Voeding en gezondheid

1.5-2 gram arginine per dag gedurende 4-7 weken verhogen sportprestaties

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Van stikstofoxide-gerelateerde ergogene (prestatieverhogende) hulpmiddelen, zoals arginine (Arg) is aangetoond dat ze een positieve invloed hebben op de sportprestaties via de verschillende fysiologische en metabole mechanismen. Echter, de onderzoeksresultaten zijn controversieel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbeteren arginine-supplementen de sportprestaties?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 RCT’s met in totaal 386 mannen en 8 vrouwen.

Acute arginine-suppletie: 0.15 gram arginine per kg lichaamsgewicht (10-11 gram) tussen 60 en 90 minuten vóór de sportprestatie.

Chronische arginine-suppletie: 1.5-2 gram arginine per dag gedurende 4-7 weken of 10-12 gram arginine per dag gedurende 8 weken.

Er was publicatie bias voor aërobe sportprestaties.
Er was geen publicatie bias voor anaërobe sportprestaties.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat zowel het slikken van acute als chonische arginine-supplementen de aërobe sportprestaties significant verbeterde [SMD = 0.84, 95% BI = 0.12 tot 1.56, p = 0.02, I2 = 89%, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat zowel het slikken van acute als chonische arginine-supplementen de anaërobe sportprestaties significant verbeterde [SMD = 0.24, 95% BI = 0.05 tot 0.43, p = 0.01, I2 = 0%, p = 0.85].

De onderzoekers concludeerden dat zowel het slikken van acute als chonische arginine-supplementen de aërobe sportprestaties en de anaërobe sportprestaties verbeterden.

Oorspronkelijke titel:
Effects of Arginine Supplementation on Athletic Performance Based on Energy Metabolism: A Systematic Review and Meta-Analysis by Viribay A, Burgos J, […], Mielgo-Ayuso J.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/12/5/1300/htm

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over sportvoeding en arginine.

 

 

Coënzym Q10-supplementen verlagen niet lichaamsgewicht en BMI

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van coënzym Q10-supplementen het lichaamsgewicht en de BMI?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tusssen het slikken van coënzym Q10-supplementen en het verlagen van het lichaamsgewicht [WMD = 0.28 kg, 95% BI = -0.91 tot 1.47, p = 0.64].
Geen verband omdat de gevonden p-waarde van 0.64 groter was dan de p-waarde van 0.05.
Geen verband werd ook teruggevonden in de subgroepenanalyses.

De onderzoekers vonden geen verband tusssen het slikken van coënzym Q10-supplementen en het verlagen van de BMI [WMD = -0.03, 95% BI = -0.4 tot 0.34, p = 0.86].
Geen verband werd ook teruggevonden in de subgroepenanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van coënzym Q10-supplementen zowel het lichaamsgewicht als de BMI niet verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Q10 supplementation on body weight and body mass index: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled clinical trials by Saboori S, Rad EY, […], Falahi E.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31336462

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over geen verband/overzichtsartikel, coënzym Q10 en overgewicht.

 

Een hoger vitamine D-gehalte tijdens zwangerschap verlaagt MS bij nakomeling

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoger vitamine D-gehalte tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van MS bij de nakomeling?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 patiënt-controle studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden een significant verlaagde kans van 37% [OR = 0.63, 95% BI = 0.47 tot 0.84] op het krijgen van MS bij de nakomeling bij vrouwen met een hoger vitamine D-gehalte tijdens de zwangerschap.
Dit verlaagde kans werd ook teruggevonden in de gestratificeerde analyses.

De onderzoekers concludeerden dat een hoger vitamine D-gehalte tijdens de zwangerschap, de kans op het krijgen van MS bij de nakomeling verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Gestational vitamin D and offspring risk of multiple sclerosis: a systematic review and meta-analysis by Jasper EA, Nidey NL, […], Ryckman KK.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32014337

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap en vitamine D.
 

Dagelijks 40 gram soja consumptie gedurende 12 weken verhoogt het IGF-1 gehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het is bekend dat een laag Insulin-like Growth Factor 1 (IGF-1) gehalte in het lichaam geassocieerd wordt met vele aandoeningen. Verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat sojaconsumptie het IGF-1 gehalte kan beïnvloeden, maar de bevindingen blijven onduidelijk en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt sojaconsumption het IGF-1 gehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 klinische studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat sojaconsummptie het IGF-1 gehalte significant verhoogde [WMD = 13.5 ng/mL, 95% BI = 5.2 tot 21.8, I2 = 97%].
Dit effect was het grootst bij ≤40 gram soja per dag [WMD = 11.7 ng/mL, 95% BI = 10.9 tot 12.6, I2 = 98%], bij een sojaconsumptie gedurende maximaal 12 weken [WMD = 26.6 ng/mL, 95% BI = 9.1 tot 44.1, I2 = 0.0%] en bij ongezonde personen [WMD = 36 ng/mL, 95% BI = 32.7 tot 39.4, I2 = 84%] ten opzichte van gezonde personen [WMD = 9.8 ng/mL, 95% BI = 8.9 tot 10.7, I2 = 90%].

