Voeding en gezondheid

Groene bladgroenten, alliumgroenten, vezels en flavonoïden verlagen eierstokkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het is onduidelijk hoe de voedingsinname de eierstokkanker beïnvloedt en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Wat is de relatie tussen het eten van de verschillende voedingsstoffen en de kans op het krijgen van eierstokkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 97 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van groene bladgroenten de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.85 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van alliumgroenten de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.64 tot 0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van vezels de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.81 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.78 tot 0.89] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het drinken van groene thee de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 39% [RR = 0.61, 95% BI = 0.49 tot 0.76] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van (totaal) vet de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 10% [RR = 1.10, 95% BI = 1.02 tot 1.18] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van verzadigd vet de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 11% [RR = 1.11, 95% BI = 1.01 tot 1.22] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van verzadigde vetzuren de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 19% [RR = 1.19, 95% BI = 1.04 tot 1.36] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van cholesterol de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 13% [RR = 1.13, 95% BI = 1.04 tot 1.22] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het eten van retinol (vitamine A) de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 14% [RR = 1.14, 95% BI = 1.00 tot 1.30] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat acrylamide, nitraat, waterontsmettingsmiddelen en polychloorbifenylen de kans op het krijgen van eierstokkanker significant verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van groene bladgroenten, alliumgroenten, vezels en flavonoïden en het drinken van groene thee de kans op het krijgen van eierstokkanker verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Association between dietary intake and risk of ovarian cancer: a systematic review and meta-analysis by Khodavandi A, Alizadeh F and Razis AFA.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32661683/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies, thee, vezels, flavonoïden en kanker.

 

Omega-3 PUFA’s via voeding verlaagt spijsverteringskanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Een groeiend aantal epidemiologische onderzoeken heeft een mogelijk verband gesuggereerd tussen de inname van omega-3 meervoudig onverzadigd vetzuren (omega-3 PUFA’s) en het risico op het krijgen van kanker, maar de resultaten waren niet consistent en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van omega-3 PUFA’s (omega-3 PUFA’s via voeding) de kans op het krijgen van spijsverteringskanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 patiënt-controle studies en 17 cohort studies met in totaal 1247271 deelnemers, waarvan 23173 mensen met spijsverteringskanker.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van omega-3 PUFA’s de kans op het krijgen van spijsverteringskanker significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.76 tot 0.91] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van omega-3 PUFA’s de kans op het krijgen van spijsverteringskanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Omega-3 PUFA Intake and the Risk of Digestive System Cancers: A Meta-Analysis of Observational Studies by Jian J, Zhang and Zhao L.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32384489/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over omega-3 PUFA’s en kanker.

 

40 gram ingemaake groenten per dag verhoogt maagkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Er wordt gesuggereerd dat de inname van ingemaakte groenten en gezouten vis de kans op het krijgen van maagkanker verhoogt. Echter, er ontbreekt een dosisafhankelijk verband en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt het eten van ingemaakte groenten en gezouten vis de kans op het krijgen van maagkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 cohort studies over ingemaakte groenten met 195624 deelnemers en 16 cohort studies over gezouten vis met 196384 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van 40 gram ingemaake groenten per dag, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 15% [gepoolde relatieve risico = 1.15, 95% BI = 1.07 tot 1.23, p voor heterogeniteit = 0.14] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel gezouten vis en de kans op het krijgen van maagkanker [gepoolde relatieve risico = 1.17, 95% BI = 0.99 tot 1.38, p voor heterogeniteit = 0.26].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 40 gram ingemaake groenten per dag, de kans op het krijgen van maagkanker verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Pickled Vegetable and Salted Fish Intake and the Risk of Gastric Cancer: Two Prospective Cohort Studies and a Meta-Analysis by Yoo JY, Cho HJ, […], Park SK.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6694/12/4/996/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vis- en groenteconsumptie en kanker.

Dagelijks 100 microgram foliumzuur via voeding verlaagt ER negatief/PR negatief borstkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies gericht op de associatie tussen vitamines die verband houden met het metabolisme van 1 koolstofatoom (foliumzuur, vitamine B2, vitamine B6, vitamine B12) en het risico op het krijgen van borstkanker hebben inconsistente bevindingen gerapporteerd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt foliumzuur (folaat), vitamine B2, vitamine B6 of vitamine B12 via voeding de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 27 studies (patiënt-controle studies en cohort studies) met  49707 mensen met borstkanker onder 1274060 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van foliumzuur via voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 7% [gepoolde relatieve risico = 0.93, 95% BI = 0.88 tot 0.99, p = 0.018] verlaagde.
Dit verlaagde risico werd in de subgroepenanalyses alleen teruggevonden voor ER negatief/PR negatief borstkanker.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vitamine B6 via voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 6% [gepoolde relatieve risico = 0.94, 95% BI = 0.89 tot 1.00, p = 0.037] verlaagde.
Dit verlaagde risico werd in de subgroepenanalyses alleen teruggevonden voor ER negatief/PR negatief borstkanker.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vitamine B2 via voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 10% [gepoolde relatieve risico = 0.90, 95% BI = 0.82 tot 0.99, p = 0.026] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses, dat een verhoging met 100 microgram (mcg of μg) foliumzuur via voeding per dag, de kans op het krijgen van ER negatief/PR negatief borstkanker significant met 7% [relatieve risico = 0.93, 95% BI = 0.89 tot 0.98, p = 0.007] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge inname van foliumzuur, vitamine B2 of vitamine B6 via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker, met name ER negatief/PR negatief borstkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association Between One-carbon Metabolism-related Vitamins and Risk of Breast Cancer: A Systematic Review and Meta-analysis of Prospective Studies by Zeng J, Gu Y, […], Chang H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32241696

