Voeding en gezondheid

Studies 2021

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar suikerziekte:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Veel carotenoïden via voeding verlagen suikerziekte type 2
  2. Zoutverlaging verlaagt causaal bloeddruk bij mensen met suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 80 gram aardappelen verhogen suikerziekte type 2
  4. Vitamine C supplementen verlagen cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2
  5. Spirulina supplementen verlagen nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2
  6. Druiven verlagen causaal HOMA-IR waarde bij volwassenen
  7. Chromiumsupplementen verhogen goed cholesterol van mensen met suikerziekte type 2
  8. L-arginine supplementen verlagen niet suikerziekte bij volwassenen
  9. 1.5 g/d knoflooksupplementen verhogen adiponectinegehalte bij mensen onder 30 jaar
  10. Veel pindakaas verlaagt mogelijk suikerziekte type 2
  11. Dieet met 30 En% koolhydraten verhoogt causaal adiponectinegehalte bij volwassenen
  12. Dagelijks 1.5 g EPA + DHA verbetert insulinegevoeligheid bij kinderen
  13. Vitamine C supplementen verlagen mogelijk bloeddruk bij patiënten met suikerziekte type 2
  14. Suikerziekte type 1 verlaagt botmineraaldichtheid bij kinderen en adolescenten

Bekende gezondheidsinstellingen

Een dagelijks gezonde voeding volgens bekende gezondheidsinstellingen

 

GEZONDHEIDS-RAAD

EFSA

FDA

INSTITUTE OF MEDICINE

LEVENSMIDDELENINDUSTRIE (STAAT IN TABEL VOEDINGSWAARDEN PER 100G/100ML)

WHO

Kcal

Dagelijks 2000 kcal voor vrouwen & 2500 kcal voor mannen

Dagelijks 2000 kcal voor vrouwen & 2500 kcal voor mannen

Dagelijks 2000 kcal voor vrouwen & 2500 kcal voor mannen

Dagelijks 2000 kcal voor vrouwen & 2500 kcal voor mannen

Dagelijks 2000 kcal

Dagelijks 2000 kcal voor vrouwen & 2500 kcal voor mannen

Vet

20-35 En%

20-35 En%

20-35 En%

20-35 En%

≤31.5 En%

15-30 En%

Verzadigd vet

≤10 En%

≤10 En%

≤10 En%

≤10 En%

≤9 En%

≤10 En%

Aantal gram zout per 100 kcal

≤0.3

≤0.3

≤0.3

≤0.3

≤0.3

≤0.3

Aantal gram vezels per 100 kcal

≥1.3

≥1.3

≥1.3

≥1.3

-

≥1.3

Eiwitten

≥10 En%

10-25 En%

10-35 En%

10-35 En%

10 En%

10-25 En%

Koolhydraten

40-70 En%

45-60 En%

45-65 En%

45-65 En%

52 En%

55-75 En%

Eenvoudige suikers

-

-

≤10 En%

≤25 En%

≤18 En%

≤10 En%

De Gezondheidsraad is een onafhankelijk wetenschappelijk adviesorgaan. Zij heeft als taak om de Nederlandse regering en het parlement gevraagd en ongevraagd te adviseren op het gebied van de volksgezondheid. De voedingsaanbevelingen van de Gezondheidsraad wordt overgenomen door het Voedingscentrum.

De European Food Safety Authority (EFSA) is een bureau (agentschap) van de Europese Unie dat onafhankelijke wetenschappelijke adviezen geeft over voedselveiligheid. Op hun wetenschappelijke bevindingen wordt het Europese beleid en wetgeving op gebied van voedselveiligheid gebaseerd.
 

De Food and Drug Administration (FDA) is het agentschap van de federale overheid van de Verenigde Staten, dat de kwaliteit van het voedsel en de medicijnen in brede zin controleert.
 

De Wereldgezondheidsorganisatie (Engels: World Health Organization, WHO) is de gespecialiseerde organisatie van de Verenigde Naties die een sturende en coördinerende rol heeft op het gebied van gezondheid en welzijn.

 

Studies 2021

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en hart- en vaatziekten:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Bessen verlagen hart- en vaatziekten
  2. HDL cholesterolgehalte tot 2.05 mmol/L verlaagt doodgaan aan alle oorzaken
  3. 4000 mg inositolsupplementen verlagen bloeddruk
  4. Dagelijks 50 mg anthocyaninen of 100 mg proanthocyanidinen via voeding verlagen coronaire hartziekte
  5. Uien verlagen causaal slecht cholesterol
  6. Groene bladgroenten verlagen hart- en vaatziekten
  7. Veel witvlees verlaagt doogaan aan alle oorzaken
  8. 0.1 tot 14 alcoholische dranken per week verlagen veneuze trombo-embolie
  9. Rijstzemelenolie verlaagt causaal cholesterol- en triglyceridengehalte bij volwassenen
  10. 175-350 gram vette vis per week voor hartpatiënten
  11. Soja verlaagt causaal bloeddruk bij volwassenen
  12. Dagelijks 1000 mg calciumsupplementen verhoogt hart- en vaatziekten onder postmenopauzale vrouwen
  13. Omega-3 vetzuren via voeding verlaagt recidief veneuze trombo embolie

Omega-3 vetzuren via voeding verlaagt recidief veneuze trombo embolie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van omega-3 vetzuren of vis de kans op het krijgen van veneuze trombo embolie (VTE)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 prospectieve cohort studies.

De follow-up duur (de duur van de studies) varieerde van 0.5 tot 19 jaar.
De grootte van de studies varieerde tussen 595 en 80263 deelnemers.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van vis en de kans op het krijgen van veneuze trombo embolie (VTE) [multi-variable adjusted RR = 1.02, 95% BI = 0.93 tot 1.11, p = 0.709, I2 = 33%, p = 0.176].
Geen verband werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat het eten van omega-3 vetzuren de kans op het krijgen van veneuze trombo embolie (VTE) significant met 11% verlaagde [multi-variable adjusted RR = 0.89, 95% BI = 0.80 tot 0.98, p = 0.024, I2 = 0%, p = 0.469].
Dit significant verlaagde risico werd ook teruggevonden in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat het eten van omega-3 vetzuren de kans op het krijgen van recidief veneuze trombo embolie (VTE) significant met 55% verlaagde [multi-variable adjusted RR = 0.45, 95% BI = 0.25 tot 0.81, p = 0.008, I2 = 26.4%, p = 0.244].
Significant omdat de gevonden p-waarde van 0.008 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van omega-3 vetzuren de kans op het krijgen van recidief veneuze trombo embolie verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Associations of Fish and Omega-3 Fatty Acids Consumption With the Risk of Venous Thromboembolism. A Meta-Analysis of Prospective Cohort Studies by Zhang Y, Ding J, [...],Li Y.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7793732/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over omega-3 vetzuren, visconsumptie en hart- en vaatziekten.

Veneuze trombo embolie (VTE) is een van de meest voorkomende en ernstigste complicaties na een heup- of knievervangende operatie. Meestal ontstaat het bloedstolsel in een ader van het been: diep veneuze trombose (DVT) of blokkeert het een ader in de longen: een longembolie.
Een veneuze trombo embolie kan behandeld worden met een directwerkend oraal anticoagulans (DOAC) of met de combinatie van een laagmoleculairgewicht-heparine (LMWH) en een vitamine K-antagonist (VKA) als initiële behandeling, gevolgd door een 3-6 maanden durende de onderhoudsbehandeling met een vitamine K-antagonist.