De onderzoekers concludeerden dat ≤40 gram soja per dag gedurende maximaal 12 weken het IGF-1 gehalte verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
The Effect of Soy Intervention on Insulin-Like Growth Factor 1 Levels: A Meta-Analysis of Clinical Trials by Jiawei Zeng J, Feng Y, […], Chen X.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32072706/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over soja en suikerziekte.

Insulin-like Growth Factor 1 (IGF-1) is een eiwit dat in de lever onder invloed van het groeihormoon wordt geproduceerd. IGF-1 geeft een stabielere weergave van het groeihormoon. Geeft de hypofyse weinig groeihormoon af, dan zal de lever minder IGF-1 produceren. IGF-1 verlaagt het bloedsuikergehalte in het lichaam. Suikerpatiënten hebben vaak een hoog bloedsuikergehalte.
 

40 gram ingemaake groenten per dag verhoogt maagkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Er wordt gesuggereerd dat de inname van ingemaakte groenten en gezouten vis de kans op het krijgen van maagkanker verhoogt. Echter, er ontbreekt een dosisafhankelijk verband en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt het eten van ingemaakte groenten en gezouten vis de kans op het krijgen van maagkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 cohort studies over ingemaakte groenten met 195624 deelnemers en 16 cohort studies over gezouten vis met 196384 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van 40 gram ingemaake groenten per dag, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 15% [gepoolde relatieve risico = 1.15, 95% BI = 1.07 tot 1.23, p voor heterogeniteit = 0.14] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel gezouten vis en de kans op het krijgen van maagkanker [gepoolde relatieve risico = 1.17, 95% BI = 0.99 tot 1.38, p voor heterogeniteit = 0.26].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 40 gram ingemaake groenten per dag, de kans op het krijgen van maagkanker verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Pickled Vegetable and Salted Fish Intake and the Risk of Gastric Cancer: Two Prospective Cohort Studies and a Meta-Analysis by Yoo JY, Cho HJ, […], Park SK.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6694/12/4/996/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vis- en groenteconsumptie en kanker.

Tomaten verhogen goed cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het eten van tomaten en het verlagen van het cholesterol-, triglyceriden- of het nuchter bloedsuikergehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het totale cholesterolgehalte significant verlaagde [WMD = -4.39 mg/dL, 95% BI = -7.09 tot -1.68, I2 = 48%, p = 0.05].

De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het triglyceridengehalte significant verlaagde [WMD = -3.94 mg/dL, 95% BI = -7.67 tot -0.21, I2 = 90%, p = 0.001].
Dit verlaagde effect was het grootst bij jonge deelnemers.

De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant verlaagde [WMD = -2.09 mg/dL, 95% BI = -3.73 tot -0.81, I2 = 78%, p = 0.001].
Dit verlaagde effect was het grootst bij jonge deelnemers.

De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) significant verhoogde [WMD = 2.25 mg/dL, 95% BI = 0.41 tot 4.10, I2 = 97%, p = 0.001].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van tomaten en het nuchter bloedsuikergehalte [WMD = 0.59 mg/dL, 95% BI = -0.28 tot 1.46, I2 = 95%, p = 0.001].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van tomaten het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) verhoogde, terwijl het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) en het triglyceridengehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Tomato Consumption on Fasting Blood Glucose and Lipid Profiles: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Li H, Chen, A, [...],Yin X.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32243013/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van tomtaten en het verlagen van het cholesterolgehalte.

Hartpatiënten hebben vaak een hoog LDL cholesterolgehalte, een laag HDL-cholesterolgehalte en een hoog triglyceridengehalte.

Calciumsupplementen verhogen hartinfarct

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van calcium of het slikken van calciumsupplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 26 prospectieve cohort studies en 16 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van 200 tot 1500 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten niet verlaagde [relatieve risk = 0.96, 95% BI = 0.87 tot 1.05].
Geen verband omdat relatieve risk van 1 in de 95% BI van 0.87 tot 1.05 zat. Relatieve risk van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van 200 tot 1500 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte niet verlaagde [relatieve risk = 0.98, 95% BI = 0.88 tot 1.08].

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van 200 tot 1500 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte niet verlaagde [relatieve risk = 0.94, 95% BI = 0.85 tot 1.04].

De onderzoekers vonden in RCT’s dat slikken calciumsupplementen, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 20% verhoogde [relatieve risk = 1.20, 95% BI = 1.08 tot 1.33, I2 = 0.0%].
Significant omdat relatieve risk van 1 niet in de 95% BI van 1.08 tot 1.33 zat. Relatieve risk van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in RCT’s dat slikken calciumsupplementen, de kans op het krijgen van een hartinfarct significant met 21% verhoogde [relatieve risk = 1.21, 95% BI = 1.08 tot 1.35, I2 = 0.0%].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van calciumsupplementen, de kans op het krijgen van zowel coronaire hartziekte als een hartinfarct verhoogde. Echter, dit verhoogde risico werd niet teruggevonden voor calcium via voeding (het eten van calcium). 

Oorspronkelijke titel:
The Evidence and Controversy Between Dietary Calcium Intake and Calcium Supplementation and the Risk of Cardiovascular Disease: A Systematic Review and Meta-Analysis of Cohort Studies and Randomized Controlled Trials by Yang C, Shi X, […], Sun G.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/31625814/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over calcium en het verlagen van hart- en vaatziekten en een beroerte.

