Voeding en gezondheid

Vetarme zuivelproducten verlagen buikomtrek en lichaamsgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De incidentie van diabetes mellitus type 2 (suikerziekte type 2) is de afgelopen jaren in de VS toegenomen. De consumptie van vetarme zuivelproducten wordt in verband gebracht met het verlaagde risico op het krijgen van suikerziekte type 2. Echter, de studies hebben nog geen duidelijke correlatie (verband) aangetoond. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een causaal verband tussen het eten van vetarme zuivelproducten en de verlaagde kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 30 RCTs met in totaal 2900 deelnemers.
De gemiddelde leeftijd varieerde tussen 18 en 63 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van vetarme zuivelproducten de HOMA-IR waarde significant verlaagde [MD = -1.21, 95% BI = -1.74 tot -0.67, p 0.00001, I2 = 92%].

De onderzoekers vonden dat het eten van vetarme zuivelproducten de buikomtrek significant verlaagde [MD = -1.09 cm, 95% BI = 1.68 tot -0.58, p 0.00001, I2 = 94%].

De onderzoekers vonden dat het eten van vetarme zuivelproducten het lichaamsgewicht significant verlaagde [MD = 0.42 kg, p 0.00001, I2 = 92%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van vetarme zuivelproducten de HOMA-IR waarde, de buikomtrek en het lichaamsgewicht verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The Effects of Dairy Intake on Insulin Resistance: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Clinical Trials by Sochol KM, Johns TS, […], Melamed ML.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/11/9/2237/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en zuivelproducten.
 

Graanvezels via voeding verlagen suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De afgelopen jaren zijn hart- en vaatziekten een aandachtspunt en een wereldwijd probleem geworden. Er zijn tegenstrijdige onderzoeken naar de relatie tussen de inname van volkoren of graanvezels en het risico op diabetes type 2 (suikerziekte type 2). Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 cohort studies en 1 patiënt-controle studie met in totaal 434903 deelnemers, waarvan 14728 mensen met suikerziekte type 2.
De gemiddelde follow-up duur was 12.6 jaar in de cohort studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 26% [gecombineerde RR = 0.74, 95% BI = 0.67 tot 0.82, I2 = 56.8%, p = 0.06] verlaagde.
Dit verlaagde risico was in de sensitiviteitsanalyses 32% [gecombineerde RR = 0.68, 95% BI = 0.64 tot 0.73, I2 = 0.0%, p = 0.452].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder mannen significant met 32% [RR = 0.68, 95% BI = 0.49 tot 0.88] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder vrouwen significant met 26% [RR = 0.74, 95% BI = 0.64 tot 0.77] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Whole grain and cereal fiber intake and the risk of type 2 diabetes: a meta-analysis by Wang Y, Duan Y, […], Jin Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6627783/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en graanvezels.
 

Patiënten met suikerziekte hebben baat bij voeding met een lage n-6/n-3 ratio

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert een voeding met een lage n-6/n-3 ratio  de risicofactoren (zoals nuchter glucosegehalte, het HbA1c-gehalte, enz.) van suikerziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het nuchter suikergehalte niet verlaagde [WMD = 0.057 mmol/L, 95% BI = -0.090 tot 0.204 mmol/L].

De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het nuchter insulinegehalte niet verlaagde [WMD = -0.757 mIU/L, 95% BI = -2.419 tot 0.904 mIU/L].

De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio de HOMA-IR waarde niet verlaagde [WMD = -0.201, 95% BI = -0.566 tot 0.165].

De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het HbA1c-gehalte niet verlaagde [WMD = -0.063%, 95% BI = -0.061 tot 0.186%].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een lage n-6/n-3 ratio het nuchter insulinegehalte onder Noord-Amerikanen significant verlaagde [WMD = -3.473 mIU/L, 95% BI = -5.760 tot -1.185 mIU/L].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het nuchter insulinegehalte van mensen met suikerziekte significant verlaagde [WMD = -3.010 mIU/L, 95% BI = -5.371 tot -0.648 mIU/L].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio de HOMA-IR waarde van mensen met suikerziekte significant verlaagde [WMD = -0.460, 95% BI = -0.908 tot -0.012].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio gedurende minimaal 8 weken, het nuchter insulinegehalte significant verlaagde [WMD = -2.782 mIU/L, 95% BI = -4.946 tot -0.618 mIU/L].

De onderzoekers concludeerden dat patiënten met suikerziekte baat hadden bij een voeding met een lage n-6/n-3 ratio gedurende minimaal 8 weken.

Oorspronkelijke titel:
Effect of low-ratio n-6/n-3 PUFA on blood glucose: a meta-analysis by Li N, Yue H, […], Xu T.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31292599

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en n-6/n-3 ratio.

De n-6/n-3 ratio van een product kan opgezocht worden in de NEVO-tabel

Zinksupplementen verlagen suikerziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hoewel veel studies aangetoond hebben dat een lage zinkstatus (zinkgehalte in het lichaam) in verband wordt gbracht met het krijgen van diabetes (suikerziekte), zijn de vermeende effecten van zinksuppletie (het slikken van zinksupplementen) op de glykemische controle niet doorslaggevend en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het slikken van zinksupplementen de risicofactoren (zoals nuchter glucosegehalte, het HbA1c-gehalte, enz.) van suikerziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 32 RCT’s met in totaal 1700 deelnemers, verdeeld over 14 landen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter glucosegehalte significant verlaagde [WMD = -14.15 mg/dL, 95% BI = -17.36 tot -10.93 mg/dL]. Het verlaagde effect was het grootst bij mensen met suikerziekte en bij anorganisch zinksupplement.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het glucosegehalte 2 uur post prandiaal (2 uur na de maaltijd) significant verlaagde [WMD = -36.85 mg/dL, 95% BI = -62.05 tot -11.65 mg/dL].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter insulinegehalte significant verlaagde [WMD = -1.82 mU/L, 95% BI = -3.10 tot -0.54 mU/L].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen de HOMA-IR waarde significant verlaagde [WMD = -0.73, 95% BI = -1.22 tot -0.24].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het HbA1c-gehalte significant verlaagde [WMD = -0.55%, 95% BI = -0.84 tot -0.27%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het hooggevoelige CRP-gehalte (hooggevoelige C-reactieve proteïne) significant verlaagde [WMD = -1.31 mg/L, 95% BI = -2.05 tot -0.56 mg/L].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van zinksupplementen de risicofactoren van suikerziekte verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Zinc supplementation improves glycemic control for diabetes prevention and management: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Wang X, Wu W, [...], Wang F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31161192

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en zink.