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over foliumzuur, vitamine B2, B6 en borstkanker.

Borstkankercellen, die veel hormoonreceptoren hebben, worden door hormonen aangezet tot groei (kanker is in de regel ongeremde celgroei). Een tumor met teveel hormoonreceptoren voor oestrogeen wordt ER-positief genoemd, voor het hormoon progesteron heet dit PR-positief. Zijn de hormoonreceptoren niet in overmaat aanwezig, dan wordt de tumor ER-negatief of PR-negatief genoemd.
Hoeveel hormoonreceptoren er aanwezig zijn wordt uitgedrukt in het percentage van 0 tot 100 procent. Positief betekent iedere uitslag hoger dan 10 procent.

MS

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar MS:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Een laag zink- en ijzergehalte verhogen MS
  2. 0.5 portie vis per week verlaagt MS
  3. Een hoger vitamine D-gehalte tijdens zwangerschap verlaagt MS bij nakomeling
  4. Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt MS

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

  • Multiple sclerose (MS) een chronische auto-immuunziekte van het centrale zenuwstelsel (het centrale zenuwstelsel bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg). Doordat er iets mis is in het afweersysteem, wordt de laag (myeline) om de zenuwen aangevallen en beschadigd. De zenuwen komen hierdoor bloot te liggen en geven minder goed signalen van en naar de hersenen door. Soms gebeurt dit zelfs helemaal niet. Hierdoor kunnen plotseling verlammings- en uitvalsverschijnselen optreden.
  • De auto-immuunziekte is een ziekte waarbij ons eigen afweersysteem de zenuwcellen aanvalt en beschadigt.
  • Myeline is een soort isolatielaag die rond de zenuwvezels zit en belangrijk is voor de werking en overleving van de zenuwcellen.
  • De naam “multiple sclerose” verwijst naar de hersenen. “Multiple” betekent veelvuldig en is afgeleid van het Latijnse multiplex en “sclerose” betekent verharding en is afkomstig van het middeleeuws-Latijnse sclerosis, dat op haar beurt afgeleid is van het Griekse σκλήρωσις sklérōsis. In de witte stof van de hersenen bevinden zich meerdere (vandaar de term “multiple”) sclerotische haarden. Sclerotische haarden bestaan uit littekenweefsel, ontstaan doordat het beschermende omhulsel (myeline) van de zenuwbanen stelselmatig wordt afgebroken.
  • MS verloopt bij iedereen anders. Vooraf valt niet te zeggen hoe de ziekte bij u verloopt en welke klachten u krijgt. De een ervaart klachten die een ander nooit krijgt. Ook de ernst van zo’n klacht verschilt vaak. Neem bijvoorbeeld krachtverlies in uw benen: sommigen ervaren zware benen, anderen belanden zelf in een rolstoel.
  • MS komt vaker voor in koudere landen dan in warmere landen.
  • MS komt tweeënhalf keer zo vaak voor bij vrouwen als bij mannen.
  • De eerste symptomen laten zich zien wanneer mensen tussen de 20 en 40 jaar oud zijn.
  • De meest voorkomende klachten bij MS zijn:
    • Blaasklachten: toegenomen aandrang, achterblijven van urine en incontinentie.
    • Cognitieve problemen: minder goed concentreren en herinneren.
    • Coördinatieklachten: spraakstoornis, duizeligheid, draaierigheid en tremors.
    • Darmproblemen: obstipatie en incontinentie.
    • Klachten bij bewegen: krachtverlies, spasticiteit, krampen en stijfheid.
    • Klachten vanuit de hersenstam: zenuwpijn, gevoelsstoornis in het gezicht en dubbelzien.
    • Problemen met het gezichtsvermogen: zenuwontsteking in één of beide ogen.
    • Psychologische klachten: stress, depressies en angsten.
    • Seksuele problemen: libidoverlies, impotentie en genitale pijn.
    • Sensibiliteitsstoornissen: tintelingen, prikkelingen, doofheid, pijn, koude voeten of handen en spierpijn.
    • Vermoeidheid: moeheid in rust en snel vermoeid.
  • De oorzaak van MS is tot op heden nog niet bekend. Mogelijk zijn er erfelijke en/of omgevingsfactoren in het spel.
  • Broers en zussen van een persoon met MS hebben een 25 maal hoger risico om de ziekte te ontwikkelen.
  • Multiple sclerose wordt, naargelang het verloop van de ziekte, onderverdeeld in 3 categorieën:
    1. Recidiverende en herstellende MS (Relapsing-Remitting MS): zo’n 85 procent van mensen met MS heeft deze vorm. Recidiverende en herstellende MS wordt gekenmerkt door een ziekteverloop van aanvallen (relapsing) en herstel (remitting). Deze ups en downs komen gemiddeld zo’n drie keer per jaar voor. Zeker in het begin van de ziekte is er een goede kans op herstel.
    2. Primair progressieve MS (Primary-Progressive MS of PPMS): dit is de minst voorkomende vorm van MS. Deze vorm komt voor bij maar 5 procent van de mensen met MS. Bij primair progressieve MS is uw ruggenmerg aangetast en merkt u direct vanaf het begin achteruitgang: beide benen verstijven en verzwakken. Ook merkt u dat de kracht in uw benen steeds minder wordt. De eerste symptomen ervaart u vaak pas na uw veertigste.
      Bij de primair progressieve vorm van MS verergeren klachten geleidelijk. Er is geen sprake van aanvallen en herstel.
    3. Secundair progressieve MS (Secondary-Progressive MS of SPMS): bij ongeveer 65 procent van de mensen met relapsing remitting MS gaat de MS binnen 20 jaar over in secundair progressieve MS. De klachten die mensen met de secundair progressieve MS hebben, nemen wel toe en herstellen niet helemaal. Het is niet te voorspellen hoe snel de klachten verergeren. Het lijkt alsof deze vorm van MS met leeftijd te maken heeft.
      Bij de secundair progressieve vorm van MS blijven aanvallen weg.
  • In Nederland komt MS voor bij één op de 1000 personen.
  • Volgens de huidige schattingen vermindert MS de levensverwachting met ongeveer 7 jaar en is de gemiddelde overlevingsduur 30 jaar.