Dagelijks 100 microgram foliumzuur via voeding verlaagt ER negatief/PR negatief borstkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies gericht op de associatie tussen vitamines die verband houden met het metabolisme van 1 koolstofatoom (foliumzuur, vitamine B2, vitamine B6, vitamine B12) en het risico op het krijgen van borstkanker hebben inconsistente bevindingen gerapporteerd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt foliumzuur (folaat), vitamine B2, vitamine B6 of vitamine B12 via voeding de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 27 studies (patiënt-controle studies en cohort studies) met  49707 mensen met borstkanker onder 1274060 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van foliumzuur via voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 7% [gepoolde relatieve risico = 0.93, 95% BI = 0.88 tot 0.99, p = 0.018] verlaagde.
Dit verlaagde risico werd in de subgroepenanalyses alleen teruggevonden voor ER negatief/PR negatief borstkanker.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vitamine B6 via voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 6% [gepoolde relatieve risico = 0.94, 95% BI = 0.89 tot 1.00, p = 0.037] verlaagde.
Dit verlaagde risico werd in de subgroepenanalyses alleen teruggevonden voor ER negatief/PR negatief borstkanker.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vitamine B2 via voeding vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 10% [gepoolde relatieve risico = 0.90, 95% BI = 0.82 tot 0.99, p = 0.026] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de dosisafhankelijke analyses, dat een verhoging met 100 microgram (mcg of μg) foliumzuur via voeding per dag, de kans op het krijgen van ER negatief/PR negatief borstkanker significant met 7% [relatieve risico = 0.93, 95% BI = 0.89 tot 0.98, p = 0.007] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge inname van foliumzuur, vitamine B2 of vitamine B6 via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker, met name ER negatief/PR negatief borstkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association Between One-carbon Metabolism-related Vitamins and Risk of Breast Cancer: A Systematic Review and Meta-analysis of Prospective Studies by Zeng J, Gu Y, […], Chang H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32241696

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over foliumzuur, vitamine B2, B6 en borstkanker.

Borstkankercellen, die veel hormoonreceptoren hebben, worden door hormonen aangezet tot groei (kanker is in de regel ongeremde celgroei). Een tumor met teveel hormoonreceptoren voor oestrogeen wordt ER-positief genoemd, voor het hormoon progesteron heet dit PR-positief. Zijn de hormoonreceptoren niet in overmaat aanwezig, dan wordt de tumor ER-negatief of PR-negatief genoemd.
Hoeveel hormoonreceptoren er aanwezig zijn wordt uitgedrukt in het percentage van 0 tot 100 procent. Positief betekent iedere uitslag hoger dan 10 procent.

Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt MS

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Multiple sclerose (MS) is een demyeliniserende en invaliderende ontstekingsziekte van het centrale zenuwstelsel. MS wordt veroorzaakt door complexe omgevingsfactoren die vooral vatbare jongeren genetisch beïnvloeden. Opkomende gegevens suggereren dat veranderingen in het serum gehalte van homocysteïne (Hcy), vitamine B12 en folaat (foliumzuur) in verband kunnen worden gebracht met MS. Echter, eerdere bevindingen zijn niet altijd consistent. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben mensen met MS een laag serum homocysteïne-, vitamine B12- of folaatgehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 studies met 1738 mensen met MS en 1424 mensen zonder MS (de controles).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat mensen met MS een hoger serum homocysteïnegehalte hadden dan mensen zonder MS [SMD = 0.64, 95% BI = 0.33 tot 0.95, p 0.0001].

Echter, de onderzoekers vonden geen significant verschil in het serum vitamine B12-gehalte tussen mensen met MS en mensen zonder MS [SMD = -0.08, 95% BI = -0.35 tot 0.20, p = 0.58].

Echter, de onderzoekers vonden geen significant verschil in het serum folaatgehalte tussen mensen met MS en mensen zonder MS [SMD = 0.07, 95% BI = -0.14 tot 0.28, p = 0.52].

De onderzoekers vonden dat mensen met relapsing-remitting MS (RRMS) een hoger serum homocysteïnegehalte hadden dan mensen zonder MS [SMD = 0.67, 95% BI = 0.21 tot 1.13, p = 0.004].

De onderzoekers vonden vergeleken met mensen zonder MS, dat er geen verschil was tussen het serum homocysteïnegehalte van mannen met MS [SMD = 0.56, 95% BI = -0.13 tot 1.26, p = 0.11] en vrouwen met MS [SMD = 0.22, 95% BI = -0.16 tot 0.60, p = 0.25].

De onderzoekers concludeerden dat mensen met MS, met name relapsing-remitting MS een hoger serum homocysteïnegehalte hadden dan mensen zonder MS.

Oorspronkelijke titel:
Serum levels of Homocysteine, Vitamin B12 and Folate in Patients with Multiple Sclerosis: an Updated Meta-Analysis by Li X, Yuan J, [...], Hu W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7085269/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over MS en het verlagen van het homocysteïnegehalte.

