Voeding en gezondheid

Probiotica supplementen verlagen hart- en vaatziekten bij nierpatiënten

Onderzoeksvraag:
Chronische nierziekte is wereldwijd een groot gezondheidsprobleem. Het bewijs dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen bij de behandeling van chronische nierziekte ondersteunt, is gemengd, hoewel sommige onderzoeken suggereren dat ze nuttig kunnen zijn. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten en oxidatieve stress bij patiënten met chronische nierkziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, het totale cholesterolgehalte van patiënten met chronische nierziekte significant verlaagde [SMD = -0.25, 95% BI = -0.46 tot -0.04, I2 = 00.0%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, het nuchter bloedglucose-gehalte van patiënten met chronische nierziekte significant verlaagde [SMD = -0.41, 95% BI = -0.65 tot -0.17, I2 = 00.0%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, de HOMAR-IR waarde van patiënten met chronische nierziekte significant verlaagde [SMD = -0.63, 95% BI = -0.95 tot -0.30, I2 = 43.3%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, het insulinegehalte van patiënten met chronische nierziekte significant verlaagde [SMD = -0.49, 95% BI = -0.90 tot -0.08, I2 = 65.2%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, het hoogsensitieve CRP-gehalte van patiënten met chronische nierziekte significant verlaagde [SMD = -0.52, 95% BI = -0.81 tot -0.22, I2 = 52.7%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, het malondialdehyde-gehalte van patiënten met chronische nierziekte significant verlaagde [SMD = -0.79, 95% BI = -1.22 tot -0.37, I2 = 69.8%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, de kwantitatieve insulinegevoeligheidscontrole-index (QUICKI) van patiënten met chronische nierziekte significant verhoogde [SMD = 0.78, 95% BI = 0.51 tot 1.05, I2 = 00.0%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, het totale antioxidantencapaciteit van patiënten met chronische nierziekte significant verhoogde [SMD = 0.42, 95% BI = 0.18 tot 0.66, I2 = 00.0%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen, het glutathionegehalte van patiënten met chronische nierziekte significant verhoogde [SMD = 0.52, 95% BI = 0.19 tot 0.86, I2 = 37.0%].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van probiotica, prebiotica en synbiotica supplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten en oxidatieve stress bij patiënten met chronische nierkiekte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Probiotic, Prebiotic, and Synbiotic Supplementation on Cardiometabolic and Oxidative Stress Parameters in Patients with Chronic Kidney Disease: a Systematic Review and Meta-analysis by Bakhtiary M, Morvaridzadeh M, […], Heshmati J.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33526314/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over significant/RCT’s, cholesterol, het verlagen van CRP-gehalte, probiotica, suikerziekte en nierziekte.

Probiotica zijn bacteriën die gunstige gezondheidseffecten hebben in de darmen. Prebiotica zijn stoffen (meestal vezels) die als voeding dienen voor deze darmbacteriën, het microbioom. Probiotica en prebiotica zijn verkrijgbaar in de vorm van supplementen. Synbiotica zijn in principe een combinatie van probiotica en prebiotica.
 

Dagelijks 8.4 tot 10 gram inulinesupplementen voor 8 weken verlagen suikerziekte type 2

Onderzoeksvraag:
Suikerziekte type 2 is een chronische ziekte die onder de bevolking voorkomt. Echter, de insulineverlagende en de insulineresistentie-verbeterende effecten van inuline zijn nog niet bevestigd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbeteren inulinesupplementen het nuchter bloedsuikergehalte, de HOMA-IR waarde en het HbA1c-gehalte van patiënten met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 661 deelnemers.
De interventie-duur (de duur van de studie) varieerde tussen 6 tot 12 weken.
De dosering van inulinesupplementen varieerden tussen 8.4 en 10 gram per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat inulinesupplementen het nuchter bloedsuikergehalte significant verlaagden [SMD = -0.55, 95% BI = -0.73 tot -0.36, p = 0.0] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden dat inulinesupplementen de HOMA-IR waarde significant verlaagden [SMD = -0.81, 95% BI = -1.59 tot -0.03, p = 0.042] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden dat inulinesupplementen het HbA1c-gehalte significant verlaagden [SMD = -0.69, 95% BI = -0.92 tot -0.46, p = 0.0] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat inulinesupplementen gedurende minimaal 8 weken, het insulinegehalte significant verlaagden [SMD = -2.62, 95% BI = -5.1 tot -0.14, p = 0.038] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat inulinesupplementen gedurende minimaal 8 weken, de HOMA-IR waarde significant verlaagden [SMD = -1.49, 95% BI = -2.44 tot -0.53, p = 0.002] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat inulinesupplementen gedurende minimaal 8 weken, het nuchter bloedsuikergehalte significant verlaagden [SMD = -0.57, 95% BI = -0.77 tot -0.37, p = 0.032] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat inulinesupplementen gedurende minimaal 8 weken, het nuchter bloedsuikergehalte significant verlaagden [SMD = -0.57, 95% BI = -0.77 tot -0.37, p = 0.032] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat inulinesupplementen gedurende minimaal 8 weken, het HbA1c-gehalte significant verlaagden [SMD = -0.66, 95% BI = -0.9 tot -0.43, p = 0.0] van patiënten met suikerziekte type 2.

De onderzoekers concludeerden dat 8.4 en 10 gram inulinesupplementen per dag gedurende minimaal 8 weken, het nuchter bloedsuikergehalte, de HOMA-IR waarde en het HbA1c-gehalte van patiënten met suikerziekte type 2 verbeterden.

Oorspronkelijke titel:
Efficacy of inulin supplementation in improving insulin control, HbA1c and HOMA-IR in patients with type 2 diabetes: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Zhang W, Tang Y, […], Hu H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7263925/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overzichtsartikel/significant, vezels en suikerziekte 2.

 

Dagelijks 54 mg genisteïne verhogen botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen

Onderzoeksvraag:
Verhogen isoflavonensupplementen (zoals genisteïne) de botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatten 63 RCT’s met in totaal 6427 postmenopauzale vrouwen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van isoflavonensupplementen de botmineraaldichtheid (botdichtheid) van de lumbale wervelkolom significant verhoogde [MD = 21.34 mg/cm2, 95% BI = 8.21 tot 34.47 mg/cm2, p = 0.001].
Dit positieve effect werd teruggevonden voor 54 mg genisteïne of 600 mg ipriflavone (een synthetisch isoflavon) per dag.