 

Licht intensieve lichamelijke activiteit verlaagt doodgaan aan kanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt licht intensieve lichamelijke activiteit de kans op doodgaan aan kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat licht intensieve lichamelijke activiteit gedurende 30 minuten per dag, de kans op doodgaan aan kanker significant met 14% [gepoolde HR = 0.86, 95% BI = 0.79-0.95, I2 1%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat licht intensieve lichamelijke activiteit gedurende 30 minuten per dag, de kans op doodgaan aan kanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Objectively-Measured Light-Intensity Physical Activity and Risk of Cancer Mortality: A Meta-analysis of Prospective Cohort Studies by Qiu S, Cai X, […], Schumann U.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32303534

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over sportvoeding en kanker.

Bij licht intensieve lichamelijke activiteit is er geen sprake van verhoogde hartslag of versnelde ademhaling. Denk hierbij aan afwassen, musiceren, klussen in huis of yoga.
 

Multiple sclerose

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar multiple sclerose:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

  • Multiple sclerose (MS) een chronische auto-immuunziekte van het centrale zenuwstelsel (het centrale zenuwstelsel bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg). Doordat er iets mis is in het afweersysteem, wordt de laag (myeline) om de zenuwen aangevallen en beschadigd. De zenuwen komen hierdoor bloot te liggen en geven minder goed signalen van en naar de hersenen door. Soms gebeurt dit zelfs helemaal niet. Hierdoor kunnen plotseling verlammings- en uitvalsverschijnselen optreden.
    De auto-immuunziekte is een ziekte waarbij ons eigen afweersysteem de zenuwcellen aanvalt en beschadigt.
    Myeline is een soort isolatielaag die rond de zenuwvezels zit en belangrijk is voor de werking en overleving van de zenuwcellen.
  • De naam “multiple sclerose” verwijst naar de hersenen. “Multiple” betekent veelvuldig en is afgeleid van het Latijnse multiplex en “sclerose” betekent verharding en is afkomstig van het middeleeuws-Latijnse sclerosis, dat afgeleid is van het Griekse σκλήρωσις sklérōsis. In de witte stof van de hersenen bevinden zich meerdere (vandaar de term “multiple”) sclerotische haarden. Sclerotische haarden bestaan uit littekenweefsel, ontstaan doordat het beschermende omhulsel (myeline) van de zenuwbanen stelselmatig wordt afgebroken.
  • Het eerste deel van de naam multipele sclerose is afgeleid van het Latijnse multiplex, meervoudig. Het tweede deel is afkomstig van het middeleeuws-Latijnse sclerosis, afgeleid van het Griekse σκλήρωσις sklérōsis, verharding[58].
  • MS verloopt bij iedereen anders. Vooraf valt niet te zeggen hoe de ziekte bij u verloopt en welke klachten u krijgt. De een ervaart klachten die een ander nooit krijgt. Ook de ernst van zo’n klacht verschilt vaak. Neem bijvoorbeeld krachtverlies in uw benen: sommigen ervaren zware benen, anderen belanden zelf in een rolstoel.
  • MS komt vaker voor in koudere landen dan in warmere landen.
  • MS komt tweeënhalf keer zo vaak voor bij vrouwen als bij mannen.
  • De eerste symptomen laten zich zien wanneer mensen tussen de 20 en 40 jaar oud zijn.
  • De meest voorkomende klachten bij MS zijn:
    • Blaasklachten: toegenomen aandrang, achterblijven van urine en incontinentie.
    • Cognitieve problemen: minder goed concentreren en herinneren.
    • Coördinatieklachten: spraakstoornis, duizeligheid, draaierigheid en tremors.
    • Darmproblemen: obstipatie en incontinentie.
    • Klachten bij bewegen: krachtverlies, spasticiteit, krampen en stijfheid.
    • Klachten vanuit de hersenstam: zenuwpijn, gevoelsstoornis in het gezicht en dubbelzien.
    • Problemen met het gezichtsvermogen: zenuwontsteking in één of beide ogen.
    • Psychologische klachten: stress, depressies en angsten.
    • Seksuele problemen: libidoverlies, impotentie en genitale pijn.
    • Sensibiliteitsstoornissen: tintelingen, prikkelingen, doofheid, pijn, koude voeten of handen en spierpijn.