1 tot 3 eieren per dag verhogen niet de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het eten van eieren en het verhogen of verlagen van de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 RCT’s met in totaal 748 deelnemers.
De gemiddelde leeftijd varieerde tussen 23.3 en 67.1 jaar.
De eiconsumptie in alle studies varieerde tussen 1 en 3 hele eieren per dag.
De duur van de studies varieerde tussen 3 en 12 weken.
Er was geen publicatie bias.
Er was geen heterogeniteit tussen de studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van eieren de systolische bloeddruk niet verhoogde [WMD = 0.046 mmHg, 95% BI = - 0.792 tot 0.884, p = 0.914, I2 = 0.0%, p = 0.453]. Dit resultaat bleef gelijk in de subgroepen- en de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat het eten van eieren de diastolische bloeddruk niet verlaagde [WMD =  = - 0.603 mmHg, 95% BI = - 1.521 tot 0.315, p = 0.198, I2 = 38.1%, p = 0.067]. Dit resultaat bleef gelijk in de subgroepen- en de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 1 tot 3 eieren per dag gedurende 3 tot 12 weken de bloeddruk niet verhoogde of verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Egg Consumption on Blood Pressure: a Systematic Review and Meta-analysis of Randomized Clinical Trials by Kolahdouz-Mohammadi R, Malekahmadi M, […], Soltani S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7189334/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over de eiconsumptie en het verlagen van de bloeddruk.

Een causaal verband kan aangetoond worden in studies, die RCT’s worden genoemd.

 

Dagelijs 100 mg magnesium via voeding verlaagt een beroerte

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van magnesium de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 en een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 53 prospectieve cohort studies met in totaal 1912634 deelnemers, waarvan 76678 mensen met suikerziekte type 2 of een beroerte.

De deelnemers waren bij aanvang van de studies (at baseline) overwegend van middelbare leeftijd, met een gemiddelde magnesiuminname van 370 mg/dag voor de hoogste categorie en 232 mg/dag voor de laagste categorie.

De gemiddelde duur van de studies was 10.7 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 35 cohort studies met in totaal 1219636 deelnemers, waarvan 56540 mensen met suikerziekte type 2, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 22% [RR = 0.78, 95% BI = 0.75 to 0.81, p 0.001, I2 = 35.6%, p = 0.021] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 8 cohort studies waarbij gecorrigeerd werd voor de graanvezels, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.73 to 0.83, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 18 cohort studies met in totaal 692998 deelnemers, waarvan 20138 mensen met een beroerte, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83 to 0.94, p 0.001, I2 = 0%, p = 0.529] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 5 cohort studies waarbij gecorrigeerd werd voor calcium, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.80 to 0.99, p = 0.040] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 18 cohort studies met in totaal 692998 deelnemers, waarvan 20138 mensen met een ischemische beroerte, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81 to 0.95, p = 0.001, I2 = 16.9%, p = 0.265] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte onder vrouwen significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.83 to 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte onder vrouwen significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.79 to 1.00] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte onder mensen met een BMI ≥ 25 significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.82 to 0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte onder mensen met een BMI ≥ 25 significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81 to 0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met minimaal 12 jaar follow-up, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83 to 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met minimaal 12 jaar follow-up, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81 to 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.93 to 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.97 to 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.97 to 0.99] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van minimaal 100 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 en een (ischemische) beroerte met name onder vrouwen en mensen met een BMI ≥ 25 (mensen met overgewicht) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association of magnesium intake with type 2 diabetes and total stroke: an updated systematic review and meta-analysis by Zhao B, Zeng L, [...], Zhang W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7103847/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overzichtsartikel/significant, magnesium, BMI, suikerziekte 2 en het verlagen van een beroerte.
 

Ziekte van Alzheimer verhoogt een hersenbloeding

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt de ziekte van Alzheimer de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 studies met in totaal 121719 deelnemers, waarvan 73044 mensen met de ziekte van Alzheimer.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de ziekte van Alzheimer de kans op het krijgen van een hemorragische beroerte (hersenbloeding) significant met 42%  [relatieve risico = 1.42, 95% BI = 1.23- tot 1.64] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat de ziekte van Alzheimer de kans op het krijgen van een hemorragische beroerte (hersenbloeding) verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Risk of hemorrhagic and ischemic stroke in patients with Alzheimer disease: A synthesis of the literature by Waziry R, Chibnik LB, […], Hofman A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31949087

Extra informatie van El Mondo:                      
Vind hier meer studies over het verlagen van een beroerte en de ziekte van Alzheimer.

 

Licht intensieve lichamelijke activiteit verlaagt doodgaan aan kanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt licht intensieve lichamelijke activiteit de kans op doodgaan aan kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat licht intensieve lichamelijke activiteit gedurende 30 minuten per dag, de kans op doodgaan aan kanker significant met 14% [gepoolde HR = 0.86, 95% BI = 0.79-0.95, I2 1%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat licht intensieve lichamelijke activiteit gedurende 30 minuten per dag, de kans op doodgaan aan kanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Objectively-Measured Light-Intensity Physical Activity and Risk of Cancer Mortality: A Meta-analysis of Prospective Cohort Studies by Qiu S, Cai X, […], Schumann U.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32303534

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over sportvoeding en kanker.