De onderzoekers vonden dat het slikken van isoflavonensupplementen de botmineraaldichtheid (botdichtheid) van de femurhals significant verhoogde [MD = 28.88 mg/cm2, 95% BI = 15.05 tot 42.71 mg/cm2, p < 0.0001].
Dit positieve effect werd teruggevonden voor 54 mg genisteïne of 600 mg ipriflavone per dag.

De onderzoekers vonden dat het slikken van isoflavonensupplementen de botmineraaldichtheid (botdichtheid) van de pols (distale radius) significant verhoogde [MD = 19.27 mg/cm2, 95% BI = 5.65 tot 32.89 mg/cm2, p = 0.006].
Dit positieve effect werd teruggevonden voor 54 mg genisteïne of 600 mg ipriflavone per dag.

De onderzoekers concludeerden dat 54 mg genisteïne-supplementen of 600 mg ipriflavone (een synthetisch isoflavon) per dag, de botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen verhoogden.

Oorspronkelijke titel:
Effects of Isoflavone Interventions on Bone Mineral Density in Postmenopausal Women: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Sansai K, Takuathung MN, [...], Koonrungsesomboon N.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32524173/

Extra informatie van El Mondo:     
Vind hier meer studies over genisteïne, ouderdom en het verhogen van botmineraaldichtheid.

 

Vitamine C tekort verhoogt de bloeddruk

Onderzoeksvraag:
Hypertensie (hoge bloeddruk) wordt beschouwd als een belangrijke en onafhankelijke risicofactor voor hart- en vaatziekten en talrijke studies hebben een omgekeerde correlatie tussen vitamine C-inname en bloeddruk waargenomen. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een laag vitamine C-gehalte in het bloed de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 cross-sectionele studies en 7 patiënt-controle studies met in totaal 22200 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het vitamine C-gehalte van mensen met een hoge bloeddruk significant lager was dan van mensen zonder een hoge bloeddruk [MD = -15.13 μmol/L, 95% BI = -24.19 tot -6.06, p = 0.001, I2 = 98%].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat het vitamine C-gehalte van mensen met een hoge bloeddruk die antihypertensiva (geneesmiddelen die de bloeddruk verlagen) slikten, 15.97 μmol/L lager lag dan van mensen zonder een hoge bloeddruk.

De onderzoekers vonden dat een hoog serum vitamine C-gehalte de systolische bloeddruk significant verlaagde [Fisher′s Z = -0.17, 95% BI = -0.20 tot -0.15, p < 0.00001].

De onderzoekers vonden dat een hoog serum vitamine C-gehalte de diastolische bloeddruk significant verlaagde [Fisher′s Z = -0.15, 95% BI = -0.20 tot -0.10, p < 0.00001].

De onderzoekers concludeerden dat een hoog serum vitamine C-gehalte de bloeddruk verlaagde en mensen met een hoge bloeddruk hadden een lager vitamine C-gehatle dan mensen zonder een hoge bloeddruk.

Oorspronkelijke titel:
Association between Serum Vitamin C and the Blood Pressure: A Systematic Review and Meta-Analysis of Observational Studies by Ran L, Zhao W, […], Bu H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7211237/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine C en het verlagen van de bloeddruk.

Vitamine B6 en foliumzuur via voeding verlagen een beroerte

Onderzoeksvraag:
Observationele studies met betrekking tot het verband tussen de inname van homocysteïnemetabolisme-gerelateerde B-vitamines (vitamine B6, folaat en vitamine B12) en het risico op het krijgen van een beroerte hebben inconsistente resultaten opgeleverd. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt de inname van vitamine B6, B12 of folaat (foliumzuur) de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 1 geneste patiënt-controle studie en 11 prospectieve cohort studies met in totaal 389,938 deelnemers, waarvan 10,749 mensen met een beroerte.

De gemiddelde kwaliteitsscore van de studies was 7.4.
De follow-up duur varieerde tussen 4.2 en 19 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de laatste categorie, dat de hoogste categorie van inname van vitamine B6 via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 16% verlaagde [RR = 0.84, 95% BI = 0.73 tot 0.97, I2 = 48.8%].  

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse, dat elke verhoging met 0.5 mg vitamine B6 per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 6% verlaagde [RR = 0.94, 95% BI = 0.89 tot 0.99, I2 = 77.0%].  

De onderzoekers vonden vergeleken met de laatste categorie, dat de hoogste categorie van inname van folaat via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 15% verlaagde [RR = 0.85, 95% BI = 0.78 tot 0.94, I2 = 11.5%].  

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse, dat elke verhoging met 100 microgram folaat per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 6% verlaagde [RR = 0.94, 95% BI = 0.90 tot 0.98, I2 = 46.8%].  

De onderzoekers vonden geen verband tussen vitamine B12-inname en de kans op het krijgen van een beroerte.

De onderzoekers concludeerden dat zowel de inname van vitamine B6 via voeding (minimaal 0.5 mg per dag) als de inname van folaat via voeding (minimaal 100 microgram folaat per dag) de kans op het krijgen van een beroerte verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Intake of Homocysteine Metabolism-Related B-Vitamins and the Risk of Stroke: A Dose-Response Meta-Analysis of Prospective Studies by Chen L, Li Q, [...], Wang F.

Link:
https://academic.oup.com/advances/advance-article/doi/10.1093/advances/nmaa061/5854025

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine B6, vitamine B12, folaat en het verlagen van een beroerte.