Hoge eiwitconsumptie verhoogt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Eiwitten in voeding, inclusief die verkregen uit dierlijke en plantaardige bronnen, zijn inconsistent gecorreleerd met het risico op het krijgen van diabetes mellitus type 2 (suikerziekte type 2). Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een relatie tussen het eten van eiwit en het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 cohort studies met in totaal 487956 deelnemers, waarvan 38350 mensen met suikerziekte type 2.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge totale eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 10% [RR = 1.10, p = 0.006] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een hoge dierlijk eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 13% [RR = 1.13, p = 0.013] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een matige plantaardig eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 6% [RR = 0.94, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoge totale eiwit-inname als een hoge dierlijk eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verhoogden. Terwijl een matige plantaardig eiwit-inname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 juist verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary protein intake and subsequent risk of type 2 diabetes: a dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Ye J, Yu Q, [...], Wang Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30929078

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en eiwit.

Een dieet met een hoge eiwitconsumptie is een dieet met minimaal 35 En% eiwit. Deze producten uit de supermarkt bevatten minimaal 35 En% eiwit.
35 En% eiwit wil zeggen dat het aantal gram eiwit 35% bijdraagt aan het totale kcal van het dieet. Als het dieet 2000 kcal bevat, draagt 175 gram eiwit 35% bij aan deze 2000 kcal.
1 gram eiwit levert 4 kcal. Dus 175 gram eiwit levert 700 kcal en 700 kcal is 35% van 2000 kcal.

Een dieet met een matige eiwitconsumptie is een dieet met 20-25 En% eiwit. De makkelijkste manier om een dieet met een matige eiwitconsumptie te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden die ook 20-25 En% eiwit bevatten. Deze producten uit de supermarkt bevatten 20-25 En% eiwit.
 

Probiotica en prebiotica verlagen onstekingen bij suikerpatiënten

Onderzoeksvraag:
De rol van de darmflora bij de behandeling van diabetes (suikerziekte) is aangetoond. Echter, verschillende lopende studies onderzoeken het effect van probiotica en prebiotica, die op grote schaal worden gebruikt voor het moduleren van de darmflora (de intestinale microbiota), op de inflammatoire factoren en indicatoren van oxidatieve stress bij suikerpatiënten laten tegenstrijdige bevindingen zien. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbeteren het slikken van probiotica en prebiotica supplementen het gehalte van de hooggevoelige CRP (hooggevoelige C-reactieve proteïne) en het gehalte van de indicatoren van oxidatieve stress bij suikerpatiënten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 16 RCT’s met in totaal 1060 deelnemers. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van probiotica en prebiotica supplementen, het gehalte van de hooggevoelige C-reactieve proteïne van suikerpatiënten significant verlaagde [SMD = -0.38, 95% BI = -0.51 tot -0.24, p = 0.000].

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van probiotica en prebiotica supplementen, het gehalte van de indicator van oxidatieve stress de malondialdehyde van suikerpatiënten significant verlaagde [SMD = -0.61, 95% BI = -0.89 tot -0.32, p = 0.000].

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van probiotica en prebiotica supplementen, de Totale Antioxidatieve Capaciteit (TAC) van suikerpatiënten significant verhoogde [SMD = 0.31, 95% BI = 0.09 tot 0.52, p = 0.006].

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van probiotica en prebiotica supplementen, het gehalte van stikstofmonoxide van suikerpatiënten significant verhoogde [SMD = 0.62, 95% BI = 0.25 tot 0.99, p = 0.001].

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van probiotica en prebiotica supplementen, het gehalte van glutathione van suikerpatiënten significant verhoogde [SMD = 0.41, 95% BI = 0.26 tot 0.55, p = 0.000].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van probiotica en prebiotica supplementen zowel het gehalte van de hooggevoelige CRP (hooggevoelige C-reactieve proteïne) als het gehalte van de indicatoren van oxidatieve stress bij suikerpatiënten verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of probiotic and synbiotic supplementation on biomarkers of inflammation and oxidative stress in diabetic patients: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Zheng HJ, Guo J, [...], Wang Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30794924

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en probiotica.

Oxidatieve stress is een stofwisselingstoestand, waarbij meer dan een normale fysiologische hoeveelheid reactieve zuurstofverbindingen (ROS - reactive oxygen species) in de cel gevormd wordt of aanwezig is. Oxidatieve stress kan leiden tot ontstekingen in het lichaam. Chronische ontstekingen kunnen leiden tot ziektes, zoals suikerziekte en hart- en vaatziekten. Antioxidanten kunnen ontstekingen in het licham remmen.

Onstekingen in het lichaam leiden tot een verhoogd gehalte aan hooggevoelige C-reactieve proteïne, een verhoogd gehalte aan malondialdehyde, een verlaagd gehalte aan Totale Antioxidatieve Capaciteit, een verlaagde gehalte aan stikstofmonoxide en een verlaagde gehalte aan glutathione.

 

Foliumzuursupplementen verlagen nucher insulinegehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verschillende mechanismen verbinden een hoger totaal homocysteïnegehalte aan een hoger insulineresistentie en het risico op diabetes type 2 (suikerpatiënten type 2). Folaatsuppletie (het slikken van folaatsupplementen) wordt gezien als een manier om het homocysteïnegehalte te verlagen. Echter, gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (RCT's) laten inconsistente resultaten op de insulineresistentie en de diabetes type 2 uitkomsten zien. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbeteren folaatsupplementen (ook wel foliumzuursupplementen genoemd) de risicofactoren van diabetes type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 29 RCTs met in totaal 22250 deelnemers.
De heterogeniteit tussen de studies was laag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van foliumzuursupplementen het nucher insulinegehalte significant verlaagde [WMD = -13.47 pmol/L, 95% BI = -21.41 tot -5.53 pmol/L, p 0.001].

