Voeding en gezondheid

Vitamine B12, D en E verlagen eczeem

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlagen vitamine-supplementen de kans op het krijgen van eczeem?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 RCT’s met in totaal 456 mensen met (atopisch) eczeem (dermatitis). 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de SCORAD of EASI score van de groep dat vitamine D3 supplementen kreeg significant lager was dan de groep die geen vitamine D supplementen kreeg [MD = -5.96, 95% BI = -7.69 tot -4.23, I2 = 33%].

De onderzoekers vonden dat de SCORAD score van de groep dat vitamine E supplementen kreeg significant lager was dan de groep die geen vitamine E supplementen kreeg [MD = -5.72, 95% BI = -11.41 tot -0.03, I2 = 0%].

De onderzoekers vonden dat de SCORAD score van de groep dat vitamine B12 crème kreeg significant lager was dan de groep die geen vitamine B12 crème kreeg [MD = -3.19, 95% BI = -4.27 tot -2.10, I2 = 0%].

De onderzoekers concludeerden dat vitamine B12, D en E supplementen de kans op het krijgen van eczeem verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Assessment of the Effectiveness of Vitamin Supplement in Treating Eczema: A Systematic Review and Meta-Analysis by Zhu Z, Yang Z, [...], Liu H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6875217/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over vitamine D, E, B12 en chronische ziekten.

Constitutioneel eczeem (atopisch eczeem of atopische dermatitis) is een chronische ontstekingsziekte van de huid. Hierdoor ontstaat jeuk, roodheid en schilfering.
SCORAD (scoring atopic dermatitis) is de score die de ernst van de atopische dermatitis aangeeft.
EASI (eczema area and severity Index) geeft de mate van uitgebreidheid en de ernst van het eczeem weer.
 

Een hoog serum kopergehalte verhoogt obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De relatie tussen het serum kopergehalte in het lichaam en overgewicht/obesitas blijft controversieel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een hoog serum kopergehalte de kans op het krijgen van overgewicht/obesitas?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het serum kopergehalte van kinderen met obesitas significant hoger was dan van kinderen zonder obesitas [SMD = 0.74, 95% = 0.16 tot 1.32].

De onderzoekers vonden dat het serum kopergehalte van volwassenen met obesitas significant hoger was dan van volwassenen zonder obesitas [SMD = 0.39, 95% = 0.02 tot 0.76].

De onderzoekers vonden geen significant verschil tussen het serum kopergehalte van kinderen met overgewicht en kinderen zonder overgewicht [SMD = 1.52, 95% =  -0.07 tot 3.12].

De onderzoekers vonden geen significant verschil tussen het serum kopergehalte van volwassenen met overgewicht en volwassenen zonder overgewicht [SMD = 0.16, 95% =  -0.06 tot 0.38].

De onderzoekers vonden een significant verschil in de SMD tussen kinderen met obesitas die gediagnosticeerd werden door gewicht-voor-lengte en kinderen zonder obesitas [SMD = 1.56, 95% BI = 0.57 tot 2.55].  

De onderzoekers vonden een significant verschil in de SMD tussen volwassenen met obesitas die gediagnosticeerd werden door het BMI (WHO) en volwassenen zonder obesitas [SMD = 0.54, 95% BI = 0.08 tot 1.01].  

De onderzoekers concludeerden dat zowel kinderen als volwassenen met obesitas een hoog serum kopergehalte in het lichaam hadden.

Oorspronkelijke titel:
The Relationship Between Serum Copper and Overweight/Obesity: a Meta-analysis by Gu K, Li X, […], Jiang X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31300957

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koper en overgewicht.

Veel zink via voeding verlaagt suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt zink de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 16 studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 7 prospectieve cohort studies en 1 cross-sectionele studie (146027 deelnemers tussen 18 en 84 jaar, waarvan 11511 mensen met suikerziekte type 2) dat een hoge zinkinname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.78 tot 0.98, I2 = 64.5%, p = 0.003] verlaagde.
Dit verlaagde risico was sterker en duidelijker op het platteland in vergelijking tot stedelijke gebieden [platteland: OR = 0,59, 95% BI = 0.48 tot 0.73, I2 = 0.0%, p = 0.843 versus stedelijke gebieden: OR = 0.94, 95% BI = 0.86 tot 1.02, I2 = 43.9%, p = 0.113].

De onderzoekers vonden geen verband tussen een hoge zinkinname (zowel via voeding als voedingssupplementen) en de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 [OR = 0.95, 95% BI = 0.82 tot 1.11, I2 = 56.5%, p = 0.129].

De onderzoekers vonden geen verband tussen een hoge zinkinname via voedingssupplementen en de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 [OR = 0.94, 95% BI = 0.75 tot 1.19, I2 = 85.4%, p = 0.009].

De onderzoekers vonden dat een hoog serum/plasma zinkgehalte de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 64% [OR = 1.64, 95% BI = 1.25 tot 2.14, I2 > 22.5%, p = 0.275] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge zinkinname via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde, terwijl een hoog serum/plasma zinkgehalte, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 juist verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Zinc Intake and Status and Risk of Type 2 Diabetes Mellitus: A Systematic Review and Meta-Analysis by Fernández-Cao JC, Warthon-Medina M, […], Lowe NM.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/11/5/1027/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en zink

Het serum/plasma zinkgehalte kan verhoogd worden door producten te eten die veel zink bevattten en/of zinksupplementen te slikken.
 

100 gram fruit per dag verlagen het metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van groenten of fruit de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 cross-sectionele studies en 2 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram fruit per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 3% verlaagde [OR = 0.97, 95% BI = 0.95 tot 0.99, I2 = 26.7%]. 
Dit verlaagde risico was niet significant voor elke verhoging met 100 gram groente per dag [OR = 0.98, 95% BI = 0.96 tot 1.01, I2 = 54.6%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van fruit, minimaal 100 gram per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fruit and vegetable consumption and the metabolic syndrome: a systematic review and dose-response meta-analysis by Lee M, Lim M and Kim J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31514758

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over groente en fruit en het metabole syndroom.
 