Levensmiddelen

Hoeveelheid vitamine B6

Kalfslever rauw (100 gram)

0.72 mg

Rauwe inktvis (100 gram)

0.69 mg

Varkenslever rauw (100 gram)

0.60 mg

Konijn wild rauw (100 gram)

0.60 mg

Varkensvlees <5 gram vet (100 gram)

0.53 mg

Anjovis in olie blik (100 gram)

0.51 mg

Rundvlees <5 gram vet (100 gram)

0.47 mg

Konijn tam rauw (100 gram)

0.40 mg

Koolvis (Atlantisch) gekookt (100 gram)

0.37 mg

Vis vet >5 g vet gem rauw (100 gram)

0.34 mg

 

Vitamine B3-supplementen verlagen slecht cholesterol van patiënten met suikerziekte type 2

Onderzoeksvraag:
Verbeteren het slikken van vitamine B3-supplementen de risicofactoren (cholesterolgehalte, triglyceridengehalte, HbA1c-gehalte en bloedsuikergehalte) van patiënten met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s met in totaal 2110 patiënten with suikerziekte type 2.

De interventie-duur (duur van de studie) varieerde tussen 8 weken en 12 maanden.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine B3-supplementen het totale cholesterolgehalte significant verlaagde [WMD = -0.28, 95% BI = -0.44 tot -0.12, p = 0.001]. 

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine B3-supplementen het triglyceridengehalte significant verlaagde [WMD = -0.37, 95% BI = -0.52 tot -0.21, p < 0.001]. 

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine B3-supplementen het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant verlaagde [WMD = -0.42, 95% BI = -0.50 tot -0.34, p < 0.001]. 

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine B3-supplementen het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) significant verhoogde [WMD = 0.33, 95% BI = 0.21 tot 0.44, p < 0.001]. 

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine B3-supplementen het totale cholesterolgehalte, het triglyceridengehalte en het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van patiënten met suikerziekte type 2 verlaagde, terwijl het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Effectiveness of niacin supplementation for patients with type 2 diabetes: A meta-analysis of randomized controlled trials by Xiang D, Zhang Q and Wang YT.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7373507/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overzichtsartikel/significant, vitamine B3, het verlagen van cholesterolgehalte en suikerziekte type 2.
 

Overlevenden van kanker moeten dagelijks meer dan 400 gram groente en fruit eten

Onderzoeksvraag:
Verlaagt de huidige aanbeveling van 400 gram groenten en fruit per dag, de kans op doodgaan onder de overlevenden van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge groente-inname voor de kankerdiagnose, de kans op doodgaan onder de overlevenden van hoofd- en nekkanker significant met 25% [HR = 0.75, 95% BI = 0.65 tot 0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge groente-inname voor de kankerdiagnose, de kans op doodgaan onder de overlevenden van eierstokkanker significant met 22% [HR = 0.78, 95% BI = 0.65 tot 0.91] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge fruit-inname voor de kankerdiagnose, de kans op doodgaan onder de overlevenden van eierstokkanker significant met 18% [HR = 0.82, 95% BI = 0.70 tot 0.96] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat 400 gram groente en fruit per dag, de kans op doodgaan onder de overlevenden van kanker niet verlaagde. Bij de overlevenden van eierstokkanker verlaagde pas 600 gram groente en fruit (300 gram groente en 300 gram fruit) per dag de kans op doodgaan.

Oorspronkelijke titel:
Vegetable and Fruit Consumption and Prognosis Among Cancer Survivors: A Systematic Review and Meta-Analysis of Cohort Studies by Hurtado-Barroso S, Trius-Soler M, […], Zamora-Ros R.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32717747/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies, groenten en fruit en kanker.

 

Alfa-liponzuur supplementen verlagen buikomtrek van vrouwen

Onderzoeksvraag:
Er zijn talloze onderzoeken naar het effect van alfa-liponzuur (ALA) op het krijgen van obesitas. Echter, er was geen dosis-afhankelijke meta-analyse beschikbaar over de effecten van de dosering en de duur van alfa-liponzuur-suppletie op het krijgen van obesitas. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van alfa-liponzuur supplementen het krijgen van obesitas?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen het lichaamsgewicht significant verlaagde [WMD = -2.29 kg, 95% BI = -2.98 tot -1.60, p < 0.01].

De onderzoekers vonden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen de BMI significant verlaagde [WMD = -0.49 kg/m2, 95% BI = -0.83 tot -0.15, p = 0.005].

De onderzoekers vonden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen de buikomtrek van vrouwen significant verlaagde [WMD = -4.099, 95% BI = -7.837 tot -0.361, p = 0.032].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen het lichaamsgewicht en de BMI verlaagde. Verder verlaagde het slikken van alfa-liponzuur supplementen de buikomtrek van vrouwen.

Oorspronkelijke titel:
Alpha-lipoic acid supplementation significantly reduces the risk of obesity in an updated systematic review and dose response meta-analysis of randomised placebo-controlled clinical trials by Vajdi M and Farhangi MA.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32091656

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vetten en overgewicht.

Alfa-liponzuur is een zwavelhoudend vetzuur, dat van nature voorkomt in het menselijk lichaam.

Een hoge visconsumptie verlaagt coronaire hartziekte

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies naar de relatie tussen visconsumptie en het krijgen van coronaire hartziekten (CHD) hebben inconsistente resultaten opgeleverd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van vis de kans op het krijgen van coronaire hartziekte of doodgaan aan coronaire hartziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 40 prospectieve cohort studies (22 cohort studies met in totaal 918783 deelnemers, waarvan 28261 mensen met coronaire hartziekte en 27 cohort studies met in totaal 1139553 deelnemers, waarvan 10568 doden als gevolg van coronaire hartziekte).

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge visconsumptie de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84 tot 0.97, I2 = 47.4%] verlaagde.
Dit significant verlaagde risico bleef gelijk in de sensivititeitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat een hoge visconsumptie de kans op doodgaan aan coronaire hartziekte significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.77 tot 0.94, I2 = 51.3%] verlaagde.
Dit significant verlaagde risico bleef gelijk in de sensivititeitsanalyses.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge visconsumptie de kans op het krijgen van coronaire hartziekte onder vrouwen significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.78 tot 0.92, I2 = 5.6%] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant onder mannen.

De onderzoekers vonden in studies met een follow-up duur van minimaal 10 jaar dat een hoge visconsumptie de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84 tot 0.99, I2 = 51.5%] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant in studies met een follow-up duur tot 10 jaar.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 20 gram vis per dag, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.95 tot 0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 20 gram vis per dag, de kans op doodgaan aan coronaire hartziekte significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.95 to 0.98] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge visconsumptie zowel de kans op het krijgen van coronaire hartziekte als doodgaan aan coronaire hartziekte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fish Consumption and Coronary Heart Disease: A Meta-Analysis by Zhang B, Xiong K, […], Ma A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7468748

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/voedingsadviezen over visconsumptie en het verlagen van hart- en vaatziekten.