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van foliumzuursupplementen de HOMA-IR waarde significant verlaagde [WMD = -0.57 punten, 95% BI = -0.76 tot -0.37 punten, p 0.0001].

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebo, dat het slikken van foliumzuursupplementen geen significant effect had op het nuchter glucosegehalte en het HbA1c-gehalte.

De onderzoekers vonden in 2 studies dat het slikken van foliumzuursupplementen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 niet verlaagde [gepoolde RR = 0.91, 95% BI = 0.80 tot 1.04, p = 0.16].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van foliumzuursupplementen het nucher insulinegehalte en de HOMA-IR waarde van mensen met suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of folate supplementation on insulin sensitivity and type 2 diabetes: a meta-analysis of randomized controlled trials by Lind MV, Lauritzen L, [...], Eriksen JN.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30615110

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en foliumzuur.
 

Lichamelijke activiteiten verlagen longkanker onder rokers

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische bewijzen met betrekking tot het verband tussen lichamelijke activiteit en het risico op het krijgen van longkanker zijn nog steeds controversieel. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het uitvoeren van lichamelijke activiteiten de kans op het krijgen van longkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 cohort studies met in totaal 2965811 deelnemers, waarvan 31807 mensen met longkanker.

De onderzoekspopulatie bestond uit volwassenen met een leeftijd van boven 18 jaar.
De meeste studies werden gecorrigeerd voor grote verstorende factoren (=adjusted for major confounders) zoals leeftijd, geslacht, rookstatus en body mass index, etc.

De studies waren goed opgezet met een gemiddelde score van 8.

Er was sprake van een kleine aanwijzing op publicatiebias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het hebben van een hoog niveau aan lichamelijke activiteiten, de kans op het krijgen van longkanker significant met 17% [gepoolde RR = 0.83, 95% BI = 0.77 tot 0.90, I2 = 62.6%, p 0.001] verlaagde. Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyse.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het hebben van een hoog niveau aan lichamelijke activiteiten, de kans op het krijgen van longkanker bij vrouwen significant met 10% [gepoolde RR = 0.90, 95% BI = 0.82 tot 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het hebben van een hoog niveau aan lichamelijke activiteiten, de kans op het krijgen van longkanker bij mannen significant met 19% [gepoolde RR = 0.81, 95% BI = 0.73 tot 0.90] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het hebben van een hoog niveau aan lichamelijke activiteiten, de kans op het krijgen van longkanker bij rokers significant met 10% [gepoolde RR = 0.90, 95% BI = 0.84 tot 0.97] verlaagde. Echter, dit verlaagde risico was niet significant bij niet rokers [RR = 0.95, 95% BI = 0.88 tot 1.03].
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 0.84 tot 0.97 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in studies waarbij niet gecorrigeerd werd voor de voedingsfactoren (zoals energieinname) dat het hebben van een hoog niveau aan lichamelijke activiteiten, de kans op het krijgen van longkanker onder rokers significant met 26% [gepoolde RR = 0.74, 95% BI = 0.71 tot 0.77] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies waarbij gecorrigeerd werd voor de voedingsfactoren (zoals energieinname) dat het hebben van een hoog niveau aan lichamelijke activiteiten, de kans op het krijgen van longkanker onder rokers significant met 11% [gepoolde RR = 0.89, 95% BI = 0.84 tot 0.95] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het hebben van een hoog niveau aan lichamelijke activiteiten, de kans op het krijgen van longkanker onder rokers verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association Between Physical Activity and Lower Risk of Lung Cancer: A Meta-Analysis of Cohort Studies by Liu Y, Li Y, [...], Fan XX.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6349707/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over sportvoeding en kanker.

Suikerpatiënten type 2 hebben baat bij 13.1 gram viskeuze voedingsvezelssupplementen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Bewijs uit gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (RCT's) suggereert dat viskeuze voedingsvezels gunstige effecten kunnen hebben op de glykemische controle en dus op een verbeterd risicoprofiel voor hart- en vaatziekten. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben suikerpatiënten type 2 baat bij viskeuze voedingsvezelssupplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 RCT’s (van minstens 3 weken) met in totaal 1394 deelnemers.

De gemiddelde dosering van de viskeuze voedingsvezels was 13.1 gram per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat viskeuze voedingsvezelssupplementen het HbA1c-gehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.58% [MD = -0.58%, 95% BI = -0.88 tot -0.28, p = 0.0002] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat viskeuze voedingsvezelssupplementen het nuchter bloedsuikergehalte van suikerpatiënten type 2 significant met 0.82 mmol/L [MD = -0.82 mmol/L, 95% BI = -1.32 tot -0.31, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat viskeuze voedingsvezelssupplementen de HOMA-IR waarde van suikerpatiënten type 2 significant met 1.89 punten [MD = -1.89, 95% BI = -3.45 tot -0.33, p = 0.02] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat suikerpatiënten type 2 baat hadden bij 13.1 gram viskeuze voedingsvezelssupplementen per dag gedurende minstens 3 weken.

Oorspronkelijke titel:
Should Viscous Fiber Supplements Be Considered in Diabetes Control? Results From a Systematic Review and Meta-analysis of Randomized Controlled Trials by Jovanovski E, Khayyat R, […], Vuksan V.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30617143

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en voedingsvezels.
 

88 µg vitamine D per dag verlaagt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het voorkomen van diabetes is een prioriteit voor de volksgezondheid. Suppletie met vitamine D-supplementen kan de ontwikkeling van diabetes bij personen met een verhoogd risico helpen voorkomen. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van vitamine D-supplementen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 (diabetes type 2)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 RCT’s met in totaal 3848 deelnemers.

De gemiddelde duur van de studies was 22 weken.
De gemiddelde leeftijd varieerde tussen 26 en 71 jaar.
De gemiddelde dosering van vitamine D-supplementen was 88 µg/d (3500 IU/d).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine D-supplementen het HbA1c-gehalte significant met 0.71% [95% BI = -1.02 tot -0.39] verlaagde.
In de subgroepenanalyses was dit effect het grootst bij mensen met overgewicht/obesitas, korter dan 6 maanden vitamine D suppletie (het slikken van vitamine D-supplementen), bij een vitamine D bloedwaarde van boven 86 nmol/L en bij mensen jonger dan 45 jaar.