 

Studies 2021

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar chronische ziekten:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Kalium verlaagt hart- en vaatziekten
  2. Dagelijks 0.8-10 mg foliumzuursupplementen verlagen CRP gehalte
  3. Vitamine D tekort verhoogt acné
  4. Seleniumsupplementen verlagen hs-CRP gehalte onder patiënten met stofwisselingsziekte
  5. Patiënten met knieartrose hebben baat bij vitamine D supplementen
  6. Carotenoïdensupplementen verlagen ontstekingen
  7. Coënzym Q10 supplementen verlagen oxidatieve stress
  8. Een laag zink- en ijzergehalte verhogen MS
  9. Hoog homocysteïne-gehalte verhoogt perifere neuropathie
  10. Intraveneuze NAC-suppletie verlaagt serum creatininegehalte
  11. Dagelijks 60 tot 80 gram citrusvruchten verlaagt longkanker
  12. Probiotica supplementen verlagen hart- en vaatziekten bij nierpatiënten
  13. Gember verlaagt causaal oxidatieve stress
  14. Albuminegehalte van COPD-patiënten is lager dan van niet COPD-patiënten
  15. Melatonine supplementen verbeteren slaapkwaliteit van volwassenen met slaapstoornis

Uitleg 7-puntenvoedingsprofiel

El Mondo is opgericht door de levensmiddelentechnoloog en voedingsepidemioloog de heer Khanh Le.

El Mondo geeft antwoord op deze belangrijke voedingsvraag: “Bestaat er een manier waarmee iedereen diëtist kan worden over zijn of haar dagelijkse voeding zonder tussenkomst van een diëtist?”.
Deze manier bestaat en het wordt het 7-punten voedingsprofiel genoemd.

Het 7-punten voedingsprofiel wordt berekend uit de tabel “voedingswaarden per 100 gram/100 ml” op de verpakking van elke levensmidddel.

Aan de tabel “voedingswaarden per 100 gram (100 ml)” is niet te zien hoe gezond of ongezond een product is. Dat is alleen te zien wanneer de voedingswaarden per 100 gram (100 ml) omgerekend worden naar het 7-punten voedingsprofiel.

Het 7-punten voedingsprofiel is niet alleen toepasbaar voor producten in de supermarkt maar kan ook toepgepast worden voor diëten (voor mensen met overgwicht, topsporters, mensen met hart- en vaaitziekten, enz..), recepten uit kookboeken. Zo ziet het 7-punten voedingsprofiel van een gezonde levensstijl eruit:

  1. maximaal 35 En% eiwit
  2. maximaal 70 En% koolhydraten
  3. maximaal 25 En% suikers
  4. maximaal 35 En% vet
  5. maximaal 10 En% verzadigd vet
  6. maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal
  7. minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal

Maximaal 35 En% vet wil zeggen, dat het aantal gram vet maximaal 35% bijdraagt aan het totale caloriegehalte (kcal) van het desbetreffende product/de maaltijd/het dieet. Bij een dieet van 2000 kcal komt maximaal 35% overeen met 78 gram vet. 78 gram vet levert 78x9 = 702 kcal en 702 kcal is 35% van 2000 kcal.
0.3 gram zout per 100 kcal komt overeen met 6 gram zout bij een dieet van 2000 kcal.
1.3 gram vezels per 100 kcal komt overeen met 26 gram vezels bij een dieet van 2000 kcal.
1 gram vet levert 9 kcal, 1 gram eiwit, koolhydraat of suiker levert 4 kcal en 1 gram vezel levert 2 kcal.

De makkelijkste manier om dit dieet te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden met:

  1. maximaal 35 En% eiwit
  2. maximaal 70 En% koolhydraten
  3. maximaal 25 En% suikers
  4. maximaal 35 En% vet
  5. maximaal 10 En% verzadigd vet
  6. maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal
  7. minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal

Echter, de meest praktische manier om dit dieet te volgen is, dat alle dagelijks gegeten producten/maaltijden moeten gemiddeld voldoen aan:

  1. maximaal 35 En% eiwit
  2. maximaal 70 En% koolhydraten
  3. maximaal 25 En% suikers
  4. maximaal 35 En% vet
  5. maximaal 10 En% verzadigd vet
  6. maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal
  7. minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal

want ONGEZONDE producten/maaltijden kunnen ALTIJD deel uitmaken van een dagelijks GEZONDE voeding mits u maar in de volgende producten/maaltijden CORRECTIES uitvoert voor het ONGEZONDE DEEL van het vorige product/maaltijd.

Het 7-punten voedingsprofiel is wetenschappelijk onderbouwd (via overzichtsartikelen (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort studies, patënt-controle studies of RCT's) en is gebaseerd op de aanbevelingen van de Gezondheidsraad en de WHO.

Wat is de meerwaarde van het geven van voedingsadvies via het 7-punten voedingsprofiel?
Jaarlijks geven overheden, WHO, Unicef, NGO'S en het Bill & Melinda Gates Foundation miljarden euro's uit om mensen te leren diëtist te worden over zijn of haar eigen dagelijks dieet.
Het 7-punten voedingsprofiel maakt het mogelijk dat iedereen diëtist kan worden over zijn of haar dagelijkse voeding zonder tussenkomst van een diëtist. Hierdoor blijven jaarlijks miljarden euro's over om ziektes (en zo blijven de gezondheidszorgkosten voor elke Nederlander betaabaar in de nabije toekomst) en armoede (een wereld zonder armoede te realisteren in 2030) te bestrijden.

Het 7-punten voedingsprofiel maakt het woord “gezond” meetbaar! Een gezond product is een product met maximaal 35 En% vet, maximaal 10 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal en minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal.

Wanneer u wilt weten of een product gezond is of niet, gebruikt u deze Excel-sheet. Maar wanneer u wilt weten of uw dagelijkse voeding (maaltijd), die uit meedere producten bestaat, gezond is of niet, gebruikt u hiervoor de app.

Het 7-punten voedingsprofiel is ook verkrijgbaar in een app

Het 7-punten voedingsprofiel geeft ook antwoord op de volgende voedingsvragen:

  1. Waarom eten (top)sporters vaak pasta (zoals macaroni, spaghetti) en rijst?
    Antwoord: (Top)sporters worden aangeraden koolhydratenrijke producten te eten oftewel producten waarbij het aantal gram koolhydraten minimaal 55% bijdraagt aan het totale caloriegehalte (kcal) van het desbetreffende product oftewel producten met minimaal 55 En% koolhydraten.
  2. Waarom moeten mensen met een hoge bloeddruk droge worst en vleeswaren (zoals salami) niet eten?
    Antwoord: mensen met een hoge bloeddruk worden aangeraden maximaal 4 gram zout per dag te eten oftewel producten met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal.
  3. Waarom zijn groenten (zoals ijsbergsla) en fruit (zoals mango) gezond?
    Antwoord: Een gezond product is een product met maximaal 35 En% vet, maximaal 10 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal en minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal.
  4. Waarom leidt een dieet met alleen maar cassave uiteindelijk tot hongeroedeem (opgezwollen buik bij kinderen) bij kinderen in ontwikkelingslanden?
    Antwoord: Hongeroedeem (vochtophoping in de buik bij kinderen, hierdoor zwelt de buik op) is het gevolg van een ernstige vorm van eiwit-tekort bij kinderen. Hongeroedeem treedt op wanneer een dieet structureel minder dan 7 En% eiwit bevat.
    Minder dan 7 En% eiwit wil zeggen dat het aantal gram eiwit minder dan 7% bijdraagt aan het totale caloriegehalte (kcal) van het desbetreffende dieet.