Coronaire hartziekten of ischemische hartziekten, zijn ziekten van het hart die het gevolg zijn van slagaderverkalking (atherosclerose) of afwijkingen in de kransslagaders (coronairarteriën).

Een hoge visconsumptie komt in de praktijk neer op minimaal 2 keer per week visconsumptie (150 gram vis per keer).

Probiotica-supplementen tijdens zwangerschap verlagen eczeem bij nakomelingen

Onderzoeksvraag:
Probiotica worden steeds vaker gebruikt door zwangere vrouwen, terwijl de effectiviteit op de zwangerschapsuitkomsten nog ontbreken en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Hebben probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap positieve effecten op zwangerschapsuitkomsten, zoal eczeem, zwangerschapsduur?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 18 RCT’s met in totaal 4356 zwangere vrouwen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van atopisch eczeem bij nakomelingen significant met 32% [RR = 0.68, 95% BI = 0.58 tot 0.81, p < 0.001, zonder significante heterogeniteit] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van eczeem bij nakomelingen significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.68 tot 0.91, p = 0.002, zonder significante heterogeniteit] verlaagde.

De onderzoekers vonden een associatie tussen probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap en een verlengde zwangerschapsduur [WMD = 0.09, 95% BI = 0.04 tot 0.15, p = 0.001, zonder significante heterogeniteit].

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap de kans op mortaliteit significant met 66% [RR = 0.34, 95% BI = 0.13 tot 0.91, p = 0.031, zonder significante heterogeniteit] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van necrotiserende enterocolitis significant met 62% [RR = 0.38, 95% BI = 0.18 tot 0.81, p = 0.012, zonder significante heterogeniteit] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat probiotica-supplementen tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van (atopisch) eczeem, necrotiserende enterocolitis en mortaliteit verlaagde en de zwangerschapsduur verlengde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of probiotic supplementation in pregnant women: a meta-analysis of randomised controlled trials by Kuang L and Jiang Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31856928

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap en probiotica.

Necrotiserende enterocolitis is een ernstige darmontsteking die kan ontstaan door de onrijpheid van de darmen van te vroeg geboren baby’s en/of baby’s met een zeer laag geboortegewicht.
 

Regelmatig theeconsumptie verlaagt neus- en keelholtekanker

Onderzoeksvraag:
Er zijn verhitte debatten gaande over het drinken van thee en het krijgen van kanker, vooral bij hoofd- en halskanker en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het drinken van thee de kans op het krijgen van neus- en keelholtekanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het regelmatig drinken van thee de kans op het krijgen van neus- en keelholtekanker significant met 13.5% [OR = 0.865, 95% BI = 0.806 tot 0.929] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het regelmatig drinken van thee de kans op het krijgen van neus- en keelholtekanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The Association between Tea Consumption and Nasopharyngeal Cancer: A Systematic Review and Meta-Analysis by Okekpa SI, Basria R, […], Musa MY.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32856842/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies, thee en kanker.

0.5 portie vis per week verlaagt MS

Onderzoeksvraag:
Er is onduidelijk bewijs voor de rol van visconsumptie bij het ontstaan van multiple sclerose (MS) en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van vis de kans op het krijgen van multiple sclerose (MS)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 observationele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van vis (ten minste 0.5 portie vis per week) de kans op het krijgen van MS significant met 23% [OR = 0.77, 95% BI = 0.64 tot 0.92, p = 0.004, I2 = 54.7%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van ten minste 0.5 portie vis per week gedurende de adolescentieperiode en daarna de kans op het krijgen van multiple sclerose verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary fish intake and the risk of multiple sclerosis: a systematic review and meta-analysis of observational studies by Rezaeizadeh H, Mohammadpour Z, […], Homayon IA.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32787642/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over visconsumptie en MS.

Sojaproducten verlagen causaal het CRP-gehalte

Onderzoeksvraag:
Sojaproducten bevatten verschillende verbindingen met ontstekingsremmende eigenschappen, zoals genisteïne en daïdzeïne, die naar verluidt via verschillende routes werken. Ecther, gerandomiseerde gecontroleerde studies die het effect van sojaproducten op inflammatoire markers beoordelen, laten inconsistente resultaten zien en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Heeft suppletie met sojaproducten positieve effecten op de ontstekingsremmende biomerkers, zoals CRP en IL-6?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 51 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat suppletie met sojaproducten het CRP-gehalte significant verlaagde [MD = -0.27 mg/L, 95% BI =  -0.51 tot -0.02, p = 0.028].

De onderzoekers vonden dat suppletie met sojaproducten het IL-6 gehalte niet significant verlaagde [MD = 0.0 pg/mL, 95% BI = -0.06 tot 0.06, p = 0.970].

De onderzoekers vonden dat suppletie met sojaproducten het TNF-α gehalte niet significant verlaagde [MD = -0.04 pg/mL, 95% BI = -0.11 tot 0.03, p = 0.252].

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat suppletie met sojaproducten het IL-6 gehalte significant verlaagde in studies langer dan 12 weken.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat suppletie tot 100 mg isoflavonen per dag het IL-6 gehalte significant verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat suppletie met sojaproducten het TNF-α gehalte significant verlaagde in studies langer dan 12 weken.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat suppletie tot 100 mg isoflavonen per dag het TNF-α gehalte significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat suppletie met sojaproducten het CRP-gehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effects of soy supplementation on inflammatory biomarkers: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Asbaghi O, Yaghubi E, […], Ghaedi E.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32979840/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over soja en het verlagen van het CRP-gehalte.