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine D-supplementen het nuchter suikergehalte significant met 0.72 mmol/L [95% BI = -1.02 tot -0.42] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine D-supplementen de HOMA-IR waarde significant met 0.62 punt [95% BI = -0.92 tot -0.32] verlaagde.
In de subgroepenanalyses was dit effect het grootst bij mensen met overgewicht/obesitas en bij een vitamine D bloedwaarde van boven 86 nmol/L.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 88 µg vitamine D per dag gedurende 22 weken, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Vitamin D Supplementation, Glycemic Control, and Insulin Resistance in Prediabetics: A Meta-Analysis by Mirhosseini N, Vatanparast H, [...], Kimball SM.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6016617/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over suikerziekte en vitamine D.
 

1 portie aardappelen per dag verhoogt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van aardappelen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 prospectieve cohort studies met in totaal 4545230 personenjaren en 17758 mensen met suikerziekte type 2.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elk verhoging met 1 portie aardappelen per dag, de kans op het krijgen van suikziekte type 2 significant met 20% [HR = 1.20, 95% BI = 1.13 tot 1.127, p 0.001, I2 = 27.1%, p = 0.23] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat elk verhoging met 2 porties aardappelen per dag, de kans op het krijgen van suikziekte type 2 significant met 44% [HR = 1.44, 95% BI = 1.28 tot 1.63] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat elk verhoging met 3 porties aardappelen per dag, de kans op het krijgen van suikziekte type 2 significant met 74% [HR = 1.74, 95% BI = 1.45 tot 2.09] verhoogde.

De onderzoekers vonden een significant non-lineair verband tussen het eten van aardappelen en de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 [p 0.001].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van minimaal 1 portie aardappelen per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Potato consumption and risk of type 2 diabetes: A dose-response meta-analysis of cohort studies by Bidel Z, Teymoori F, […], Nazarzadeh M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30144898

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over suikerziekte.

1 portie aardappelen in dit onderzoek komt overeen met 180 gram.
 

Dagelijks 150 gram friet verhoogt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Bestaat er een relatie tussen het eten van aardappelen en all-cause mortaliteit, hart- en vaatziekte, suikerziekte type 2 of dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen relatie tussen het eten van 150 gram aardappelen per dag en all-cause mortaliteit [RR = 0.88, 95% BI = 0.69-1.12].
Geen relatie omdat RR van 1 in de 95% BI van 0.69 tot 1.12 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen relatie tussen het eten van 150 gram aardappelen per dag en het krijgen van coronaire hartziekte [RR = 1.03, 95% BI = 0.96-1.09].

De onderzoekers vonden geen relatie tussen het eten van 150 gram aardappelen per dag elen en het krijgen van een beoerte [RR = 0.98, 95% BI = 0.93-1.03].

De onderzoekers vonden geen relatie tussen het eten van 150 gram aardappelen per dag en het krijgen van dikke darmkanker [RR = 1.05, 95% BI = 0.92-1.20].

De onderzoekers vonden geen relatie tussen het dagelijks eten van 150 gram gekookte of gebakken aardappelen of aardappel als puree en het krijgen van een hoge bloeddruk [RR = 1.08, 95% BI = 0.96-1.21].

De onderzoekers vonden dat het dagelijks eten van 150 gram gekookte of gebakken aardappelen of aardappel als puree, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 9% [RR = 1.09, 95% BI = 1.01-1.18] verhoogde.
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 1.01 tot 1.18 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat het dagelijks eten van 150 gram friet, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 66% [RR = 1.66, 95% BI = 1.43-1.94] verhoogde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het dagelijks eten van 150 gram friet, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 37% [RR = 1.37, 95% BI = 1.15-1.63] verhoogde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat het dagelijks eten van 150 gram friet, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk werkelijk met 37% verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks eten van 150 gram friet zowel de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 als het krijgen van een hoge bloeddruk verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Potatoes and risk of chronic disease: a systematic review and dose-response meta-analysis by Schwingshackl L, Schwedhelm C, […], Boeing H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29987352

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte, het verlagen van de bloeddruk, hart- en vaatziekten en dikke darmkanker.

 

Knoflook verlaagt het nuchter glucosegehalte van patiënten met suikerziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verschillende studies hebben het effect van knoflook op het lipidenprofiel en het bloedglucosegehalte bij patiënten met suikerziekte onderzocht. Echter, de resultaten zijn tegenstrijdig en daarom werd dit overzichtartikel uitgevoerd.

Verbetert knoflook het lipidenprofiel en het bloedglucosegehalte van patiënten met suikerziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 33 studies met in totaal 1273 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de placebogroep, dat knoflook het totale cholesterolgehalte van patiënten met suikerziekte significant met 16.87 mg/dL [95% BI = -21.01 tot -12.73, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebogroep, dat knoflook het LDL cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van patiënten met suikerziekte significant met 9.65 mg/dL [95% BI = -15.07 tot -4.23, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebogroep, dat knoflook het triglyceridengehalte van patiënten met suikerziekte significant met 12.44 mg/dL [95% BI = -18.19 tot -6.69, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebogroep, dat knoflook het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) van patiënten met suikerziekte significant met 3.19 mg/dL [95% BI = 1.85 tot 4.53, p = 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebogroep, dat knoflook het nuchter bloedglucosegehalte van patiënten met suikerziekte significant met 10.90 mg/dL [95% BI = -16.40 tot -5.40, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met de placebogroep, dat knoflook het HbA1c-gehalte van patiënten met suikerziekte significant met 0.60 mg/dL [95% BI = -0.98 tot -0.22, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat knoflook het lipidenprofiel en het bloedglucosegehalte van patiënten met suikerziekte verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of garlic on lipid profile and glucose parameters in diabetic patients: A systematic review and meta-analysis by Shabani E, Sayemiri K and Mohammadpour M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30049636

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over suikerziekte, cholesterol en knoflook.
 