100 mg magnesium verlaagt suikerziekte type 2

Onderzoeksvraag:
Verlaagt magnesium de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 35 cohort studies en 26 RCT’s (1168 deelnemers).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de laagste inname, verlaagde de hoogste inname van magnesium via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 22%.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 6% verlaagde.

De onderzoekers vonden in 26 RCT’s met in totaal 1168 deelnemers, dat het slikken van magnesiumsupplementen het nuchter plasma glucosegehalte significant verlaagde [SMD = -0.32, 95% BI = -0.59 tot -0.05].

De onderzoekers vonden in 26 RCT’s met in totaal 1168 deelnemers, dat het slikken van magnesiumsupplementen de orale glucosetolerantietest significant verbeterde [SMD = -0.30, 95% BI = -0.58 tot -0.02].

De onderzoekers vonden in 26 RCT’s met in totaal 1168 deelnemers, dat het slikken van magnesiumsupplementen het nuchter insulinegehalte significant verlaagde [SMD = -0.17, 95% BI = -0.30 tot -0.04].

De onderzoekers vonden in 26 RCT’s met in totaal 1168 deelnemers, dat het slikken van magnesiumsupplementen de HOMA-IR waarden significant verlaagde [SMD = -0.41, 95% BI = -0.71 tot -0.11].

De onderzoekers vonden in 26 RCT’s met in totaal 1168 deelnemers, dat het slikken van magnesiumsupplementen ook het triglyceridengehalte, de systolische bloeddruk en de diastolische bloeddruk significant verlaagde. 

De onderzoekers concludeerden dat zowel het eten van magnesium, minimaal 100 gram per dag als het slikken van magnesiumsupplementen, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association of Magnesium Consumption with Type 2 Diabetes and Glucose Metabolism: a Systematic Literature Review and Pooled Study with Trial Sequential Analysis by Zhao B, Deng H, [...], Zhang W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31758631

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en magnesium.  
 

1.670 mg/d kalium via voeding verlaagt mogelijk doodgaan onder nierpatiënten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Kaliumarme diëten worden aanbevolen om het serum kaliumgehalte in het lichaam te verminderen en complicaties van chronische nierziekte te voorkomen, maar het bewijsmateriaal dat deze aanbeveling ondersteunt, is niet systematisch beoordeeld. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben patiënten met chronische nierziekte baat bij een kaliumarm dieet?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 studies met in totaal 3,489 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in studies van zeer lage kwaliteit dat beperkt (1.295 mg/d) versus onbeperkt (1.570 mg/d) kaliuminname via voeding, het serum kaliumgehalte met 0.22 mEq/L [95% BI = -0.33 tot -0.10, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies van zeer lage kwaliteit vergeleken met een hoge (4.414 mg/d) kaliuminname via voeding, dat een lage (1.670 mg/d) kaliuminname, het risico op doodgaan met 40% [HR = 0.60, 95% BI = 0.40 tot 0.89, I2 = 56%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies van zeer lage kwaliteit vergeleken met een hoge (4.558 mg/d) kaliuminname via voeding, dat een lage (1.725 mg/d) kaliuminname de ziekteprogressie niet significant versnelde [HR = 1.14, 95% BI = 0.77 tot 1.70, I2 = 57%].

De onderzoekers concludeerden dat studies van zeer lage kwaliteit de consensus ondersteunt dat kaliumbeperking (maximaal 1.295 mg per dag) via voeding, het serum kaliumgehalte verlaagde en de kans op doodgaan bij mensen met chronische nierziekte verlaagde bij maximaal 1.670 mg kalium per dag. Echter, er zijn gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (RCT’s) van hoge kwaliteit nodig om deze bevindingen te bevestigen.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Dietary Potassium Restriction on Serum Potassium, Disease Progression, and Mortality in Chronic Kidney Disease: A Systematic Review and Meta-Analysis by Morris A, Krishnan N, […], Lycett D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31734057

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over kalium, nierziekte en chronische ziekten.
Het kaliumgehalte van levensmiddelen kunt u hier opzoeken.
 

Pinda’s verlagen het nuchter insulinegehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Observationeel bewijs suggereert dat een hoge notenconsumptie de glykemische controle verbetert. Echter, het is onduidelijk of deze associatie causaal is en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een causaal verband tussen het eten van noten en de verbeterde glykemische controle, zoals HOMA-IR, nuchter insulinegehalte en nuchter bloedglucosegehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 40 RCT’s met in totaal 2832 deelnemers met een gemiddelde interventieduur (duur van de studie) van 3 maanden.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van boomnoten of pinda’s de HOMA-IR waarden verbeterde [WMD = -0.23, 95% BI = -0.40 tot -0.06, I2 = 51.7%].

De onderzoekers vonden dat het eten van boomnoten of pinda’s het nuchter insulinegehalte verbeterde [WMD = -0.40 μIU/mL, 95% BI = -0.73 tot -0.07 μIU/mL, I2 = 49.4%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van boomnoten of pinda’s gedurende 3 maanden de HOMA-IR waarden en het nuchter insulinegehalte verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of nuts on markers of glycemic control: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Tindall AM, Johnston EA, […], Petersen KS.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30722007

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en het eten van noten.

Suikerpatiënten hebben een verhoogd nuchter insulinegehalte.

Een hoog zinkgehalte in de hersenvocht verlaagt ziekte van Parkinson

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De ziekte van Parkinson is de meest voorkomende neurodegeneratieve ziekte na de ziekte van Alzheimer. Terwijl de exacte etiologie van de ziekte van Parkinson onbekend blijft, lijkt het risico op het ontwikkelen van de ziekte van Parkinson verband te houden met een combinatie van genetische en omgevingsfactoren. Dit omvat ook abnormale blootstelling aan de sporenelementen. Daarom, werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een hoog gehalte aan sporenelementen de kans op het krijgen van de ziekte van Parkinson?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 56 patiënt-controle studies met 588 mensen in de seleniumgroep en 721 in de controlegroep, 2190 in de kopergroep en 2522 in de controlegroep, 2956 in de ijzergroep en 3469 in de controlegroep en 1798 in de zinkgroep en 1913 in de controlegroep.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat bij mensen met de ziekte van Parkinson het seleniumgehalte in het hersenvocht significant hoger was dan bij mensen zonder de ziekte van Parkinson [+51.6%, WMD = 5.49, 95% BI = 2.82 tot 8.15].
Echter, het seleniumgehalte in het bloedserum was gelijk tussen deze 2 groepen [-0.2%, WMD = -0.22, 95% BI = -8.05 tot 7.62].  