 

1 gram natrium per dag verhoogt hart- en vaatziekten met 6%

Onderzoeksvraag:
De inname van natrium via voeding heeft veel aandacht gekregen als een mogelijke risicofactor voor hart- en vaatziekten. Echter, het bewijs voor het dosisafhankelijke verband tussen de natriuminname via voeding en het risico op het krijgen van hart- en vaatziekten is onduidelijk en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een dosisafhankelijk verband tussen de natriuminname via voeding en het risico op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 36 cohort studies met in totaal 616905 deelnemers.
De follow-up duur varieerde tussen 2.7 en 29 jaar.
De gemiddelde NOS waarde (geeft de kwaliteit van de studies weer) van de studies was 8.0.
De dagelijkse natriuminname varieerde tussen 1 en 7.5 gram.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge natriuminname via voeding de kans op het krijgen hart- en vaatziekten significant met 19% [rate ratio = 1.19, 95% BI = 1.08 tot 1.30] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 1 gram natrium via voeding per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 6% [rate ratio = 1.06, 95% BI = 1.01 tot 1.11] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat elke verhoging met 1 gram natrium via voeding per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten met 6% verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Sodium Intake and Risk of Cardiovascular Disease: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis by Wang YJ, Yeh TL, [...], Chien KL.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/12/10/2934/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zoutconsumptie en het verlagen van hart- en vaatziekten.

1 gram zout (natriumchloride) komt overeen met 0.4 gram natrium.

Een hoge vitamine C-inname via voeding verlaagt borstkanker

Onderzoeksvraag:
Het verband tussen vitamine C-inname en borstkanker is onduidelijk en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt een hoge vitamine C-inname zowel de kans op het krijgen van borstkanker, doodgaan aan borstkanker als de terugkeer van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 24 cohort studies en 30 patiënt-controle studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine C-inname vergeleken met een lage inname, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 14% [relatieve risico = 0.86, 95% BI = 0.81 tot 0.92, I2 = 78.7%, p < 0.001] verlaagde.
Dit verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

Echter, de onderzoekers vonden in cohort studies geen verband tussen een hoge vitamine C-inname en de kans op het krijgen van borstkanker [relatieve risico = 0.96, 95% BI = 0.89 tot 1.04, p = 0.295].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge vitamine C-inname via voeding, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 11% [relatieve risico = 0.89, 95% BI = 0.82 tot 0.96, p = 0.004] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico werd niet teruggevonden voor de inname van vitamine C via voedingssupplementen [relatieve risico = 1.02, 95% BI = 0.94 tot 1.10, p = 0.678].

De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine C-inname vergeleken met een lage inname, de kans op doodgaan aan borstkanker significant met 22% [HR = 0.78, 95% BI = 0.69 tot 0.88, I2 = 2.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge vitamine C-inname vergeleken met een lage inname, de kans op terugkeer van borstkanker significant met 19% [HR = 0.81, 95% BI = 0.67 tot 0.99, p = 0.043, I2 = 0.0%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge vitamine C-inname via voeding zowel de kans op het krijgen van borstkanker, doodgaan aan borstkanker als de terugkeer van borstkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association of vitamin C intake with breast cancer risk and mortality: a meta-analysis of observational studies by Zhang D, Xu P, [...], Dai Z.

Link:
https://www.aging-us.com/article/103769/text

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies, vitamine C en borstkanker.

 

2-3 porties vis per week verlagen coronaire hartziekte onder patiënten met suikerziekte type 2

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van vis de kans op zowel doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) als het krijgen van hart- en vaatziekte onder patiënten met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 prospectieve cohort studies met in totaal 57394 patiënten met suikerziekte type 2.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel vis vergeleken met weinig, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) onder patiënten met suikerziekte type 2 significant met 14% [relatieve risico = 0.86, 95% BI = 0.76 to 0.96, I2 = 50%, n = 8] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant in studies waarbij gecorrigeerd werd voor de energie-inname.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel vis vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte onder patiënten met suikerziekte type 2 significant met 39% [relatieve risico = 0.61, 95% BI = 0.29 to 0.93, I2 = 68%, n = 3] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een monotone omgekeerde associatie was, met het grootste beschermende effect bij de visconsumptie van ongeveer 2-3 porties per week, in beide analyses.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 2-3 porties vis per week, de kans op zowel doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) als het krijgen van coronaire hartziekte onder patiënten met suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fish consumption and the risk of cardiovascular disease and mortality in patients with type 2 diabetes: a dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Jayedi A, Soltani S, […], Shab-Bidar S.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32410513/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over visconsumptie, hart- en vaatziekten en suikerziekte 2.

1 portie vis in deze studies komt overeen met 115 gram rawe vis.
 

Plantaardige eiwitten verlagen doodgaan aan hart- en vaatziekten

Onderzoeksvraag:
Bestaat er een dosisafhankelijke relatie tussen de inname van eiwit en mortaliteit (doodgaan aan)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatten 32 prospectieve cohort studies met in totaal 113039 doden (16429 aan hart- en vaatziekten en 22303 aan kanker onder 715128 deelnemers.

De follow-up duur varieerde tussen 3.5 en 32 jaar.
Het aantal deelnemers per studie varieerde tussen 288 en 135335 en de leeftijd varieerde tussen 19 en 101 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van de totale eiwitten, vergeleken met een lage inname, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 6% [gepoolde effectgrootte = 0.94, 95% BI = 0.89 tot 0.99, I2 = 58.4%, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van plantaardige eiwitten, vergeleken met een lage inname, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) significant met 8% [gepoolde effectgrootte = 0.92, 95% BI = 0.87 tot 0.97, I2 = 57.7%, p = 0.003] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van plantaardige eiwitten, vergeleken met een lage inname, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 12% [gepoolde HR = 0.88, 95% BI = 0.80 tot 0.96, I2 = 63.7%, p = 0.001] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant voor doodgaan aan kanker.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel totale eiwitten of dierlijke eiwitten en de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel totale eiwitten of dierlijke eiwitten en de kans op doodgaan aan kanker.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 3 energieprocent (3 En%) plantaardige eiwitten per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 5% [gepoolde effectgrootte = 0.95, 95% BI = 0.95 tot 0.98, p < 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge inname van plantaardige eiwitten, de kans op zowel doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) als hart- en vaatziekten verlaagde. Verder, verlaagde een hoge inname van de totale eiwitten, de kans op doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit).