Bij licht intensieve lichamelijke activiteit is er geen sprake van verhoogde hartslag of versnelde ademhaling. Denk hierbij aan afwassen, musiceren, klussen in huis of yoga.
 

Eiwittensupplementen verhogen vetvrije massa bij ouderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben eiwittensupplementen een positief effect op de lichaamssamenstelling en de spierfunctie van gezonde volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 65 RCT’s met in totaal van 2907 deelnemers (1514 mannen en 1380 vrouwen, 13 onbekend geslacht).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat eiwittensupplementen de vetvrije massa bij volwassenen significant verhoogden [MD = 0.62 kg, 95% BI = 0.36 tot 0.88].
Dit effect werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyses en was niet afhankelijk van het moment van de inname van de eiwittensupplementen.

De onderzoekers vonden dat eiwittensupplementen de vetvrije massa bij ouderen significant verhoogden [MD = 0.46 kg, 95% BI = 0.23 tot 0.70].
Dit effect werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyses en was niet afhankelijk van het moment van de inname van de eiwittensupplementen.

De onderzoekers concludeerden dat eiwittensupplementen de vetvrije massa bij zowel gezonde volwassenen als ouderen verhoogden.

Oorspronkelijke titel:
The Role of Protein Intake and its Timing on Body Composition and Muscle Function in Healthy Adults: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Wirth J, Hillesheim E and Brennan L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32232404

Extra informatie van El Mondo:                      
Vind hier meer studies over de eiwittensupplementen en sportvoeding

Hoe meer vetvrije massa iemand heeft, hoe hoger de ruststofwisseling is. De ruststofwisseling is het energieverbruik van het lichaam in rust. Deze stofwisseling is nodig voor de levensprocessen zoals ademhalen en op temperatuur blijven. In rust betekent liggend in een aangename omgevingstemperatuur (ongeveer 22°C) met een lege maag.    

 

Aardbeien verlagen slecht cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het eten van aardbeien en de verlaagde kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s.

Er was een geringe heterogeniteit tussen de studies.
Er was geen pubicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van aardbeien het C-reactieve eiwitgehalte significant verlaagde [0.63 mg/L, 95% BI = -1.04 tot -0.22].

De onderzoekers vonden dat het eten van aardbeien het totale cholesterolgehalte bij mensen met een cholesterolgehalte (aan het begin van de studie) hoger dan 5 mmol/L significant verlaagde [0.52 mmol/L, 95% BI = -0.88 tot -0.15].

De onderzoekers vonden dat het eten van aardbeien het LDL-cholesterolgehalte bij mensen met een cholesterolgehalte (aan het begin van de studie) hoger dan 3 mmol/L significant verlaagde [0.31 mmol/L, 95% BI = -0.60 tot -0.02].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van aardbeien zowel het C-reactieve eiwitgehalte als het totale en LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) bij mensen met een hoog totaal of LDL-cholesterolgehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of strawberry intervention on cardiovascular risk factors: a meta-analysis of randomized controlled trials by Gao Q, Qin LQ, […], Dong JY.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32238201

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over fruitconsumptie, het verlagen van het cholesterolgehalte en C-reatieve eiwitgehalte.

Een causaal verband kan aangetoond worden in studies, die RCT’s worden genoemd.

 

Dagelijks 100 gram (rood)vlees verhoogt suikeziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen de verschillende voedingsgroepen (vlees, vis, gevogelte) en het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel vlees vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 33% [gepoolde relatieve risico = 1.33, 95% BI = 1.16 tot 1.52] verhoogde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel roodvlees vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 22% [gepoolde relatieve risico = 1.22, 95% BI = 1.16 tot 1.28] verhoogde.
Significant omdat gepoolde relatieve risico van 1 niet in de 95% BI van 1.16 tot 28 zat. Gepoolde relatieve risico van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel bewerkt vlees vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 25% [gepoolde relatieve risico = 1.25, 95% BI = 1.13 tot 1.37] verhoogde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat het eten van veel bewerkt vlees de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 werkelijk met 25% verhoogde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel gevogelte en het krijgen van suikerziekte type 2 [gepoolde relatieve risico = 1.00, 95% BI = 0.93 tot 1.07].
Geen verband omdat gepoolde relatieve risico van 1 in de 95% BI van 0.93 tot 1.07 zat. Gepoolde relatieve risico van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel vis en het krijgen van suikerziekte type 2 [gepoolde relatieve risico = 1.01, 95% BI = 0.93 tot 1.10].

De onderzoekers vonden in dosis-afhankelijke analyses, dat het eten van 100 vlees per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 36% [relatieve risico = 1.36, 95% BI = 1.23 tot 1.49] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosis-afhankelijke analyses, dat het eten van 100 gram roodvlees per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 31% [relatieve risico = 1.31, 95% BI = 1.19 tot 1.45] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosis-afhankelijke analyses, dat het eten van 50 gram bewerkt vlees per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 46% [relatieve risico = 1.46, 95% BI = 1.26 tot 1.69] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel het dagelijks eten van 100 gram vlees, 100 gram roodvlees als 50 gram bewerkt vlees, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Meat and fish intake and type 2 diabetes: dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Yang X, Li Y, […], Li L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32302686

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte type 2 en vis-, gevogelte en vleesconsumptie.
 

