […], Chatzi L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28338907

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap en visconsumptie.

 

Dagelijks 20 gram peulvruchten verlaagt prostaatkanker (Daily 20 grams legume reduces risk of prostate cancer)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 8 prospectieve cohort studies met in totaal 281034 deelnemers, waarvan 10234 mensen met prostaatkanker, dat het eten van veel peulvruchten, minimaal 20 gram per dag, de kans op het krijgen van prostaatkanker verlaagde.

Lees hier meer over:
Dagelijks 20 gram peulvruchten verlaagt prostaatkanker

English:
The investigators found in a review article of 8 prospective cohort studies reporting 281,034 individuals and 10,234 incident prostate cancer cases, that a high dietary intake of legumes, at least 20 grams per day is associated with a low incidence of prostate cancer.

Read more right here:
Daily 20 grams legume reduces risk of prostate cancer

Dagelijks veel kaas verhoogt niet doodgaan aan alle oorzaken

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van kaas en de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 prospectieve cohort studies met in totaal 21365 doden onder 177655 deelnemers. De follow-up duur (de duur van de studie) varieerde tussen 5 en 15 jaar. 

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel kaas en de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) [RR = 1.02, 95% BI = 0.97-1.06, I2 = 0%].
Er was ook geen dosisafhankelijk verband [RR per 43 gram kaas per dag = 1.03, 95% BI = 0.99-1.07, I2 = 0%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel kaas de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) niet verhoogde of verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Cheese Consumption and Risk of All-Cause Mortality: A Meta-Analysis of Prospective Studies by Xing T, Guo-Chong C, [...], Li-Qiang Q.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5295107/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van kaas.

Magnesiumsupplementen verlagen hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2 (Magnesium supplementation reduces risk of cardiovascular disease among type 2 diabetes)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van RCT’s, dat het slikken van magnesiumsupplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2 verlaagde.

Lees hier meer over:
Magnesiumsupplementen verlagen hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2

English:
The investigators found in a review article of RCTs that magnesium supplementation has a favourable effect on risk factors of cardiovascular diseases.

Read more about right here:
Magnesium supplementation reduces risk of cardiovascular disease among type 2 diabetes
 


 

 

Magnesiumsupplementen verlagen hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van magnesiumsupplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het nuchter plasma glucosegehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 4.641 mg/dL [95% BI = -7.602 tot -1.680, p = 0.002] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie (te laag magnesiumgehalte in het lichaam).

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) van suikerpatiënten type 2 significant met 3.197 mg/dL [95% BI = 1.455 tot 4.938, p < 0.001] verhoogde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van suikerpatiënten type 2 significant met 10.668 mg/dL, 95% BI = -19.108 tot -2.228, p = 0.013] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen het plasma triglyceridengehalte (bloedvetgehalte) van suikerpatiënten type 2 significant met 15.323 mg/dL [95% BI = -28.821 tot -1.826, p = 0.026] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers vonden dat het slikken van magnesiumsupplementen de systolische bloeddruk van suikerpatiënten type 2 significant met 3.056 mmHg [95% BI = -5.509 tot -0.603, p = 0.015] verlaagde. Dit significante effect was groter onder suikerpatiënten met een hypomagnesiëmie.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van magnesiumsupplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of magnesium supplementation on type 2 diabetes associated cardiovascular risk factors: a systematic review and meta-analysis by Verma H and Garg R.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28150351

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over, magnesium, hart- en vaatziekten en suikerziekte.
Overgewicht is de belangrijkste oorzaak van suikerziekte type 2. Suikerziekte type 2 verhoogt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten.
Hartpatiënten hebben een hoog LDL-cholesterol, een hoog triglyceridengehalte, een hoge bloeddruk en een laag HDL-cholesterolgehalte. Lees hier hoe u het LDL-cholesterolgehalte en een hoge bloeddruk kunt verlagen.

Deze producten uit de supermarkt zijn geschikt voor hartpatiënten.
 

Veel koolhydraten verhoogt dikke darmkanker onder mannen (Higher dietary carbohydrate intake increases colorectal cancer risk in men)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 8 patiënt-controle studies en 9 prospectieve cohort studies met 14402 mensen met dikke darmkanker onder 846004 deelnemers, dat het eten van veel koolhydraten het risico op het krijgen van dikke darmkanker onder mannen, maar niet onder vrouwen verhoogde.

Lees hier meer over:
Veel koolhydraten verhoogt dikke darmkanker onder mannen

Een enkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

English:
The investigators found in a review article of 8 case-controle studies en 9 prospective cohort studies involving 14,402 colorectal cancer patients among 846004 participants that higher dietary carbohydrate intake increases colorectal cancer risk in men populations.

Read more about right here:
Higher dietary carbohydrate intake increases colorectal cancer risk in men

A review article of cohort studies or case-control studies will answer the following question:
"Should I change my diet?".

Veel koolhydraten verhoogt dikke darmkanker onder mannen

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van koolhydraten het risico op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 patiënt-controle studies en 9 prospectieve cohort studies met 14402 mensen met dikke darmkanker onder 846004 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel koolhydraten en het risico op het krijgen van dikke darmkanker [gepoolde RR = 1.08, 95% BI = 0.93-1.23, I2 = 68.3%, p < 0.001]. Geen verband omdat RR van 1 in de 95% BI van 0.93 tot 1.23 zat. RR van 1 betekent geen risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel koolhydraten en het risico op het krijgen van colonkanker [gepoolde RR = 1.09, 95% BI = 0.95-1.25, I2 = 48.3%]. 