Oorspronkelijke titel:
Dietary intake of total, animal, and plant proteins and risk of all cause, cardiovascular, and cancer mortality: systematic review and dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Naghshi S, Sadeghi O, […], Esmaillzadeh A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7374797/

Extra informatie van El Mondo:     
Vind hier meer studies over eiwittenconsumptie, hart- en vaatziekten en kanker.

Een eiwitrijk dieet is een dieet met 20-35 En% eiwit. De makkelijkste manier om een eiwitrijk dieet te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden met met 20-35 En% eiwit. Deze producten uit de supermarkt bevatten 20-35 En% eiwit.
20-35 En% eiwit wil zeggen dat het aantal gram eiwitten 20-35% bijdraagt aan het totale kcal van het desbetreffende dieet.

 

Dagelijks 100 mcg foliumzuur via voeding verlaagt borstkanker onder premenopauzale vrouwen

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies die de correlatie (het verband) tussen foliumzuur en het risico op het krijgen van borstkanker aantonen, hebben inconsistente resultaten opgeleverd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlagen zowel een hoge foliumzuur-inname via voeding als een hoog foliumzuurgehalte, de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 39 studies over het eten van foliumzuur (19 prospectieve cohort studies met in totaal 37917 mensen met borstkanker en 20 patiënt-controle studies met in totaal 13074 mensen met borstkanker en 17497 mensen zonder borstkanker) en 12 studies over het bloedplasma foliumzuurgehalte (10 patiënt-controle studies met in totaal 7850 mensen met borstkanker en 8898 mensen zonder borstkanker en 2 cohort studies met in totaal  815 mensen met borstkanker).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses dat het eten van veel folaat (foliumzuur) vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 15% [OR = 0.85, 95% BI = 0.79 tot 0.92, I2 = 75.2%, p < 0.001] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico werd niet teruggevonden in cohort studies [OR = 0.97, 95% BI = 0.91 tot 1.03, I2 = 53.3%, p = 0.316].

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging van de foliumzuurinname via voeding met 100 mcg per dag (100 migrogram per dag), de kans op het krijgen van borstkanker significant met 2% [OR = 0.98, 95% BI = 0.97 tot 0.99, I2 = 72.8%, p = 0.002] verlaagde.
Dit verlaagde risico was ook significant in de cohort studies [OR = 0.99, 95% BI = 0.98 tot 1.00].
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden geen verband tussen een hoog foliumzuurgehalte in het bloed en de verlaagde kans op het krijgen van borstkanker [OR = 0.98, 95% BI = 0.82 tot 1.17, I2 = 63.0%, p = 0.822].
Geen verband omdat OR van 1 in de 95% BI van 0.82 tot 1.17 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel foliumzuur vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van borstkanker onder premenopauzale vrouwen significant met 20% [OR =  0.80, 95% BI = 0.66 tot 0.97] verlaagde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat het eten van veel foliumzuur, de kans op het krijgen van borstkanker onder premenopauzale vrouwen werkelijk met 20% verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat eten van veel foliumzuur (minimaal 100 mcg per dag), de kans op het krijgen van borstkanker, met name onder premenopauzale vrouwen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association of folate intake and plasma folate level with the risk of breast cancer: a dose-response meta-analysis of observational studies by Ren X, Xu P, [...], Dai Z.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7695428/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies, foliumzuur en borstkanker.

 

Zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D verhogen botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen de kans op het krijgen van osteoporose (botontkalking) bij postmenopauzale vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatten 10 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de totale botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.537, 95% BI = 0.227 tot 0.847].

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de botmineraaldichtheid van de lumbale wervelkolom bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.233, 95% BI = 0.073 tot 0.392, p < 0.001],

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de botmineraaldichtheid van de armen bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.464, 95% BI = 0.186 tot 0.741],

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de botmineraaldichtheid van de femurhals bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.187, 95% BI = 0.010 tot 0.364],

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de kans op het krijgen van heupfracturen bij postmenopauzale vrouwen significant met 13.6% [RR = 0.864, 95% BI = 0.763 tot 0.979] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met maximaal 400 IE (10 mcg) vitamine D-supplementen per dag, de botmineraaldichtheid van de femurhals bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.335, 95% BI = 0.113 tot.558].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D, de totale botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.784, 95% BI = 0.322 tot 1.247].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D, de botmineraaldichtheid van de lumbale wervelkolom bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.320, 95% BI = 0.146 tot 0.494].

De onderzoekers concludeerden dat zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D een gunstig effect hebben op de botmineraaldichtheid en dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de kans op het krijgen van heupfracturen bij postmenopauzale vrouwen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of combined calcium and vitamin D supplementation on osteoporosis in postmenopausal women: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Liu C, Kuang X […], Li D.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33237064/

Extra informatie van El Mondo:     
Vind hier meer studies over zuivelconsumptie, verhogen van botmineralendichtheid, vitamine D en calcium.

Botontkalking

Wetenschappelijkes studies (overzichtsartikelen) over voeding en botontkalking:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Veel selenium via voeding verhoogt botdichtheid
  2. Een lager serum magnesiumgehalte verhoogt fracturen
  3. 100 µg/d vitamine K + 1000 mg/d calciumsupplementen verhogen botmineraaldichtheid
  4. Stoeloefeningen zorgen voor krachtbehoud bij ouderen
  5. Vegetariërs en veganisten hebben een lage botmineraaldichtheid dan alleseters
  6. Alcohol verhoogt botbreuk
  7. Veel β-cryptoxanthine via voeding verlaagt botontkalking en heupfracturen
  8. Suikerziekte type 1 verlaagt botmineraaldichtheid bij kinderen en adolescenten
  9. Geen verschil tusssen krachttraining met hoge belasting en lage belasting op botmineraaldichtheid
  10. Dagelijks 1 glas alcohol verhoogt botontkalking
  11. Borstvoeding geven beschermt vrouwen tegen botontkalking op latere leeftijd
  12. Vitamine C-rijke voedingsmiddelen verhogen botmineraaldichtheid
  13. Dagelijks 20-25 mcg vitamine D3 supplementen verlagen kans op osteoporotische breuk en vallen bij ouderen
  14. Zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D verhogen botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen
  15. Veel thee verlaagt heupfracturen onder vrouwen
  16. Teveel vet in het lichaam vermindert de botmassa
  17. Thee drinken leidt tot grote botdichtheid