Dagelijks veel granenvezels verlaagt mogelijk suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overkoepelende overzichtsartikel bevatte 16 overzichtsartikelen over vezelsconsumptie.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de meta-analyses dat het eten van veel vezels vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 15% tot 19% verlaagde [RR = 0.81-0.85] verlaagde. Er was echter significante heterogeniteit tussen de meta-analyses.

De onderzoekers vonden in de meta-analyses dat het eten van veel granenvezels vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 13% tot 33% verlaagde [RR = 0.67-0.87] verlaagde. Er was echter significante heterogeniteit tussen de meta-analyses.

De onderzoekers vonden in de meta-analyses van supplementatie-studies dat het eten van veel vezels afkomstig van beta-glucanen vergeleken met weinig, zowel het nuchter glucosegehalte als het HbA1c-gehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde. Er was echter significante heterogeniteit tussen de meta-analyses.

De onderzoekers vonden in de meta-analyses van supplementen-studies dat het eten van veel vezels afkomstig van psyllium vergeleken met weinig, zowel het nuchter glucosegehalte als HbA1c-gehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde. Er was echter significante heterogeniteit tussen de meta-analyses.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel vezels, met name granenvezels, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat er sprake was van significante heterogeniteit tussen de meta-analyses.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Fiber Intake and Type 2 Diabetes Mellitus: An Umbrella Review of Meta-analyses by McRae MP.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29628808

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte, meta-analysis/heterogeniteit en vezels.

Een voeding met veel vezels is een voeding met minimaal 30 gram vezels oftewel een voeding met veel producten die minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal bevatten.
Deze maaltijden bevatten minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
 

Een voeding met 6 En% plantaardig eiwit verlaagt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De associatie tussen eiwit-inname via voeding en suikerziekte type 2 was inconsistent in de epidemiologische onderzoeken. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een verband tusssen de eiwit-inname via voeding en het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 prospectieve cohort studies met in totaal 34221 mensen met suikerziekte type 2.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden na het corrigeren voor eventuele confounders (factoren die de resultaten kunnen verstoren) dat elke verhoging met 5 En% totale eiwit, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 9% [95% BI = 1.04-1.13, I2 = 42.0%] verhoogde. Dit significant verhoogde risico werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyse.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden na het corrigeren voor eventuele confounders (factoren die de resultaten kunnen verstoren) dat elke verhoging met 5 En% dierlijk eiwit, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 12% [95% BI = 1.08-1.17, I2 = 14.0%] verhoogde. Dit significant verhoogde risico werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyse.

De onderzoekers vonden na het corrigeren voor eventuele confounders (factoren die de resultaten kunnen verstoren) een U-vormig verband tussen de inname van plantaardig eiwit via voeding en het krijgen van suikerziekte type 2. Het laagste risico werd gevonden bij 6 En% plantaardig eiwit. Dit significant verlaagde risico werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyse.

De onderzoekers concludeerden dat een voeding met 6 En% plantaardig eiwit, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary protein intake and risk of type 2 diabetes: a dose-response meta-analysis of prospective studies by Zhao LG, Zhang QL, [...], Xiang YB.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29858629

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en eiwit.

De makkelijkste manier om een voeding met 6 En% plantaardig eiwit te volgen, is door te kiezen voor alleen producten met 6 En% plantaardig eiwit. Deze producten bevatten 6 En% plantaardig eiwit.

Een U-vormig verband wil zeggen, bij bepaalde waarde is er sprake van een verhoogde risico en bij bepaalde waarde juist een verlaagde risico.
 

Minimaal 550 mg flavonoïden per dag verlaagt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische onderzoeken naar de rol van de inname van flavonoïden bij de preventie van suikerziekte type 2 lieten inconsistente resultaten zien. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 prospectieve cohort studies tussen 2002 en 2017 met in totaal 312015 deelnemers, waarvan 19953 mensen suikerziekte type 2 kregen tijdens de follow-up duur (duur van de studie) van 4 tot 28 jaar.
De deelnemers hadden geen suikerziekte type 2 aan het begin van de studie. De leeftijd van de deelnemers varieerde tussen 28 en 75 jaar.
De inname van flavonoïden in de hoogste categorie varieerde tussen 33.2 en 1452.3 mg per dag.

De NOS score van alle studies was 7 of hoger, wat duidt op goed opgezette studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van flavonoïden vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.86-0.96, I2  =  21%, p  =  0.257] verlaagde. Dit significant verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyse.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge inname van anthocyanidines vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.82-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge inname van flavan-3-olen vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.78-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge inname van flavonolen vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.80-0.94] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge inname van isoflavonen vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 9 cohort studies een significant verlaagde risico op het krijgen van suikerziekte type 2 bij minimaal 550 mg flavonoïden per dag. 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 300 mg flavonoïden per dag, het risico op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.93-0.97] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat minimaal 550 mg flavonoïden per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde. Dit verlaagde risico werd ook teruggevonden voor de volgende type flavonoïden: de anthocyanidines, de flavan-3-olen, de flavonolen en de isoflavonen.

Oorspronkelijke titel:
Flavonoids intake and risk of type 2 diabetes mellitus: A meta-analysis of prospective cohort studies by Xu H, Luo J, [...], Wen Q.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5959406/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en flavonoïden.

Deze producten leveren 500 mg flavonoïden.
 

Vetrijk dieet verhoogt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Er is wereldwijd een toenemende trend in de consumptie van diëten van slechte kwaliteit, die bijdragen aan de toename van niet-overdraagbare ziekten. Diëten hebben rechtstreeks invloed op de fysiologische samenstelling en dus op de lichamelijke gezondheid. Studies tonen aan dat macronutriënten (vet, eiwit en koolhydraten) en de energieinname van invloed kunnen zijn op het intramusculaire vetgehalte (IMF), dat verschillende metabole en endocriene stoornissen kunnen veroorzaken. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Welk type dieet verhoogt het intramusculaire vetgehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 studies (RCT’s en cross-over studies).
Het vetrijke dieet varieerde tussen 38 en 85 En% vet met gemiddeld 15 En% eiwit.
Het koolhydratenrijke dieet bevatte meer koolhydraten dan het lichaam dagelijks nodig heeft bij een gezond gewicht.
Het korte termijn hongerdieet (gedurende 8 dagen met 3 weken wash-out periode) bevatten 25% minder caloriën dan het lichaam dagelijks nodig heeft bij een gezond gewicht.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat vetrijke diëten (134 mensen in de vetrijke dieetgroep en 135 mensen in de controle groep) het intramusculaire vetgehalte significant verhoogde [SMD = 1.24, 95% BI = 0.43-2.05, p  = 0.003, I2 = 87%]. De SMD in de sensitiviteitsanalyse was 1.26 [95% BI = 0.23-2.28, p = 0.02].
Significant want de gevonden p-waarde van 0.003 was kleiner dan p-waarde van 0.05.