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel koolhydraten en het risico op het krijgen van rectumkanker [gepoolde RR = 1.17, 95% BI = 0.98-1.39, I2 = 17.8%]. 

De onderzoekers vonden in zowel patiënt-controle studies [RR = 1.40, 95% BI = 0.93-2.09] als cohort studies [RR = 0.99, 95% BI = 0.85-1.15] geen verband tussen het eten van veel koolhydraten en het risico op het krijgen van dikke darmkanker.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel koolhydraten en de kans op het krijgen van dikke darmkanker onder Amerikanen, Europeanen en Aziaten.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel koolhydraten het risico op het krijgen van dikke darmkanker onder mannen significant met 23% [RR = 1.23, 95% BI = 1.01-1.57] verhoogde. Echter, dit significant verhoogde risico werd niet teruggevonden onder vrouwen.
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 1.01 tot 1.57 zat.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel koolhydraten het risico op het krijgen van dikke darmkanker onder mannen, maar niet onder vrouwen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
A meta-analysis between dietary carbohydrate intake and colorectal cancer risk: Evidence from 17 observational studies by Huang J, Pan G, [...], Zhu Z.

Link:
http://www.bioscirep.org/content/ppbioscirep/early/2017/03/15/BSR20160553.full.pdf

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dikke darmkanker en koolhydraten.

Een dieet met veel koolhydraten is een dieet met meer dan 70 En% koolhydraten. 70 En% koolhydraten wil zeggen, dat het aantal gram koolhydraten 70% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van het desbetreffende dieet. Een dieet met meer dan 70 En% koolhydraten bestaat voornamelijk uit producten/maaltijden met meer dan 70 En% koolhydraten. Welke producten uit de supermarkt meer dan 70 En% koolhydraten bevatten, kunt u hier opzoeken.

Veel lycopeen via voeding verlaagt hart- en vaatziekten (Higher lycopene exposure reduces risk of cardiovascular diseases)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 14 observationele studies, dat zowel het eten van veel lycopeen als het hebben van een hoge lycopeenbloedwaarde de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten (waaronder coronaire hartziekten en beroerte) verlaagde.

Lees hier meer over:
Veel lycopeen via voeding verlaagt hart- en vaatziekten

English:
The investigators found in a review article of 14 observational studies, both higher dietary lycopene intake and higher lycopene biomarker concentrations are inversely associated with a lower risk of cardiovascular diseases.

Read more about right here:
Higher lycopene exposure reduces risk of cardiovascular diseases

 

 

Veel lycopeen via voeding verlaagt hart- en vaatziekten

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van veel lycopeen of het hebben van een hoge lycopeenbloedwaarde de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 observationele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel lycopeen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 13% [risk ratio = 0.87, 95% BI = 0.79-0.96] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat een hoge lycopeenbloedwaarde de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 26% [risk ratio = 0.74, 95% BI = 0.62-0.87] verlaagde. Significant want risk ratio van 1 zat niet in de 95% BI van 0.62 tot 0.87. Risk ratio van 1 betekent geen risico/verband.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel lycopeen de kans op het krijgen van coronaire hartziekten significant met 13% [risk ratio = 0.87, 95% BI = 0.76-0.98] verlaagde. Echter, dit significant verlaagde risico verdween bij een hoge lycopeenbloedwaarde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel lycopeen de kans op het krijgen van een beroerte significant met 17% [risk ratio = 0.83, 95% BI = 0.67-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge lycopeenbloedwaarde de kans op het krijgen van een beroerte significant met 35% [RR = 0.65, 95% BI = 0.42-0.87] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel het eten van veel lycopeen als het hebben van een hoge lycopeenbloedwaarde de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten (waaronder coronaire hartziekten en beroerte) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Lycopene and risk of cardiovascular diseases: A meta-analysis of observational studies by Song B, Liu K, […], Xu Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28318092

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten en lycopeen.
Een hoge lycopeenbloedwaarde wordt verkregen door veel lycopeen te eten en/of lycopeensupplementen te slikken.

Deze maaltijden bevatten veel lycopeen.

Vitamine C-supplementen gedurende minimaal 30 dagen verlaagt het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2 (Vitamin C supplementation for at least 30 days reduces glucose concentrations in patients with type 2 diabetes)

Dutch:
De onderzoekers vonden in een overzichtsartikel van 22 RCTs met 937 deelnemers, dat het slikken van vitamine C gedurende minimaal 30 dagen het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2 verlaagde.

Lees hier meer over:
Vitamine C-supplementen gedurende minimaal 30 dagen verlaagt het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2

Een enkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”.

English:
The investigators found in a review article of 22 RCTs with 937 participants that vitamin C supplementation has greater reduction in glucose concentrations in patients with type 2 diabetes, older individuals and with more prolonged supplementation (greater than 30 days). Personalized interventions with vitamin C may represent a feasible future strategy to enhance benefits and efficacy of interventions.

Find more right here:
Vitamin C supplementation for at least 30 days reduces glucose concentrations in patients with type 2 diabetes

A review article of randomized, placebo-controlled double blind clinical trials (RCTs) will answer the following question:
"Do taking dietary supplements make sense?" Yes for a positive conclusion and no for a negative conclusion.