    • Vermoeidheid: moeheid in rust en snel vermoeid.
  • De oorzaak van MS is tot op heden nog niet bekend. Mogelijk zijn er erfelijke en/of omgevingsfactoren in het spel.
  • Broers en zussen van een persoon met MS hebben een 25 maal hoger risico om de ziekte te ontwikkelen.
  • Multiple sclerose wordt, naargelang het verloop van de ziekte, onderverdeeld in 3 categorieën:
    1. Recidiverende en herstellende MS (Relapsing-Remitting MS): zo’n 85 procent van mensen met MS heeft deze vorm. Recidiverende en herstellende MS wordt gekenmerkt door een ziekteverloop van aanvallen (relapsing) en herstel (remitting). Deze ups en downs komen gemiddeld zo’n drie keer per jaar voor. Zeker in het begin van de ziekte is er een goede kans op herstel.
    2. Primair progressieve MS (Primary-Progressive MS): dit is de minst voorkomende vorm van MS. Deze vorm komt voor bij maar 5 procent van de mensen met MS. Bij primair progressieve MS is uw ruggenmerg aangetast en merkt u direct vanaf het begin achteruitgang: beide benen verstijven en verzwakken. Ook merkt u dat de kracht in uw benen steeds minder wordt. Opvallend is dat primair progressieve MS geen aanvallen kent. De eerste symptomen ervaart u vaak pas na uw veertigste.
    3. Secundair progressieve MS (Secondary-Progressive MS): ongeveer de helft van de patiënten met een “relapsing-remitting MS” bereikt deze fase na gemiddeld tien jaar. Kenmerkend is dat de toestand dan geleidelijk verergert in de periode tussen de opflakkeringen. Herstel is dan niet meer mogelijk.
  • In Nederland komt MS voor bij één op de 1000 personen.
  • Volgens de huidige schattingen vermindert MS de levensverwachting met ongeveer 7 jaar en is de gemiddelde overlevingsduur 30 jaar.

 

Vitamine A via voeding verlaagt eierstokkanker onder Noord-Amerikanen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Eerdere studies naar de relatie tussen vitamine A-inname via voeding en het risico op het krijgen van eierstokkanker laten inconsistente (tegenstrijdige) resultaten zien en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 patiënt-controle studies en 5 cohort studies met 4882 mensen met eierstokkanker onder 443179 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 18.4% [RR = 0.816, 95% BI = 0.723 tot 0.920, I2 = 48.4%, p = 0.019] verlaagde.
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 23.1% [RR = 0.769, 95% BI = 0.655 tot 0.902] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant in cohort studies.

De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker onder Noord-Amerikanen significant met 17.5% [RR = 0.825, 95% BI = 0.720 tot 0.946] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker onder Noord-Amerikanen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary vitamin A intake and the risk of ovarian cancer: A meta-analysis by Wang Q and He C.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7138903/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van vitamine A en kanker.

Nitriet via voeding verhoogt lymfklierkanker bij vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische onderzoeken (studies) naar de relatie tussen nitriet- of nitraatconsumptie en het risico op non-Hodgkin-lymfoom (een zeldzame vorm van lymfklierkanker) blijven controversieel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt de inname van nitriet of nitraat via voeding de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 patiënt-controle studies en 4 cohort studies met in totaal 8067 mensen met non-Hodgkin-lymfoom.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge nitrietconsumptie de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom significant met 55% [OR = 1.55, 95% BI = 1.27-1.88, I2 = 41.8%, p = 0.161] verhoogde en dan met name de diffuus grootcellig B-cel lymfoom [OR = 1.55, 95% BI = 1.07-2.26] en bij vrouwen [OR = 1.50, 95% BI = 1.15-1.95].
Significant omdat OR van 1 niet in de 95% BI van 1.27 tot 1.88 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen een hoge nitraatconsumptie en de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom [OR = 1.02, 95% BI = 0.94-1.10, I2 = 14.2%, p = 0.308].

