Voeding en gezondheid

Suikerziekte

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar suikerziekte: 
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

2024:

  1. Dierlijke eiwitten verhogen suikerziekte type 2

2022:

  1. Dagelijks 500 mg flavonoïden via voeding verlaagt hart- en vaatziekte, suikerziekte en een hoge bloeddruk
  2. Vitamine D-tekort verhoogt blindheid bij mensen met suikerziekte
  3. Dagelijks 50 mg amandelen verlagen causaal slecht cholesterol bij mensen met suikerziekte type 2
  4. Gembersupplementen verlagen nuchter bloedsuikergehalte van patiënten met suikerziekte type 2

2021:

  1. Veel carotenoïden via voeding verlagen suikerziekte type 2
  2. Zoutverlaging verlaagt causaal bloeddruk bij mensen met suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 80 gram aardappelen verhogen suikerziekte type 2
  4. Vitamine C supplementen verlagen cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2
  5. Spirulina supplementen verlagen nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2
  6. Druiven verlagen causaal HOMA-IR waarde bij volwassenen
  7. Chromiumsupplementen verhogen goed cholesterol van mensen met suikerziekte type 2
  8. L-arginine supplementen verlagen niet suikerziekte bij volwassenen
  9. 1.5 g/d knoflooksupplementen verhogen adiponectinegehalte bij mensen onder 30 jaar
  10. Veel pindakaas verlaagt mogelijk suikerziekte type 2
  11. Dieet met <30 En% koolhydraten verhoogt causaal adiponectinegehalte bij volwassenen
  12. Dagelijks 1.5 g EPA + DHA verbetert insulinegevoeligheid bij kinderen
  13. Vitamine C supplementen verlagen mogelijk bloeddruk bij patiënten met suikerziekte type 2
  14. Suikerziekte type 1 verlaagt botmineraaldichtheid bij kinderen en adolescenten

2020:

  1. 2-3 porties vis per week verlagen coronaire hartziekte onder patiënten met suikerziekte type 2
  2. Vitamine B3-supplementen verlagen slecht cholesterol van patiënten met suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 8.4 tot 10 gram inulinesupplementen voor 8 weken verlagen suikerziekte type 2
  4. Zuurbessen verlagen insulinegehalte
  5. Dagelijks 40 gram soja consumptie gedurende 12 weken verhoogt het IGF-1 gehalte
  6. Dagelijs 100 mg magnesium via voeding verlaagt een beroerte
  7. Dagelijks 100 gram (rood)vlees verhoogt suikeziekte type 2
  8. Probiotica verlagen hart- en vaatziekte
  9. Psylliumvezel verlaagt slecht cholesterol bij mensen met suikerziekte
  10. Tofu verlaagt suikerziekte type 2
  11. Obesitas verhoogt dementie

2019:

  1. Veel zink via voeding verlaagt suikerziekte type 2
  2. 100 mg magnesium verlaagt suikerziekte type 2
  3. Pinda’s verlagen het nuchter insulinegehalte
  4. Vetarme zuivelproducten verlagen buikomtrek en lichaamsgewicht
  5. Graanvezels via voeding verlagen suikerziekte type 2
  6. Patiënten met suikerziekte hebben baat bij voeding met een lage n-6/n-3 ratio
  7. Zinksupplementen verlagen suikerziekte
  8. Hoge eiwitconsumptie verhoogt suikerziekte type 2
  9. Probiotica en prebiotica verlagen onstekingen bij suikerpatiënten
  10. Foliumzuursupplementen verlagen nucher insulinegehalte
  11. Suikerpatiënten type 2 hebben baat bij 13.1 gram viskeuze voedingsvezelssupplementen

2018:

  1. 88 µg vitamine D per dag verlaagt suikerziekte type 2
  2. 1 portie aardappelen per dag verhoogt suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 150 gram friet verhoogt suikerziekte type 2
  4. Knoflook verlaagt het nuchter glucosegehalte van patiënten met suikerziekte
  5. Gembersupplementen verlagen lichaamsgewicht van mensen met overgewicht of obesitas
  6. Dagelijks veel granenvezels verlaagt mogelijk suikerziekte type 2
  7. Een voeding met 6 En% plantaardig eiwit verlaagt suikerziekte type 2
  8. Minimaal 550 mg flavonoïden per dag verlaagt suikerziekte type 2
  9. Vetrijk dieet verhoogt suikerziekte type 2
  10. Foliumzuursupplementen verlagen het nuchter glucosegehalte
  11. Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij lage GI-diëten
  12. Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte type 2
  13. 3 gram L-carnitinesupplementen verlagen het leptinegehalte van suikerpatiënten

2017:

  1. Een hoog kaliumgehalte in het bloed verlaagt suikerziekte type 2
  2. Granaatappelsupplementen verlagen niet suikerziekte
  3. Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij een koolhydratenarm dieet
  4. Een dieet met 4.4 gram alfa-linoleenzuur gedurende 3 maanden verlaagt niet suikerziekte type 2
  5. Vetegarisch dieet verlaagt suikerziekte type 2
  6. Wekelijks 30-180 gram chocolade verlaagt hart- en vaatziekten en suikerziekte
  7. Probiotica-supplementen verlagen bloedglucosegehalte van suikerpatiënten type 2
  8. Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte
  9. Olijfolie verlaagt suikerziekte type 2
  10. Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij een dieet met minder 45 En% koolhydraten
  11. Vitamine C-supplementen gedurende minimaal 30 dagen verlaagt het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2
  12. Magnesiumsupplementen verlagen hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2
  13. Appels en peren verlagen suikerziekte type 2
  14. Een laag folaat- en vitamine B12-gehalte verhogen zenuwpijn bij suikerpatiënten type 2
  15. Vitamine C en D verlagen de bloeddruk van suikerpatiënten type 2

2016:

  1. Vitamine D supplementen verlagen het LDL-cholesterolgehalte van suikerpatiënten type 2
  2. Suikerziekte verhoogt borstkanker onder vrouwen
  3. Probiotica verlagen het nuchter glucosegehalte van suikerpatiënten
  4. Flavanolen uit cacao verlagen hart- en vaatziekten en suikerziekte type 2
  5. Suikerziekte type 2 verhoogt mogelijk dikke darmkanker
  6. Dagelijks 260 mg co-enzym Q10 supplementen verlagen het nuchter glucosegehalte
  7. Dagelijks 1-6 gram EPA + DHA verlaagt mogelijk ontstekingen in mensen met suikerziekte type 2
  8. Een voedingspatroon met veel dierlijke eiwitten verhoogt suikerziekte type 2
  9. Minimaal 17 gram bessen per dag verlaagt suikerziekte type 2
  10. Magnesiumsupplementen verlagen  het nuchter plasma glucosegehalte van mensen met suikerziekte
  11. Soja-eiwitten verlagen nuchter glucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2
  12. Minimaal 8 weken probiotica verlaagt suikerziekte type 2
  13. Dagelijks 1 portie suikergezoete dranken verhoogt suikerziekte type 2
  14. Magnesiumsupplementen gedurende 4 maanden of langer verlagen het nuchter glucosegehalte
  15. Een seleniumbloedwaarde tussen 97.5 en 132.5 μg/L verlaagt suikerziekte type 2
  16. Suikerpatiënten type 2 hebben een laag vitamine D-bloedgehalte
  17. Suikerziekte type 2 verhoogt de ziekte van Parkinson
  18. Dagelijks 2-3 glazen wijn verlaagt suikerziekte type 2
  19. Isoflavonen verlagen suikerziekte type 2 bij menopauzale vrouwen
  20. Vitamine D-supplementen verlaagt bloeddruk van mensen met suikerziekte type 2
  21. Een lichte tot matige alcoholconsumptie verlaagt suikerziekte type 2
  22. Krachttraining verlaagt systolische bloeddruk van mensen met het metabole syndroom
  23. Patiënten met suikerziekte type 2 hebben alleen baat bij het slikken van chromium afkomstig van biergist
  24. Een laag vet-dieet of een laag koolhydraten-dieet verlaagt gewichtsverlies
  25. Minimaal 3 eieren per week verhoogt suikerziekte type 2 onder Amerikanen
  26. Veel bessen, donkergroene bladgroenten en kruisbloemige groenten verlaagt suikerziekte type 2
  27. Veel kruisbloemige groenten verlaagt suikerziekte type 2
  28. 2.5-3.5 gram haver beta-glucanen gedurende 3 tot 8 weken verlaagt het nuchter glucosegehalte van patiënten met suikerziekte type 2

2015:

  1. Suikerpatiënten hebben mogelijk baat bij plantaardig eiwit
  2. Dagelijks 50 gram bewerkt vlees verhoogt het nuchter glucosegehalte bij mensen met overgewicht
  3. Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt suikerziekte type 2

2014:

  1. Dagelijks 1 portie fruit verlaagt suikerziekte type 2
  2. Vitamine D-supplementen verlaagt niet suikerziekte type 2
  3. Minstens 200 gram fruit per dag verlaagt suikerziekte type 2
  4. Dagelijks 330 ml frisdrank verhoogt suikerziekte type 2
  5. Havermout verlaagt het nuchter insulinegehalte
  6. Matig alcoholgebruik verbetert de insulinegevoeligheid bij vrouwen
  7. Een hoge inname van suikergezoete vruchtensap verhoogt suikerziekte type 2
  8. 1-6 kopjes koffie per dag verlagen suikerziekte type 2 
  9. Minstens 25 gram vezels per dag verlaagt suikerziekte type 2

2013:

  1. Zinksupplementen verlagen het nuchter bloedsuikergehalte
  2. Een kransslagader calcium score boven 10 verhoogt hart- en vaatziekten onder patiënten met suikerziekte type 2
  3. Een vitamine D-bloedwaarde lager dan 50 nmol/L tijdens de zwangerschap verhoogt pre-eclampsie, zwangerschapdiabetes, een vroeggeboorte en een SGA-baby
  4. Een hoog vitamine D bloedniveau verlaagt suikerziekte type 2
  5. Dagelijks 50 mg magnesium via voeding verlaagt het nuchter glucose- en insulinegehalte
  6. 250 mcg chromiumsupplementen verlaagt het nuchter bloedsuikerniveau van suikerpatiënten type 2
  7. Visoliesupplementen verlagen mogelijk suikerziekte type 2
  8. 12 weken groene thee of langer verlaagt het nuchter bloedsuikergehalte
  9. Veel flavonoïden via voeding verlaagt suikerziekte type 2
  10. Mensen met suikerziekte hebben baat bij een koolhydratenarm-, eiwitrijk-, Mediterraan- of een laag GI-dieet
  11. Heemijzer verhoogt suikerziekte type 2
  12. Meer dan 95 gram suikers per 2000 kcal verhoogt suikerziekte type 2
  13. Een verhoogde CRP- en IL-6-bloedconcentratie verhogen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2