De onderzoekers vonden dat koolhydratenrijk diet vergeleken met standaard dieet (55 En% koolhydraten, 30 En% vet en 15 En% eiwit), het intramusculaire vetgehalte significant verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het volgen van hongerdiëten op korte termijn het intramusculaire vetgehalte significant verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het volgen van een vetrijk dieet (38-85 En% vet), koolhydratenrijk dieet en het kortstondig volgen van een hongerdieet het intramusculaire vetgehalte verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
The Effects of Diet on the Proportion of Intramuscular Fat in Human Muscle: A Systematic Review and Meta-analysis by Ahmed S, Singh D, [...], Kumbhare D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5826234/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vetrijk dieet en koolhydratenrijk dieet.
Een vetrijk dieet is een dieet met minimaal 35 En% vet. Een vetrijk dieet bestaat grotendeels uit producten/maaltijden met minimaal 35 En% vet.

Het vet in het lichaam kan in 3 groepen worden gedeeld:

  1. visceraal vet (vet tussen de organen)
  2. intramusculair vet (vet opgeslagen in de spieren). Intramusculair vet komt vooral voor bij mensen met overgewicht of obesitas en kan insulineresistentie veroorzaken. Insulineresistentie is de belangrijkste oorzaak van diabetes type 2 oftewel suikerziekte type 2.
  3. subcutaan vet (vet onder de huid opgeslagen)


 

Foliumzuursupplementen verlagen het nuchter glucosegehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Homocysteïne wordt geassocieerd met een hoger risico op het krijgen van diabetes (suikerziekte). Foliumzuur, dat homocysteïne vermindert, is veelbelovend voor de preventie en de behandeling van diabetes. Eerdere meta-analyse (overzichtsartikel) van 3 studies suggereerde dat folaat (foliumzuur) het hemoglobine A1c (HbA1c)-gehalte zou kunnen verlagen. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben foliumzuursupplementen (folaatsupplementen) positieve effecten op de insulineresistentie en de glykemische controle, zoals het nuchter glucose- en insulinegehalte en het HbA1c-gehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 18 RCT’s met in totaal 21081 mensen met of zonder diabetes.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat foliumzuursupplementen het nuchter glucosegehalte significant met 0.15 mmol/L [95% BI = -0.29 tot -0.01] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat foliumzuursupplementen de HOMA-IR waarde significant met 0.83 [95% BI = -1.31 tot -0.34] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat foliumzuursupplementen het nuchter insulinegehalte significant met 1.94 μIU/mL [95% BI = -3.28 tot -0.61] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen foliumzuursupplementen en het krijgen van suikerziekte of het verlagen van het HbA1c-gehalte.

De onderzoekers concludeerden dat foliumzuursupplementen zowel het nuchter glucosegehalte, de HOMA-IR waarde als het nuchter insulinegehalte verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
The effects of folate supplementation on glucose metabolism and risk of type 2 diabetes: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Zhao JV, Schooling CM and Zhao JX.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29501221

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en foliumzuur.

Suikerpatiënten hebben vaak zowel een verhoogd nuchter glucosegehalte, de HOMA-IR waarde als nuchter insulinegehalte.

Deze maaltijden bevatten veel foliumzuur.
 

Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij lage GI-diëten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De toenemende prevalentie van diabetes in het Verenigd Koninkrijk en wereldwijd vraagt om nieuwe benaderingen voor het beheer ervan en diëten met een lage glycemische index (lage GI-diëten) worden gezien als een manier om de glucoseschommelingen te beheersen. Echter, er zijn tegenstrijdige resultaten wat betreft hun effectiviteit. Bovendien blijft de impact van lage-glycemische indexdiëten en hun langdurig gebruik bij patiënten met suikerziekte type 2 onduidelijk. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben mensen met suikerziekte type 2 baat bij lage-glycemische indexdiëten oftewel lage GI-diëten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 2 RCT’s dat een laag GI-dieet het HbA1c-gehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verbeterde [p 0.05]. 

De onderzoekers vonden in 4 RCT’s dat een laag GI-dieet vergeleken met een hoog GI-dieet, het nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verbeterde [p 0.05]. 

De onderzoekers concludeerden dat mensen met suikerziekte type 2 baat hadden bij lage-glycemische indexdiëten oftewel lage GI-diëten. Lage GI-diëten verlaagden namelijk zowel het HbA1c-gehalte als het nuchter bloedglucosegehalte.

Oorspronkelijke titel:
The Effect of Dietary Glycaemic Index on Glycaemia in Patients with Type 2 Diabetes: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Ojo O, Ojo OO, [...], Wang XH.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5872791/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en GI-dieet.

Een laag GI-dieet is een dieet met veel lage GI-producten/maaltijden.
Lage GI-producten/maaltijden zijn producten/maaltijden met een GI-getal van mamimaal 55.
Praktisch gezien, bevatten lage GI-producten/maaltijden minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Deze producten en maaltijden bevatten minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
 

Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het slikken van vitamine K-supplementen de glycemische controle bij gezonde personen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 RCT’s met in totaal 533 deelnemers.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine K-supplementen geen positieve effecten hadden op zowel:
-het nuchter glucosegehalte [-0.91 mg/dL, 95% BI = -2.57 tot 0.76, p = 0.28];
-het nuchter insulinegehalte [-0.35 μIU/mL, 95% BI = -1.70 tot 1.00, p = 0.61];
-de HOMA-IR waarde [-0.06, 95% BI = -0.32 tot -0.19, p = 0.63];
-het 2-h OGTT [-4.00 mg/dL, 95% BI = -20.00, tot 11.99, p = 0.62].
Deze resultaten bleven ook gehandhaafd (=gelijk) in de sensitiviteitsanalyse.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine K-supplementen de glycemische controle bij gezonde personen niet verbeterde of anders gezegd, het slikken van vitamine K-supplementen verlaagde niet de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 bij gezonde personen.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Vitamin K Supplementation on Glycemic Control: A Systematic Review and Meta-Analysis of Clinical Trials by Shahdadian F, Mohammadi H and Rouhani M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29523009

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en vitamine K.