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse dat elke verhoging met 1 microgram nitriet per dag via voeding, de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom significant met 26% [OR = 1.26, 95% BI = 1.09-1.42, I2 = 55.0%, p = 0.083] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat de inname van nitriet via voeding (minimaal 1 microgram nitriet per dag) de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom, met name de diffuus grootcellig B-cel lymfoom bij vrouwen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
The relationship between consumption of nitrite or nitrate and risk of non-Hodgkin lymphoma by Yu M, Li C, [...], Jin J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6969097/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies en kanker.

Nitriet (in levensmiddelen als E250) zorgt voor een rode kleur van vleeswaren en ossenworst.
Nitriet vermindert de gevoeligheid voor oxidatie van onverzadigde vetten/vetzuren. Oxidatie van onverzadigde vettten/vetzuren leiden tot ranzigheid in het product.
Nitriet verlengt de houbaarheid van vleeswaren. Het nitriet (aanwezig als HNO2) is in staat om de bacteriecellen binnen te dringen en met de bacteriële eiwitten te reageren, zodat allerlei essentiële processen in de bacterie verstoord raken. Door deze verstoring gaat de bacterie uiteindelijk dood.

 

Veel koolhydraten verlagen mogelijk slokdarmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Studies naar de associatie tussen de inname van koolhydraten en het risico op het krijgen van slokdarmkanker laten inconsistente (tegenstrijdige) resultaten zien en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van koolhydraten de kans op het krijgen van slokdarmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 patiënt-controle studies met in totaal 3033 patiënten.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel koolhydraten, de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 37.3% [gepoolde OR = 0.627, 95% BI = 0.505 tot 0.778, I2 = 59.9%, p = 0.001] verlaagde.
Dit verlaagde risico werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel koolhydraten, de kans op het krijgen van slokdarm adenocarcinoom significant met 43.1% [gepoolde OR = 0.569, 95% BI = 0.417 tot 0.777] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel koolhydraten, de kans op het krijgen van slokdarm plaveiselcelcarcinoom significant met 33.5% [gepoolde OR = 0.665, 95% BI = 0.453 tot 0.975] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepanalyses dat het verband significant was in de populatiegebaseerde patiënt-controle studies, maar niet in de ziekenhuisgebaseerde patiënt-controle studies.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel koolhydraten de kans op het krijgen van slokdarmkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit overzichtsartikel alleen maar patiënt-controle studies bevatte en geen cohort studies.  

Oorspronkelijke titel:
Dietary carbohydrate intake and the risk of esophageal cancer: a meta-analysis by Xuan F, Li W, […], Liu C.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7042123/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van koolhydraten en kanker.

Er zijn 2 soorten slokdarmkanker: plaveiselcelcarcinoom en adenocarcinoom.

 

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar sportvoeding:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Geen verschil tusssen krachttraining met hoge belasting en lage belasting op botmineraaldichtheid
  2. 1.5-2 gram arginine per dag gedurende 4-7 weken verhogen sportprestaties
  3. Licht intensieve lichamelijke activiteit verlaagt doodgaan aan kanker
  4. Eiwittensupplementen verhogen vetvrije massa bij ouderen
  5. Whole body vibration training verhoogt botdichtheid bij postmenopauzale vrouwen

Vitamine C, D en E en calcium verlagen terugkeren van kanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt de inname van vitamines of mineralen na het vaststellen van kanker, de kans op het terugkeren van kanker of doodgaan aan kanker onder de overlevenden van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte observationele studies en RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 4 observationele studies, dat calciumsuppletie de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) onder de overlevenden van kanker significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.77 tot 1.00, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 3 observationele studies, dat calciumsuppletie de kans op doodgaan aan kanker onder de overlevenden van kanker significant met 29% [RR = 0.71, 95% BI = 0.53 tot 0.95, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 3 observationele studies en 2 RCT’s, dat vitamine D-suppletie de kans op doodgaan aan alle oorzaken onder de overlevenden van kanker significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.76 tot 0.99, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 4 observationele studies, dat vitamine C-suppletie de kans op doodgaan aan alle oorzaken onder de overlevenden van borstkanker significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.68 tot 0.92, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 2 observationele studies, dat vitamine D-suppletie de kans op doodgaan aan alle oorzaken onder de overlevenden van borstkanker significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.72 tot 0.99, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 3 observationele studies, dat vitamine E-suppletie de kans op doodgaan aan alle oorzaken onder de overlevenden van borstkanker significant met 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.64 tot 0.90, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 2 observationele studies, dat multivitamine-suppletie de kans op het terugkeren van borstkanker significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.64 tot 0.97, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 2 observationele studies, dat vitamine C-suppletie de kans op het terugkeren van borstkanker significant met 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.64 tot 0.91, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 2 observationele studies, dat vitamine E-suppletie de kans op het terugkeren van borstkanker significant met 31% [RR = 0.69, 95% BI = 0.55 tot 0.85, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat de inname van vitamines of mineralen (met name calcium, vitamine C, D en E) na het vaststellen van kanker, de kans op het terugkeren van kanker of doodgaan aan kanker onder de overlevenden van kanker, verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Supplement Use after Cancer Diagnosis in Relation to Total Mortality, Cancer Mortality and Recurrence: A Systematic Review and Meta-Analysis by Kanellopoulou A, Riza E, […], Benetou V.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32148118