2012:

  1. Witte rijst verhoogt de kans op suikerziekte type 2
  2. Suikerziektepatiënten type 2 hebben baat bij vezelinname
  3. Een hoog ferritinegehalte en een hoge heem-ijzerinname verhogen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2
  4. Koffie verlaagt de kans op suikerziekte type 2
  5. Geen verband tussen transvetzuren en de suikerhuishouding
  6. Foliumzuursupplementen verlagen het homocysteïnegehalte bij mensen met suikerziekte type 2
  7. Suikerziekte verhoogt de kans op primaire leverkanker

2010:

  1. Donkergroene bladgroenten verlagen mogelijk de kans op het krijgen van suikerziekte type 2

2009:

  1. Peulvruchten verlagen mogelijk de bloedsuikerwaarden in mensen met of zonder suikerziekte

2008:

  1. Een GI-voeding van 58 verhoogt suikerziekte type 2 en borstkanker

XXXXXXXXXXXXXXXX

De bloedsuikerspiegel (bloedglucosegehalte) van het lichaam wordt geregeld door het hormoon insuline, dat gemaakt wordt in de eilandjes van Langerhans van de alvleesklier.
Insuline zorgt ervoor dat het bloedsuikergehalte gedurende de dag binnen de bepaalde grenzen blijft. Bij gezonde mensen ligt het bloedsuikergehalte tussen 4 tot 6 millimol per liter (nuchter) en 9 millimol per liter (na een maaltijd).
Wanneer na het eten het bloedsuikerspiegel stijgt, maakt de alvleesklier veel insuline aan. Door de hoge hoeveelheid insuline daalt het bloedsuikerspiegel en zo houdt het lichaam de bloedsuikerspiegel binnen de grens van 4 tot 6 millimol per liter.

Suikerziekte is eigenlijk een misleidende naam want in principe wordt suikerziekte niet veroorzaakt door de (hoge) consumptie van suiker. Bij suikerziekte kan het lichaam het bloedsuikergehalte namelijk niet meer in evenwicht (tussen 4 en 6 millimol per liter) houden. Het nuchter bloedsuikergehalte van suikerpatiënten ligt daardoor boven 8 millimol per liter.
De medische term voor suikerziekte is diabetes mellitus. Diabetes mellitus is Latijn voor honingzoete doorstroming. De naam is ontleend aan één van de belangrijkste verschijnselen bij diabetes, namelijk de productie van grote hoeveelheden zoete urine. De zoete urine is het gevolg van een te hoge concentratie van suiker in het bloed. Door het verwijderen van suiker via de urine probeert het lichaam de hoge bloedsuikerspiegel te verlagen. Dit verklaart waarom suikerpatiënten vaak naar de toilet moeten. Een langdurig hoger suikergehalte in het bloed, wat bij suikerziekte vaak het geval is, kan nier-, oog- en voetproblemen geven; de genaamde diabetes complicaties.

Suikerziekte is een chronische stofwisselingsziekte waarbij het suikergehalte in het bloed verhoogd is. Suikerziekte kan in 2 typen worden ingedeeld: type 1 en type 2.
Bij suikerziekte type 1 kan het lichaam niet goed of niet meer insuline produceren. Suikerziekte type 1 komt veel voor bij jongeren en kinderen, maar is in het algemeen een vorm die minder vaak voorkomt dan type 2. Suikerziekte type 1 is ongeneesbaar en de precieze oorzaak is vaak onbekend. Suikerziekte type 1 wordt ook insuline-afhankelijke diabetes mellitus genoemd.
Bij suikerziekte type 2 reageert het lichaam niet meer goed op de insuline. Suikerziekte type 2 komt voornamelijk voor bij ouderen en bij mensen met overgewicht (BMI>25). De behandeling van suikerziekte type 2 bestaat in de eerste instantie uit dieetadviezen in combinatie met het bereiken van een gezond gewicht (BMI = 18.5-25). In tegenstelling tot type 1 is type 2 geneesbaar. Suikerziekte type 2 wordt ook niet-insuline-afhankelijke diabetes mellitus genoemd.
Aangezien suikerziekte type 1 en type 2 níet dezelfde oorzaken hebben, worden ze heel verschillend van elkaar behandeld. Terwijl de behandeling van type 2 voornamelijk uit voedingsadviezen in combinatie met afvallen bestaat, bestaat de behandeling van type 1 voornamelijk uit het toedienen van insuline of het transplanteren van de alvleesklier.

Dit zijn de gevolgen waar veel suikerpatiënten mee te maken kunnen krijgen:

  • Amputatie van ledematen
  • Depressie
  • Hart- en vaatziekten
  • Huidproblemen
  • Maag- en darmenproblemen
  • Nieraandoeningen
  • Oogaandoeningen
  • Problemen aan de gewrichten
  • Problemen met de hersenen
  • Seksualiteitsproblemen
  • Voetproblemen
  • Zenuwenaandoeningen

Suikerziekte kan vastgesteld worden aan de hand van de volgene biomerkers (stof die door een verhoging of verlaging in het bloed/lichaam een indicator is van een bepaalde ziekte):

  • HOMA-IR test. Bij deze test wordt de nuchtere serum glucoseconcentratie vermenigvuldigd met de nuchtere serum insulineconcentratie en gedeeld door 22.5. Er is sprake van insulineresistentie bij een waarde groter dan 2.71.
    Suikerpatiënten hebben een HOMA-IR waarde boven 2.71.
  • Nuchter bloedsuikerspiegel. De bloedglucosespiegel (glykemie, suikerspiegel, suikergehalte) is een maat voor de hoeveelheid glucose die opgelost is in het bloed en wordt uitgedrukt in millimol per liter (mmol/l). Een normale nuchtere waarde (acht uur daarvoor niets gegeten of gedronken behalve water) ligt tussen de 4.0 en de 6.0 mmol/L.
    Suikerpatiënten hebben een nuchter bloedglucosespiegel boven 6.0 mmol/L.
  • HbA1c-gehalte. Rode bloedcellen in het lichaam hebben een levensduur van 2-3 maanden. Het HbA1c (of glyHb) geeft het percentage rode cellen aan waaraan glucose is geplakt en weerspiegelt dus het gemiddelde glucosegehalte in de voorafgaande 2-3 maanden. Het HbA1c-gehalte in het bloed wordt vooral gebruikt om te beoordelen of mensen met suikerziekte goed worden behandeld of niet.
    Suikerpatiënten hebben een HbA1c-gehalte boven 7%.
  • De albumine/kreatinine ratio is de verhouding tussen de hoeveelheid albumine en de hoeveelheid kreatinine die is uitgescheiden in een urine portie. Met deze bepalingen wordt het risico op het ontwikkelen van een nierziekte of een hart- en vaatziekte ingeschat en vervolgd bij met name suikerpatiënten.
  • Adiponectine is een eiwit dat door gezonde vetcellen wordt afgescheiden. Het remt de eetlust en verbetert de werking van insuline waardoor spierweefsel meer energie kan opnemen.
    Bij de mensen met overgewicht (BMI>25) is de adiponectine-gehalte in het bloed lager dan bij de mensen met een normaal gewicht. Een lager adiponectine-gehalte wordt geassocieerd met een verminderde insulinegevoeligheid. Suikerpatiënten hebben een verminderde insulinegevoeligheid.
 GoedAanvaardbaarSuikerziekte type 2
Nuchter glucosegehalte (mmol/l)4-77 - 8> 8
Glucose 2 uur post prandiaal (mmol/l)< 99 - 10> 10
HbA1c-gehalte (%)< 77 - 8.5> 8.5

Voedingsadviezen bij suikerziekte:

  • Kies voor producten die minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal leveren, voor producten met maximaal 30 En% vet, voor producten met maximaal 7 En% verzadigde vet, voor producten met 10-20 En% eiwit, voor producten met maximaal 10 En% eenvoudige suikers en voor producten met een laag GI-getal (55 of lager) oftewel een dagelijkse voeding met:

    10-20 En% eiwit, maximaal 30 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal, maximaal 10 En% eenvoudige suikers en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
     
  • Streef naar een gezond gewicht. Een gezond gewicht heeft een BMI van 18.5-25. BMI is gewicht gedeeld door lengte in kwadraat oftewel gewicht (kg)/lengte2 (m).
  • Minimaal 60-90 minuten per dag besteden aan lichaamsbeweging of minimaal 10.000 stappen per dag.
  • Eet minimaal 3 keer per week vette vis. Vette vis bevat meer EPA en DHA dan niet-vette vis.
  • Eet ten minste 200 gram groente en ten minste 200 gram  fruit per dag oftewel 30-40 gram voedingsvezels per dag.
  • Eet veel volkorenproducten, zoals bruinbrood en havermout en peulvruchten.
  • Beperk tot 1-2 glazen alcohol voor mannen en 0-1 glas voor vrouwen per dag oftewel <20 gram alcohol per dag.

Vegetariers

Vegetarisme is de voedingswijze waarbij geen vlees, vis, schaaldieren en gevogelte wordt gegeten maar in plaats daarvan wordt voor groente, fruit, granen en peulvruchten gekozen.

De term vegetarisme is afgeleid van het Latijnse woord "vegetus", wat "levendig, opgewekt en krachtig" betekent.

Mensen kiezen om verschillende redenen voor een vegetarisch dieet. Grotendeels van de vegetariërs willen geen vlees eten uit respect voor alle levende wezens die kunnen voelen en pijn ervaren. Andere redenen zijn  gezondheidsredenen, bezorgdheid over het milieu en verschillende religieuze en culturele redenen.

Het vegetarisme kent verschillende varianten. Het loopt uiteen van het eten van bepaalde dierlijke producten, zoals vlees of zuivel tot het vermijden van alle dierlijke producten.

Over het algemeen hebben vegetariërs een bleke huid. Een bleke huid is het gevolg van een laag lichaamsgehalte aan vitamine B12 en ijzer.