 

3 gram L-carnitinesupplementen verlagen het leptinegehalte van suikerpatiënten

Afbeelding

3 gram L-carnitinesupplementen verlagen het leptinegehalte van suikerpatiënten
Onderzoeksvraag:
Het effect van L-carnitine supplementen op het leptinegehalte in het bloed is inconsistent. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van L-carnitinesupplementen het serum leptinegehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 RCT’s met in totaal 325 mensen in de groep met L-carnitinesupplementen en 330 in de controlegroep (groep zonder L-carnitinesupplementen).

De heterogeniteit tussen de studies werd veroorzaakt door de dosering van L-carnitinesupplementen [ 2 g: I2 = 00.0%, p = 0.408] en de studiepopulatie [suikerziekte: I2 = 46.7%, p = 0.153 en geen suikerziekte: I2 = 15.1%, p = 0.317].

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitinesupplementen geen effect had op het serum leptinegehalte [WMD = -0.565 ng/mL, 95% BI = -2.417 tot 1.287, p = 0.550, I2  =  84.3%, p  0.0001].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse (om meer informatie te krijgen) dat het slikken van minstens 3 gram L-carnitinesupplementen per dag, het serum leptinegehalte significant met 2.742 ng/mL [WMD = -2.742 ng/mL, 95% BI = -3.039 tot -2.444, p  0.001] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse (om meer informatie te krijgen) dat het slikken van L-carnitinesupplementen, het serum leptinegehalte van suikerpatiënten significant met 2.946 ng/mL [WMD = 2.946 ng/mL, 95% BI = -3.254 tot -2.638, p  0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse (om meer informatie te krijgen) dat het slikken van L-carnitinesupplementen gedurende maximaal 12 weken, het serum leptinegehalte significant met 2.772 ng/mL [WMD = 2.772 ng/mL, 95% BI = -3.073 tot -2.471, p  0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van minstens 3 gram L-carnitinesupplementen per dag gedurende maximaal 12 weken, het serum leptinegehalte van suikerpatiënten verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of L-carnitine supplementation on serum leptin concentrations: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Nazary-Vannani A, Ghaedi E, […], Varkaneh HK.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29453657

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en L-carnitine.

Het leptinegehalte in het bloed wordt gemeten om te weten hoeveel leptine in het lichaam is. Het leptinegehalte in het bloed kan gemeten worden in het serum of in het plasma van het bloed.
Het bloedserum is de vloeistof die overblijft als men bloed laat stollen en het stolsel centrifugeert (=verwijdert).
Het bloedplasma is het vloeibare gedeelte van het bloed, zonder de bloedcellen en de bloedplaatjes.

Een hoog kaliumgehalte in het bloed verlaagt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een relatie tussen kalium en het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 prospectieve cohort studies met in totaal 119993 deelnemers, waarvan 5053 mensen met suikerziekte type 2.
De follow-up duur varieerde tussen 5 en 18.1 jaar. De leeftijd van de deelnemers aan het begin van de studies varieerde tussen 18 en 95 jaar.

De meeste studies verstrekten geadjusted RR, voor onder andere leeftijd, geslacht, ras, BMI en familiegeschiedenis van diabetes.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de sensitiviteitsanalyse dat een hoog serum kaliumgehalte (=kaliumgehalte in het bloed) de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 37% [RR = 0.63, 95% BI = 0.52-0.73, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het serum kaliumgehalte met 1 mmol/L de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.73-0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen een hoge kaliuminname via voeding en de verlaagde kans op het krijgen van suikerziekte type 2 [RR = 0.93, 95% BI = 0.81-1.06, I2 = 0.0%]. Geen verband want RR van 1 zat in de 95% BI van 0.81 tot 1.06. RR van 1 betekent geen risico/verband.

De onderzoekers vonden dat elke 1000 mg kalium via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 niet verlaagde [RR = 1.00, 95% BI = 0.96-1.05, I2 = 0.0%].

De onderzoekers vonden geen verband tussen een hoog kaliumgehalte in de 24-uurs urine en de verlaagde kans op het krijgen van suikerziekte type 2 [RR = 0.83, 95% BI = 0.39-1.75].

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 10 mmol kalium in de 24-uurs urine, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 niet verlaagde [RR = 1.00, 95% BI = 0.95-1.05].

De onderzoekers concludeerden dat alleen een hoog serum kaliumgehalte (=kaliumgehalte in het bloed) de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Potassium measurements and risk of type 2 diabetes: a dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Peng Y, Zhong GC, […], Yang G.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5725047/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en kalium.

Het kaliumgehalte in het bloed kan verhoogd worden door veel kaliumrijke voedingsmiddelen te eten en/of kaliumsupplementen te slikken.

Deze maaltijden bevatten veel kalium.

 

Granaatappelsupplementen verlagen niet suikerziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben granaatappelsupplementen een suikerverlagende effect in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 16 RCTs met in totaal 538 mensen.