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over calcium, vitamine C, D en E en dikke darmkanker, borstkanker en kanker.

 

Ongezonde buikomtrek verhoogt leverkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het hebben van een grote (ongezonde) buikomtrek de kans op het krijgen van leverkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies met 2547188 deelnemers. De gemiddelde leeftijd was 51 jaar en de gemiddelde follow-up duur (duur van de studie) was 7.8 jaar.

De gemiddelde kwaliteit (NOS-score) van de studies was 7.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het hebben van een grote buikomtrek de kans op het krijgen van leverkanker significant met 59% [HR = 1.59, 95% BI = 1.38-1.83, I2 = 0%, p = 0.42] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het hebben van een grote (ongezonde) buikomtrek de kans op het krijgen van leverkanker verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Waist Circumference and Risk of Liver Cancer: A Systematic Review and Meta-Analysis of over 2 Million Cohort Study Participants by Rahmani J, Kord Varkaneh H, [...], Zhang Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7024879/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en overgewicht.

Een gezonde buikomtrek is 68-80 cm voor vrouwen en 79-94 cm voor mannen.
Een grote buikomtrek voor vrouwen is minimal 80 cm en voor mannen minimal 94 cm.

Thee verlaagt mogelijk dikke darmkanker onder vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Gegevens uit in-vitro en dierenstudies ondersteunen het preventieve effect van thee (Camellia sinensis) tegen colorectale kanker (dikke darmkanker). Verder evalueerden veel epidemiologische studies het verband tussen theeconsumptie en het risico op het krijgen van colorectale kanker, maar de resultaten waren inconsistent. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het drinken van thee de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 cohort studies met in totaal 2068137 deelnemers, waarvan 21437 mensen met dikke darmkanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van veel thee, de kans op het krijgen van dikke darmkanker niet significant met 3% [gepoolde RR = 0.97, 95% BI = 0.94-1.01, I2 = 24.0%, p = 0.093] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het drinken van veel thee, de kans op het krijgen van dikke darmkanker onder vrouwen significant met 7% [gepoolde RR = 0.93, 95% BI = 0.86-1.00, p 0.05] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant onder mannen [RR = 0.97, 95% BI = 0.90-1.04].

De onderzoekers vonden in studies waarbij gecorrigeerd werd voor kofieconsumptie, dat het drinken van veel thee, de kans op het krijgen van dikke darmkanker onder vrouwen niet significant met 3% [gepoolde RR = 0.97, 95% BI = 0.87-1.09, p > 0.05] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies waarbij niet gecorrigeerd werd voor kofieconsumptie, dat het drinken van veel thee, de kans op het krijgen van dikke darmkanker onder vrouwen significant met 10% [gepoolde RR = 0.90, 95% BI = 0.82-1.00, p 0.05] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van veel thee, de kans op het krijgen van dikke darmkanker onder vrouwen mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat het verlaagde risico niet significant was in studies waarbij gecorrigeerd werd voor kofieconsumptie.

Oorspronkelijke titel:
Tea consumption and colorectal cancer risk: a meta-analysis of prospective cohort studies by Zhu MZ, Lu DM, […], Liu ZH.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32078065

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over thee en dikke darmkanker.


 

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar het verband tussen voeding en zwangerschap & lactatie:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Probiotica-supplementen tijdens zwangerschap verlagen eczeem bij nakomelingen
  2. Een hoger vitamine D-gehalte tijdens zwangerschap verlaagt MS bij nakomeling
  3. N-3 vetzurensupplementen verlagen pre-eclampsie tijdens de zwangerschap

Dagelijks 20 gram boomnoten verlaagt kanker aan het spijsverteringsstelsel

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies hebben het verband onderzocht tussen de consumptie van noten en het risico op het krijgen van verschillende kankersoorten. De huidige bevindingen zijn echter inconsistent en er is geen definitieve conclusie getrokken uit de prospectieve studies. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van noten de kans op het krijgen van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 33 cohort studies met meer dan 50000 kankergevallen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel noten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van kanker significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.85-0.95] verlaagde.
Dit verlaagde risico was allleen terug te vinden voor boomnoten.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel noten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van kanker aan het spijsverteringsstelsel significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.77-0.89] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 20 gram noten per dag, de kans op het krijgen van kanker significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.82-0.99] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 20 gram boomnoten per dag, de kans op het krijgen van kanker aan het spijsverteringsstelsel verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Nut Consumption and Risk of Cancer: A Meta-analysis of Prospective Studies by Long J, Ji Z, […], Cheng L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32041895

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over noten en kanker.