De meestvoorkomende nutriëntendeficiënties onder vegetariërs zijn een tekort aan vitamine B12, ijzer en calcium. Dierlijke producten zijn namelijk rijk aan vitamine B12, ijzer en calcium.

Vegetariërs krijgen via voeding over het algemeen meer fytaten, vezels en minder cholesterol en verzadigd vet binnen dan niet-vegetariërs. Fytaten kunnen de opname van ijzer en zink in het lichaam nadelig beïnvloeden. 

De ADH van zink van vegetariërs moet 1.5 keer hoger liggen dan die van niet-vegetariërs omdat ze via voeding meer fytaten binnenkrijgen.
De ADH van ijzer van vegetariërs moet 1.8 keer hoger liggen dan die van niet-vegetariërs omdat slechts 10% van het ijzer opgenomen wordt uit een vegetarische voeding vergeleken met 18% uit een gemengde voeding dat vlees bevat.

In tegenstelling tot dierlijke producten bevat geen enkel plantaardig product alle 9 essentiële aminozuren en daarom moeten vegetariërs groente met granen combineren om zo alle essentiële aminozuren binnen te krijgen. Het lichaam heeft essentiële aminozuren nodig om daaruit lichaamseiwitten te kunnen maken.

Vegetariërs hebben over het algemeen een lagere body mass index dan niet-vegetariërs.

Voedingsadviezen bij een vegetarisch dieet:

  • Kies voor plantaardige producten met maximaal 35 En% vet, producten met maximaal 7 En% verzadigd vet, producten met maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal, producten met minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal oftewel een dagelijkse voeding met
    maximaal 35 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
  • Slik een multivitaminesupplement om nutriëntendeficiënties te voorkomen.

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken naar de relatie tussen het vegetarische dieet en de gezondheid: 
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

2021:

  1. Vegetariërs en veganisten hebben een lage botmineraaldichtheid dan alleseters

2018:

  1. Vegetarisch dieet tijdens zwangerschap verhoogt baby met een laag geboortegewicht onder Aziaten

2017:

  1. Vegetarisch dieet verlaagt kanker
  2. Vetegarisch dieet verlaagt suikerziekte type 2

2016:

  1. Vegetarisch dieet verlaagt ontstekingen in het lichaam
  2. Vegetarisch dieet verlaagt hart- en vaatziekten en kanker

2015:

  1. Suikerpatiënten hebben mogelijk baat bij plantaardig eiwit
  2. Vegetarisch dieet verlaagt het cholesterolgehalte
  3. Vegetarisch dieet leidt tot gewichtsverlies

2014:

  1. Een vegetarisch dieet verlaagt de bloeddruk

2013:

  1. Vegetarisch dieet verlaagt het triglyceridengehalte

2012:

  1. Vegetarisch dieet verlaagt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten en kanker
  2. Vegetarisch dieet verlicht mogelijk symptomen van reuma

 

Ouderdom

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en ouderdom:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patiënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:

2024:

  1. Dagelijks 100 gram eiwit via voeding verlaagt mogelijk heupfracturen 

2023:

  1. Veel selenium via voeding verhoogt botdichtheid
  2. Een lager serum magnesiumgehalte verhoogt fracturen
  3. Laag bloed carotenoïdengehalte verhoogt dementie
  4. Veel antioxidanten via voeding verlaagt ziekte van Alzheimer
  5. Dagelijks 200 gram zuivelproducten verhogen ziekte van Parkinson

2022:

  1. Vitamine E supplementen verlagen ziekte van Alzheimer
  2. Regelmatig visconsumptie verlaagt leeftijdsgebonden oogziekte
  3. Dagelijks 20-25 mcg vitamine D3 supplementen verlagen kans op osteoporotische breuk en vallen bij ouderen
  4. 10 tot 7500 microgram vitamine D supplementen verhogen handgreepsterkte van postmenopauzale vrouwen
  5. Hoog bloedgehalte aan carotenoïden en vitamine E verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  6. Eiwittensuppletie + lichaamsbeweging verhogen spierkracht van Aziatische ouderen met sarcopenie

2021:

  1. 100 µg/d vitamine K + 1000 mg/d calciumsupplementen verhogen botmineraaldichtheid
  2. Paddenstoelen verlagen doodgaan aan alle oorzaken
  3. Dagelijks 200-700 gram groente en fruit verlaagt fragiliteit
  4. Enkelvoudig onverzadigde vetzuren verlagen doodgaan aan alle oorzaken
  5. Supplementen met 320-729 mg magnesium verbetert mogelijk slaap bij ouderen met slapeloosheid
  6. Dagelijks 1 kopje groene thee verbetert geheugen
  7. Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt doodgaan aan kanker
  8. Dagelijks 1 gram DHA of EPA via voeding verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  9. Alcohol verhoogt botbreuk
  10. Dagelijks 0.5-50 mg carotenoïdensupplementen verbetert geheugen bij mensen zonder dementie
  11. Dagelijks 1000 mg calciumsupplementen verhoogt hart- en vaatziekten onder postmenopauzale vrouwen
  12. Eieren verlagen leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  13. Veel β-cryptoxanthine via voeding verlaagt botontkalking en heupfracturen

2020:

  1. Dagelijks 2 gram omega-3 supplementen verhogen spiermassa bij ouderen
  2. Zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D verhogen botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen
  3. Dagelijks 54 mg genisteïne verhogen botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen
  4. Vitamine K2 + vitamine D verhogen botmineraaldichtheid
  5. Zuivelproducten verhogen botmineraaldichtheid van postmenopauzale vrouwen
  6. LDL-cholesterolgehalte hoger dan 121 mg/dL verhoogt Alzheimer
  7. Vitamine C-rijke voedingsmiddelen verhogen botmineraaldichtheid
  8. Veel linolzuur via voeding verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  9. Koolhydraten verhogen niet fracturen
  10. Obesitas verhoogt dementie

2019:

  1. Dagelijks 1 glas alcohol verhoogt botontkalking
  2. Hoge eiwitinname verlaagt heupfracturen onder ouderen
  3. Een laag vitamine B12-gehalte verhoogt depressie onder ouderen
  4. Een hoog vitamine E-gehalte verlaagt ziekte van Alzheimer
  5. Een hoog urinezuurgehalte verhoogt de botdichtheid
  6. Hoog homocysteïnegehalte verhoogt ziekte van Alzheimer
  7. Dagelijks 1 portie groentes en fruit verlaagt heupfracturen
  8. Verzadigd vet verhoogt cognitieve stoornissen
  9. Geen verband tussen aardappelen en doodgaan aan kanker
  10. Dagelijks 500 mg vitamine C via voeding verlaagt oogziekte leeftijdsgebonden cataract

2018:

  1. Alzheimer-patiënten hebben een lage vitamine E bloedwaarde
  2. Vitamine A en C via voeding verlagen de oogziekte glaucoom
  3. Veel antioxidanten via voeding verlagen doodgaan aan alle oorzaken
  4. All-cause mortaliteit is het laagst bij een dieet met 50-55 En% koolhydraten
  5. Een laag seleniumgehalte in de hersenen verhoogt de ziekte van Alzheimer
  6. Veel verzadigd vet verhoogt fracturen
  7. Coronaire hartziekte en hartfalen verhogen dementie
  8. Melkeiwittensupplementen in combinatie met krachttraining verhogen spiermassa bij ouderen
  9. Vitamine D-gehalte tussen 25 en 35 ng/mL verlaagt ziekte van Alzheimer
  10. Dagelijks veel yoghurt en kaas verlaagt heupfracturen

2017:

  1. Veel thee verlaagt heupfracturen onder vrouwen
  2. Vis verlaagt heupfracturen
  3. Een hoge vitamine A via voeding verhoogt heupfracturen
  4. Groente en fruit verlagen cognitieve stoornissen
  5. 28 gram volle granen per dag verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  6. Dagelijks 50 mg vitamine C via voeding verlaagt heupfracturen
  7. Een lage vitamine D status in het lichaam verslecht het geheugen
  8. Een laag zink- en ijzergehalte verhogen ziekte van Alzheimer
  9. Een laag seleniumgehalte in het lichaam verhoogt de ziekte van Alzheimer
  10. Thee drinken leidt tot grote botdichtheid
  11. Dagelijks 50 microgram vitamine K via voeding verlaagt fracturen
  12. Een mangaantekort verhoogt mogelijk de ziekte van Alzheimer
  13. 100 gram vis per week verlaagt de ziekte van Alzheimer
  14. Dagelijks veel kaas verhoogt niet doodgaan aan alle oorzaken
  15. Dagelijks 100 gram groenten en fruit verlaagt dementie onder ouderen
  16. Lopen verlaagt dementie onder ouderen

2016:

  1. Beta-caroteen via voeding verlaagt heupfracturen onder Aziatische mannen
  2. 1 keer per week vette vis of tonijn verlaagt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  3. Suikerziekte verhoogt het vallen bij ouderen
  4. Onverzadigde vetzuren, antioxidanten en vitamine B verlagen dementie
  5. Borstvoeding geven beschermt vrouwen tegen botontkalking op latere leeftijd
  6. Dagelijks veel volkoren graanproducten verlaagt doodgaan aan alle oorzaken
  7. Maximaal 1 tot 2 kopjes koffie per dag verbetert het geheugen
  8. Regelmatige lichamelijke activiteiten verlaagt ziekte van Alzheimer
  9. Mensen met leeftijdsgebonden maculaire degeneratie hebben baat bij 10 mg luteïne of zeaxanthine per dag
  10. Een lage botdichheid verhoogt aderverkalking bij ouderen
  11. Het metabole syndroom verlaagt non-vertebrale fracturen onder mannen
  12. Veel beta-caroteen via voeding verlaagt de mortaliteit
  13. Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt de ziekte van Alzheimer
  14. Veel groenten verlaagt mogelijk heupfractuur
  15. IJzersupplementen gedurende 4 tot 6 weken verhoogt het hemoglobinegehalte met 0.35 g/dL

2015:

  1. 1 portie vis per week of 100 gram DHA per dag verbetert het geheugen van ouderen
  2. Soja-isoflavonen verbeteren het geheugen van postmenopauzale vrouwen
  3. Vette vissen verhogen het vitamine D-bloedgehalte met 6.8 nmol/L
  4. Dagelijks 400-1800 mg EPA en DHA vertraagt het cognitieve achteruitgang bij ouderen
  5. Onverzadigde vetzuren, antioxidanten en vitamine B verlagen dementie
  6. Een vitamine D-tekort verhoogt mogelijk dementie
  7. Maagzuurremmers leiden op lange termijn mogelijk tot een vitamine B12-tekort
  8. HMB-supplementen leiden tot spierbehoud bij ouderen
  9. Dagelijks 7 mg vitamine E via voeding verlaagt leeftijdsgebonden staar
  10. Dagelijks 580 mg DHA of 1 gram DHA en EPA verbetert het geheugen van ouderen
  11. 60 gram vis per dag verlaagt de all-cause mortalieit
  12. Veel vitamine C via voeding verlaagt staar
  13. Een laag vitamine B12-gehalte verhoogt leeftijdsgebonden maculaire degeneratie
  14. Minimaal 100 gram vis per week verlaagt de ziekte van Alzheimer

2014:

  1. Fyto-oestrogenensupplementen verlagen opvliegers

2013:

  1. Het slikken van vitamines en mineralen verlaagt niet de mortaliteit
  2. Ouderen met dementie hebben baat bij een volledige voedingsdrank
  3. Dagelijks 330 ml melk verlaagt botverlies
  4. Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt mogelijk fracturen bij ouderen

2012:

  1. Soja-isoflavonensupplementen verlagen de frequentie en de ernst van opvliegers
  2. 20 microgram vitamine D per dag verlaagt fracturen bij ouderen
  3. Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt fracturen bij ouderen
  4. Polyfenolen verbeteren het cognitief functioneren
  5. Het slikken van vitamine B6, B12 en foliumzuur verbetert niet het cognitief vermogen van ouderen
  6. 20 nmol/L 25(OH)D verlaagt de mortaliteit onder ouderen
  7. Een hoge consumptie van groenten verlaagt dementie bij ouderen

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

De Westerse definitie van ouderdom is: mensen boven 65 jaar. In 2011 bereikt de eerste lichting babyboomers uit 1946 de pensioengerechtigde leeftijd. In 2040 is een kwart van de Nederlandse bevolking 65-plusser.

Ouderdom komt met gebreken. De veel voorkomende gebreken bij ouderen zijn:

  • Hoge bloeddruk
  • Hart- en vaatziekten
  • Verhoogde bloeddruk
  • Kanker
  • Mobiliteit en vallen
  • Dementie
  • Osteoporose
  • Verminderd gezichtsvermogen (maculadegeneratie)
  • Longontsteking
  • Achteruitgang van het gehoor
  • Achteruitgang van de eetlust en het dorstgevoel
  • Spierverlies. Krachttraining kan spierverlies voorkomen
  • Ondervoeding. Een eenvoudig instrument om ondervoeding bij ouderen te signaleren, is het SNAQ65+

Voeding heeft een onmiskenbaar effect op het verouderingsproces. Zo vertraagt een goede voedingstoestand het verouderingsproces en een dagelijkse energiebehoefte beneden 1700 kcal leidt tot een tekort aan vitamines en mineralen.

Het verouderingsproces begint immers niet op 65-jarige maar al op 30-jarige of nog jongere leeftijd.

Een van de consequenties van het ouder worden is verlies van spierkracht. Per jaar verliezen ouderen rond 0.25 kg spieren. Spierverlies kan tegen gegaan worden door krachttraining (60-85% van het 1RM en 3 tot 4 keer per week). Spierverlies leidt tot een lagere ruststofwisseling.

Om spierverlies en botverlies bij ouderen te voorkomen dienen de 3 hoofdmaaltijden (ontbijt, lunch en avondeten) tussen 25-30 gram eiwit te bevatten.

Voedingsadviezen bij ouderdom:

  • Voor het behoud van stevige botten bij ouderen wordt aangeraden te kiezen voor producten met minimaal 15 En% eiwit en maximaal 25 En% eiwit oftewel een dagelijkse voeding met:
  • 15-25 En% eiwit, maximaal 30-35 En% vet, maximaal 7-10 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal en minimaal 1.3-1.5 gram vezels per 100 kcal.
    Maar de belangrijkste factoren voor het botbehoud bij ouderen zijn 60-90 minuten lichaamsbeweging per dag, 15-30 microgram vitamine D per dag en 1 gram calcium of meer per dag.
  • Stop met roken want roken veroorzaakt aderverkalking. Aderverkalking is een belangrijke risicofactor voor hart- en vaatziekten.
  • Streef naar een gezond gewicht. Een gezond gewicht heeft een BMI van 18.5-25. BMI is gewicht gedeeld door lengte in kwadraat oftewel gewicht (kg)/lengte2 (m).
  • Minimaal 60 minuten per dag besteden aan lichaamsbeweging of minimaal 10.000 stappen per dag.
  • Eet 2 keer per week vette vis of slik dagelijks 450 mg EPA en DHA. EPA en DHA zitten in visoliesupplementen. Visoliesupplementen kunnen de positieve effecten van het eten van vis niet evenaren.
  • Eet 300 gram groente en 5 stuks fruit per dag oftewel 25-30 gram voedingsvezels per dag. 10-30 gram vezel per dag verlaagt namelijk het slechte LDL-cholesterolgehalte.
  • Beperk tot 2-3 glazen alcohol voor mannen en 1-2 glazen voor vrouwen per dag.
  • Eet niet meer dan 6 gram zout per dag dat overeen komt met 2400 mg natrium.
  • Slik geen antioxidanten-supplementen. Ze doen meer kwaad dan goe!
  • Eet niet meer dan 200 gram cholesterol per dag bij een verhoogd LDL-cholesterol.
  • Eet niet meer dan 19 gram verzadigd vet per dag bij 2500 kcal en 15 gram verzadigd vet per dag bij 2000 kcal. De Gezondheidsraad adviseert 2000 kcal per dag voor vrouwen en 2500 kcal voor mannen aan.
  • Eet wanneer het kan niet alleen. Door samen met andere mensen te eten, wordt de eetlust versterkt. Ouderen hebben vaak een slechte eetlust.
  • Zet elke dag 1 fles water van 2 liters op tafel. Zo weet u zeker dat u genoeg vocht binnenkrijgt. Het dorstgevoel kan bij ouderen sterk afnemen.
  • 500 microgram foliumzuur per dag bij een hoog homocysteïnegehalte.
  • Slik dagelijks een multivitamine-supplementen.
  • Slik dagelijks 15-30 microgram (600-1200 IE) vitamine D. Slik vitamine D in overleg met een diëtist, voedingsdeskundige of uw huisarts!
  • Zorg dat u dagelijks 1000 mg calcium binnenkrijgt. Het kan via voeding of voedingssupplementen.

Dierlijke eiwitten verhogen suikerziekte type 2


Onderzoeksvraag:
Uit de klinische onderzoeken blijkt dat eiwitten in voeding de glucosehomeostase (een proces waarbij de bloedglucosespiegel wordt gestabiliseerd als reactie op de veranderingen van interne en externe omstandigheden) bij diabetes type 2 (suikerziekte type 2) kunnen bevorderen. Echter, de impact van eiwitten in voeding, inclusief de vraag of het eiwit van dierlijke of plantaardige oorsprong is, op het risico op het krijgen van suikerziekte type 2 is onzeker. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd. 

 

Bestaat er een verband tussen de inname van totale, dierlijke en plantaardige eiwitten via  voeding en het risico op het krijgen van suikerziekte type 2?

 

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 16 prospectieve cohort studies met in totaal 615125 deelnemers, waarvan 52342 mensen met suikerziekte type 2.

 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat (totale) eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 14% [pooled effect size = 1.14, 95% BI = 1.04 tot 1.24] verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 20 gram (totale) eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 3% verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden dat dierlijke eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 18% [pooled effect size = 1.18, 95% BI = 1.09 tot 1.27] verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 20 gram dierlijke eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 7% verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden geen verband tussen plantaardige eiwitten via voeding en de kans op het krijgen van suikerziekte type 2. 

 

De onderzoekers vonden dat het vervangen van 20 gram dierlijke door 20 gram plantaardige eiwitten via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 20% [pooled effect size = 0.80, 95% BI = 0.76 tot 0.84] verlaagde. 

 

De onderzoekers concludeerden dat zowel (totale) eiwitten als dierlijke eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verhoogde. Echter, het vervangen van 20 gram dierlijke door 20 gram plantaardige eiwitten via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 juist verlaagde.

 

Oorspronkelijke titel: 
Association between total, animal, and plant protein intake and type 2 diabetes risk in adults: A systematic review and dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Ardakani AF, Anjom-Shoae J, […], Horowitz M. 


Link: 
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/39032197/

 

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over eiwitten en suikerziekte

Vind hier welke producen 20 gram eiwitten bevatten. 

Dagelijks 100 gram eiwit via voeding verlaagt mogelijk heupfracturen


 

Onderzoeksvraag:

Eerdere cohort studies toonden aan dat de consumptie van totale en dierlijke eiwitten gerelateerd is aan het risico op het krijgen van fracturen. Echter, de resultaten waren niet doorslaggevend en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

 

Verlaagt een hoge eiwittenconsumptie de kans op het krijgen van fracturen?

 

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 cohort studies met in totaal 780322 deelnemers.
De studies waren niet goed opgezet. 

 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram (totaal)eiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van fracturen significant met 43% [RR = 0.57, 95% BI = 0.36 tot 0.93] verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 15 gram viseiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van fracturen significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.91 tot 0.99] verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram (totaal)eiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van heupfracturen significant met 48% verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram dierlijk eiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van heupfracturen significant met 50% verlaagde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 15 gram viseiwit via voeding per dag, de kans op het krijgen van heupfracturen significant met 5% verlaagde. 

 

De onderzoekers concludeerden dat een dagelijkse consumpie van 100 gram (totaal)eiwit, 100 gram dierlijk eiwit of 15 gram viseiwit via voeding, de kans op het krijgen van fracturen, met name heupfracturen mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat de studies niet goed opgezet waren. 

 

Oorspronkelijke titel:
Association between total and animal proteins with risk of fracture: A systematic review and dose-response meta-analysis of cohort studies by Zeraattalab-Motlagh S, Mortazavi AS, […], Mohammadi H.