De onderzoekers vonden dat bij mensen met de ziekte van Parkinson het kopergehalte in het hersenvocht niet significant hoger was dan bij mensen zonder de ziekte van Parkinson [+4.5%, WMD = 1.87, 95% BI = -3.59 tot 7.33].
Echter, het kopergehalte in het bloedserum was niet significant lager bij mensen met de ziekte van Parkinson [WMD = -42.79, 95% BI = -134.35 tot 48.76].  

De onderzoekers vonden dat bij mensen met de ziekte van Parkinson het ijzergehalte in het hersenvocht significant hoger was dan bij mensen zonder de ziekte van Parkinson [+9.5%, WMD = 9.92, 95% BI = 1.23 to 18.61].
Echter, het ijzergehalte in het bloedserum/plasma was significant lager bij mensen met de ziekte van Parkinson [-5.7%, WMD = -58.19, 95% BI = -106.49 tot -9.89].  

De onderzoekers vonden dat bij mensen met de ziekte van Parkinson het zinkgehalte in het hersenvocht signifcant lager was dan bij mensen zonder de ziekte van Parkinson [-10.8%, WMD = -7.34, 95% BI = -14.82 tot -0.14].
Het zinkgehalte in het bloedserum/plasma was ook significant lager bij mensen met de ziekte van Parkinson [-7.5%, WMD = -79.93, 95% BI = -143.80 tot -16.06].  

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoog selenium- als ijzergehalte in de hersenvocht de ziekte van Parkinson verhoogden, terwijl een hoog zinkgehalte in de hersenvocht de ziekte van Parkinson juist verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Selenium and Other Trace Elements in the Etiology of Parkinson's Disease: A Systematic Review and Meta-Analysis of Case-Control Studies by Adani G, Filippini T, […], Vinceti M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31454800

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over selenium, ijzer, zink, koper en chronische ziekten.
 

Omega-3 vetzuren verlagen CRP-gehalte van nierpatiënten met hemodialyse

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van omega-3 vetzuren de kans op het krijgen van ontstekingen bij nierpatiënten met hemodialyse?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s met 371 nierpatiënten met hemodialyse.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van omega-3 vetzuren het serum CRP-gehalte van  nierpatiënten met hemodialyse significant met 1.95 mg/dL [SMD = = -1.95 mg/dL, 95% BI = -3.09 tot -0.80] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van omega-3 vetzuren het serum hooggevoelige CRP-gehalte van nierpatiënten met hemodialyse significant met 2.09 mg/dL [SMD = = -2.09 mg/dL, 95% BI = -3.62 tot -0.56] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van omega-3 vetzuren zowel het serum CRP- als hooggevoelige CRP-gehalte van nierpatiënten met hemodialyse verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The Effect of Omega-3 Supplementation on Serum Levels of Inflammatory Biomarkers and Albumin in Hemodialysis Patients: A Systematic Review and Meta-analysis by Dezfouli M, Moeinzadeh F, [...], Feizi A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31420233

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over nierziekte, omega-3 vetzuren en chronische ziekten.
 

Vetarme zuivelproducten verlagen buikomtrek en lichaamsgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De incidentie van diabetes mellitus type 2 (suikerziekte type 2) is de afgelopen jaren in de VS toegenomen. De consumptie van vetarme zuivelproducten wordt in verband gebracht met het verlaagde risico op het krijgen van suikerziekte type 2. Echter, de studies hebben nog geen duidelijke correlatie (verband) aangetoond. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een causaal verband tussen het eten van vetarme zuivelproducten en de verlaagde kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 30 RCTs met in totaal 2900 deelnemers.
De gemiddelde leeftijd varieerde tussen 18 en 63 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van vetarme zuivelproducten de HOMA-IR waarde significant verlaagde [MD = -1.21, 95% BI = -1.74 tot -0.67, p 0.00001, I2 = 92%].

De onderzoekers vonden dat het eten van vetarme zuivelproducten de buikomtrek significant verlaagde [MD = -1.09 cm, 95% BI = 1.68 tot -0.58, p 0.00001, I2 = 94%].

De onderzoekers vonden dat het eten van vetarme zuivelproducten het lichaamsgewicht significant verlaagde [MD = 0.42 kg, p 0.00001, I2 = 92%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van vetarme zuivelproducten de HOMA-IR waarde, de buikomtrek en het lichaamsgewicht verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The Effects of Dairy Intake on Insulin Resistance: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Clinical Trials by Sochol KM, Johns TS, […], Melamed ML.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/11/9/2237/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en zuivelproducten.
 

Graanvezels via voeding verlagen suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De afgelopen jaren zijn hart- en vaatziekten een aandachtspunt en een wereldwijd probleem geworden. Er zijn tegenstrijdige onderzoeken naar de relatie tussen de inname van volkoren of graanvezels en het risico op diabetes type 2 (suikerziekte type 2). Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 cohort studies en 1 patiënt-controle studie met in totaal 434903 deelnemers, waarvan 14728 mensen met suikerziekte type 2.
De gemiddelde follow-up duur was 12.6 jaar in de cohort studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 26% [gecombineerde RR = 0.74, 95% BI = 0.67 tot 0.82, I2 = 56.8%, p = 0.06] verlaagde.
Dit verlaagde risico was in de sensitiviteitsanalyses 32% [gecombineerde RR = 0.68, 95% BI = 0.64 tot 0.73, I2 = 0.0%, p = 0.452].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder mannen significant met 32% [RR = 0.68, 95% BI = 0.49 tot 0.88] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder vrouwen significant met 26% [RR = 0.74, 95% BI = 0.64 tot 0.77] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van (volkoren)graanvezels de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Whole grain and cereal fiber intake and the risk of type 2 diabetes: a meta-analysis by Wang Y, Duan Y, […], Jin Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6627783/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en graanvezels.
 