Met 7-punten voedingsprofiel app kunt u diëtist worden over uw dagelijkse voeding zonder tussenkomst van een diëtist!

Mocht u nog vragen hebben over het 7-punten voedingsprofiel, laat het ons weten!

 

Contactgegevens:
Ir. Khanh Le (voedingsepidemioloog)
Eigenaar van www.elmondo.org
Mobiel: 0634061407

 

Chili schotel met fruitmix

Hoe gezond is mijn avondeten?
- Chili chotel (450 gram) +
- 25 stuks tortilla chips (45 gram) +
- 200 gram fruitmix
Tortilla chips wordt als lepel gebruikt om de chili te scheppen

Aan de tabel "voedingswaarden per 100 GRAM" is NIET te zien hoe gezond mijn avondeten is.
Dat is ALLEEN te zien wanneer deze voedingswaarden en de gegeten porties ingevuld worden in de 7-punten voedingsprofiel app.
 

Hoe gezond zijn mijn maaltijden?

Afbeelding

HOE GEZOND IS MIJN FASTFOOD?
      - Hollandse friet (250 gram)
      - 2 runderkroketten (160 gram)
      - 1 grote lepel mayonaise (50 ml)
Friet en kroketten worden gaar gemaakt in de airfryer gedurende 20 minuten bij 200 graden C. Pas na 10 minuten de kroketten mee laten garen met de friet.

Aan de tabel "voedingswaarden per 100 GRAM / PER 100 ML" is NIET te zien hoe gezond een maaltijd is.
Dat is ALLEEN te zien wanneer deze voedingswaarden PER 100 GRAM / PER 100 ML / PER PERSOON en de GEGETEN PORTIES ingevuld worden in de 7-punten voedingsapp.

Het 7-punten voedingsprofiel laat in één oogopslag zien hoe gezond of ongezond een maatijd is.

7-punten voedingsprofiel van een gezonde maaltijd ziet als volgt uit:

  1. maximaal 35 En% vet
  2. maximaal 10 En% verzadigd vet
  3. maximaal 70 En% koolhydraten
  4. maximaal 25 En% suikers
  5. minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal
  6. maximaal 35 En% eiwit
  7. maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal

Maximaal 35 En% vet wil zeggen, dat het aantal gram vet maximaal 35% bijdraagt aan het totale caloriegehalte (kcal) van het desbetreffende product/de maaltijd/dieet. In een 2000 kcal-dieet komt dit overeen met 77.8 gram vet (77.8X9 kcal = 700.2 kcal. 700.2 kcal draagt 35% bij aan 2000 kcal).
1 gram vet levert 9 kcal, 1 gram koolhydraten, 1 gram suikes of 1 gram eiwit levert 4 kcal.
0.3 gram zout per 100 kcal komt overeen met 6 gram zout per 2000 kcal-dieet.
1.3 gram vezels per 100 kcal komt overeen met 26 gram vezels per 2000 kcal-dieet.

Met 7-punten voedingsprofiel app kunt u diëtist worden over uw dagelijkse voeding zonder tussenkomst van een diëtist!
 

ONTBIJT:


MIDDAGETEN:

  1. Brood pindakaas met chocolademelk

AVONDETEN:

  1. Mie nestjes met vegetarische wokreepjes
  2. Chili schotel met fruitmix
  3. Stamppot zuurkool met rookworst, proteine kwark en fanta

TUSSENDOORTJES:

  1. Tiramisu, muesli repen, vitamine water en fruitsalade
  2. Voetbalavond

DE HELE DAG:

  1. Ontbijtdrank, crackers met ricotta-fetaspread, vega poké bowl en roomtoetje
  2. Havermout, groentesoep en couscous met kipgehaltballetjes en spinazie
  3. Brood, bonensoep, kipketjap maaltijdsalade en rode druiven
  4. Frittata, knäckebröd met rivierkreeftjes en tajine van kip

PRODUCTEN:

  1. Hoe gezond is Breaker cheese cake?

Geen verschil tusssen krachttraining met hoge belasting en lage belasting op botmineraaldichtheid

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verschil in de botmineraaldichtheid van de femurhals en de lumbale wervelkolom bij middelbare en oudere mensen tussen krachttraining met een hoge belasting (≥70% van 1RM) en krachttraining met een lage belasting (70% van 1RM)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verschil in de botmineraaldichtheid van de femurhals [MD = 0.00 g/cm2, 95% BI = -0.01 tot 0.01, p = 0.63, I2 = 47%, p = 0.07]  en de lumbale wervelkolom [MD = 0.01 g/cm2, 95% BI = -0.00 tot 0.02, p = 0.12, I2 = 59%, p = 0.02] tussen krachttraining met een hoge belasting (≥70% van 1RM) en krachttraining met een lage belasting (70% van 1RM).

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat krachttraining met een hoge belasting (≥70% van 1RM) de botmineraaldichtheid van de femurhals bij mensen met een normale botmineraaldichtheid significant verhoogde [MD = 0.01 g/cm2, 95% BI = 0.00 tot 0.02, p = 0.04].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat krachttraining met een hoge belasting (≥70% van 1RM) gedurende maximaal 6 maanden, de botmineraaldichtheid van de femurhals significant verhoogde [MD = 0.01 g/cm2, 95% BI = 0.00 tot 0.02, p = 0.03].

De onderzoekers concludeerden dat zowel krachttraining met een hoge belasting (≥70% van 1RM) als krachttraining met een lage belasting (70% van 1RM) vergelijkbare effecten hadden op de botmineraaldichtheid van de femurhals en de lumbale wervelkolom bij middelbare en oudere mensen.

Oorspronkelijke titel:
High and Low-Load Resistance Training Produce Similar Effects on Bone Mineral Density of Middle-Aged and Older People: A Systematic Review With Meta-Analysis of Randomized Clinical Trials by Souza D, Barbalho M, […], Gentil P.

Link:
https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S0531556520303211?via%3Dihub

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over verhogen van botmineraaldichtheid, sportvoeding en krachttraining.

Dagelijks 1 mg heme-ijzer via voeding verhoogt doodgaan aan hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Veel studies hebben het verband tussen de ijzer-inname via voeding en de sterfte als gevolg van hart- en vaatziekten onderzocht, maar de resultaten waren inconsistent (tegenstrijdig) en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een hoge ijzer-inname via voeding de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 prospectieve cohort studies met in totaal 720427 deelnemers, waarvan 46045 mensen zijn doodgegaan aan hart- en vaatziekten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden wanneer vergeleken werd met de laagste inname, verhoogde de hoogste inname van heme-ijzer via voeding, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 19% [gepoolde RR = 1.19, 95% BI = 1.01 tot 1.39].

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 mg heme-ijzer (heem-ijzer) per dag via voeding, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 25% [gepoolde RR = 1.25, 95% BI = 1.17 tot 1.33] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 1 mg heme-ijzer per dag via voeding, de kans op doodgaan aan een beroerte significant met 17% [gepoolde RR = 1.17, 95% BI = 1.04 tot 1.32] verhoogde.

De onderzoekers vonden een lineair verband tussen de ijzer-inname via voeding en doodgaan aan hart- en vaatziekten [p non-lineair > 0.05].

De onderzoekers concludeerden dat een hoge inname van heme-ijzer via voeding (minstens 1 mg per dag), de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary iron intake and risk of death due to cardiovascular diseases: A systematic review and dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Han M, Guan L, […], Lu J.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32674239/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ijzer en het verlagen van hart- en vaatziekten.