 

Link: 
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/37855886/

 

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over eiwit en het verlagen van fracturen. 
100 gram eiwittenconsumptie per dag komt overeen met een dieet met 20 En% eiwit. Een dieet met 20 En% eiwit bestaat voornamelijk uit producten met 20 En% eiwit. Vind hier welke producen in de supermarkt 20 En% eiwit bevatten. 
 

20 En% eiwit wil zeggen dat het aantal gram eiwit 20% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van het desbetreffende product. 
 

Bereken hier of uw dagelijkse voeding 20 En% eiwit bevat. (Dit tabblad is alleen zictbaar na gratis inloggen)

Veel antioxidanten via voeding verlaagt ziekte van Alzheimer

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoge inname van antioxidanten via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer of dementie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 cohort studies met in totaal 98264 deelnemers, waarvan 7425 mensen met dementie na een follow-up duur van 3 tot 23 jaar. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van antioxidanten via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.79 tot 0.92, I2 = 45.5%] verlaagde.
Echter, dit significante verlaagde risico werd niet teruggevonden voor dementie [RR = 0.84, 95% BI = 0.77 tot 1.19, I2 = 54.6%].
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 0.79 tot 0.92 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge inname van antioxidanten via voeding, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association of Dietary and Supplement Intake of Antioxidants with Risk of Dementia: A Meta-Analysis of Cohort Studies by Zhao R, Han X, […], You H.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/36846999/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over antioxidanten en de ziekte van Alzheimer.

Studies 2023

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en ouderdom:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patiënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:

  1. Veel selenium via voeding verhoogt botdichtheid
  2. Een lager serum magnesiumgehalte verhoogt fracturen
  3. Laag bloed carotenoïdengehalte verhoogt dementie
  4. Veel antioxidanten via voeding verlaagt ziekte van Alzheimer
  5. Dagelijks 200 gram zuivelproducten verhogen ziekte van Parkinson

Laag bloed carotenoïdengehalte verhoogt dementie

Onderzoeksvraag:
Gezien hun krachtige antioxiderende eigenschappen spelen carotenoïden een rol bij het vertragen en voorkomen van dementie en milde cognitieve stoornissen. Echter, observationele studies hebben inconsistente resultaten gevonden met betrekking tot de associatie tussen het bloed carotenoïdengehalte en het risico op dementie en milde cognitieve stoornissen en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is een laag bloed carotenoïdengehalte (zoals, lycopeen, beta-caroteen, luteïne) een risicofactor voor dementie en milde cognitieve stoornissen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 23 studies met 1422 mensen met dementie, 435 mensen met milde cognitieve stoornissen en 4753 controles (mensen zonder dementie of milde cognitieve stoornissen).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat mensen met dementie een lager bloed lycopeengehalte hadden dan mensen zonder dementie of milde cognitieve stoornissen [SMD = -0.521, 95% BI = -0.741 tot -0.301].

De onderzoekers vonden dat mensen met dementie een lager bloed alfa-caroteengehalte hadden dan mensen zonder dementie of milde cognitieve stoornissen [SMD = -0.489, 95% BI = -0.697 tot -0.281].

De onderzoekers vonden dat mensen met dementie een lager bloed beta-caroteengehalte hadden dan mensen zonder dementie of milde cognitieve stoornissen [SMD = -0.476, 95% BI = -0.784 tot -0.168].

De onderzoekers vonden dat mensen met dementie een lager bloed luteïnegehalte hadden dan mensen zonder dementie of milde cognitieve stoornissen [SMD = -0.516, 95% BI = -0.753 tot -0.279].

De onderzoekers vonden dat mensen met dementie een lager bloed beta-cryptoxanthinegehalte hadden dan mensen zonder dementie of milde cognitieve stoornissen [SMD = -0.617, 95% BI = -0.953 tot -0.281].

De onderzoekers concludeerden dat mensen met dementie een lager bloed carotenoïdengehalte hadden dan mensen zonder dementie of milde cognitieve stoornissen.

Oorspronkelijke titel:
Low blood carotenoid status in dementia and mild cognitive impairment: A systematic review and meta-analysis by Wang L, Zhao T, […], Jiang Q.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/36997905/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over carotenoïden en de ziekte van Alzheimer.

Het luteïnegehalte in het bloed kan verhoogd worden door levensmiddelen te eten die veel luteïne bevatten en/of luteïnesupplementen te slikken.

Een lager serum magnesiumgehalte verhoogt fracturen

Onderzoeksvraag:
Magnesium, een essentieel kation voor tal van cellulaire processen, is een belangrijk bestanddeel van bot. Echter, de relatie met het risico op het krijgen van fracturen is nog onzeker en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een lager serum magnesiumgehalte de kans op het krijgen van fracturen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 cohort studies met in totaal 119755 deelnemers met een gemiddelde follow-up duur van 79 maanden.
De gemiddelde leeffijd was 62 jaar en het vrouwenpercentage was 33%.
De analyses waren gecorrigeerd voor 15 potentiële confounders.
De studies waren goed opgezet.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een lager serum magnesiumgehalte de kans op het krijgen van fracturen significant met 25% [RR = 1.25, 95% BI = 1.09 tot 1.43, I2 = 31.2%] verhoogde.
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 1.09 tot 1.43 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers concludeerden dat een lager serum magnesiumgehalte de kans op het krijgen van fracturen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Association between Serum Magnesium and Fractures: A Systematic Review and Meta-Analysis of Observational Studies by Dominguez LJ, Rodas-Regalado S, […], Barbagallo M.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/15/6/1304

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over magnesium en het voorkomen van fracturen.

 

Krachttraining

Hieronder vindt u wetenschappelijke studies over krachttraining en gezondheid.

De overzichtsartikelen (meta-analyses) van gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde dubbelblinde humane studies (RCT’s) geven antwoord op de volgende vraag:
“Is het slikken van voedingssupplementen zinvol?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

De overzichtsartikelen (meta-analyses) van cohort studies of van patiënt-controle studies geven antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen?”.

  1. Geen verschil tusssen krachttraining met hoge belasting en lage belasting op botmineraaldichtheid
  2. Krachttraining verlaagt cholesterolgehalte
  3. Melkeiwittensupplementen in combinatie met krachttraining verhogen spiermassa bij ouderen
  4. Krachttraining verlaagt de bloeddruk
  5. Krachttraining verlaagt systolische bloeddruk van mensen met het metabole syndroom

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Krachttraining (gewichtstraining of weerstandstraining) leveren de volgende voordelen voor het menselijk lichaam op:

  • Vergroot de spiermassa
  • Vergroot de botmassa
  • Gaat verlies van spiermassa en spierkracht bij ouderen tegen
  • Verhoogt de ruststofwisseling door het verhogen van de spiermassa
  • Verlaagt het lichaamsvetpercentage
  • Verhoogt de glucosetolerantie oftewel de insulinegevoeligheid bij patiënten met suikerziekte

Door het verhogen van de spiermassa neemt de russtofwisseling toe. Een hoge ruststofwisseling vergemakkelijkt het gewichtsverlies tijdens het volgen van een dieet terwijl het jojo-effect veroorzaakt wordt door een lage ruststofwisseling. Een lage ruststofwisseling is het gevolg van spierafbraak. Spierafbraak is gevolg van te weinig inname van koolhydraten tijdens een dieet. Uit voedingskundig oogpunt is het aan te bevelen om de ruststofwisseling tijdens het volgen van een dieet te verhogen.

Spierverlies treedt niet alleen op tijdens het volgen van een dieet maar ook bij ouderdom.

Krachttraining om de spiermassa te verhogen om zo makkelijk gewicht te kunnen verliezen, ziet als volgt uit:

  • 6 tot 12 herhalingen van 70-85% van het 1RM
  • 1 tot 3 sets per keer en 2-3 keer per week
  • De rustperiode tussen de verschillende sets is gemiddeld 1 minuut
  • De rustperiode tussen de trainingsdagen is minimaal 1 dag

Hoe moet u de hierboven staande aanbeveling in de praktijk brengen?

 

Stap 3.    Het opstellen van een fitnessschema:
Voor het fitnesstoestel de leg extension moet u trainen met 6-12 herhalingen van 23-28 kg en 1 tot 3 sets per keer en 2-3 keer per week met een rustperiode van 1 minuut tussen de sets.

Een praktijkvoorbeeld van een fitnesschema voor de leg extension ziet als volgt uit:
6 herhalingen van 25 kg per set en 2 sets per leg extension met 1 minuut pauze tussen set 1 en set 2 en 2 keer per week (bijvoorbeeld op een maandag en donderdag) met de leg extension trainen. Dit houd in:
U moet met de leg extension de handeling 6 keer achter elkaar met 25 kg uitvoeren. Dat is dan 1 set.
Na 1 minuut pauze voert u opnieuw de handeling 6 keer achter elkaar met 25 kg uit. Hierna bent u klaar met de leg extension. U kunt naar het volgende fitnesstoestel gaan.
Dit doet u dan op maandag en dit fitnesschema voor de leg extension herhaalt u dan op donderdag weer. Dit wordt 2 keer per week trainen genoemd.

Stap 4.    Meerdere spiergroepen per keer trainen:
Combineer verschillende fitnesstoestellen om het hele lichaam te trainen. Met de leg extension en de leg press traint u de benen. Met de shoulder press, de deadlift, de dumbbell en de pull down traint u de armen en de borstkas.

Stap 5.    Verhoog het gewicht:
Het gewicht van het fitnesstoestel (in dit geval de leg extension) wordt verhoogd zodra u met dat gewicht in alle series die u moet maken het voorgeschreven aantal herhalingen kan maken. Dat is meestal na 3-4 weken. Een goede richtlijn voor het verhogen van het gewicht is 2.5 tot 5%.

Voordat u het gewicht van het fitnesstoestel verhoogt, kunt u eerst het aantal herhalingen verhogen tot maximaal 12 herhalingen, het aantal sets verhogen tot 3 en/of het aantal trainingsdagen verhogen tot 3 keer per week.

Krachttrainingschema’s:
De trainingsdoelen van krachttraining zijn weergegeven in de volgende tabel.
 

TrainingsdoelenKrachttrainingschema’s
Voorkomen van spier- en botverlies.
Spier- en botverlies treden vaak bij ouderen op.
-6 tot 12 herhalingen van 60-85% van het 1RM.
-1 tot 3 sets per keer en 3-4 keer per week.
-De rustperiode tussen de verschillende sets gemiddeld 1 minuut.
-De rustperiode tussen de trainingsdagen is minimaal 1 dag.
Maximale kracht en spieromvang.
Erg favoriet onder bodybuilders.
 