Een laag selenium- en zinkgehalte verhogen reumatoïde artritis

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Milieufactoren als risicofactoren voor het krijgen van reumatoïde artritis zijn niet uitgebreid onderzocht. Selenium (Se), zink (Zn) en koper (Cu) werden in verband gebracht met reumatoïde artritis, maar de resultaten waren inconsistent. Daarom werd dit overzichtartikel uitgevoerd.

Is er een verband tussen het bloed selenium-, zink- of kopergehalte en het krijgen van reumatoïde artritis?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 41 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 16 studies met 806 mensen met reumatoïde artritis en 959 mensen zonder reumatoïde artritis (de controles), dat het bloedserum seleniumgehalte van mensen met reumatoïde artritis significant lager was dan van mensen zonder reumatoïde artritis [SMD = -1.04, 95% BI = -1.58 tot -0.50].

De onderzoekers vonden in 23 studies met 1398 mensen met reumatoïde artritis en 1299 mensen zonder reumatoïde artritis (de controles), dat het bloedserum zinkgehalte van mensen met reumatoïde artritis significant lager was dan van mensen zonder reumatoïde artritis [SMD = -1.20, 95% BI = -1.74 tot -0.67].

De onderzoekers vonden in 26 studies met 1723 mensen met reumatoïde artritis en 1451 mensen zonder reumatoïde artritis (de controles), dat het bloedserum kopergehalte van mensen met reumatoïde artritis significant hoger was dan van mensen zonder reumatoïde artritis [SMD = 1.26, 95% BI = 0.63 tot 1.89].

De onderzoekers vonden in de meta-regressie dat er een positief verband bestond tussen het gebruik van steroïden en het bloedserum seleniumgehalte van mensen met reumatoïde artritis [β = 0.041, 95% BI = 0.002 tot 0.079].

De onderzoekers vonden dat de verschillen in het bloedserum seleniumgehalte, het bloedserum zinkgehalte en het bloedserum kopergehalte tussen de patiënten met reumatoïde artritis en de controles allemaal gerelateerd waren aan de geografische spreiding.

De onderzoekers concludeerden dat mensen met reumatoïde artritis een lager bloedserum selenium- en zinkgehalte en een hoger bloedserum kopergehalte hadden dan mensen zonder reumatoïde artritis.

Oorspronkelijke titel:
Common trace metals in rheumatoid arthritis: A systematic review and meta-analysis by Ma Y, Zhang X, […], Pan F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31442958

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over selenium, zink, koper en chronische ziekten.
 

Dagelijks 280 mg calcium verlaagt mogelijk het metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische onderzoeken naar de relatie tussen de inname van calcium via voeding en het risico op het krijgen van het metabole syndroom hebben controversiële resultaten opgeleverd. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Verlaagt calcium-inname via voeding de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 cross-sectionele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel calcium vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 20% [gepoolde OR = 0.80, 95% BI = 0.70 tot 0.91] verlaagde.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen het eten van calcium en de kans op het krijgen van het metabole syndroom.

De onderzoekers vonden dat het eten van 280 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.82 tot 0.93] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van minimaal 280 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit overzichtsartikel alleen maar cross-sectionele studies en geen cohort studies bevatte.

Oorspronkelijke titel:
Dietary calcium intake and the risk of metabolic syndrome: evidence from observational studies by Cheng L, Hu D and Jiang W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30846011

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over calcium, het metabole syndroom en overgewicht.
 

60-500 mg coënzym Q10 supplementen per dag verlagen ontstekingen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Systematische ontstekingen spelen een belangrijke rol in alle stadia van chronische ziekten. Recent bewijs suggereert dat coënzym Q10 (CoQ10), als een ontstekingsremmend middel, gunstige effecten heeft getoond op het ontstekingsproces van de verschillende ziekten. Echter, de verschillende onderzoeken naar de effecten van coënzym Q10 op pro-inflammatoire cytokines, laten tegenstrijdige resultaten zien. Daarom werd dit overzichtartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van coënzym Q10 supplementen ontstekingen in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 509 patiënten (269 in coënzym Q10-groep en 240 in de controle groep/placebo groep).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van 60-500 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 8-12 weken, het TNF-α gehalte significant met 0.44 mg/dL [SMD = -0.44, 95% BI = -0.81 tot -0.07 mg/dL, I2 = 66.1%, p  = 0.00] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van 60-500 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 8-12 weken, het IL-6 gehalte significant [SMD = -0.37, 95% BI = -0.65 tot -0.09, I2 = 57.2%, p  = 0.01] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses, dat het slikken van 60-500 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 8-12 weken, zowel het TNF-α gehalte als het IL-6 gehalte bij patiënten met een BMI 26 significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 60-500 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 8-12 weken, de ontstekingen, met name het TNF-α gehalte en het IL-6 gehalte bij patiënten met een BMI 26 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Can coenzyme Q10 supplementation effectively reduce human tumor necrosis factor-α and interleukin-6 levels in chronic inflammatory diseases? A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Vafa M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31185284

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over coënzym Q10 supplementen en chronische ziekten.

Eieren geven geen ontstekingen in het lichaam

Onderzoeksvraag:
Er is weinig bewijs dat de consumptie van eieren de ontsteking in het lichaam beïnvloedt en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt het eten van eieren de kans op het krijgen van ontstekingen in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 8 RCT’s dat het eten van eieren het hooggevoelige C-reactieve proteïne (hs-CRP) gehalte niet significant verhoogde [WMD = 0.24 mg/L, 95% BI = -0.43 tot 0.90, I2 = 53.8%, p = 0.48].