Heme-ijzer zit in vlees en vleesproducten. Het heme-ijzergehalte van levensmiddelen kunt u opzoeken in de NEVO-tabel.

Heme-ijzer (als onderdeel van hemoglobine) is verantwoordelijk voor de rode kleur van het vlees. Dus hoe roder het vlees, des hoger het gehalte aan heme-ijzer is.
100 gram pekelvlees levert 2.6 mg heme-ijzer.
100 gram runderrookvlees levert 2.1 mg heme-ijzer.
100 gram lamsvlees 10 g vet gem. rauw levert 1.2 mg heme-ijzer.
100 gram kalfsvlees >5 g vet gem. rauw levert 0.9 mg heme-ijzer.
100 gram vleeswaren levert 0.8 mg heme-ijzer.
100 gram varkensvlees >15 g vet rauw gem. levert 0.4 mg heme-ijzer.
100 gram kipfilet rauw levert 0.2 mg heme-ijzer.
 

Studies 2021

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar kanker:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. 600 mg/d vitamine E suppletie verbetert chemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie
  2. Borstvoeding verlaagt eierstokkanker onder vrouwen met BRCA-1 of BRCA-2 genmutatie
  3. Geen verband tussen wortelconsumptie en blaaskanker
  4. Dagelijks 600 mg omega-3 vetzurensupplementen verlagen mogelijk chemotherapie geïnduceerde perifere neuropathie
  5. Kruisbloemige groenten, knoflook, citrusvruchten en tomaten verlagen mogelijk dikke darmkanker
  6. Obesitas verhoogt dikke darmkanker bij mannen met Lynch Syndroom
  7. Calcium via voeding verlaagt colorectale adenomen
  8. Veel transvet verhoogt prostaatkanker en dikke darmkanker
  9. Dagelijks 100 mg coënzym Q10 supplementen verlaagt ontstekingen bij mensen met borstkanker
  10. Overgewicht verhoogt leverkanker
  11. Veel verzadigd vet verhoogt leverkanker
  12. Thee en koffie verlagen hersentumor
  13. Veel paddenstoelen verlagen kanker
  14. Dagelijks 1 kopje groene thee verlaagt slokdarmkanker onder vrouwen
  15. Aardappelen verhogen niet kanker
  16. Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt doodgaan aan kanker
  17. Veel gevogelte verhoogt alvleesklierkanker
  18. Geen verband tussen acrylamide en borstkanker, baarmoederslijmvlieskanker en eierstokkanker

Astaxanthine verhoogt causaal goed cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Eerdere studies missen consistente conclusies over de vraag of astaxanthine daadwerkelijk verband houdt met de verschillende gezondheidsvoordelen, zoals wordt beweerd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het eten van astaxanthine causaal de risicofactoren van suikerziekte of hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van astaxanthine het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) significant verhoogde [WMD = 1.473 mg/dL, 95% BI = 0.319 tot 2.627, p = 0.012].

De onderzoekers vonden dat het eten van astaxanthine gedurende minimaal 12 weken het CRP-gehalte significant verlaagde [WMD = -0.528 mg/L, 95% BI = -0.990 tot -0.066].

De onderzoekers vonden dat het eten van minimaal 12 mg astaxanthine per dag het CRP-gehalte significant verlaagde [WMD = -0.389 mg/dL, 95% BI = -0.596 tot -0.183].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van astaxanthine het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) causaal verhoogde, terwijl het eten van minimaal 12 mg astaxanthine per dag gedurende minimaal 12 weken het CRP-gehalte causaal verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effects of astaxanthin supplementation on obesity, blood pressure, CRP, glycemic biomarkers, and lipid profile: A meta-analysis of randomized controlled trials by Xia W, Tang N, [...], Zhu Y.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32755613/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over astaxanthine, cholesterol en het verlagen van het CRP-gehalte.

Astaxanthine is een roodachtige carotenoïde en wordt aangetroffen in de microalgen van de bloedregenalg. Zalm, forel, zeebrasem, garnalen, kreeft, vis en eieren bevatten ook veel astaxanthine.

De concentratie van astaxanthine is 1% tot 3% in microalgen.
Een gebruikelijke dosis die aan mensen wordt geadviseerd is 2-12 mg astaxanthine per dag.

Een causaal verband kan aangetoond worden in RCT’s.

Dagelijks 3 kopjes koffie of meer verhoogt causaal hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Dyslipidemie is wereldwijd een veel voorkomende stofwisselingsziekte en ook een belangrijke risicofactor voor hart- en vaatziekten. Koffie is geliefd bij mensen over de hele wereld maar de associatie tussen koffieconsumptie en bloedlipiden heeft inconsistente resultaten opgeleverd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een causaal verband tussen het drinken van koffie en dyslipidemie?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het totale cholesterolgehalte significant verhoogde [WMD = 0.21 mmol/L, 95% BI = 0.04 tot 0.39, p = 0.017].
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het triglyceridengehalte significant verhoogde [WMD = 0.12 mmol/L, 95% BI = 0.03 tot 0.20, p = 0.006].
Significant omdat de gevonden p-waarde van 0.006 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant verhoogde [WMD = 0.14 mmol/L, 95% BI = 0.05 tot 0.24, p = 0.003].

De onderzoekers vonden dat het drinken van koffie het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) niet significant verlaagde [WMD = -0.01 mmol/L, 95% BI = -0.06 tot 0.04, p = 0.707].
Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.
 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, een signficant, positief en non-lineair verband tussen het drinken van koffie en de toename in het gehalte van het totale cholesterol, LDL-cholesterol en triglyceriden.

De onderzoekers concludeerden dat er een causaal verband bestond tussen het drinken van koffie (≥3 kopjes per dag) en dyslipidemie.

Oorspronkelijke titel:
Effect of coffee consumption on dyslipidemia: A meta-analysis of randomized controlled trials by Du Y, Lv Y, […], Luo Q.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33239163/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over significant/RCTs/causaal verband, het verlagen van het cholesterol, koffieconsumptie en het verlagen van hart- en vaatziekten.

Bij dyslipidemie is het gehalte van het totale cholesterol en/of het LDL-cholesterol en/of de triglyceriden verhoogd en/of is er sprake van een verlaagd gehalte van het HDL-cholesterol. Dyslipidemie is vaak een voorbode van hart- en vaatziekten en diabetes type 2.

Botontkalking

Wetenschappelijkes studies (overzichtsartikelen) over voeding en botontkalking:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Veel selenium via voeding verhoogt botdichtheid
  2. Een lager serum magnesiumgehalte verhoogt fracturen
  3. 100 µg/d vitamine K + 1000 mg/d calciumsupplementen verhogen botmineraaldichtheid
  4. Stoeloefeningen zorgen voor krachtbehoud bij ouderen
  5. Vegetariërs en veganisten hebben een lage botmineraaldichtheid dan alleseters
  6. Alcohol verhoogt botbreuk
  7. Veel β-cryptoxanthine via voeding verlaagt botontkalking en heupfracturen
  8. Suikerziekte type 1 verlaagt botmineraaldichtheid bij kinderen en adolescenten
  9. Geen verschil tusssen krachttraining met hoge belasting en lage belasting op botmineraaldichtheid
  10. Dagelijks 1 glas alcohol verhoogt botontkalking
  11. Borstvoeding geven beschermt vrouwen tegen botontkalking op latere leeftijd
  12. Vitamine C-rijke voedingsmiddelen verhogen botmineraaldichtheid
  13. Dagelijks 20-25 mcg vitamine D3 supplementen verlagen kans op osteoporotische breuk en vallen bij ouderen
  14. Zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D verhogen botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen
  15. Veel thee verlaagt heupfracturen onder vrouwen
  16. Teveel vet in het lichaam vermindert de botmassa
  17. Thee drinken leidt tot grote botdichtheid