Vitamine K2 + vitamine D verhogen botmineraaldichtheid

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Eerdere studies hebben geen consistente conclusie getrokken over de effecten van vitamine K in combinatie met vitamine D op de kwaliteit van het menselijke skelet. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt het slikken van vitamine K in combinatie met vitamine D de botmineraaldichtheid (botdichtheid)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s met 971 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine K in combinatie met vitamine D de totale botmineraaldichtheid significant verhoogde [gepoolde effectengroote = 0.316, 95% BI = 0.031 tot 0.601].

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine K in combinatie met vitamine D het  ondergecarboxyleerd osteocalcine-gehalte significant verlaagde [gepoolde effectengroote = -0.945, 95% BI = -1.131 tot -0.778].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, vergeleken met de groep zonder vitamine K2 en D, dat het slikken van maximaal 500 microgram vitamine K2 per dag in combinatie met vitamine D de totale botmineraaldichtheid significant verhoogde [effectengroote = 0.570, 95% BI = 0.196 tot 0.945].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine K, met name maximaal 500 microgram vitamine K2 per dag in combinatie met vitamine D de totale botmineraaldichtheid verhoogde en het  ondergecarboxyleerd osteocalcine-gehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The combination effect of vitamin K and vitamin D on human bone quality: a meta-analysis of randomized controlled trials by Kuang X, Liu C, […], Li D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32219282

Extra informatie van El Mondo:                      
Vind hier meer studies over vitamine K en D en het verhogen van de botdichtheid.

De verhouding tussen ondergecarboxyleerde en gecarboxyleerde botproteïne osteocalcine wordt beschouwd als een gevoelige indicator voor de algehele vitamine K status (vitamine K-gehalte) van het lichaam.
 

Glutenallergie verhoogt boezemfibrilleren

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verschillende studies hebben aangetoond dat coeliakie (glutenallergie) geassocieerd kan worden met verschillende cardiale manifestaties. Boezemfibrilleren is een van de meest voorkomende aritmieën die een aanzienlijke morbiditeit kan veroorzaken. Echter, het risico op boezemfibrilleren bij patiënten met coeliakie blijft volgens epidemiologische studies onduidelijk. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben patiiënten met coeliakie een verhoogde kans op het krijgen van boezemfibrilleren?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 cohort studies met in totaal 64397 deelnemers.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden voor patiiënten met coeliakie een significant, verhoogde kans van 38% op het krijgen van boezemfibrilleren [OR = 1.38, 95% BI = 1.01-1.88, p 0.001, I2 = 96%].

De onderzoekers concludeerden dat coeliakie (glutenallergie) de kans op het krijgen van boezemfibrilleren verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Celiac Disease and Risk of Atrial Fibrillation: A Meta-analysis and Systematic Review by Hidalgo DF, Boonpheng B, […], Intriago M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7077104/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatziekten.
Boezemfibrilleren is een van de meest voorkomende hartritmestoornissen, ook wel bekend als atriumfibrilleren.

 

100 gram vis per dag verlaagt hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt visconsumptie de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, depressie, kanker en sterfte (mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 34 meta-analyses met in totaal 298 prospectieve cohort studies.
Het gepoolde relatieve risico (SRR) voor elke meta-analyse werd herberekend met behulp van een random-effects model.

De studies waren van matige kwaliteit.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op het krijgen van all-cause mortaliteit (doodgaan aan alle oorzaken) significant met 8% [SRR = 0.92, 95% BI = 0.87 tot 0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 25% [SRR = 0.75, 95% BI = 0.65 tot 0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 12% [SRR = 0.88, 95% BI = 0.79 tot 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op het krijgen van een hartinfarct significant met 25% [SRR = 0.75, 95% BI = 0.65 tot 0.93] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 14% [SRR = 0.86, 95% BI = 0.75 tot 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op het krijgen van hartfalen significant met 20% [SRR = 0.80, 95% BI = 0.67 tot 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op het krijgen van een depressie significant met 12% [SRR = 0.88, 95% BI = 0.79 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram vis per dag, de kans op het krijgen van leverkanker significant met 35% [SRR = 0.65, 95% BI = 0.48 tot 0.87] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat 100 gram vis per dag de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, depressie, leverkanker en sterfte (mortaliteit) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fish Consumption and the Risk of Chronic Disease: An Umbrella Review of Meta-Analyses of Prospective Cohort Studies by Jayedi A and Shab-Bidar S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32207773

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over visconsumptie, kanker en hart- en vaatziekten.

Een kransslagaderaandoening, ook wel coronaire hartziekte (CHZ) genoemd, is een aandoening aan het hart waardoor de bloedtoevoer naar de hartspier belemmerd wordt.


 

Zuivelproducten verhogen botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het eten van zuivelproducten en de verhoogde botmineraaldichtheid bij gezonde postmenopauzale vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCT’s met 618 deelnemers.
Melk was het belangrijkste zuivelproduct in de RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden een significant verband tussen de consumptie van zuivelproducten en de verhoogde botmineraaldichtheid van de lumbale wervelkolom bij gezonde postmenopauzale vrouwen [SMD = 0.21, 95% BI = 0.05 tot 0.37, p = 0.009].