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

  • Gedurende het hele leven maakt uw lichaam nieuw botweefsel aan en breekt oud botweefsel af. Bot is dus een levend weefsel en wordt steeds vernieuwd.
    Per jaar wordt meer dan 10 procent van uw botten vernieuwd.
  • Tot ongeveer het 25ste jaar is de botopbouw is groter dan de botafbraak. Tussen 25ste en 50ste jaar is een evenwicht tussen botopbouw en botafbraak.
  • Osteoporose (osteon = bot en porose = opening) is de medische naam voor botontkalking.
  • Osteoporose ontstaat als er meer bot wordt afgebroken dan wordt aangemaakt.
  • Osteoporose komt veel voor bij mensen boven de 50 jaar.
  • Soms ontstaat osteoporose eerder, bijvoorbeeld als u een andere reumatische aandoening hebt, zoals reumatoïde artritis (RA), axiale spondyloartritis (de ziekte van Bechterew) of SLE.
  • Ook langdurig gebruik van prednison leidt vaak tot osteoporose.
  • Wereldwijd krijgt ongeveer 1 op de 3 vrouwen en 1 op de 8 mannen osteoporose. Dat komt omdat mannen over het algemeen meer botmassa hebben dan vrouwen.
  • Botontkalking treedt bij vrouwen vaker op na de overgang. Dit komt omdat vrouwen dan minder van het vrouwelijke geslachtshormoon oestrogeen produceert. Oestrogeen is een hormoon dat de botafbraak remt.
  • De belangrijkste risicofactoren van botontkalking zijn:
    • alcohol
    • botbreuken in de familie
    • een laag lichaamsgewicht
    • een lage BMI
    • een lage botmassa
    • één of meerdere botbreuken na het 50e levensjaar
    • een tekort aan vitamine D
    • erfelijkheid
    • langdurig gebruik van corticosteroïden
    • onvoldoende inname van calcium en vitamine D
    • roken
    • verhoogde neiging tot vallen, duizelig, weinig spierkracht
    • vroegtijdige overgang (vóór 45ste levensjaar)
    • weinig of geen lichaamsbeweging
    • ziekten/aandoeningen zoals een te snelle schildklier, reumatoïde artritis, hormoon-afwijkingen, sommige bloed-, nier-, maag-, darm- en leverziekten en zeldzame erfelijke aandoeningen
  • Typische botbreuken bij osteoporose zijn heup-, pols- of ruggenwervelbreuken.
  • Een DEXA-meting (Dual Energy X-ray Absorptiometry) kan botontkalking opsporen. Bij een DEXA-meting wordt de dichtheid van het bot oftewel de botmassa gemeten.
  • De DEXA-meting wordt uitgedrukt in een T-score en een Z-score:
    • T-score: uw botdichtheid wordt vergeleken met de botdichtheid van een gezonde vrouw/man rond het 35e jaar;
    • Z-score: uw botdichtheid wordt vergeleken met de botdichtheid van iemand van uw leeftijd.
  • Bij een uitslag van een T-score tussen de +1 en -1 is alles prima.
  • Bij een uitslag van een T-score tussen de -1 en -2.5 is er sprake van osteopenie (verminderde botmassa).
  • Bij een uitslag van een T-score vanaf -2.5 is er sprake van osteoporose.
  • Een andere manier om osteoporose vast te stellen is het meten van de biomarkers (biomerkers) zoals "alkaline phosphatase" en "amino-terminal propeptide of type 1 procollagen". Dit zijn markers die de mate van botaanmaak kunnen weergeven.
    In de urine kan de biomerkers "telopeptides" gemeten worden, die de botafbraak weergeven. Echter, het gebruik van de biomarkers is momenteel niet 100% betrouwbaar, vanwege zijn vele variaties van dag tot dag.
    Biomarkers (zoals cholesterolgehalte, nuchter bloedsuikergehalte of het eiwit PSA) zijn biologische markers die aan kunnen geven dat iemand ziek is, die kunnen voorspellen hoe ernstig een ziektebeloop zal zijn, of die laten zien of een behandeling werkt of niet.
  • Sporten, met name krachttraining kan de botmassa verhogen. Sporten waarbij uw lichaam met zijn eigen gewicht wordt belast, heeft het grootste effect op de botmassa.
  • Wanneer u wat breekt na het 50ste jaar is het altijd verstandig te vragen of er sprake is van osteoporose. Ook al wordt er door de desbetreffende arts niets over gezegd.
  • Mensen van 50 jaar en ouder en jongere mensen met botontkalking wordt 1200 mg (elementaire) calcium per dag (oftewel 3 gram calciumcarbonaat) geadviseerd. Dit in combinatie met tenminste 10 microgram (400 IE) vitamine D3 per dag.
  • Voor mensen van 70 jaar en ouder wordt een inname van 1200 mg calcium geadviseerd, samen met 20 microgram (800 IE) vitamine D3 per dag..
  • 500 mg elementaire calcium komt overeen met 1250 mg calciumcarbonaat. Calciumcarbonaat is de veel voorkomende calciumvorm in voedingssupplementen.
  • Calcium in levensmiddelen zijn altijd elementaire calcium. 100 ml halfvolle melk levert 123 mg calcium oftewel 123 mg elementaire calcium.

Pistachenoten verlagen het BMI

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van pistachenoten de kans op het krijgen van overgewicht?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s met in totaal 1593 deelnemers.

De pistachenotenconsumptie was lager dan 50 g/dag in 3 studies.
De interventieduur was korter dan 12 weken in 4 studies.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van pistachenoten, het BMI significant verlaagde [-0.18 kg/m2, 95% BI = -0.26 tot -0.11 kg/m2, p < 0.001, I2 = 29.8%, p = 0.180].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van pistachenoten en het verlagen van het lichaamsgewicht [WMD = -0.22 kg, 95% BI = -0.50 tot 0.07 kg, I2 = 0.0%].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van pistachenoten en het verlagen van de buikomtrek [WMD = 0.76 cm, 95% BI = -0.11 tot 1.63 cm, I2 = 7.0%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van pistachenoten, het BMI verlaagde, zonder invloed te hebben op het lichaamsgewicht.