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

  • Gedurende het hele leven maakt uw lichaam nieuw botweefsel aan en breekt oud botweefsel af. Bot is dus een levend weefsel en wordt steeds vernieuwd.
    Per jaar wordt meer dan 10 procent van uw botten vernieuwd.
  • Tot ongeveer het 25ste jaar is de botopbouw is groter dan de botafbraak. Tussen 25ste en 50ste jaar is een evenwicht tussen botopbouw en botafbraak.
  • Osteoporose (osteon = bot en porose = opening) is de medische naam voor botontkalking.
  • Osteoporose ontstaat als er meer bot wordt afgebroken dan wordt aangemaakt.
  • Osteoporose komt veel voor bij mensen boven de 50 jaar.
  • Soms ontstaat osteoporose eerder, bijvoorbeeld als u een andere reumatische aandoening hebt, zoals reumatoïde artritis (RA), axiale spondyloartritis (de ziekte van Bechterew) of SLE.
  • Ook langdurig gebruik van prednison leidt vaak tot osteoporose.
  • Wereldwijd krijgt ongeveer 1 op de 3 vrouwen en 1 op de 8 mannen osteoporose. Dat komt omdat mannen over het algemeen meer botmassa hebben dan vrouwen.
  • Botontkalking treedt bij vrouwen vaker op na de overgang. Dit komt omdat vrouwen dan minder van het vrouwelijke geslachtshormoon oestrogeen produceert. Oestrogeen is een hormoon dat de botafbraak remt.
  • De belangrijkste risicofactoren van botontkalking zijn:
    • alcohol
    • botbreuken in de familie
    • een laag lichaamsgewicht
    • een lage BMI
    • een lage botmassa
    • één of meerdere botbreuken na het 50e levensjaar
    • een tekort aan vitamine D
    • erfelijkheid
    • langdurig gebruik van corticosteroïden
    • onvoldoende inname van calcium en vitamine D
    • roken
    • verhoogde neiging tot vallen, duizelig, weinig spierkracht
    • vroegtijdige overgang (vóór 45ste levensjaar)
    • weinig of geen lichaamsbeweging
    • ziekten/aandoeningen zoals een te snelle schildklier, reumatoïde artritis, hormoon-afwijkingen, sommige bloed-, nier-, maag-, darm- en leverziekten en zeldzame erfelijke aandoeningen
  • Typische botbreuken bij osteoporose zijn heup-, pols- of ruggenwervelbreuken.
  • Een DEXA-meting (Dual Energy X-ray Absorptiometry) kan botontkalking opsporen. Bij een DEXA-meting wordt de dichtheid van het bot oftewel de botmassa gemeten.
  • De DEXA-meting wordt uitgedrukt in een T-score en een Z-score:
    • T-score: uw botdichtheid wordt vergeleken met de botdichtheid van een gezonde vrouw/man rond het 35e jaar;
    • Z-score: uw botdichtheid wordt vergeleken met de botdichtheid van iemand van uw leeftijd.
  • Bij een uitslag van een T-score tussen de +1 en -1 is alles prima.
  • Bij een uitslag van een T-score tussen de -1 en -2.5 is er sprake van osteopenie (verminderde botmassa).
  • Bij een uitslag van een T-score vanaf -2.5 is er sprake van osteoporose.
  • Een andere manier om osteoporose vast te stellen is het meten van de biomarkers (biomerkers) zoals "alkaline phosphatase" en "amino-terminal propeptide of type 1 procollagen". Dit zijn markers die de mate van botaanmaak kunnen weergeven.
    In de urine kan de biomerkers "telopeptides" gemeten worden, die de botafbraak weergeven. Echter, het gebruik van de biomarkers is momenteel niet 100% betrouwbaar, vanwege zijn vele variaties van dag tot dag.
    Biomarkers (zoals cholesterolgehalte, nuchter bloedsuikergehalte of het eiwit PSA) zijn biologische markers die aan kunnen geven dat iemand ziek is, die kunnen voorspellen hoe ernstig een ziektebeloop zal zijn, of die laten zien of een behandeling werkt of niet.
  • Sporten, met name krachttraining kan de botmassa verhogen. Sporten waarbij uw lichaam met zijn eigen gewicht wordt belast, heeft het grootste effect op de botmassa.
  • Wanneer u wat breekt na het 50ste jaar is het altijd verstandig te vragen of er sprake is van osteoporose. Ook al wordt er door de desbetreffende arts niets over gezegd.
  • Mensen van 50 jaar en ouder en jongere mensen met botontkalking wordt 1200 mg (elementaire) calcium per dag (oftewel 3 gram calciumcarbonaat) geadviseerd. Dit in combinatie met tenminste 10 microgram (400 IE) vitamine D3 per dag.
  • Voor mensen van 70 jaar en ouder wordt een inname van 1200 mg calcium geadviseerd, samen met 20 microgram (800 IE) vitamine D3 per dag..
  • 500 mg elementaire calcium komt overeen met 1250 mg calciumcarbonaat. Calciumcarbonaat is de veel voorkomende calciumvorm in voedingssupplementen.
  • Calcium in levensmiddelen zijn altijd elementaire calcium. 100 ml halfvolle melk levert 123 mg calcium oftewel 123 mg elementaire calcium.

1 gram natrium per dag verhoogt hart- en vaatziekten met 6%

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De inname van natrium via voeding heeft veel aandacht gekregen als een mogelijke risicofactor voor hart- en vaatziekten. Echter, het bewijs voor het dosisafhankelijke verband tussen de natriuminname via voeding en het risico op het krijgen van hart- en vaatziekten is onduidelijk en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een dosisafhankelijk verband tussen de natriuminname via voeding en het risico op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 36 cohort studies met in totaal 616905 deelnemers.
De follow-up duur varieerde tussen 2.7 en 29 jaar.
De gemiddelde NOS waarde (geeft de kwaliteit van de studies weer) van de studies was 8.0.
De dagelijkse natriuminname varieerde tussen 1 en 7.5 gram.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge natriuminname via voeding de kans op het krijgen hart- en vaatziekten significant met 19% [rate ratio = 1.19, 95% BI = 1.08 tot 1.30] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 1 gram natrium via voeding per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 6% [rate ratio = 1.06, 95% BI = 1.01 tot 1.11] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat elke verhoging met 1 gram natrium via voeding per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten met 6% verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Sodium Intake and Risk of Cardiovascular Disease: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis by Wang YJ, Yeh TL, [...], Chien KL.

Link:
https://www.mdpi.com/2072-6643/12/10/2934/htm

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zoutconsumptie en het verlagen van hart- en vaatziekten.

1 gram zout (natriumchloride) komt overeen met 0.4 gram natrium.

Een hoge visconsumptie verlaagt coronaire hartziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies naar de relatie tussen visconsumptie en het krijgen van coronaire hartziekten (CHD) hebben inconsistente resultaten opgeleverd en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van vis de kans op het krijgen van coronaire hartziekte of doodgaan aan coronaire hartziekte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 40 prospectieve cohort studies (22 cohort studies met in totaal 918783 deelnemers, waarvan 28261 mensen met coronaire hartziekte en 27 cohort studies met in totaal 1139553 deelnemers, waarvan 10568 doden als gevolg van coronaire hartziekte).