De onderzoekers vonden in 4 RCT’s dat het eten van eieren het interleukine-6 (IL-6) gehalte niet significant verhoogde [WMD = 0.20 pg/mL, 95% BI = -0.71 tot 1.11, I2 = 69.3%, p = 0.50].

De onderzoekers vonden in 5 RCT’s dat het eten van eieren het tumornecrosefactor-alfa (TNF-α) gehalte niet significant verlaagde [ WMD = -0.38 pg/mL, 95% BI = -0.87 tot 0.10, I2 = 0.00, p = 0.12].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van eieren de kans op het krijgen van ontstekingen in het lichaam niet verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Egg Consumption on Inflammatory Markers: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Clinical Trials by Sajadi Hezaveh Z, Khalighi Sikaroudi M, […], Soltani S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31259415

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over CRP gehalte en eieren.

Ontstekingen in het lichaam kan gemeten worden aan de hand van de biomerkers, zoals het hooggevoelige C-reactieve proteïne (hs-CRP) gehalte, het interleukine-6 (IL-6) gehalte en het tumornecrosefactor-alfa (TNF-α) gehalte.


 

Hoog homocysteïnegehalte verhoogt ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van cognitieve stoornissen, zoals dementie en ziekte van Alzheimer?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 prospectieve cohort studies met in totaal 28257 deelnemers, waarvan 2557 mensen met cognitieve stoornissen (1035 mensen met dementie door alle oorzaken, 530 mensen met de ziekte van Alzheimer, 92 mensen met vasculaire dementie en >900 mensen met cognitieve stoornissen maar zonder dementie).

De gemiddelde follow-up duur varieerde tussen 2.7 en 35 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden een duidelijk lineair, dosisafhankelijk verband tussen het homocysteïnegehalte en de ziekte van Alzheimer.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het homocysteïnegehalte met 5 μmol/L, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 15% [gepoolde RR = 1.15, 95% BI = 1.04 to 1.26, I2 = 56.6%, n = 5] verhoogde.
Dit verhoogde risico bleef gehandhaafd in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Hyperhomocysteinemia and risk of incident cognitive outcomes: An updated dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Zhou F and Chen S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30826501

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over de ziekte van Alzheimer.

Mensen met overgewicht/obesitas hebben baat bij probiotica

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De prevalentie (het aantal zieken in een populatie op een gegeven moment) van overgewicht/obesitas bij volwassenen is verhoogd tot 39%, wat bijna 3 keer hoger is dan  1975. De verandering van de darmflora (het geheel van micro-organismen dat zich in het maag-darmstelsel bevindt) wordt algemeen aanvaard als een van de belangrijkste veroorzaker. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Verbetert het slikken van probiotica de risicofactoren van overgewicht (zoals, cholesterolgehalte, nuchter bloedglucosegehalte, BMI, vetpercentage, enz.) bij mensen met overgewicht/obesitas?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCTs met in totaal 821 deelnemers (416 in de placebo groep en 405 in de probiotica groep). De duur van de studies varieerde van 8 tot 24 weken.

Probiotica werd in de verschillende vormen toegediend, waaronder zakje, capsule, poeder, kefir, yoghurt en gefermenteerde melk.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het lichaamsgewicht van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.55, 95% BI = -0.91 tot -0.19 kg, I2 = 64%, p =0.003].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het BMI van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.30, 95% BI = -0.43 tot -0.18 kg/m2, I2 = 59%, p = 0.006].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica de buikomtrek van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -1.20, 95% BI = -2.21 tot -0.19 cm, I2 = 90%, p 0.00001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica de vetmassa van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.91, 95% BI = -1.19 tot -0.63 kg, I2 = 43%, p = 0.08].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het vetpercentage van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.92, 95% BI = -1.27 tot -0.56%, I2 = 57%, p = 0.04].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het totale cholesterolgehalte van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [SMD = -0.43, 95% BI = -0.80 tot -0.07, I2 = 73%, p = 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [SMD = -0.41, 95% BI = -0.77 tot -0.04, I2 = 73%, p = 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het nuchter bloedglucosegehalte van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [SMD = -0.35, 95% BI = -0.67 tot -0.02, I2 = 64%, p = 0.02].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica het nuchter insulinegehalte van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [SMD = -0.44, 95% BI = -0.84 tot -0.03, I2 = 76%, p = 0.0008].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica de HOMA-IR waarden van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [SMD = -0.51, 95% BI = -0.96 tot -0.05, I2 = 76%, p = 0.003].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van probiotica gedurende 8 tot 24 weken de risicofactoren van overgewicht bij mensen met overgewicht/obesitas verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
The Potential Role of Probiotics in Controlling Overweight/Obesity and Associated Metabolic Parameters in Adults: A Systematic Review and Meta-Analysis by Wang ZB, Xin SS, [...], Zhang XD.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6500612/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overzichtsartikel/significant, probiotica, cholesterol, diabetes en overgewicht.

Magnesiumtekort verhoogt doodgaan aan hart- en vaatziekten onder patiënten met chronische nierziekte

Onderzoeksvraag:
Eerdere studies toonden aan dat een magnesiumtekort in verband werd gebracht met vasculaire calcificatie (aderverkalking), atherosclerose en hart- en vaatziekten, die een onafhankelijke pathogene rol kunnen spelen bij patiënten met chronische nierziekte en patiënten met eindstadium nierfalen. Echter, de resultaten van deze studies waren enigszins te weinig en niet overtuigend. Daarom werd dit overzichtartikel uitgevoerd.