-1 tot 6 herhalingen van 85-100% van het 1RM.
-3 tot 6 sets per keer en 3-5 keer per week.
-De rustperiode tussen de verschillende sets is gemiddeld 2-5 minuten.
-De rustperiode tussen de trainingsdagen is minimaal 1-2 dag.
Vetverlies en spieropbouw.
Sterk aanbevolen tijdens het volgen van een dieet
 
-6 tot 12 herhalingen van 70-85% van het 1RM.
-1 tot 3 sets per keer en 2-3 keer per week.
-De rustperiode tussen de verschillende sets gemiddeld 1 minuut.
-De rustperiode tussen de trainingsdagen is minimaal 1 dag.
Uithoudingsvermogen. Sterk aanbevolen tijdens de herstelperiode van een ziekte-12 tot 25 herhalingen van 60-80% van het 1RM of
-1 tot 3 sets per keer en 2-3 keer per week.
-De rustperiode tussen de verschillende sets gemiddeld 30-60 seconden.
-De rustperiode tussen de trainingsdagen is minimaal 1-2 dagen.
Voor kinderen van 12-18 jaar.-6 tot 15 herhalingen van 70-80% van het 1RM.
-6 tot 15 herhalingen van 30% van het lichaamsgewicht als belasting van het bovenlichaam en 50% voor belasting van het onderlichaam.
-1 tot 3 sets per keer en 2-3 keer per week.
-De rustperiode tussen de verschillende sets gemiddeld 1 minuut.
-De rustperiode tussen de trainingsdagen is minimaal 1 dag.
-Een 10-15 minuten warm-up is vereist!
-Het gewicht wordt pas verhoogd wanneer 3 sets van 15 herhalingen met gemak wordt uigevoerd.
De positieve effecten van krachttraining vallen weg wanneer getraind wordt met 0-50% van het 1RM en bij meer dan 25 herhalingen.
Om een maximaal effect te bereiken dient krachttraining met cardio-fitness gecombineerd te worden. Cardio-fitness wordt uigevoerd bij 60-85% van de maximale hartslag. 60-85%  wordt de aerobe training, 85-95% wordt de aerobe-anaerobe training en 95-100% wordt de anaerobe training genoemd.

Richtlijnen:

  • Er wordt aangeraden om de getrainde spiergroep 1-2 dagen rust te geven. Tijdens deze 2 dagen krijgt het lichaam de kans om te herstellen én om meer spieren en botten aan te leggen.
  • Gebruik de volgende richtlijn om de rustperiode tussen de trainingsdagen door vast te stellen: spierpijn duidt op het feit dat de spier niet genoeg rust heeft gekregen.
  • Het verdient de voorkeur om op vaste tijden in de week te trainen. Hierdoor kan het lichaam aan een zekere regelmaat wennen. Het meest geschikt tijdstip om te trainen is tussen 11 uur in de ochtend en 10 uur in de avond.
  • Spieren worden pas sterker wanneer ze belast worden met minimaal 50% van hun maximale capaciteit. De maximale capaciteit komt overeen met 1RM.
  • Het gewicht van een bepaalde set moet zo gekozen worden dat de laatste herhaling ook écht werkelijk de laatste herhaling is die door de desbetreffende persoon uitgevoerd kan worden.
  • Wanneer getraind wordt met maximaal 8 herhalingen per set dan wordt voornamelijk de witte spiervezels getraind. Met als gevolg dat de kracht en de spieromvang sterk toenemen terwijl het spieruithoudingsvermogen nauwelijks verandert. Krachtsporters trainen voornamelijk hun witte spiervezels terwijl duursporters voornamelijk hun rode langzame spiervezels trainen.
  • Voor een maximale spiergroei is per dag 1.5-2 gram eiwit per kg lichaamsgewicht nodig.
  • Om de effectiviteit van krachttraining te meten én om zeker te weten dat u tijdens het volgen van de krachttraining genoeg koolhydraten eet, moet u om de 2-3 weken uw spiermassa, vetmassa, botmassa en uw ruststofwisseling laten meten. Dat kan door een diëtist of voedingsdeskundige gedaan worden.
    Een effectieve krachttraining resulteert in een hoge spiermassa, een lage vetmassa, een hoge botmassa en een hoge ruststofwisseling. 
  • U moet inademen als u het gewicht laat zaken en uitademen wanneer u het gewicht optilt.
  • Stop direct met sporten wanneer u duizelig of pijn aan de borst voelt!
     

 

Zoutverlaging verlaagt causaal bloeddruk bij mensen met suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hoewel de huidige richtlijnen de verlaging van de zoutinname bij diabetespatiënten (suikerpatiënten) aanbevelen, zijn de voordelen van het verminderen van de zoutinname bij mensen met diabetes mellitus type 2 (diabetespatiënten) onduidelijk en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Leidt een verlaging van de natriuminname (lees zoutinname) via voeding tot een verlaging van de bloeddruk bij mensen met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een verlaging van de natriuminname via voeding, het natriumgehalte in 24 uurs urine significant verlaagde [WMD = -38.430 mmol/24 h, 95% BI = -41.665 mmol/24 h tot -35.194 mmol/24 h].

De onderzoekers vonden dat een verlaging van de natriuminname via voeding, de systolische bloeddruk significant verlaagde [WMD = -5.574 mmHg, 95% BI = -8.314 tot -2.834 mm Hg, I2 = 0.0%].

De onderzoekers vonden dat een verlaging van de natriuminname via voeding, de diastolische bloeddruk significant verlaagde [WMD = -1.675 mm Hg, 95% BI = -3.199 tot -0.150 mm Hg, I2 = 0.0%].

De onderzoekers concludeerden dat een verlaging van de natriuminname via voeding (met andere woorden een verlaging van de zoutinname via voeding), de bloeddruk van mensen met suikerziekte type 2 causaal verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of dietary sodium restriction on blood pressure in type 2 diabetes: A meta-analysis of randomized controlled trials by Ren Y, Liqiang Qin L, […], Ma Y.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33838996/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over natrium en suikerziekte.

Zout bestaat uit natrium en chloride. Dus een verlaging van de natriuminname via voeding betekent een verlaging van de zoutinname via voeding.

Een dieet met een laag zoutgehalte is een dieet met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal.
De makkelijkste manier om dit dieet te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal. Deze producten uit de supermarkt bevatten maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal.

Echter, de meest praktische manier om dit dieet te volgen is, al uw dagelijks gegeten producten/maaltijden moeten gemiddeld maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal bevatten. Gebruik hiervoor de 7-punten voedingsprofielapp om te zien of uw dagelijkse voeding maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal bevat.

 

Dagelijks 80 gram aardappelen verhogen suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoge aardappelenconsumptie de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 of zwangerschapsdiabetes?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 studies (13 voor suikerziekte type 2 en 6 voor zwangerschapsdiabetes (zwangerschapssuikerziekte)) met 21357 mensen met suikerziekte type 2 onder 323475 deelnemers en 1516 vrouwen met zwangerschapdiabetes onder 29288 zwangerschappen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel (totale) aardappelen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 19% [RR = 1.19, 95% BI = 1.06 tot 1.34] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel gebakken/gekookte aardappelen of aardappelenpuree de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 8% [RR = 1.08, 95% BI = 1.00 tot 1.16] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel Franse friet of gefrituurde aardappelen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 33% [RR = 1.33, 95% BI = 1.03 tot 1.70] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram (totale) aardappelen per dag de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 10% [RR = 1.10, 95% BI = 1.07 tot 1.14, p voor trend 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram ongefrituurde aardappelen per dag de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 2% [RR = 1.02, 95% BI = 1.00 tot 1.04, p voor trend = 0.02] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram gefrituurde aardappelen per dag de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 34% [RR = 1.34, 95% BI = 1.24 tot 1.46, p voor trend 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram (totale) aardappelen per dag de kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes onder de westerse populaties significant met 22% [RR = 1.22, 95% BI = 1.06 tot 1.42, p voor trend = 0.007] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram ongefrituurde aardappelen per dag de kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes onder de westerse populaties significant met 26% [RR = 1.26, 95% BI = 1.07 tot 1.48, p voor trend = 0.006] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge aardappelenconsumptie (tenminste 80 gram per dag) de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties verhoogde. Deze verhoogde risico was dosisafhankelijk.

Oorspronkelijke titel:
Dietary potato intake and risks of type 2 diabetes and gestational diabetes mellitus by Guo F, Zhang Q, [...], Ma L.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34130021/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over aardappelen en suikerziekte.

 

Kruisbloemige groenten, knoflook, citrusvruchten en tomaten verlagen mogelijk dikke darmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Gepersonaliseerde voeding en beschermende diëten en levensstijlen vormen een belangrijke prioriteit binnen de kankeronderzoek. De associatie tussen consumptie van specifieke voedingscomponenten en het ontstaan van dikke darmkanker is geëvalueerd in een aantal populatiegebaseerde studies, die vastgesteld hebben dat bepaalde voedingsmiddelen potentiële bescherming hebben. Echter, de bevindingen waren inconsistent (tegenstrijdig) en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een relatie tussen het eten van de verschillende voedingsgroepen (zoals, tomaten, kruisbloemige groenten, citrusvruchten en noten) en het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 46 studies (cohort en patiënt-controle studies).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van kruisbloemige groenten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 10% verlaagde [OR = 0.90, 95% BI = 0.85 tot 0.95, p = 0.00, I2= 31.02%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van citrusvruchten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 10% verlaagde [OR = 0.90, 95% BI = 0.84 tot 0.96, p = 0.00, I2 = 21.65%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van knoflook de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 17% verlaagde [OR = 0.83, 95% BI = 0.76 tot 0.91, p = 0.00, I2 = 32.64%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van tomaten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 11% verlaagde [OR = 0.89, 95% BI = 0.84 tot 0.95, p = 0.00, I2 = 0%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van noten de kans op het krijgen van dikke darmkanker in cohort studies significant met 26% verlaagde [OR = 0.74, 95% BI = 0.58 tot 0.94, p = 0.01, I2 = 35.48%].

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van kruisbloemige groenten, knoflook, citrusvruchten en tomaten de kans op het krijgen van dikke darmkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit verlaagde risico niet terug werd gevonden in cohort studies.