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge visconsumptie de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84 tot 0.97, I2 = 47.4%] verlaagde.
Dit significant verlaagde risico bleef gelijk in de sensivititeitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat een hoge visconsumptie de kans op doodgaan aan coronaire hartziekte significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.77 tot 0.94, I2 = 51.3%] verlaagde.
Dit significant verlaagde risico bleef gelijk in de sensivititeitsanalyses.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge visconsumptie de kans op het krijgen van coronaire hartziekte onder vrouwen significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.78 tot 0.92, I2 = 5.6%] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant onder mannen.

De onderzoekers vonden in studies met een follow-up duur van minimaal 10 jaar dat een hoge visconsumptie de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84 tot 0.99, I2 = 51.5%] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant in studies met een follow-up duur tot 10 jaar.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 20 gram vis per dag, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.95 tot 0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 20 gram vis per dag, de kans op doodgaan aan coronaire hartziekte significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.95 to 0.98] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge visconsumptie zowel de kans op het krijgen van coronaire hartziekte als doodgaan aan coronaire hartziekte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fish Consumption and Coronary Heart Disease: A Meta-Analysis by Zhang B, Xiong K, […], Ma A.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7468748

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/voedingsadviezen over visconsumptie en het verlagen van hart- en vaatziekten.

Coronaire hartziekten of ischemische hartziekten, zijn ziekten van het hart die het gevolg zijn van slagaderverkalking (atherosclerose) of afwijkingen in de kransslagaders (coronairarteriën).

Een hoge visconsumptie komt in de praktijk neer op minimaal 2 keer per week visconsumptie (150 gram vis per keer).

Vitamine B6 en foliumzuur via voeding verlagen een beroerte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Observationele studies met betrekking tot het verband tussen de inname van homocysteïnemetabolisme-gerelateerde B-vitamines (vitamine B6, folaat en vitamine B12) en het risico op het krijgen van een beroerte hebben inconsistente resultaten opgeleverd. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt de inname van vitamine B6, B12 of folaat (foliumzuur) de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 1 geneste patiënt-controle studie en 11 prospectieve cohort studies met in totaal 389,938 deelnemers, waarvan 10,749 mensen met een beroerte.

De gemiddelde kwaliteitsscore van de studies was 7.4.
De follow-up duur varieerde tussen 4.2 en 19 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de laatste categorie, dat de hoogste categorie van inname van vitamine B6 via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 16% verlaagde [RR = 0.84, 95% BI = 0.73 tot 0.97, I2 = 48.8%].  

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse, dat elke verhoging met 0.5 mg vitamine B6 per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 6% verlaagde [RR = 0.94, 95% BI = 0.89 tot 0.99, I2 = 77.0%].  

De onderzoekers vonden vergeleken met de laatste categorie, dat de hoogste categorie van inname van folaat via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 15% verlaagde [RR = 0.85, 95% BI = 0.78 tot 0.94, I2 = 11.5%].  

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyse, dat elke verhoging met 100 microgram folaat per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 6% verlaagde [RR = 0.94, 95% BI = 0.90 tot 0.98, I2 = 46.8%].  

De onderzoekers vonden geen verband tussen vitamine B12-inname en de kans op het krijgen van een beroerte.

De onderzoekers concludeerden dat zowel de inname van vitamine B6 via voeding (minimaal 0.5 mg per dag) als de inname van folaat via voeding (minimaal 100 microgram folaat per dag) de kans op het krijgen van een beroerte verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Dietary Intake of Homocysteine Metabolism-Related B-Vitamins and the Risk of Stroke: A Dose-Response Meta-Analysis of Prospective Studies by Chen L, Li Q, [...], Wang F.

Link:
https://academic.oup.com/advances/advance-article/doi/10.1093/advances/nmaa061/5854025

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine B6, vitamine B12, folaat en het verlagen van een beroerte.

Levensmiddelen

Hoeveelheid vitamine B6

Kalfslever rauw (100 gram)

0.72 mg

Rauwe inktvis (100 gram)

0.69 mg

Varkenslever rauw (100 gram)

0.60 mg

Konijn wild rauw (100 gram)

0.60 mg

Varkensvlees 5 gram vet (100 gram)

0.53 mg

Anjovis in olie blik (100 gram)

0.51 mg

Rundvlees 5 gram vet (100 gram)

0.47 mg

Konijn tam rauw (100 gram)

0.40 mg

Koolvis (Atlantisch) gekookt (100 gram)

0.37 mg

Vis vet >5 g vet gem rauw (100 gram)

0.34 mg

 

Vitamine C tekort verhoogt de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hypertensie (hoge bloeddruk) wordt beschouwd als een belangrijke en onafhankelijke risicofactor voor hart- en vaatziekten en talrijke studies hebben een omgekeerde correlatie tussen vitamine C-inname en bloeddruk waargenomen. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een laag vitamine C-gehalte in het bloed de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 cross-sectionele studies en 7 patiënt-controle studies met in totaal 22200 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het vitamine C-gehalte van mensen met een hoge bloeddruk significant lager was dan van mensen zonder een hoge bloeddruk [MD = -15.13 μmol/L, 95% BI = -24.19 tot -6.06, p = 0.001, I2 = 98%].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyse dat het vitamine C-gehalte van mensen met een hoge bloeddruk die antihypertensiva (geneesmiddelen die de bloeddruk verlagen) slikten, 15.97 μmol/L lager lag dan van mensen zonder een hoge bloeddruk.

De onderzoekers vonden dat een hoog serum vitamine C-gehalte de systolische bloeddruk significant verlaagde [Fisher′s Z = -0.17, 95% BI = -0.20 tot -0.15, p 0.00001].

De onderzoekers vonden dat een hoog serum vitamine C-gehalte de diastolische bloeddruk significant verlaagde [Fisher′s Z = -0.15, 95% BI = -0.20 tot -0.10, p 0.00001].

De onderzoekers concludeerden dat een hoog serum vitamine C-gehalte de bloeddruk verlaagde en mensen met een hoge bloeddruk hadden een lager vitamine C-gehatle dan mensen zonder een hoge bloeddruk.

Oorspronkelijke titel:
Association between Serum Vitamin C and the Blood Pressure: A Systematic Review and Meta-Analysis of Observational Studies by Ran L, Zhao W, […], Bu H.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7211237/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine C en het verlagen van de bloeddruk.

Groene thee verlaagt bloeddruk bij mensen met een hoge bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het drinken van thee en het verlagende effect op de bloeddruk bij mensen met een hoge bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 RCT’s met in totaal 408 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het regelmatig drinken van thee de systolische bloeddruk bij mensen met een hoge bloeddruk significant verlaagde [WMD = -4.81 mmHg, 95% BI = -8.40 tot -1.58, p = 0.004].
Ook na het weglaten van de meest heterogene RCT’s verlaagde het regelmatig drinken van thee de systolische bloeddruk [WMD = -3.53 mmHg].

De onderzoekers vonden dat het regelmatig drinken van thee de diastolische bloeddruk bij mensen met een hoge bloeddruk significant verlaagde [WMD = -1.98 mmHg, 95% BI = -3.77 tot -0.20, p = 0.029].
Ook na het weglaten van de meest heterogene RCT’s verlaagde het regelmatig drinken van thee de diastolische bloeddruk [WMD = -0.99 mmHg].

De onderzoekers vonden in de meta-regressie dat het drinken van thee gedurende minimaal 3 maanden, zowel de systolische als de diastolische bloeddruk bij mensen met een hoge bloeddruk significant verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het bloeddrukverlagende effect groter was bij groene thee dan bij zwarte thee.