Verhoogt een laag magnesiumgehalte in het bloed zowel de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) als hart- en vaatzieken (cardiovasculaire mortaliteit) bij patiënten met chronische nierziekte en patiënten met eindstadium nierfalen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 studies met in totaal 200934 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een te laag magnesiumgehalte in het bloed het risico op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) onder patiënten met chronische nierziekte en patiënten met eindstadium nierfalen significant met 32% [multivariable adjusted HR = 1.32, 95% BI = 1.19-1.47, p  0.00001] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een te hoog magnesiumgehalte in het bloed het risico op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) onder patiënten met chronische nierziekte en patiënten met eindstadium nierfalen significant met 14% [HR = 0.86, 95% BI = 0.79-0.94, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een te hoog magnesiumgehalte in het bloed het risico op doodgaan aan hart- en vaatziekten (cardiovasculaire mortaliteit) onder patiënten met chronische nierziekte en patiënten met eindstadium nierfalen significant met 29% [adjusted HR = 0.71, 95% BI = 0.53-0.97, p = 0.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de supgroepenanalyses dat een te laag magnesiumgehalte in het bloed het risico op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) onder hemodialyse patiënten significant met 29% [HR = 1.29, 95% BI = 1.12-1.50, p  0.0005] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat te laag magnesiumgehalte in het bloed (magnesiumgehalte 0.70 mmol/L) zowel het risico op doodgaan aan alle oorzaken als hart- en vaatziekten onder patiënten met chronische nierziekte en patiënten met eindstadium nierfalen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Serum magnesium, mortality, and cardiovascular disease in chronic kidney disease and end-stage renal disease patients: a systematic review and meta-analysis by Xiong J, He T, […], Zhao J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30888644

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over magnesium, nierziekte en chronische ziekten.
Het normale magnesiumgehalte (ook wel referentiewaarde genoemd) in het bloed voor volwassenen varieert tussen 0.7 en 1.0 mmol/L.
Een te laag magnesiumgehalte in het bloed heeft dus een waarde kleiner dan 0.70 mmol/L.

Het magnesiumgehalte in het bloed kan verhoogd worden door producten te eten die veel magnesium bevatten en/of door magnesiumsupplementen te slikken.
 

Vitamine D verlaagt cholesterolgehalte van mensen met chronische nierziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Insulineresistentie, dyslipidemie en verhoogde systemische ontsteking zijn belangrijke risicofactoren van chronische nierziekte. Daarom kunnen vitamine D supplementen een geschikte benadering zijn om de complicaties van chronische nierziekte te verminderen. Om deze reden, werd dit overzichtartikel uitgevoerd.

Hebben mensen met chronische nierziekte baat bij het slikken van vitamine D supplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 RCTs.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van 5 RCTs dat het slikken vitamine D supplementen het nuchter glucosegehalte van mensen met chronische nierziekte significant verlaagde [WMD = -18.87, 95% BI = -23.16 tot  -14.58].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van 3 RCTs dat het slikken vitamine D supplementen de HOMA-IR waarde van mensen met chronische nierziekte significant verlaagde [WMD = -2.30, 95% BI = -2.88 tot -1.72].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van 6 RCTs dat het slikken vitamine D supplementen het triglyceridengehalte van mensen met chronische nierziekte significant verlaagde [WMD = -32.52, 95% BI = -57.57 tot -7.47].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van 5 RCTs dat het slikken vitamine D supplementen het totale cholesterolgehalte van mensen met chronische nierziekte significant verlaagde [WMD = -7.93, 95% BI = -13.03 tot -2.83].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine D supplementen zowel het nuchter glucosegehalte, de HOMA-IR waarde, het triglyceridengehalte als het totale cholesterolgehalte van mensen met chronische nierziekte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effects of vitamin D treatment on glycemic control, serum lipid profiles, and C-reactive protein in patients with chronic kidney disease: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Milajerdi A, Ostadmohammadi V, […], Asemi Z.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31338797

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over vitamine D, cholesterol, nierziekte en chronische ziekten.

Patiënten met suikerziekte hebben baat bij voeding met een lage n-6/n-3 ratio

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert een voeding met een lage n-6/n-3 ratio  de risicofactoren (zoals nuchter glucosegehalte, het HbA1c-gehalte, enz.) van suikerziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het nuchter suikergehalte niet verlaagde [WMD = 0.057 mmol/L, 95% BI = -0.090 tot 0.204 mmol/L].

De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het nuchter insulinegehalte niet verlaagde [WMD = -0.757 mIU/L, 95% BI = -2.419 tot 0.904 mIU/L].

De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio de HOMA-IR waarde niet verlaagde [WMD = -0.201, 95% BI = -0.566 tot 0.165].

De onderzoekers vonden dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het HbA1c-gehalte niet verlaagde [WMD = -0.063%, 95% BI = -0.061 tot 0.186%].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een lage n-6/n-3 ratio het nuchter insulinegehalte onder Noord-Amerikanen significant verlaagde [WMD = -3.473 mIU/L, 95% BI = -5.760 tot -1.185 mIU/L].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio het nuchter insulinegehalte van mensen met suikerziekte significant verlaagde [WMD = -3.010 mIU/L, 95% BI = -5.371 tot -0.648 mIU/L].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio de HOMA-IR waarde van mensen met suikerziekte significant verlaagde [WMD = -0.460, 95% BI = -0.908 tot -0.012].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een voeding met een lage n-6/n-3 ratio gedurende minimaal 8 weken, het nuchter insulinegehalte significant verlaagde [WMD = -2.782 mIU/L, 95% BI = -4.946 tot -0.618 mIU/L].

De onderzoekers concludeerden dat patiënten met suikerziekte baat hadden bij een voeding met een lage n-6/n-3 ratio gedurende minimaal 8 weken.

Oorspronkelijke titel:
Effect of low-ratio n-6/n-3 PUFA on blood glucose: a meta-analysis by Li N, Yue H, […], Xu T.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31292599

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en n-6/n-3 ratio.

De n-6/n-3 ratio van een product kan opgezocht worden in de NEVO-tabel

Visconsumptie verbetert longfunctie van rokers

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het eten van n-3 PUFA’s (zoals DHA, EPA, DPA en ALA) of vis de longfunctie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 cohort studies met in totaal 37077 zwarte en witte deelnemers.
De longfunctie werd gemeten aan de hand van het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) en de geforceerde vitale capaciteit (FVC).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van n-3 PUFA DPA, DHA of EPA het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) verbeterde.
Echter, het eten van alfa-linoleenzuur (ALA) had geen invloed op deze longfunctieparameter.                                                                                                     

De onderzoekers vonden dat het eten van n-3 PUFA DPA, DHA of EPA de geforceerde vitale capaciteit (FVC) verbeterde.
Echter, het eten van alfa-linoleenzuur (ALA) had geen invloed op deze longfunctieparameter.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) verbeterde.