Oorspronkelijke titel:
The relationship between pistachio (Pistacia vera L) intake and adiposity: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Xia K, Yang T, […], Chen XZ.

Link:
https://journals.lww.com/md-journal/Fulltext/2020/08210/The_relationship_between_pistachio__Pistacia_vera.7.aspx

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over notenconsumptie en overgewicht.

Dagelijks 2 gram omega-3 supplementen verhogen spiermassa bij ouderen

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het slikken van omega-3 supplementen (EPA en DHA) de spiermassa en de loopsnelheid bij ouderen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatten 10 RCT’s met 552 deelnemers.

De duur van de interventie varieerde tussen 10 en 24 weken.
De dosering varieerde tussen 0.16 en 2.6 g/dag EPA en tussen 0 en 1.8 g/dag DHA.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van minimaal 2 gram omega-3 supplementen per dag, de spiermassa bij ouderen significant deed toenemen [SMD = 0.67 kg, 95% BI = 0.16 tot 1.18 p < 0.05].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van omega-3 supplementen gedurende minimaal 6 maanden, de loopsnelheid bij ouderen significant deed toenemen [SMD = 1.78 m/sec, 95% BI = 1.38 tot 2.17, p < 0.05].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van minimaal 2 gram omega-3 supplementen (EPA en DHA) per dag, de spiermassa bij ouderen deed toenemen, terwijl het slikken van omega-3 supplementen (EPA en DHA) gedurende minimaal 6 maanden, de loopsnelheid bij ouderen deed toenemen. 

Oorspronkelijke titel:
Effects of Omega-3 Fatty Acids on Muscle Mass, Muscle Strength and Muscle Performance among the Elderly: A Meta-Analysis by Huang YH, Chiu WC, […], Wang YH.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/12/12/3739/htm

Extra informatie van El Mondo:     
Vind hier meer studies over EPA en DHA en ouderdom.

Dagelijks 3 kopjes koffie of meer verhoogt causaal hart- en vaatziekten

Onderzoeksvraag:
Dyslipidemie is wereldwijd een veel voorkomende stofwisselingsziekte en ook een belangrijke risicofactor voor hart- en vaatziekten. Koffie is geliefd bij mensen over de hele wereld maar de associatie tussen koffieconsumptie en bloedlipiden heeft inconsistente resultaten opgeleverd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een causaal verband tussen het drinken van koffie en dyslipidemie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het totale cholesterolgehalte significant verhoogde [WMD = 0.21 mmol/L, 95% BI = 0.04 tot 0.39, p = 0.017].
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het triglyceridengehalte significant verhoogde [WMD = 0.12 mmol/L, 95% BI = 0.03 tot 0.20, p = 0.006].
Significant omdat de gevonden p-waarde van 0.006 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant verhoogde [WMD = 0.14 mmol/L, 95% BI = 0.05 tot 0.24, p = 0.003].

De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) niet significant verlaagde [WMD = -0.01 mmol/L, 95% BI = -0.06 tot 0.04, p = 0.707].
Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.
 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, een signficant, positief en non-lineair verband tussen het drinken van koffie en de toename in het gehalte van het totale cholesterol, LDL-cholesterol en triglyceriden.

De onderzoekers concludeerden dat er een causaal verband bestond tussen het drinken van koffie (≥3 kopjes per dag) en dyslipidemie.

Oorspronkelijke titel:
Effect of coffee consumption on dyslipidemia: A meta-analysis of randomized controlled trials by Du Y, Lv Y, […], Luo Q.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33239163/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/RCTs/causaal verband, het verlagen van het cholesterol, koffieconsumptie en het verlagen van hart- en vaatziekten.

Bij dyslipidemie is het gehalte van het totale cholesterol en/of het LDL-cholesterol en/of de triglyceriden verhoogd en/of is er sprake van een verlaagd gehalte van het HDL-cholesterol. Dyslipidemie is vaak een voorbode van hart- en vaatziekten en diabetes type 2.

Dagelijks 5 gram noten verlagen kanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van noten zowel de kans op het krijgen van kanker als doodgaan aan kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 43 observationele studies over het risico op het krijgen van kanker en 9 observationele studies over het doodgaan aan kanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met de laagste inname, verlaagde de hoogste inname van totale noten (boomnoten en pinda’s), de kans op het krijgen van kanker significant met 14% [ES = 0.86, 95% BI = 0.81 tot 0.92, p < 0.001, I2 = 58.1%, p < 0.01].

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met de laagste inname, verlaagde de hoogste inname van boomnoten, de kans op het krijgen van kanker significant met 13% [ES = 0.87, 95% BI = 0.78 tot 0.96, p < 0.001, I2 = 15.8%, p = 0.28].

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 5 gram noten per dag, de kans op het krijgen van totale kanker significant met 3% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 5 gram noten per dag, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 6% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 5 gram noten per dag, de kans op het krijgen van colonkanker significant met 25% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 5 gram noten per dag, de kans op doodgaan aan kanker significant met 4% verlaagde.

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met de laagste inname, verlaagde de hoogste inname van totale noten, de kans op doodgaan aan kanker significant met 13%.

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met de laagste inname, verlaagde de hoogste inname van boomnoten, de kans op doodgaan aan kanker significant met 18%.

De onderzoekers vonden wanneer vergeleken met de laagste inname, verlaagde de hoogste inname van pinda’s, de kans op doodgaan aan kanker significant met 8%.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van totale noten (minimaal 5 gram per dag) en boomnoten, zowel de kans op het krijgen van kanker als doodgaan aan kanker verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Association of Total Nut, Tree Nut, Peanut, and Peanut Butter Consumption with Cancer Incidence and Mortality: A Comprehensive Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis of Observational Studies by Naghshi S, Sadeghian M, […], Sadeghi O.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33307550/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/cohort studies, notenconsumptie en kanker.

Boomnoten in dit overzichtsartikel zijn walnoten, pistachenoten, macadamianoten, pecannoten, cashewnoten, amandelen, hazelnoten en paranoten.

Deze maaltijd bevat minimaal 5 gram noten.