De onderzoekers concludeerden dat het regelmatig drinken van thee, met name groene thee gedurende minimaal 3 maanden, de bloeddruk bij mensen met een hoge bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The Effects of Regular Consumption of Green or Black Tea Beverage on Blood Pressure in Those With Elevated Blood Pressure or Hypertension: A Systematic Review and Meta-Analysis by Mahdavi-Roshan M, Salari A, […], Ashouri A.

Link:
https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S0965229919316899?via%3Dihub

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over thee en het verlagen van de bloeddruk.

Kalium-inname tot 3128 mg per dag verlaagt bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies, inclusief klinische studies, suggereren een verband tussen de inname van kalium en de bloeddruk. Echter, de kracht en de vorm van deze relatie is onzeker en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een dosisafhankelijk verband tussen kalium-inname en het verlagende effect op de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 32 RCT’s met een duur van minimal 4 weken.  

De dosering van kalium varieerde tussen 30 en 140 mmol (1173 en 5474 mg) per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden een U-vormige relatie tussen kalium-inname en bloeddruk met een bloeddrukdaling tot 30 mmol (1173 mg) kalium-inname per dag en een bloeddrukstijging boven 80 mmol (3128 mg) kalium per dag.

De onderzoekers vonden dat de bloeddrukverlagende effecten van kalium-inname sterker waren bij deelnemers met hypertensie (een hoge bloeddruk) en bij een hoge natriuminname.

De onderzoekers vonden dat de bloeddruk steeg met een hoge kaliumuitscheiding via de urine bij deelnemers met hypertensie die met antihypertensiva (geneesmiddelen die de bloeddruk verlagen) werden behandeld, maar niet bij hun onbehandelde tegenhangers.

De onderzoekers concludeerden dat er een U-vormige relatie bestond tussen kalium-inname en bloeddruk met een bloeddrukdaling tot 30 mmol (1173 mg) kalium-inname per dag en een bloeddrukstijging boven 80 mmol (3128 mg) kalium-inname per dag.

Oorspronkelijke titel:
Potassium Intake and Blood Pressure: A Dose‐Response Meta‐Analysis of Randomized Controlled Trials by Filippini T, Naska A, […], Whelton PK.

Link:
https://www.ahajournals.org/doi/full/10.1161/JAHA.119.015719?url_ver=Z39.88-2003&rfr_id=ori%3Arid%3Acrossref.org&rfr_dat=cr_pub++0pubmed&

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kalium en het verlagen van de bloeddruk.

Tomaten verhogen goed cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het eten van tomaten en het verlagen van het cholesterol-, triglyceriden- of het nuchter bloedsuikergehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het totale cholesterolgehalte significant verlaagde [WMD = -4.39 mg/dL, 95% BI = -7.09 tot -1.68, I2 = 48%, p = 0.05].

De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het triglyceridengehalte significant verlaagde [WMD = -3.94 mg/dL, 95% BI = -7.67 tot -0.21, I2 = 90%, p = 0.001].
Dit verlaagde effect was het grootst bij jonge deelnemers.

De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant verlaagde [WMD = -2.09 mg/dL, 95% BI = -3.73 tot -0.81, I2 = 78%, p = 0.001].
Dit verlaagde effect was het grootst bij jonge deelnemers.

De onderzoekers vonden dat het eten van tomaten het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) significant verhoogde [WMD = 2.25 mg/dL, 95% BI = 0.41 tot 4.10, I2 = 97%, p = 0.001].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van tomaten en het nuchter bloedsuikergehalte [WMD = 0.59 mg/dL, 95% BI = -0.28 tot 1.46, I2 = 95%, p = 0.001].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van tomaten het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) verhoogde, terwijl het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) en het triglyceridengehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Tomato Consumption on Fasting Blood Glucose and Lipid Profiles: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Li H, Chen, A, [...],Yin X.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32243013/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van tomtaten en het verlagen van het cholesterolgehalte.

Hartpatiënten hebben vaak een hoog LDL cholesterolgehalte, een laag HDL-cholesterolgehalte en een hoog triglyceridengehalte.

Calciumsupplementen verhogen hartinfarct

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van calcium of het slikken van calciumsupplementen de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 26 prospectieve cohort studies en 16 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van 200 tot 1500 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten niet verlaagde [relatieve risk = 0.96, 95% BI = 0.87 tot 1.05].
Geen verband omdat relatieve risk van 1 in de 95% BI van 0.87 tot 1.05 zat. Relatieve risk van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van 200 tot 1500 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte niet verlaagde [relatieve risk = 0.98, 95% BI = 0.88 tot 1.08].

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van 200 tot 1500 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte niet verlaagde [relatieve risk = 0.94, 95% BI = 0.85 tot 1.04].

De onderzoekers vonden in RCT’s dat slikken calciumsupplementen, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 20% verhoogde [relatieve risk = 1.20, 95% BI = 1.08 tot 1.33, I2 = 0.0%].
Significant omdat relatieve risk van 1 niet in de 95% BI van 1.08 tot 1.33 zat. Relatieve risk van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in RCT’s dat slikken calciumsupplementen, de kans op het krijgen van een hartinfarct significant met 21% verhoogde [relatieve risk = 1.21, 95% BI = 1.08 tot 1.35, I2 = 0.0%].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van calciumsupplementen, de kans op het krijgen van zowel coronaire hartziekte als een hartinfarct verhoogde. Echter, dit verhoogde risico werd niet teruggevonden voor calcium via voeding (het eten van calcium). 

Oorspronkelijke titel:
The Evidence and Controversy Between Dietary Calcium Intake and Calcium Supplementation and the Risk of Cardiovascular Disease: A Systematic Review and Meta-Analysis of Cohort Studies and Randomized Controlled Trials by Yang C, Shi X, […], Sun G.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/31625814/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over calcium en het verlagen van hart- en vaatziekten en een beroerte.

MS

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar MS:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Een laag zink- en ijzergehalte verhogen MS
  2. 0.5 portie vis per week verlaagt MS
  3. Een hoger vitamine D-gehalte tijdens zwangerschap verlaagt MS bij nakomeling
  4. Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt MS