De onderzoekers vonden dat het eten van vis de geforceerde vitale capaciteit (FVC) verbeterde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 30 mg DPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) met 12-16 mL verhoogde.                                                                                                    

De onderzoekers vonden dat het eten van 30 mg DPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 10-15 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) met 12-16 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 10-15 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) met 12-16 mL verhoogde.                                                                                                  

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 10-15 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder rokers met 28-32 mL verhoogde.                                                                                                 

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) onder rokers met 24-25 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder rokers met 28-32 mL verhoogde.                                                                                             

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) met 24-25 mL verhoogde onder rokers.

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder ex-rokers met 17-21 mL verhoogde.                                                                                                     

De onderzoekers vonden dat het eten van 200 mg DHA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) onder ex-rokers met 7-12 mL verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1) onder ex-rokers met 17-21 mL verhoogde.                                                                                                     

De onderzoekers vonden dat het eten van 150 mg EPA per dag de geforceerde vitale capaciteit (FVC) onder ex-okers met 7-12 mL verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van zowel 30 mg DPA per dag, 200 mg DHA per dag of 150 mg EPA per dag als het eten van vis de longfunctie van rokers en ex-rokers verbeterden.

Oorspronkelijke titel:
Positive Associations of Dietary Marine Omega-3 Polyunsaturated Fatty Acids with Lung Function: A Meta-analysis (P18-087-19) by Patchen B, Xu J, […], Cassano P.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6579416/ 

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over visconsumptie.
Deze vissen leveren minimaal 200 mg DHA.
DPA, DHA en EPA zijn n-3 PUFA’s (n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren) die in vissen zitten.

Het geforceerde expiratoire volume in 1 seconde (FEV1, van het Engelse Forced Expiratory Volume in one second) is het maximale volume lucht (in liter) dat bij een snelle en geforceerde uitademing vanuit een volledige inademing in één seconde kan worden uitgeblazen.

De geforceerde vitale capaciteit (FVC, van het Engelse Forced Vital Capacity) is het volume lucht (in liter) dat na een volledige inademing maximaal kan worden uitgeademd. Het wordt gemeten tijdens een geforceerde uitademing.            

Een gezonde volwassene kan tussen 70 en 80% van zijn vitale capaciteit uitademen tijdens de eerste seconde bij een geforceerde uitademing. Ligt de waarde (uitgedrukt als FVC) lager dan 70%, dan is de kans groot dat de luchtwegen vernauwd zijn door COPD of astma.

 

Lichamelijke oefeningen verbeteren kwaliteit van leven van nierpatiënten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Of lichamelijke oefeningen de cardiovasculaire gezondheid kunnen verbeteren van de nierpatiënten die een nieuwe nier hebben ontvangen, is onduidelijk. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Verbeteren lichamelijke oefeningen de risicofactoren van hart- en vaatziekten van nierpatiënten die een nieuwe nier hebben ontvangen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCT’s van 10 weken tot 6 maanden met 2-4 keer per week een oefensessie van 30-60 minuten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 5 RCT’s met in totaal 199 deelnemers, dat lichamelijke oefeningen geen significant positief effect hadden op zowel de systolische [MD = 1.67, 95% BI = -2.17 tot 5.51, p = 0.39] als de diastolische bloeddruk [MD = 0.65, 95% BI = -4.02 tot 5.32, p = 0.78].

De onderzoekers vonden in 3 RCT’s met in totaal 261 deelnemers, dat lichamelijke oefeningen geen significant positief effect hadden op het totale bloedvetgehalte [MD = 0.03, 95% BI = -0.09 tot 0.15, p = 0.62].
De subgroepenanalyses lieten ook geen significant positief effect zien op het totale cholesterolgehalte [p = 0.15], het LDL-choleterolgehalte [p = 0.83] en het triglyceridengehalte [p = 0.82].
 

De onderzoekers vonden in 2 RCT’s met in totaal 22 deelnemers in de interventie groep en 28 in de controle groep, dat krachttraining gedurende 12 maanden de nierfunctie niet verbeterde [MD = 2.60, 95% BI = -12.88 tot 13.09, p = 0.74].

De onderzoekers vonden dat aërobe training, krachttraining of de combinatie daarvan gedurende 12 weken tot 12 maanden het lichaamsgewicht [MD = -2.02, 95% BI = -8.24 tot 4.20, p = 0.52, n = 3] of het BMI [MD = 0.12, 95% BI = -1.52 tot 1.77, p = 0.88, n = 4] niet verbeterde.

De onderzoekers vonden in 2 RCT’s met in totaal 64 deelnemers dat lichamelijke oefening gedurende 12 weken een consistente verbetering van de stijfheid in de kleine arteriën liet zien [MD = -1.14, 95% BI = -2.19 tot -0.08, p = 0.03].

De onderzoekers vonden in 5 RCT’s met in totaal 202 deelnemers dat aërobe training, krachttraining of een combinatie daarvan gedurende 12 weken tot 12 maanden een significante verbetering van de inspanningscapaciteit (VO2-piek) liet zien [MD = 2.25, 95% BI = 0.54 tot 3.69, p = 0.01].

De onderzoekers vonden dat lichamelijke oefening de kwaliteit van het leven in verschillende aspecten verbeterde, met een significante verbetering in het sociaal functioneren [MD = 16.76, 95% BI = 2.16 tot 31.37, p = 0.02] en de algemene quality-of-life scores [MD = 12.87, 95% BI = 6.80 tot 18,94, p 0.01].

De onderzoekers concludeerden dat lichamelijke oefeningen de arteriële stijfheid maar ook de inspanningscapaciteit (VO2-piek) en de kwaliteit van het leven verbeterden van nierpatiënten die een nieuwe nier hebben ontvangen.