Oorspronkelijke titel:
Phytochemically rich dietary components and the risk of colorectal cancer: A systematic review and meta-analysis of observational studies by Borgas P, Gonzalez G, […], Reza Mirnezami R.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8223713/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over groenten en fruit, noten, knoflook en dikke darmkanker.

Vitamine C supplementen verlagen cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van vitamine C supplementen het triglyceridengehalte en het cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 studies met in totaal 872 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine C supplementen het triglyceridengehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [WMD = -16.48 mg/dL, 95% BI = -31.89 tot -1.08, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine C supplementen het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [WMD = -13.00 mg/dL, 95% BI = -23.10 tot -2.91, p 0.001].                    

De onderzoekers vonden in de meta-regressieanalyse dat de verbetering van het lipidenprofiel (het triglyceridengehalte en het cholesterolgehalte) beïnvloed werd door de duur van het slikken van vitamine C supplementen.

De onderzoekers concludeerden dat het (langdurig) slikken van vitamine C supplementen het triglyceridengehalte en het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Does vitamin C supplementation exert profitable effects on serum lipid profile in patients with type 2 diabetes? A systematic review and dose-response meta-analysis by Namkhah Z, Ashtary-Larky D, […], Asbaghi O.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33984490/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over cholesterol, vitamine C en suikerziekte.

Vegetariërs en veganisten hebben een lage botmineraaldichtheid dan alleseters

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen die een plantaardig dieet volgen, een lage botmineraaldichtheid (=botmassa) dan mensen die alles eten (de omnivoren)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 cross-sectionele studies met in totaal 13888 patiënten.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met alleseters, dat mensen die een plantaardig dieet volgden, een lagere botmineraaldichtheid van de lumbale wervelkolom hadden [MD = -0.04, 95% BI = -0.06 tot -0.02, p 0.0001].
Dit lagere botmineraaldichtheid geldde zowel voor vegetariërs als veganisten.

De onderzoekers vonden vergeleken met alleseters, dat mensen die een plantaardig dieet volgden, een lagere botmineraaldichtheid van de femurhals hadden [MD = -0.04, 95% BI = -0.05 tot -0.02, p 0.00001].
Dit lagere botmineraaldichtheid geldde zowel voor vegetariërs als veganisten.

De onderzoekers vonden vergeleken met alleseters, dat mensen die een plantaardig dieet volgden, een lagere totale botmineraaldichtheid hadden [MD = -0.03, 95% BI = -0.06 tot -0.01, p 0.0009].
Dit lagere botmineraaldichtheid geldde zowel voor vegetariërs als veganisten.

De onderzoekers concludeerden dat vegetariërs en veganisten een lagere botmineraaldichtheid hadden dan alleseters.

Oorspronkelijke titel:
Comparison of human bone mineral densities in subjects on plant-based and omnivorous diets: a systematic review and meta-analysis by Li  T, Li  Y and Wu S.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34145511/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vegetariërs en veganisten en het verhogen van de botmineraaldichtheid.
 

Spirulina supplementen verlagen nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van spirulina supplementen zowel het bloedvetgehalte (zoals cholesterol- en triglyceridengehalte) als het nuchter bloedsuikergehalte van mensen met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-17.88 mg/dL, 95% BI = -26.99 tot -8.78, I2 = 25%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het triglyceridengehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-30.99 mg/dL, 95% BI = -45.20 tot -16.77, I2 = 50%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-18.47 mg/dL, 95% BI = -33.54 tot -3.39, I2 = 73%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het LDL cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-20.04 mg/dL, 95% BI = -34.06 tot -6.02, I2 = 75%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het VLDL cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-6.96 mg/dL, 95% BI = -9.71 tot -4.22, I2 = 33%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het HDL cholesterolgehalte (goed cholesterol) van mensen met suikerziekte type 2 significant verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat slikken van spirulina supplementen zowel het bloedvetgehalte als het nuchter bloedsuikergehalte van mensen met suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of spirulina on type 2 diabetes: a systematic review and meta-analysis by Hatami E, Ghalishourani SS, […], Mansour-Ghanaei F.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34178867/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over cholesterol en suikerziekte.

Mensen met suikerziekte type 2 hebben vaak een hoog bloedvetgehalte en een hoog nuchter bloedsuikergehalte.

Spirulina wordt ook wel blauwalg (alg is afgeleid van het Latijnse alga wat zeewier betekent) genoemd. Echter, deze naam is misleidend want spirulina is namelijk geen alg, maar een spiraalvormige bacterie met een kenmerkende blauw/groene kleur. Spirulina behoort tot de zogenaamde groep van cyanobacteriën. Veel van deze bacteriën maken gifstoffen. Spirulina doet dat niet en lijkt veilig te zijn.
 

Druiven verlagen causaal HOMA-IR waarde bij volwassenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert suppletie met druiven of druivenproducten de glycemische biomerkers (zoals, HOMA-IR waarde, nuchter bloedsuikergehalte, insuline- en HbA1c gehalte) bij volwassenen of anders gezegd, verbetert het eten van druiven of druivenproducten causaal de glycemische biomerkers bij volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 29 RCT’s met in totaal 1297 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat suppletie met druiven of druivenproducten de HOMA-IR waarde bij volwassenen significant verlaagde [WMD = -0.54, 95% BI = -0.91 tot -0.17, p = 0.004].
Significant omdat de gevonden p-waarde van 0.004 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van druiven of druivenproducten de HOMA-IR waarde bij volwassenen causaal verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of grapes/grape products on glycemic response: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Moodi V, Abedi S, […], Miraghajani M.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33893683/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over druiven en suikerziekte.

Een hoge HOMA-IR waarde leidt tot een hoge insuline resistentie. Suikerpatiënten hebben vaak een hoge insuline resistentie of anders gezegd, een hoge HOMA-IR waarde. Met andere woorden, suikerpatiënten hebben baat bij het eten van druiven.

Een causaal verband kan gevonden worden in RCTs.

 

Glucosamine en chondroïtinesupplementen verbeteren structuur en symptomen bij artrose

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Welke voedingssupplementen hebben positieve effecten op de knie- en heupartrose bij volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 RCT’s met in totaal 11890 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van glucosaminesupplementen zowel de structuur  van de knie- en heupartrose bij volwassenen [minimale gewrichtsbreedte of kraakbeenvolume: netwerkresultaten: SMD = 0.16, 95% BI = 0.04 tot 0.28] als de symptomen van de knie- en heupartrose bij volwassenen [pijn = -0.15, 95% BI = -0.25 tot -0.05 en functie = -0.17, 95% BI = -0.28 tot -0.07] significant verbeterde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van chondroïtinesupplementen zowel de structuur van de knie- en heupartrose bij volwassenen [minimale gewrichtsbreedte of kraakbeenvolume: netwerkresultaten: SMD = 0.21, 95% BI = 0.10 tot 0.32] als de symptomen van de knie- en heupartrose bij volwassenen [pijn = -0.06. 95% BI = -0.15 tot -0.03 en functie = -0.15, 95% BI = -0.26 tot -0.03] significant verbeterde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van strontiumsupplementen de structuur van de knie- en heupartrose bij volwassenen [minimale gewrichtsbreedte of kraakbeenvolume: SMD = 0.20, 95% BI = 0.02 tot 0.38] significant verbeterde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine D supplementen de symptomen van de knie- en heupartrose bij volwassenen [pijn = -0.15. 95% BI = -0.27 tot -0.03 en functie = -0.18, 95% BI = -0.31 tot -0.06] significant verbeterde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van glucosamine en chondroïtinesupplementen een statistisch significant maar klinisch twijfelachtig langetermijn voordeel opleverde voor wat betreft de structuur en de symptomen van de knie- en heupartrose bij volwassenen.
Strontiumsupplementen verbeterden de structuur van de knie- en heupartrose bij volwassenen en vitamine D supplementen de symptomen van de knie- en heupartrose bij volwassenen.

Oorspronkelijke titel:
The Efficacy and Safety of Disease-Modifying Osteoarthritis Drugs for Knee and Hip Osteoarthritis-a Systematic Review and Network Meta-Analysis by Yang W, Sun C, […], Zhuo Q.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33846938/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over glucosamine en chondroïtinesupplementen, vitamine D en het verbeteren van de botdichtheid. 
 

Chromiumsupplementen verhogen goed cholesterol van mensen met suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het slikken van chromiumsupplementen het bloedvettengehalte (zoals triglyceriden- en cholesterolgehalte) van mensen met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 24 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het serum triglyceridengehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [MD = -6.54 mg/dL, 95% BI = -13.08 tot -0.00, p = 0.050].
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [WMD = -7.77 mg/dL, 95% BI = -11.35 tot -4.18, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) van mensen met suikerziekte type 2 significant verhoogde [WMD = 2.23 mg/dL, 95% BI = 0.07 tot 4.40, p = 0.043].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van chromiumsupplementen het serum triglyceridengehalte en het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 verlaagde, terwijl het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) verhoogde. Echter, het moet bijgezegd worden dat de bloedvetverlagende eigenschappen van chromiumsupplementen klein waren en mogelijk niet van klinisch belang zijn.

Oorspronkelijke titel:
Effects of chromium supplementation on lipid profile in patients with type 2 diabetes: A systematic review and dose-response meta-analysis of randomized controlled trials by Asbaghi O, Naeini F, […], Naeini AA.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33813266/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over chromium, het verlagen van het cholesterolgehalte en suikerziekte.

 

Supplementen met 320-729 mg magnesium verbetert mogelijk slaap bij ouderen met slapeloosheid

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het slikken van magnesiumsupplementen de slaap bij ouderen met slapeloosheid (insomnia)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 RCT’s met in totaal 151 ouderen in 3 verschillende landen.
De dosering van elementair magnesium (in de vorm van magnesiumoxide of magnesiumcitraat) varieerde tussen 320 en 729 mg per dag, verdeeld over 2 innames gedurende de dag.
De interventieduur varieerde tussen 20 dagen en 8 weken.