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

  • Multiple sclerose (MS) een chronische auto-immuunziekte van het centrale zenuwstelsel (het centrale zenuwstelsel bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg). Doordat er iets mis is in het afweersysteem, wordt de laag (myeline) om de zenuwen aangevallen en beschadigd. De zenuwen komen hierdoor bloot te liggen en geven minder goed signalen van en naar de hersenen door. Soms gebeurt dit zelfs helemaal niet. Hierdoor kunnen plotseling verlammings- en uitvalsverschijnselen optreden.
  • De auto-immuunziekte is een ziekte waarbij ons eigen afweersysteem de zenuwcellen aanvalt en beschadigt.
  • Myeline is een soort isolatielaag die rond de zenuwvezels zit en belangrijk is voor de werking en overleving van de zenuwcellen.
  • De naam “multiple sclerose” verwijst naar de hersenen. “Multiple” betekent veelvuldig en is afgeleid van het Latijnse multiplex en “sclerose” betekent verharding en is afkomstig van het middeleeuws-Latijnse sclerosis, dat op haar beurt afgeleid is van het Griekse σκλήρωσις sklérōsis. In de witte stof van de hersenen bevinden zich meerdere (vandaar de term “multiple”) sclerotische haarden. Sclerotische haarden bestaan uit littekenweefsel, ontstaan doordat het beschermende omhulsel (myeline) van de zenuwbanen stelselmatig wordt afgebroken.
  • MS verloopt bij iedereen anders. Vooraf valt niet te zeggen hoe de ziekte bij u verloopt en welke klachten u krijgt. De een ervaart klachten die een ander nooit krijgt. Ook de ernst van zo’n klacht verschilt vaak. Neem bijvoorbeeld krachtverlies in uw benen: sommigen ervaren zware benen, anderen belanden zelf in een rolstoel.
  • MS komt vaker voor in koudere landen dan in warmere landen.
  • MS komt tweeënhalf keer zo vaak voor bij vrouwen als bij mannen.
  • De eerste symptomen laten zich zien wanneer mensen tussen de 20 en 40 jaar oud zijn.
  • De meest voorkomende klachten bij MS zijn:
    • Blaasklachten: toegenomen aandrang, achterblijven van urine en incontinentie.
    • Cognitieve problemen: minder goed concentreren en herinneren.
    • Coördinatieklachten: spraakstoornis, duizeligheid, draaierigheid en tremors.
    • Darmproblemen: obstipatie en incontinentie.
    • Klachten bij bewegen: krachtverlies, spasticiteit, krampen en stijfheid.
    • Klachten vanuit de hersenstam: zenuwpijn, gevoelsstoornis in het gezicht en dubbelzien.
    • Problemen met het gezichtsvermogen: zenuwontsteking in één of beide ogen.
    • Psychologische klachten: stress, depressies en angsten.
    • Seksuele problemen: libidoverlies, impotentie en genitale pijn.
    • Sensibiliteitsstoornissen: tintelingen, prikkelingen, doofheid, pijn, koude voeten of handen en spierpijn.
    • Vermoeidheid: moeheid in rust en snel vermoeid.
  • De oorzaak van MS is tot op heden nog niet bekend. Mogelijk zijn er erfelijke en/of omgevingsfactoren in het spel.
  • Broers en zussen van een persoon met MS hebben een 25 maal hoger risico om de ziekte te ontwikkelen.
  • Multiple sclerose wordt, naargelang het verloop van de ziekte, onderverdeeld in 3 categorieën:
    1. Recidiverende en herstellende MS (Relapsing-Remitting MS): zo’n 85 procent van mensen met MS heeft deze vorm. Recidiverende en herstellende MS wordt gekenmerkt door een ziekteverloop van aanvallen (relapsing) en herstel (remitting). Deze ups en downs komen gemiddeld zo’n drie keer per jaar voor. Zeker in het begin van de ziekte is er een goede kans op herstel.
    2. Primair progressieve MS (Primary-Progressive MS of PPMS): dit is de minst voorkomende vorm van MS. Deze vorm komt voor bij maar 5 procent van de mensen met MS. Bij primair progressieve MS is uw ruggenmerg aangetast en merkt u direct vanaf het begin achteruitgang: beide benen verstijven en verzwakken. Ook merkt u dat de kracht in uw benen steeds minder wordt. De eerste symptomen ervaart u vaak pas na uw veertigste.
      Bij de primair progressieve vorm van MS verergeren klachten geleidelijk. Er is geen sprake van aanvallen en herstel.
    3. Secundair progressieve MS (Secondary-Progressive MS of SPMS): bij ongeveer 65 procent van de mensen met relapsing remitting MS gaat de MS binnen 20 jaar over in secundair progressieve MS. De klachten die mensen met de secundair progressieve MS hebben, nemen wel toe en herstellen niet helemaal. Het is niet te voorspellen hoe snel de klachten verergeren. Het lijkt alsof deze vorm van MS met leeftijd te maken heeft.
      Bij de secundair progressieve vorm van MS blijven aanvallen weg.
  • In Nederland komt MS voor bij één op de 1000 personen.
  • Volgens de huidige schattingen vermindert MS de levensverwachting met ongeveer 7 jaar en is de gemiddelde overlevingsduur 30 jaar.

 

1 tot 3 eieren per dag verhogen niet de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het eten van eieren en het verhogen of verlagen van de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 RCT’s met in totaal 748 deelnemers.
De gemiddelde leeftijd varieerde tussen 23.3 en 67.1 jaar.
De eiconsumptie in alle studies varieerde tussen 1 en 3 hele eieren per dag.
De duur van de studies varieerde tussen 3 en 12 weken.
Er was geen publicatie bias.
Er was geen heterogeniteit tussen de studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van eieren de systolische bloeddruk niet verhoogde [WMD = 0.046 mmHg, 95% BI = - 0.792 tot 0.884, p = 0.914, I2 = 0.0%, p = 0.453]. Dit resultaat bleef gelijk in de subgroepen- en de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden dat het eten van eieren de diastolische bloeddruk niet verlaagde [WMD =  = - 0.603 mmHg, 95% BI = - 1.521 tot 0.315, p = 0.198, I2 = 38.1%, p = 0.067]. Dit resultaat bleef gelijk in de subgroepen- en de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 1 tot 3 eieren per dag gedurende 3 tot 12 weken de bloeddruk niet verhoogde of verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Egg Consumption on Blood Pressure: a Systematic Review and Meta-analysis of Randomized Clinical Trials by Kolahdouz-Mohammadi R, Malekahmadi M, […], Soltani S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7189334/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over de eiconsumptie en het verlagen van de bloeddruk.

Een causaal verband kan aangetoond worden in studies, die RCT’s worden genoemd.

 

Dagelijs 100 mg magnesium via voeding verlaagt een beroerte

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van magnesium de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 en een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 53 prospectieve cohort studies met in totaal 1912634 deelnemers, waarvan 76678 mensen met suikerziekte type 2 of een beroerte.

De deelnemers waren bij aanvang van de studies (at baseline) overwegend van middelbare leeftijd, met een gemiddelde magnesiuminname van 370 mg/dag voor de hoogste categorie en 232 mg/dag voor de laagste categorie.

De gemiddelde duur van de studies was 10.7 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 35 cohort studies met in totaal 1219636 deelnemers, waarvan 56540 mensen met suikerziekte type 2, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 22% [RR = 0.78, 95% BI = 0.75 to 0.81, p 0.001, I2 = 35.6%, p = 0.021] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 8 cohort studies waarbij gecorrigeerd werd voor de graanvezels, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.73 to 0.83, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 18 cohort studies met in totaal 692998 deelnemers, waarvan 20138 mensen met een beroerte, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83 to 0.94, p 0.001, I2 = 0%, p = 0.529] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 5 cohort studies waarbij gecorrigeerd werd voor calcium, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.80 to 0.99, p = 0.040] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 18 cohort studies met in totaal 692998 deelnemers, waarvan 20138 mensen met een ischemische beroerte, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81 to 0.95, p = 0.001, I2 = 16.9%, p = 0.265] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte onder vrouwen significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.83 to 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte onder vrouwen significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.79 to 1.00] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte onder mensen met een BMI ≥ 25 significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.82 to 0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte onder mensen met een BMI ≥ 25 significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81 to 0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met minimaal 12 jaar follow-up, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.83 to 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met minimaal 12 jaar follow-up, vergeleken met de laagste categorie, dat het eten van 370 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81 to 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.93 to 0.95] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.97 to 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg magnesium via voeding per dag, de kans op het krijgen van een ischemische beroerte significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.97 to 0.99] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van minimaal 100 mg magnesium per dag, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 en een (ischemische) beroerte met name onder vrouwen en mensen met een BMI ≥ 25 (mensen met overgewicht) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association of magnesium intake with type 2 diabetes and total stroke: an updated systematic review and meta-analysis by Zhao B, Zeng L, [...], Zhang W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7103847/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overzichtsartikel/significant, magnesium, BMI, suikerziekte 2 en het verlagen van een beroerte.