Oorspronkelijke titel:
Effects of exercise training on cardiovascular risk factors in kidney transplant recipients: a systematic review and meta-analysis by Chen G, Liu Gao L and Li X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6534232/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over nierziekte, lichamelijke oefeningen, krachttraining en chronische ziekten.

Vaatwandstijfheid oftewel arteriële stijfheid, is een van de vroegst waarneembare manifestaties van de verslechterende structuur en functie van de slagaderlijke vaatwand. Een verhoogde vaatwandstijfheid is een onafhankelijke voorspeller van hart- en vaatziekten.

 

200 gram fruit per dag verlaagt galstenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De rol van groente- en fruitconsumptie bij het verlagen van galsteenaandoeningen blijft tegenstrijdig en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van groente of fruit de kans op het krijgen van galstenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 1 cross-sectionele studie, 1 patiënt-controle studie en 9 cohort studies met 33983 patiënten met galstenen onder 1533752 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in een gepoolde analyse dat het eten van groente, de kans op het krijgen van galstenen significant met 17% [RR  =  0.83, 95% BI = 0.74-0.94, I 2 =  91.1%] verlaagde.
Dit verlaagde risico bleef gehandhaafd in de subgroepenanalyses.

De onderzoekers vonden in een gepoolde analyse dat het eten van fruit, de kans op het krijgen van galstenen significant met 12% [RR  =  0.88, 95% BI = 0.83-0.92, I 2 =  0.01%] verlaagde.
Dit verlaagde risico bleef gehandhaafd in de subgroepenanalyses

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 200 gram groente per dag, de kans op het krijgen van galstenen significant met 4% [RR  =  0.96, 95% BI = 0.93-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 200 gram fruit per dag, de kans op het krijgen van galstenen significant met 3% [RR  =  0.97, 95% BI = 0.96-0.98, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van zowel 200 gram groente als 200 gram fruit per dag, de de kans op het krijgen van galstenen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fruits and vegetables consumption and the risk of gallstone diasease: A systematic review and meta-analysis by Zhang JW, Xiong JP, [...], Zhao HT.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31305451

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over groente- en fruitconsumptie en chronische ziekten.

 

Minimaal 12 weken L-carnitine supplementen verlaagt ontstekingen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van L-carnitine supplementen het gehalte van de inflammatoire biomerkers, zoals het C-reactieve proteïne (CRP), tumornecrosefactor-alfa (TNF-α) en interleukine-6 (IL-6)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitine supplementen het CRP gehalte significant verlaagde [WMD = -1.23 mg/L, 95% BI = -1.73 tot -0.72 mg/dL, p  0.0001]. Dit verlaagde effect was het grootst gedurende een interventie van minimaal 12 weken.

De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitine supplementen het interleukine-6 gehalte significant verlaagde [WMD = -0.85 pg/dL, 95% BI = -1.38 tot -0.32 pg/dL, p = 0.002]. Dit verlaagde effect was het grootst gedurende een interventie van minimaal 12 weken.

De onderzoekers vonden dat het slikken van L-carnitine supplementen het tumornecrosefactor-alfa gehalte significant verlaagde [WMD = -0.37 pg/dL, 95% BI = -0.68 tot -0.06 pg/dL, p = 0.018].
Dit verlaagde effect was het grootst gedurende een interventie van minimaal 12 weken.

De onderzoekers concludeerden dat slikken van L-carnitine supplementen gedurende minimaal 12 weken de ontstekingen in het lichaam verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of L-carnitine on inflammatory mediators: a systematic review and meta-analysis of randomized clinical trials by Haghighatdoost F, Jabbari M and Hariri M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30915521

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over het verlagen van het CRP-gehalte, L-carnitine en chronische ziekten.

De ontstekingen in het lichaam kunnen gemeten worden aan de hand van de inflammatoire biomerkers, zoals het C-reactieve proteïne (CRP), tumornecrosefactor-alfa (TNF-α) en interleukine-6 (IL-6).

Chronische ontstekingen in het lichaam kunnen leiden tot ziekten, zoals hart- en vaatziekten. Ontstekingen kunnen worden geremd door antioxidanten via voeding.

Zinksupplementen verlagen suikerziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hoewel veel studies aangetoond hebben dat een lage zinkstatus (zinkgehalte in het lichaam) in verband wordt gbracht met het krijgen van diabetes (suikerziekte), zijn de vermeende effecten van zinksuppletie (het slikken van zinksupplementen) op de glykemische controle niet doorslaggevend en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het slikken van zinksupplementen de risicofactoren (zoals nuchter glucosegehalte, het HbA1c-gehalte, enz.) van suikerziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 32 RCT’s met in totaal 1700 deelnemers, verdeeld over 14 landen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter glucosegehalte significant verlaagde [WMD = -14.15 mg/dL, 95% BI = -17.36 tot -10.93 mg/dL]. Het verlaagde effect was het grootst bij mensen met suikerziekte en bij anorganisch zinksupplement.

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het glucosegehalte 2 uur post prandiaal (2 uur na de maaltijd) significant verlaagde [WMD = -36.85 mg/dL, 95% BI = -62.05 tot -11.65 mg/dL].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het nuchter insulinegehalte significant verlaagde [WMD = -1.82 mU/L, 95% BI = -3.10 tot -0.54 mU/L].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen de HOMA-IR waarde significant verlaagde [WMD = -0.73, 95% BI = -1.22 tot -0.24].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het HbA1c-gehalte significant verlaagde [WMD = -0.55%, 95% BI = -0.84 tot -0.27%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van zinksupplementen het hooggevoelige CRP-gehalte (hooggevoelige C-reactieve proteïne) significant verlaagde [WMD = -1.31 mg/L, 95% BI = -2.05 tot -0.56 mg/L].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van zinksupplementen de risicofactoren van suikerziekte verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Zinc supplementation improves glycemic control for diabetes prevention and management: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Wang X, Wu W, [...], Wang F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31161192

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over suikerziekte en zink.