De onderzoekers vonden een significant verband tussen de consumptie van zuivelproducten en de verhoogde botmineraaldichtheid van de dijbeenhals bij gezonde postmenopauzale vrouwen [SMD = 0.36, 95% BI = 0.19 tot 0.53, p  0.001].
Dit positieve effect werd in de supgroepenanalyses pas gevonden vanaf 18 maanden zuivelconsumptie.

De onderzoekers vonden een significant verband tussen de consumptie van zuivelproducten en de verhoogde botmineraaldichtheid van de heup bij gezonde postmenopauzale vrouwen [SMD = 0.37, 95% BI = 0.20 tot 0.55, p  0.001].
Dit positieve effect werd in de supgroepenanalyses pas gevonden vanaf 12 maanden zuivelconsumptie.

De onderzoekers vonden een significant verband tussen de consumptie van zuivelproducten en de verhoogde (totale) botmineraaldichtheid bij gezonde postmenopauzale vrouwen [SMD = 0.58, 95% BI = 0.39 tot 0.77, p  0.001].

De onderzoekers concludeerden dat een causaal verband bestond tussen het eten van zuivelproducten (met name melk) gedurende minimaal 12 maanden en de verhoogde botmineraaldichtheid bij gezonde postmenopauzale vrouwen.

Oorspronkelijke titel:
Effects of dairy products on bone mineral density in healthy postmenopausal women: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Shi Y, Zhan Y, [...], Jiang Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32185512

Extra informatie van El Mondo:                      
Vind hier meer studies over zuivelproducten en het verhogen van de botdichtheid (botmineraaldichtheid).

Na de menopauze (de laatste menstruatie) volgt de postmenopauze.
 

Probiotica verlagen hart- en vaatziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert zowel het eten van zuiveproducten als het slikken van probiotica de risicofactoren (zoals metabole syndroom, suikerziekte type 2, cholesterol) van hart- en vaatziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 prospectieve cohort studies en 52 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van gefermenteerde zuivelproducten de kans op het krijgen van een beroerte significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.94 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van gefermenteerde zuivelproducten de kans op het krijgen van ischemische hartziekte significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.94 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van gefermenteerde zuivelproducten de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekte significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.94 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van yoghurt de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 27% [RR = 0.73, 95% BI = 0.70 tot 0.76] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van yoghurt de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.74 tot 0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden in RCT’s dat probiotica-suppletie in de vorm van zuivelmatrices tot een grotere verlaging van de vet-biomerkers leidde dan in de vorm van capsules/poedervorm bij mensen met een hoog cholesterolgehalte (hypercholesterolemie).

De onderzoekers vonden in RCT’s dat probiotica-suppletie in de vorm van capsules/poedervorm tot een grotere verlaging van de suikerziekte-biomerkers leidde dan in de vorm van zuivelmatrices bij mensen met suikerziekte.

De onderzoekers vonden in RCT’s dat probiotica-suppletie zowel in de vorm van capsules/poedervorm als zuivelmatrices tot een significante vermindering van de antropometrische parameters bij mensen met obesitas leidde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel het eten van gefermenteerde zuivelproducten, yoghurt als het slikken van probiotica de kans op het krijgen van hart- en vaatziekte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fermented Dairy Products, Probiotic Supplementation, and Cardiometabolic Diseases: A Systematic Review and Meta-analysis by Companys J, Pla-Pagà L, […], Valls RM.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32277831

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zuivelproducten, het metabole syndroom, probiotica, hart- en vaatziekte en suikerziekte.

Kefir, yoghurt, kwark en karnemelk zijn gefermenteerde zuivelproducten.
Probiotica zitten in gefermenteerde zuivelproducten.

Vet-biomerkers zijn triglyceriden- en cholesterolgehalte.
Suikerziekte-biomerkers zijn HbA1c-, nuchter insuline- en nuchter bloedsuikergehalte en de HOMA-IR waarde.
Antropometrische parameters zijn BMI en buikomtrek.

 

LDL-cholesterolgehalte hoger dan 121 mg/dL verhoogt Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoog LDL-cholesterolgehalte de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 26 patiënt-controle studies met in totaal 7033 deelnemers (2266 mensen met de ziekte van Alzheimer en 4767 mensen zonder dementie).

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in een fixed-model analyse dat mensen met de ziekte van Alzheimer een hoger LDL-cholesterolgehalte (>121 mg/dL) hadden dan mensen zonder dementie [SMD = 0.16, 95% BI = 0.10 tot 0.22, p 0.01].
Dit resultaat werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat 60- tot 70-jarigen met de ziekte van Alzheimer een hoger LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) hadden dan 60- tot 70-jarigen zonder dementie [SMD = 0.80, 95% BI = 0.23 tot 1.37, p 0.01].

De onderzoekers concludeerden dat een LDL-cholesterolgehalte hoger dan 121 mg/dL de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer onder 60- tot 70-jarigen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Low-Density Lipoprotein Cholesterol and Alzheimer's Disease: A Systematic Review and Meta-Analysis by Zhou Z, Liang Y, […], Zhao M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7002548/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over LDL cholesterol en ziekte van Alzheimer.
 