11 studies gebruikten granaatappelsap als supplement (dosering: 120 tot 500 ml/dag).
2 studies gebruikten granaatappelzaadolie als supplement (dosering: 400 tot 2000 mg/dag).
3 studies gebruikten granaatappelextract als supplement (dosering: 710 tot 1420 mg/dag).
De gemiddelde interventieduur (duur van de studie) was 5.5 week (1-12 weken).
Het aantal deelnemers per studie varieerde 14 en 74.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat granaatappelsupplementen het nuchter bloedglucosegehalte niet significant verlaagden [WMD = -0.6 mg/dL, 95% BI = -2.79 tot 1.58, p = 0.59, I2 = 0%]. Deze waarde bleef robuust in de sensitiviteitsanalyses en de subgroepenanalyses. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat granaatappelsupplementen het nuchter insulinegehalte niet significant verlaagden [WMD = 0.29 μIU/mL, 95% BI = -1.16 tot 1.75, p = 0.70, I2 = 60.4%]. Deze waarde bleef robuust in de sensitiviteitsanalyses en de subgroepenanalyses.

De onderzoekers vonden dat granaatappelsupplementen de HOMA-IR waarde niet significant verlaagden [WMD = -0.04, 95% BI = -0.53 tot 0.46, p = 0.88, I2 = 59.8%]. Deze waarde bleef robuust in de sensitiviteitsanalyses en de subgroepenanalyses.

De onderzoekers vonden dat granaatappelsupplementen het HbA1c-gehalte niet significant verlaagden [WMD = -0.11%, 95% BI = -0.39 tot 0.18, p = 0.46, I2 = 0%]. Deze waarde bleef robuust in de sensitiviteitsanalyses en de subgroepenanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat granaatappelsupplementen het nuchter bloedglucosegehalte, het nuchter insulinegehalte, de HOMA-IR waarde en het HbA1c-gehalte niet verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Lack of efficacy of pomegranate supplementation for glucose management, insulin levels and sensitivity: evidence from a systematic review and meta-analysis by Huang H, Liao D, […], Zhu Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5629805/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over suikerziekte en fruitconsumptie.
Suikerpatiënten hebben een verhoogd nuchter bloedglucosegehalte, verhoogd nuchter insulinegehalte, verhoogde HOMA-IR waarde en een verhoogd HbA1c-gehalte.
 

Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij een koolhydratenarm dieet

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met suikerziekte type 2 baat bij een koolhydratenarm dieet?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met 734 deelnemers met suikerziekte type 2.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses dat het volgen van een koolhydratenarm dieet het HbA1c-gehalte (geeft bloedsuikergehalte van de afgelopen 3 maanden weer) van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [WMD = -0.44, 95% BI = -0.61 tot -0.26, p = 0.00].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses dat het volgen van een koolhydratenarm dieet het triglyceridengehalte (bloedvetgehalte) van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [WMD = -0.33, 95% BI = -0.45 tot -0.21, p = 0.00].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses dat het volgen van een koolhydratenarm dieet het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) van mensen met suikerziekte type 2 significant verhoogde [WMD = 0.07, 95% BI = 0.03 tot 0.11, p = 0.00].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses geen verband tussen het volgen van een koolhydratenarm dieet en zowel het totale als LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol).

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat het volgen van een koolhydratenarm dieet gedurende een korte periode het lichaamsgewicht van mensen met suikerziekte type 2 deed afnemen [WMD = -1.18, 95% BI = -2.32 tot -0.04, p = 0.04]. Echter, dit significant gewichtsverlies verdween bij het volgen van een koolhydratenarm dieet gedurende een lange periode.

De onderzoekers concludeerden dat mensen met suikerziekte type 2 baat hadden bij het volgen van een koolhydratenarm dieet.

Oorspronkelijke titel:
Efficacy of low carbohydrate diet for type 2 diabetes mellitus management: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Meng Y, Bai H, […], Chen L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28750216

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over suikerziekte en koolhydraten.

Een koolhydratenarm dieet is een dieet met 20-40 En% koolhydraten. Een dieet met 20-40 En% koolhydraten bestaat grotendeels uit producten/maaltijden met 20-40 En% koolhydraten of anders gezegd, het gemiddelde van alle dagelijks gegeten producten/maaltijden moet tussen 20-40 En% koolhydraten liggen. Welke producten 20 tot 40 En% koolhydraten bevatten, kunt u hier opzoeken.

Een dieet met 4.4 gram alfa-linoleenzuur gedurende 3 maanden verlaagt niet suikerziekte type 2

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met suikerziekte type 2 baat bij een dieet met veel ALA (alfa-linoleenzuur)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s met 212 deelnemers met suikerziekte type 2.

De dosering van ALA varieerde tussen 1.5 tot 7.4  gram per dag. De studieduur was gemiddeld 3 maanden (2 tot 12 maanden). 87.5% van de studies werd als hoog gekwalificeerd (MQS ≥8).

De deelnemers aan de studies waren suikerpatiënten type 2 met een gemiddelde leeftijd van  54 jaar. Ze hadden overgewicht of obesitas.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat 4.4 gram alfa-linoleenzuur per dag gedurende 3 maanden het HbA1c-gehalte van suikerpatiënten type 2 niet significant [MD =  -0.01, 95% = -0.32 tot 0.31, p  =  0.96, I2  =  91%, p   0.00] verlaagde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat 5.4 gram alfa-linoleenzuur per dag gedurende 3 maanden het nuchter bloedglucosegehalte van suikerpatiënten type 2 niet significant [MD =  -0.07, 95% = -0.61 tot 0.76, p  =  0.84, I2  =  78%, p   0.001] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat 5.4 gram alfa-linoleenzuur per dag gedurende 3 maanden het nuchter insulinegehalte van suikerpatiënten type 2 niet significant [MD =  7.03, 95% = -5.84 tot 19.89, p  =  0.28, I2  =  82%, p   0.001] verlaagde. 

De onderzoekers concludeerden dat mensen met suikerziekte type 2 geen baat hadden bij een dieet met minimaal 4.4 gram alfa-linoleenzuur gedurende 3 maanden.

Oorspronkelijke titel:
The effect of alpha-linolenic acid on glycemic control in individuals with type 2 diabetes: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled clinical trials by Jovanovski E1, Li D, […], Vuksan V.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5457843/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over suikerziekte en alfa-linoleenzuur.

4.4  gram alfa-linoleenzuur per dag komt overeen met 1 tot 2 eetlepels lijnzaden of chiazaden of 12 hele walnoten.
Welke producten, met name plantaardige oliën, veel alfa-linoleenzuur bevatten, kunt u hier opzoeken.