 

3 keer per week groente en fruit verlaagt maagkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Welke factoren worden in verband gebracht met het krijgen van maagkanker?  

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 232 observationele studies met in totaal 33831063 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een H. pylori infectie de kans op het krijgen van maagkanker significant met 156% [OR = 2.56, 95% BI = 2.18 tot 3.00] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat rokers een significante verhoogde kans van 61% [OR = 1.61, 95% BI = 1.49 tot 1.75] hadden op het krijgen van maagkanker.

De onderzoekers vonden dat ex-rokers een significante verhoogde kans van 43% [OR = 1.43, 95% BI = 1.29 tot 1.59] hadden op het krijgen van maagkanker.

De onderzoekers vonden dat drinkers een significante verhoogde kans van 19% [OR = 1.19, 95% BI = 1.10 tot 1.29] hadden op het krijgen van maagkanker.

De onderzoekers vonden dat ex-drinkers een significante verhoogde kans van 73% [OR = 1.73, 95% BI = 1.17 tot 2.56] hadden op het krijgen van maagkanker.

De onderzoekers vonden dat het eten van minimaal 3 keer fruit per week, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 52% [OR = 0.48, 95% BI = 0.37 tot 0.63] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van ingemaakte groenten, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 28% [OR = 1.28, 95% BI = 1.09 tot 1.51] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van minimaal 3 keer groente per week, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.49 tot 0.79] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het drinken van groene thee, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 12% [OR = 0.88, 95% BI = 0.80 tot 0.97] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel roken, drinken als een H. pylori infectie de kans op het krijgen van maagkanker verhoogde, terwijl zowel minimaal 3 keer fruit en groente per week als groene thee de kans op het krijgen van maagkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Risk factors for stomach cancer: a systematic review and meta-analysis by Poorolajal J, Moradi L, [...], Gohari-Ensaf F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32023777

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over alcohol, groente en fruit, thee en kanker.

Zout verhoogt slokdarmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Er zijn aanwijzingen dat essentiële voedingsstoffen sterk gecorreleerd zijn met het optreden van slokdarmkanker. Echter, de bevindingen in observationele studies naar de relatie tussen koolhydraten via voeding en zoutconsumptie en het risico op het krijgen van slokdarmkanker blijven controversieel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt de inname van koolhydraten of zout via voeding de kans op het krijgen van slokdarmkanker?  

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 patiënt-controle studies en 1 cohort studie over koolhydratenconsumptie en 16 patiënt-controle studies en 2 cohort studies over zoutconsumptie.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses dat het eten van koolhydraten de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 38% [OR = 0.62, 95% BI = 0.50-0.77] verlaagde.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van zout de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 97% [OR = 1.97, 95% BI = 1.50-2.61] verhoogde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van zout de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 4% [OR = 1.04, 95% BI = 1.00-1.08] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van zout de kans op het krijgen van slokdarmkanker verhoogde.  

Oorspronkelijke titel:
Associations of dietary carbohydrate and salt consumption with esophageal cancer risk: a systematic review and meta-analysis of observational studies by Banda KJ, Chiu HY, [...], Huang HC.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31995192

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koolhydraten, zout en kanker.

Volgens de WHO komt een hoge zoutconsumptie overeen met meer dan 5 gram zout per dag.
Meer dan 5 gram zout per dag komt overeen met een dieet met meer dan 0.25 gram zout per 100 kcal. De makkelijkse manier om een dieet met meer dan 0.25 gram zout per 100 kcal te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten die ook meer dan 0.25 gram zout per 100 kcal bevatten. Deze producten in de supermarkt bevat meer dan 0.25 gram zout per dag.
Gebruik de 7-punten voedingsprofiel app om te zien of uw dagelijkse voeding ook meer dan 0.25 gram zout per dag bevat.


 

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de relatie tussen voeding en overgewicht:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Zuivelproducten verlagen causaal vetmassa en BMI onder volwassenen met overgewicht
  2. Pistachenoten verlagen het BMI
  3. Alfa-liponzuur supplementen verlagen buikomtrek van vrouwen
  4. Coënzym Q10-supplementen verlagen niet lichaamsgewicht en BMI
  5. 6 maanden genisteïne verlaagt bloedruk van patiënten met metabole syndroom