Vitamine A via voeding verlaagt eierstokkanker onder Noord-Amerikanen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Eerdere studies naar de relatie tussen vitamine A-inname via voeding en het risico op het krijgen van eierstokkanker laten inconsistente (tegenstrijdige) resultaten zien en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 patiënt-controle studies en 5 cohort studies met 4882 mensen met eierstokkanker onder 443179 deelnemers.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 18.4% [RR = 0.816, 95% BI = 0.723 tot 0.920, I2 = 48.4%, p = 0.019] verlaagde.
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker significant met 23.1% [RR = 0.769, 95% BI = 0.655 tot 0.902] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant in cohort studies.

De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker onder Noord-Amerikanen significant met 17.5% [RR = 0.825, 95% BI = 0.720 tot 0.946] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge vitamine A-inname via voeding de kans op het krijgen van eierstokkanker onder Noord-Amerikanen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary vitamin A intake and the risk of ovarian cancer: A meta-analysis by Wang Q and He C.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7138903/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van vitamine A en kanker.

Dagelijks 1 kopje thee verlaagt hart- en vaatziekten onder ouderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van thee de kans op hart- en vaatziekten en doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) onder volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 39 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 kopje thee (236.6 ml oftewel 280 mg flavonoïden voor zwarte thee en 338 mg flavonoïden voor groene thee) per dag, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 4% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 kopje thee (236.6 ml oftewel 280 mg flavonoïden voor zwarte thee en 338 mg flavonoïden voor groene thee) per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 2% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 kopje thee (236.6 ml oftewel 280 mg flavonoïden voor zwarte thee en 338 mg flavonoïden voor groene thee) per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 4% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 kopje thee (236.6 ml oftewel 280 mg flavonoïden voor zwarte thee en 338 mg flavonoïden voor groene thee) per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 4% verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat elke verhoging met 1 kopje thee (236.6 ml oftewel 280 mg flavonoïden voor zwarte thee en 338 mg flavonoïden voor groene thee) per dag, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten onder ouderen significant met 11% [gepoolde adjusted RR = 0.89, 95% BI = 0.83 tot 0.96, p = 0.001, I2 = 72.4%, n = 4] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat elke verhoging met 1 kopje thee (236.6 ml oftewel 280 mg flavonoïden voor zwarte thee en 338 mg flavonoïden voor groene thee) per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken onder ouderen significant met 8% [gepoolde adjusted RR = 0.92, 95% BI = 0.90 tot 0.94, p 0.0001, I2 = 0.3%, n = 3] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks drinken van thee, minimaal 1 kopje thee (236.6 ml oftewel 280 mg flavonoïden voor zwarte thee en 338 mg flavonoïden voor groene thee) de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten en doodgaan aan alle oorzaken onder ouderen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dose-Response Relation between Tea Consumption and Risk of Cardiovascular Disease and All-Cause Mortality: A Systematic Review and Meta-Analysis of Population-Based Studies by Chung M, Zhao N, […], Wallace TC.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32073596

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over thee en hart- en vaatziekten.
 

Nitriet via voeding verhoogt lymfklierkanker bij vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische onderzoeken (studies) naar de relatie tussen nitriet- of nitraatconsumptie en het risico op non-Hodgkin-lymfoom (een zeldzame vorm van lymfklierkanker) blijven controversieel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt de inname van nitriet of nitraat via voeding de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 patiënt-controle studies en 4 cohort studies met in totaal 8067 mensen met non-Hodgkin-lymfoom.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge nitrietconsumptie de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom significant met 55% [OR = 1.55, 95% BI = 1.27-1.88, I2 = 41.8%, p = 0.161] verhoogde en dan met name de diffuus grootcellig B-cel lymfoom [OR = 1.55, 95% BI = 1.07-2.26] en bij vrouwen [OR = 1.50, 95% BI = 1.15-1.95].
Significant omdat OR van 1 niet in de 95% BI van 1.27 tot 1.88 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen een hoge nitraatconsumptie en de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom [OR = 1.02, 95% BI = 0.94-1.10, I2 = 14.2%, p = 0.308].

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse dat elke verhoging met 1 microgram nitriet per dag via voeding, de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom significant met 26% [OR = 1.26, 95% BI = 1.09-1.42, I2 = 55.0%, p = 0.083] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat de inname van nitriet via voeding (minimaal 1 microgram nitriet per dag) de kans op het krijgen van non-Hodgkin-lymfoom, met name de diffuus grootcellig B-cel lymfoom bij vrouwen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
The relationship between consumption of nitrite or nitrate and risk of non-Hodgkin lymphoma by Yu M, Li C, [...], Jin J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6969097/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies en kanker.

Nitriet (in levensmiddelen als E250) zorgt voor een rode kleur van vleeswaren en ossenworst.
Nitriet vermindert de gevoeligheid voor oxidatie van onverzadigde vetten/vetzuren. Oxidatie van onverzadigde vettten/vetzuren leiden tot ranzigheid in het product.
Nitriet verlengt de houbaarheid van vleeswaren. Het nitriet (aanwezig als HNO2) is in staat om de bacteriecellen binnen te dringen en met de bacteriële eiwitten te reageren, zodat allerlei essentiële processen in de bacterie verstoord raken. Door deze verstoring gaat de bacterie uiteindelijk dood.