Alle RCT’s hadden een matig tot hoog risico op vertekening (confounder) en de resultaten werden ondersteund door een lage tot zeer lage kwaliteit van bewijs.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met het placebo, dat het slikken van magnesiumsupplementen de latentietijd tot inslapen significant met 17.36 minuten [95% BI = -27.27 tot -7.44, p = 0.0006] verkortte.
Significant omdat de gevonden p-waarde van 0.0006 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers vonden vergeleken met het placebo, dat het slikken van magnesiumsupplementen de totale slaaptijd niet significant met 16.06 minuten [95% BI = -5.99 tot 38.12, p  =  0.15] verlengde.
Niet significant omdat de gevonden p-waarde van 0.15 groter was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks slikken van supplementen met 320-729 mg (elementair) magnesium gedurende 20 dagen tot 8 weken, de slaap bij ouderen met slapeloosheid mogelijk verbeterde. Mogelijk omdat alle RCT’s een lage tot zeer lage kwaliteit van bewijs hadden.

Oorspronkelijke titel:
Oral magnesium supplementation for insomnia in older adults: a Systematic Review & Meta-Analysis by Mah J and Pitre T.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8053283/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over magnesium en ouderdomsziektes.

Magnesiumoxide bevat 60% elementair magnesium en magnesiumcitraat bevat 16% elementair magnesium.
Dus als u 320 mg elementair magnesium uit magnesiumsupplementen wilt halen, moet u dus 534 mg magnesiumoxide supplementen of 2000 mg magnesiumcitraat slikken.
 

L-arginine supplementen verlagen niet suikerziekte bij volwassenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Heeft het slikken van L-arginine supplementen (L-arginine suppletie) positieve effecten op de biomarkers (zoals nuchter bloedsuiker-, insuline- en HbA1c-gehalte en HOMA-IR waarde) van de glykemische controle bij volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van L-arginine supplementen het nuchter bloedsuikergehalte niet significant verlaagde [WMD = -3.38 mg/dL, 95% BI = -6.79 tot 0.04, p = 0.53].
Niet significant omdat de gevonden p-waarde van 0.53 groter was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers vonden dat het slikken van L-arginine supplementen het serum insulinegehalte niet significant verlaagde [WMD = -0.12 Hedges' g, 95% BI = -0.33 tot 0.09, p = 0.27].

De onderzoekers vonden dat het slikken van L-arginine supplementen het HbA1c-gehalte niet significant verlaagde [WMD = -0.04%, 95% BI = -0.25 tot 0.17, p = 0.71].

De onderzoekers vonden dat het slikken van L-arginine supplementen de HOMA-IR waarde niet significant verlaagde [WMD = -0.48, 95% BI = -1.15 tot 0.19, p = 0.15].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van L-arginine supplementen geen positieve effecten had op de biomarkers van de glykemische controle bij volwassenen.

Oorspronkelijke titel:
Effects of L-arginine supplementation on biomarkers of glycemic control: a systematic review and meta-analysis of randomised clinical trials by Karimi E, Hatami E, […], Askari G.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33426939/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over L-arginine en suikerziekte.

L-arginine is een semi-essentieel aminozuur omdat het menselijk lichaam onder normale omstandigheden uit het aminozuur glutamine, het aminozuur glutaminezuur en het aminozuur proline zelf voldoende arginine kan maken. Echter, onder bepaalde omstanstandigheden is de productie niet voldoende en is het lichaam ook afhankelijk van arginine van buitenaf (via voeding en/of voedingssupplementen).
Essentieel is wanneer het menselijk lichaam het aminozuur (bouwstenen van eiwitten) niet kan maken en 100% afhankelijk is van voeding en/of voedingssupplementen.
L-arginine is ook te vinden in zuivel, vis, vlees, granen, peulvruchten, noten en zaden.

L-arginine is een voorloper van stikstofoxide, ureum en ornithine.


 

Zure kers supplementen verbeteren herstel na zware inspanning

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert suppletie met zure kersen (slikken van zure kersen supplementen) het herstel na een zware inspanning?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat suppletie met zure kersen een klein significant gunstig effect had op het verminderen van de spierpijn [ES = -0.44, 95% BI = -0.87 tot -0.02].

De onderzoekers vonden een matig significant gunstig effect voor het herstel van de spierkracht [ES = -0.78, 95% BI = -1.11 tot -0.46] na suppletie met zure kersen.

De onderzoekers vonden een matig significant effect voor de spierkracht [ES = -0.53, 95% BI = -0.77 tot -0.29] na suppletie met zure kersen.

Een verdere subgroepenanalyse op deze variabele wees op een groot significant effect op het herstel van de spronghoogte na suppletie met zure kersen [ES = -0.82, 95% BI = -1.18 tot -0.45] en een klein significant effect op de sprinttijd na suppletie met zure kersen [ES = -0.32, 95% BI = -0.60 tot -0.04].

De onderzoekers vonden een klein significant effect voor zowel het C-reactief proteïne [ES = -0.46, 95% BI = -0.93 tot -0.00] en de interleukine-6 [ES = -0.35, 95% BI = -0.68 tot -0.02] na suppletie met zure kersen.

De onderzoekers vonden geen significante effecten voor creatinekinase en tumornecrosefactor-alfa na suppletie met zure kersen.

De onderzoekers concludeerden dat suppletie met zure kers het herstel na een zware inspanning verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Tart Cherry Supplementation and Recovery From Strenuous Exercise: A Systematic Review and Meta-Analysis by Hill JA, Keane KM, […], Howatson G.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33440334/

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over fruit en sportvoeding.

Creatinekinase (CK), vroeger ook wel creatinefosfokinase (CPK) genoemd, is een enzym dat met name voorkomt in organen die veel energie gebruiken (zoals spieren en nieren). Creatinekinase speelt een rol in de regeneratie van creatinefosfaat. Bij deze omzetting van creatine naar creatinefosfaat wordt adenosinedifosfaat (ADP) gevormd uit adenosinetrifosfaat (ATP).
Energie wordt in het lichaam opgeslagen in de vorm van ATP.

 

1.5 g/d knoflooksupplementen verhogen adiponectinegehalte bij mensen onder 30 jaar

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van knoflooksupplementen het adiponectine- en het leptinegehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van knoflooksupplementen het adiponectinegehalte niet significant verhoogde [Hedges's = 0.20, 95% BI = -0.06 tot 0.47, p = 0.12].

De onderzoekers vonden dat het slikken van knoflooksupplementen het leptinegehalte niet significant verhoogde [Hedges's = 0.08, 95% BI = -0.26 tot 0.41, p = 0.65].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van knoflooksupplementen het adiponectinegehalte bij mensen onder 30 jaar significant verhoogde [Hedges's = 0.44, 95% BI = 0.01 tot 0.87, p = 0.04].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van 1.5 g/d knoflooksupplementen het adiponectinegehalte significant verhoogde [Hedges's = 0.38, 95% BI = 0.02 tot 0.71, p = 0.04].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van knoflooksupplementen gedurende minimaal 8 weken, het adiponectinegehalte significant verhoogde [Hedges's = 0.48, 95% BI = 0.08 tot 0.89, p = 0.02].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 1.5 g/d knoflooksupplementen gedurende minimaal 8 weken, het adiponectinegehalte bij mensen onder 30 jaar verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Systematic review and meta-analysis of randomized, controlled trials on the effects of garlic supplementation on serum adiponectin and leptin levels by Shekarchizadeh-Esfahani P, Hassani B, […], Soraya N.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33792129/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over significant/RCT’s en knoflook.

Adiponectine is een eiwit dat vrijwel uitsluitend wordt geproduceerd in de vetcellen. Bij mensen met overgewicht (BMI>25) is het adiponectine-gehalte in het bloed lager dan bij de mensen met een normaal gewicht. Een lager adiponectine-gehalte wordt geassocieerd met een verminderde insulinegevoeligheid. Suikerpatiënten hebben een verminderde insulinegevoeligheid.

Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt doodgaan aan kanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van magnesium het risico op doodgaan aan zowel alle oorzaken, hart- en vaatziekten als kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 prospectieve cohort studies met in totaal 1168756 deelnemers, waarvan 52378 doden aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit), 23478 doden aan hart- en vaatziekten en 11408 doden aan kanker (kankermortaliteit of kankersterfte).

De follow-up duur varieerde tussen 3.5 en 32 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van magnesium het risico op doodgaan aan alle oorzaken significant met 13% [ES = 0.87, 95% BI = 0.79 tot 0.97, p = 0.009, I2 = 70.7%, p 0.001] verlaagde.
Significant omdat ES van 1 niet in de 95% BI van 0.79 tot 0.97 zat. ES van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat het eten van magnesium het risico op doodgaan aan kanker significant met 20% [ES = 0.80, 95% BI = 0.67 tot 0.97, p = 0.023, I2 = 55.7%, p = 0.027] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van magnesium en het verlaagde risico op doodgaan aan hart- en vaatziekten [ES = 0.93, 95% BI = 0.82 tot 1.07, p = 0.313, I2 = 72.3%, p 0.001].
Geen verband omdat ES van 1 in de 95% BI van 0.82 tot 1.07 zat. ES van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat het eten van elke 100 mg magnesium per dag, het risico op doodgaan aan alle oorzaken significant met 6% verlaagde. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat het eten van elke 100 mg magnesium per dag, het risico op doodgaan aan kanker significant met 5% verlaagde. 

De onderzoekers concludeerden dat het eten van magnesium (minimaal 100 mg per dag) het risico op doodgaan aan zowel alle oorzaken als kanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Total, Dietary, and Supplemental Magnesium Intakes and Risk of All-Cause, Cardiovascular, and Cancer Mortality: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis of Prospective Cohort Studies by Bagheri A, Naghshi S, […], Esmaillzadeh A.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33684200/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over magnesium, hart en vaatziekten en kanker.


 

Veel pindakaas verlaagt mogelijk suikerziekte type 2

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van noten de kans op het krijgen van suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 prospectieve cohort studies en 3 cross-sectionele studies. 

De bewijslast in de studies was erg laag voor alle blootstellingen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses geen verband tussen het eten van veel totale noten en het krijgen van suikerziekte type 2.

De onderzoekers vonden in prospectieve cohort studies dat het eten van veel pindakaas de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 13% [RR = 0.87, 95% BI = 0.77 tot 0.98, I2 = 50.6%, p = 0.16] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico werd niet teruggevonden voor pinda’s en boomnoten.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel pindakaas de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat de studies niet goed opgezet waren (de bewijslast was erg laag).

Oorspronkelijke titel:
Nut consumption and type 2 diabetes risk: a systematic review and meta-analysis of observational studies by Becerra-Tomás N, Paz-Graniel I, […], Salas-Salvadó J.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33471083/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over notenconsumptie en suikerziekte.