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de relatie tussen voeding en hart- en vaatziekten:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Dagelijks 1 mg heme-ijzer via voeding verhoogt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  2. Dagelijks 3 kopjes koffie of meer verhoogt causaal hart- en vaatziekten
  3. Plantaardige eiwitten verlagen doodgaan aan hart- en vaatziekten
  4. 2-3 porties vis per week verlagen coronaire hartziekte onder patiënten met suikerziekte type 2
  5. 1 gram natrium per dag verhoogt hart- en vaatziekten met 6%
  6. Een hoge visconsumptie verlaagt coronaire hartziekte
  7. Vitamine C tekort verhoogt de bloeddruk
  8. Groene thee verlaagt bloeddruk bij mensen met een hoge bloeddruk
  9. Kalium-inname tot 3128 mg per dag verlaagt bloeddruk
  10. Tomaten verhogen goed cholesterolgehalte
  11. Calciumsupplementen verhogen hartinfarct
  12. 1 tot 3 eieren per dag verhogen niet de bloeddruk
  13. Dagelijs 100 mg magnesium via voeding verlaagt een beroerte
  14. Ziekte van Alzheimer verhoogt een hersenbloeding
  15. Aardbeien verlagen slecht cholesterolgehalte
  16. Koolhydratenarme diëten verlagen hart- en vaatziekten

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en suikerziekte:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. 2-3 porties vis per week verlagen coronaire hartziekte onder patiënten met suikerziekte type 2
  2. Vitamine B3-supplementen verlagen slecht cholesterol van patiënten met suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 8.4 tot 10 gram inulinesupplementen voor 8 weken verlagen suikerziekte type 2
  4. Zuurbessen verlagen insulinegehalte
  5. Dagelijks 40 gram soja consumptie gedurende 12 weken verhoogt het IGF-1 gehalte
  6. Dagelijs 100 mg magnesium via voeding verlaagt een beroerte
  7. Tofu verlaagt suikerziekte type 2

 

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de realatie tussen voeding en ouderdom:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:

  1. Dagelijks 2 gram omega-3 supplementen verhogen spiermassa bij ouderen
  2. Zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D verhogen botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen
  3. Dagelijks 54 mg genisteïne verhogen botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen
  4. Obesitas verhoogt dementie

Vezels verlagen baarmoederkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vezels de kans op het krijgen van baarmoederkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 16 studies met in totaal 6563 mensen met baarmoederkanker (endometriumkanker).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van vezels de kans op het krijgen van baarmoederkanker significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.78 tot 0.93] verlaagde.
Dit verlaagde risico was groter in patiënt-controle studies en in studies uitgevoerd in Amerika en Azië.

De onderzoekers vonden na het corrigeren voor het educatieniveau, dat het eten van vezels de kans op het krijgen van baarmoederkanker significant met 26% [RR = 0.74, 95% BI = 0.60 tot 0.88] verlaagde.

De onderzoekers vonden na het corrigeren voor de leeftijd, dat het eten van vezels de kans op het krijgen van baarmoederkanker significant met 30% [RR = 0.70, 95% BI = 0.57 tot 0.83] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met een NOS waarde van 7 (hoe hoger de NOS waarde, des betrouwbaarder de studies zijn), dat het eten van vezels de kans op het krijgen van baarmoederkanker significant met 25% [RR = 0.75, 95% BI = 0.62 tot 0.88] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van vezels de kans op het krijgen van baarmoederkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association between dietary fiber and endometrial cancer: a meta-analysis by Li H, Mao H, [...], Nan Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31584301

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vezels en kanker.

 

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en chronische ziekten:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Dagelijks 0.5 tot 6 gram taurine-supplementen verlagen bloeddruk van patiënten met leverontregeling
  2. Sojaproducten verlagen causaal het CRP-gehalte
  3. 0.5 portie vis per week verlaagt MS
  4. Een hoger serum seleniumgehalte en een lager serum zinkgehalte verhogen vitiligo
  5. Ernstige vitamine D-tekort verhoogt doodgaan onder patiënten met bloedvergiftiging
  6. Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt MS
  7. Hepatitis B-virus infectie verhoogt chronische nierziekte
  8. Vlees verhoogt niet astma bij kinderen
  9. Lood verhoogt ALS

Studies 2020

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en kanker:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Dagelijks 5 gram noten verlagen kanker
  2. Dagelijks 100 mcg foliumzuur via voeding verlaagt borstkanker onder premenopauzale vrouwen
  3. Een hoge vitamine C-inname via voeding verlaagt borstkanker
  4. Overlevenden van kanker moeten dagelijks meer dan 400 gram groente en fruit eten
  5. Groene bladgroenten, alliumgroenten, vezels en flavonoïden verlagen eierstokkanker
  6. Beta-cryptoxanthine via voeding verlaagt blaaskanker
  7. Omega-3 PUFA’s via voeding verlaagt spijsverteringskanker
  8. 40 gram ingemaake groenten per dag verhoogt maagkanker
  9. Dagelijks 100 microgram foliumzuur via voeding verlaagt ER negatief/PR negatief borstkanker
  10. Licht intensieve lichamelijke activiteit verlaagt doodgaan aan kanker
  11. Dagelijks 20 gram boomnoten verlaagt kanker aan het spijsverteringsstelsel
  12. Knoflook verlaagt mogelijk dikke darmkanker
  13. 3 keer per week groente en fruit verlaagt maagkanker